Welke factoren leidden tot de ondergang van de Republiek van Weimar, 1919-1933?
Nazificatie van Duitsland door terreur, censuur en Goebbels’ propaganda.
Economisch herstel, einde aan Verdrag van Versailles: veel steun van de bevolking.
Eerste slachtoffers van Hitler: politieke tegenstanders in kampen gezet, maatregelen tegen Joden, zieke bejaarden, gehandicapten en homoseksuelen.
Neurenberger wetten: Joden horen niet meer bij de ‘Volksgemeinschaft’.
Buitenlandse politiek: aansluiting van Duitstalige gebieden bij Duitsland (Oostenrijk, Tsjechië), Arische ras moet overheersen.
Groot-Brittannië probeert met appeasement oorlog te voorkomen op Conferentie van München - Hitler houdt zich er niet aan en sluit akkoord met Sovjet-Unie over Polen.
1939 Tweede Wereldoorlog:
Polen veroverd - Groot-Brittannië en Frankrijk verklaren Duitsland de oorlog. West-Europa snel bezet, behalve Groot-Brittannië.
1941 inval in Sovjet-Unie. Anticommunisme en racisme leidt in Oost-Europa tot vernietiging op grote schaal. Begin van genocide op de Joden in onderworpen gebieden.
Slag bij Stalingrad: een keerpunt: begin van Duitse nederlagen.
Juni 1944 D-Day: doorbraak in het westen. Geallieerden (VS, de Sovjet-Unie en Groot-Brittannië) trekken op naar Duitsland.
Mei 1945: Berlijn ingenomen door de Russen. Totale nederlaag voor Duitsland.