Het arrangement Spieren in beweging is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
- Auteur
- Laatst gewijzigd
- 28-04-2021 12:00:06
- Licentie
-
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
- het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
- het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
- voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.
Aanvullende informatie over dit lesmateriaal
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
- Toelichting
- De Kennisbanken bevatten de theorie bij de opdrachten.
- Leerinhoud en doelen
- Biologie;
- Eindgebruiker
- leerling/student
- Moeilijkheidsgraad
- gemiddeld


Veertig procent van het lichaamsgewicht van een volwassene bestaat uit skeletspieren.
Bouw dwarsgestreepte spieren
In spiervezels van skeletspieren bevinden zich bundels eiwitmoleculen, de spierfibrillen.
Glad spierweefsel bestaat uit afzonderlijke cellen met één celkern.
Binnen de dwarsgestreepte spieren komen verschillende vezeltypen voor.
Een spiersamentrekking (contractie) wordt gevolgd door een spierontspanning. Een spier blijft samengetrokken zolang er impulsen blijven komen.
Zintuigjes die gevoelig zijn voor de krachten op een spier zijn de peeslichaampjes (Golgi-peeslichaampjes). Deze zitten in de pezen van spieren. Hoe meer krachten op de spier worden uitgeoefend, hoe meer impulsen naar de hersenen gaan. Komt er te veel kracht op een spier, dan treedt een reflex op waardoor de spier ontspant.
Voor een duursporter is het uithoudingsvermogen belangrijk en maakt het lichaam veel gebruik van aerobe dissimilatie. Training zal het gebruik van zuurstof in de spieren moeten verbeteren. Wanneer je minstens drie keer per week een half uur traint, op 70% van je inspanningsniveau, neemt na enige weken het aantal mitochondriën in de spiervezels toe. De bloedvoorziening van de spieren wordt verhoogd, doordat het aantal bloedvaten in de spieren toeneemt. Zo ontstaan rode spiervezels. De spiercellen worden gestimuleerd de vetvoorraad eerder aan te spreken, zodat de totale aerobe dissimilatie beter verloopt.