Het arrangement HC: Duitsland 1871-1945 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
- Auteur
- Laatst gewijzigd
- 2025-05-07 23:56:04
- Licentie
-
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
- het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
- het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
- voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.
Aanvullende informatie over dit lesmateriaal
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
- Toelichting
- Deze opdracht valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor geschiedenis voor havo, leerjaar 4 en 5. In deze historische context over Duitsland staan drie vragen centraal: 1. Wat betekende de vorming van het Duitse keizerrijk voor het machtsevenwicht tussen de Europese grootmachten, 1871-1918? Het materiaal bespreekt de start van het Duitse keizerrijk met de koning van Pruisen Wilhelm I als keizer. Duitsland wordt een een militaire en economische wereldmacht door industrialisatie en dit zorgt voor spanningen in de omringende landen zoals Frankrijk, Rusland en Groot-Brittannië. Geen oorlog dankzij alliantiepolitiek van Bismarck. Het begin van ‘Weltpolitik’ komt aan bod en dit heeft de vlootwet als gevolg, kolonies in Afrika, de alliantie met Rusland wordt niet verlengd en een sterke economische groei, toenemend nationalisme en militarisme. Gevolgen hiervan zijn dat Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland zich zeer bedreigd voelen en er ontstaan van bondgenootschappen met militaire verplichtingen. Het bespreekt de wapenwedloop, versterkt door industrialisatie en de start van de Eerste Wereldoorlog dat in een totale oorlog uitloopt. Doorbraak door de komst van Amerikaanse legers. Duitse nederlaag dichtbij. Onvrede onder de Duitsers leidt in de herfst van 1918 tot revolutie. De keizer treedt gedwongen af en in 1918 ontstaat de republiek en wordt de wapenstilstand ondertekend. 2. Welke factoren leidden tot de ondergang van de Republiek van Weimar, 1919-1933? De Republiek van Weimar werd opgericht na de Eerste Wereldoorlog in Duitsland. Het land moest gedwongen een vredesverdrag ondertekenen in Versailles, wat leidde tot grote woede en onrust. In 1923 kon Duitsland zijn herstelbetalingen niet meer voldoen, wat resulteerde in een economische crisis en hyperinflatie. Radicale groepen keerden zich tegen de regering, waardoor de eenheid van het land in gevaar kwam. Dankzij het Dawes-plan ontving Duitsland hulp van de VS, wat zorgde voor een periode van herstel. Echter, de beurscrash van 1929 leidde tot nieuwe armoede en werkloosheid, waardoor radicale partijen zoals de nazi's aanhang kregen. Hitler greep uiteindelijk de macht en vestigde een totalitaire staat. 3. Welke gevolgen het het nationaalsocialisme voor Duitsland en Europa, 1933-1945? Hitler vestigde een nazistaat in Duitsland, waarbij hij de rechtsstaat afschafte en politieke tegenstand onderdrukte met terreur. Alle democratische instellingen werden afgebroken en vrijheden werden ingeperkt. De samenleving werd gelijkgeschakeld tot nazi-organisaties en de indoctrinatie zorgde ervoor dat iedereen gehoorzaamde aan de Führer. Joden en andere groepen werden onderdrukt en uitgesloten. Groot-Brittannië probeert met appeasement oorlog te voorkomen op Conferentie van München - Hitler houdt zich er niet aan en sluit akkoord met Sovjet-Unie over Polen. Nazi-Duitsland veroverde delen van Europa en pleegde genocide op de Joden. Uiteindelijk werd Hitler geconfronteerd met tegenstand van de VS, Groot-Brittannië en de Sovjet-Unie. Het naziregime viel en de Geallieerden wonnen de Tweede Wereldoorlog.
- Leerniveau
- HAVO 4; HAVO 5;
- Leerinhoud en doelen
- De tijd van burgers en stoommachines (1800 - 1900); De tijd van de wereldoorlogen (1900 - 1950); Geschiedenis;
- Eindgebruiker
- leerling/student
- Moeilijkheidsgraad
- gemiddeld
- Trefwoorden
- arrangeerbaar, duitsland, economische crisis, geschiedenis, h45, machtsevenwicht, nationaalsocialisme, republiek van weimar, stercollectie, tweede wereldoorlog
Kenmerkende aspecten

In augustus 1914 kwam het kleine conflict er, in de vorm van een aanslag in Sarajevo op de troonopvolger van Oostenrijk-Hongarije. De moordenaar hoorde bij een groep nationalisten die aansluiting wensten bij Servië, een klein land dat met Rusland bevriend was. Oostenrijk-Hongarije lokte bewust een oorlog uit en wist zich gesteund door bondgenoot Duitsland. Maar nu kwam Rusland in beweging - gevolgd door zijn bondgenoten Frankrijk en Groot-Brittannië. De Eerste Wereldoorlog was een feit. Overal werden enorme legers gemobiliseerd. Velen verwachtten een snelle, moderne oorlog dankzij de nieuwe technologie. Het tegendeel kwam uit. Het oorspronkelijke Duitse oorlogsplan, een snelle omsingeling van Parijs, was onmogelijk doordat Rusland in het oosten veel sneller kon mobiliseren dan verwacht, dankzij de Franse investeringen in een modern spoorwegennet. De Duitse legers moesten zich nu verdelen. In Frankrijk en België was de Duitse aanval daardoor net niet sterk genoeg. Franse en Engelse legers wisten de opmars te stuiten vlak vóór Parijs en de soldaten groeven zich in, in kilometerslange loopgravenstelsels. De oorlog in het Westen zat al gauw muurvast. De moderne zware kanonnen en andere wapens stichtten maand na maand dood en verderf, maar nergens lukte het een beslissende doorbraak te forceren.
Kenmerkende aspecten
In oktober 1929 maakte de Amerikaanse Beurskrach in één klap een einde aan de droom van welvaart en vrede in de westerse wereld, die net herstelde van een vreselijke wereldoorlog. De VS stopte meteen met financiële hulp aan Duitsland en nu dreigde daar terugkeer van de armoede en chaos uit 1923. Miljoenen werden werkloos. De Weimarregering had geen antwoord op deze nieuwe crisis. De democratische partijen waren niet in staat samen te werken om de crisis te bestrijden. Veel Duitsers die de Weimarregering toch al wantrouwden vanwege Versailles, verloren nu alle vertrouwen in de democratie. Radicale partijen van links en rechts kregen steeds meer aanhang: de extreem-linkse communisten tegenover Hitlers extreem-rechtse nationaalsocialisten (nazi's) van de NSDAP. Deze partijen bevochten elkaar ook op straat met paramilitaire partijlegertjes zoals Hitlers SA.
Kenmerkende aspecten
Hitler, nu Führer van de Duitse republiek, kon de rechtsstaat afschaffen die zijn tegenstanders nog beschermde. Met keiharde terreur van leger en politie onderdrukte hij elke politieke tegenstand. Alle democratische instellingen en vrijheden brak hij af. Rechters moesten nazi zijn. De persvrijheid werd onderdrukt door censuur. Minister Goebbels werd aangesteld om met alle moderne middelen propaganda te maken voor de nazi-denkbeelden. Hitlers doel was: nazificatie van de hele samenleving. Daarvoor werden alle maatschappelijke instellingen: vakbeweging, pers, kunst, onderwijs en jeugdbeweging gelijkgeschakeld tot nazi-organisaties. Het Duitse volk moest veranderen in een Volksgemeinschaft (volksgemeenschap) waarin iedereen hetzelfde dacht en blind gehoorzaamde aan de Führer. Deze indoctrinatie hield ook in dat iedereen die volgens de nazi-ideologie niet echt Duits was, als vijand werd weggezet. Dat waren allereerst de Joodse Duitsers. De nazi's zagen Joden als vijanden en verzwakkers van het superieure Arische ras. De vrijheid van de Joodse burgers werd daarom steeds verder ingeperkt. Door de Neurenberger wetten werden ze buiten de samenleving geplaatst en tot tweederangs burgers verklaard. Gemengde huwelijken waren ongeldig en verboden. Ook andere groepen die niet pasten bij het beeld de Duitsers als 'superras' werden verdrukt: homofielen, gehandicapten, zigeuners. De Duitsers pasten zich noodgedwongen aan, vaak enthousiast en verblind door de economische successen van Hitlers regering. Velen kregen weer werk mede dankzij een uitgebreid bewapeningsprogramma ter voorbereiding van Hitlers wraak op de vernederingen van Versailles. Hoe zou het buitenland reageren op de nieuwe Duitse dreiging?
Nazi-Duitsland wilde alle Duitssprekende gebieden innemen, ook om hiermee een eind te maken aan de afspraken van Versailles. Eerst was Oostenrijk aan de beurt. Door dreiging en politieke druk kreeg Hitler Oostenrijk zonder oorlog in handen: de Anschluss (1938).
1870-1871: Na de Frans-Duitse oorlog wordt in Versailles het Duitse keizerrijk uitgeroepen - de koning van Pruisen wordt keizer Wilhelm I.
1918: Republiek van Weimar: Duitsland voor het eerst een parlementaire democratie.
Nazificatie van Duitsland door terreur, censuur en Goebbels’ propaganda.
Deze jaartallen moet je kennen:
