Kijkwijzer DANS
Algemene gegevens:
- Titel van de voorstelling
- Naam van de dansgroep
- Muziek (naam componist/musici)
- Naam van de choreograaf
- Waar en wanneer heb je de voorstelling gezien?
Waarom ben je juist naar dit optreden gegaan, wat verwachtte je ervan en is die verwachting uitgekomen.
1. Wat zie je? Vorm:
- Door wie wordt er gedanst? (beschrijf aantal dansers, sexe; solo/duet / groep)
- Hoe wordt er gedanst? (danssoort: modern / klassiek / streetdance, enz; snel /langzaam, heftig, hele lijf / delen, grote/ kleine bewegingen)
- Waar wordt er gedanst? (Plaats van de danser(s) in de ruimte, en t.o.v. toeschouwers; vloerpatronen)
- Theatrale middelen / toneelbeeld: beschrijf het decor, de kostuums, attributen, licht. Wordt het decor gewisseld?
2. Wat hoor je? Geluid:
- Welke muzieksoort hoor je? (klassiek, modern, pop, rock, combinaties, enz) Zijn er stiltes?
- Beschrijf de sfeer van de muziek; tempo, ritme, klankkleur)
- Hoe wordt de muziek gemaakt? (instrumenten, geluidsband, live)
- Door wie is de muziek geschreven? (componist, groep, improvisatie)
- Hoe is het verband met de dans? (volgt de dans de muziek, omgekeerd)
3. Inhoud:
- Wat is het onderwerp /thema van de voorstelling? (beschrijf het verhaal /fysiek / abstract, humoristisch)
- Beschrijf de sfeer van de voorstelling (sprookjesachtig / grappig /ernstig)
- Zijn er verschillende personages /groepen? Beschrijf deze.
- Wordt er gebruik gemaakt van tekst? Geef een beschrijving.
- Met welke bedoeling is deze voorstelling gemaakt?
Welke onderdelen spraken je erg aan? En leg uit waarom.