HC: Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 1515-1648

HC: Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 1515-1648

Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 1515-1648

In deze historische context over de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden behandelen we de volgende vragen:

  1. Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572?
  2. Waardoor resulteerde de Opstand in het ontstaan van de Republiek, 1572-1588?
  3. Waardoor ontstond in de Republiek de Gouden Eeuw, 1588-1648?

Vraag 1

Vraag 1

Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572?

Kenmerkende aspecten

  1. De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden
  1. Het begin van staatsvorming en centralisatie
  1. De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had

Bestudeer uit de Kennisbank

Tijdvak 4

Tijdvak 4: Opkomst stedelijke burgerij

Tijdvak 4: Begin staatsvorming en centralisatie

Tijdvak 5

Tijdvak 5: Reformatie

Tijdvak 5: Opstand

Tijdvak 6

Tijdvak 6: De Republiek

- Europa: bezit van vorstenhuizen

Uitwerking

Maarten Luther

In de Middeleeuwen waren koningen en keizers afhankelijk van hun vazallen om hun gebieden te besturen. Deze edelen kregen in ruil voor hun hulp steeds meer zelfstandigheid en privileges. Een goed voorbeeld waren de hertogen van Bourgondië die de Nederlanden in bezit namen. Oorlogen werden steeds duurder. Voor hun machtsstrijd werden koningen, keizers en edelen daarom afhankelijker van de inkomsten uit de steden. Die werden steeds rijker door de groei van handel en nijverheid. De steden en gewesten betaalden belastingen aan de vorst, maar kregen in ruil daarvoor veel privileges (voorrechten), zoals stadsrechten.

Aan het einde van de Middeleeuwen probeerden koningen en keizers hun macht weer terug te krijgen door sterke staten te vormen. De koning van Frankrijk en de keizer van het Duitse rijk wilden meer eenheid krijgen in het bestuur. In de Nederlanden kreeg keizer Karel V als erfgenaam van de Bourgondiërs alle 17 gewesten in handen. Ook hij streefde naar centralisatie van het bestuur en van de belastingen vanuit de hoofdstad Brussel. Daarbij wilde hij minder rekening te houden met alle privileges die edelen, steden en gewesten in de loop van de tijd hadden gekregen. Edelen en steden wilden hun privileges natuurlijk behouden. Zij gingen zich verzetten tegen deze centralisatie.

Dit verzet kwam in de Nederlanden tot uitbarsting door de Reformatie of Hervorming. Dit was een beweging van mensen die de kerk wilde verbeteren, begonnen door Luther en Calvijn. Zij vonden dat gelovigen geen paus of priesters nodig hadden maar alleen de bijbel. Ook zagen ze veel fouten en misstanden in de Rooms-Katholieke kerk: machtsmisbruik, verkeerde uitleg van de bijbel, teveel pracht en praal in de kerk. Ook in de Nederlanden kreeg de Hervorming steeds meer aanhang, vooral van calvinisten. Calvijn leerde zijn volgelingen dat verzet tegen de overheid was toegestaan om het geloof.

Johannes Calvijn

Keizer Karel V wilde de hervorming bestrijden omdat de eenheid van zijn rijk hierdoor nog meer in gevaar kwam. Hij liet een Rijksdag houden in Worms in 1521, voor alle Duitse vorsten. Hier moest de hervormer Luther zich verdedigen. Hij werd veroordeeld en vogelvrij verklaard, maar niet gevangengezet. Luther had al teveel aanhangers en zijn ideeën waren mede door de boekdrukkunst al door heel Europa verspreid. Op de Rijksdag werd dus duidelijk dat een splitsing van de kerk niet meer was te voorkomen. Vorsten kozen partij voor of tegen de Reformatie. Uiteindelijk werd er een compromis gevonden: vanaf 1555 zou in de Duitse gebieden elke vorst zelf mogen bepalen welk geloof in zijn gebied was toegestaan. Deze regel heette: cuius regio eius religio: wiens gebied, diens godsdienst.

Ook in de Nederlanden publiceerde de keizer strenge wetten (plakkaten) tegen de Reformatie. De edelen die de plakkaten moesten uitvoeren, kregen hiermee steeds meer moeite. Ze hadden al last van de centralisering van het bestuur, en nu moesten ze ook nog hard optreden tegen de ketters. Dit maakte hen weinig populair bij de bevolking. Ook hadden ze weinig middelen om al die ketters te vervolgen.

Toen keizer Karel V werd opgevolgd door zijn zoon koning Filips II verergerde deze situatie. Filips vertrok naar Spanje maar hield vast aan de plakkaten tegen de hervorming. Een grote groep edelen diende in 1566 bij zijn plaatsvervangster Margaretha een verzoek in voor verzachting van de plakkaten. Ze leken tijdelijk hun zin te krijgen. Calvinisten namen nu de vrijheid om openlijk te gaan optreden. Ze organiseerden openluchtdiensten (hagepreken) en riepen zelfs op tot een gewelddadige Beeldenstorm waarbij vele kerken werden aangevallen.

Toen was het geduld van Filips II op. Hij stuurde generaal Alva met ervaren Spaanse troepen om zijn gezag te herstellen. Alva liet edelen en ketters gevangennemen. Zij werden veroordeeld door een speciale rechtbank: de Raad van Beroerten. Het harde optreden van de Spanjaarden leidde tot groeiend verzet bij grote delen van de bevolking. De hoogste edelman, stadhouder Prins Willem van Oranje, vluchtte het land uit, net als veel anderen die zich geuzen noemden. Willem van Oranje gaf leiding aan het verzet maar boekte weinig successen tegen de veel sterkere Spaanse troepen. Na veel tegenslagen veroverden de geuzen in 1572 volkomen onverwacht het stadje Den Briel. Andere steden volgden, vooral in het westen. De opstandelingen organiseerden zich in enkele gewesten en benoemden de Prins van Oranje tot hun stadhouder (leider).

Zo begon de Opstand die uiteindelijk zou leiden tot de vestiging van een nieuwe zelfstandige staat: de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.

 

 

 

Vraag 2

Vraag 2

Waardoor resulteerde de Opstand in het ontstaan van de Republiek, 1572-1588?

Kenmerkend aspect

  1. Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat

Bestudeer van de Kennisbank:

Tijdvak 5

Tijdvak 5: De opstand

Tijdvak 6

Tijdvak 6: De Republiek: uniek in Europa

 

Uitwerking

Belegerde steden

Leidens ontzet

Alva kon Oranje wel op het slagveld verslaan, maar de belegeringsoorlog tegen de opstandige steden in Holland en Zeeland wist hij niet te winnen. Ook zijn opvolgers  boekten geen successen. Bekend werd de belegering van Leiden, waar grote hongersnood heerste totdat Willem van Oranje de dijken liet doorsteken en een vloot van geuzenschepen de stad kon bevrijden. De belegeringsoorlog was mislukt.

Samen tegen Spanje?

Willem van Oranje wilde nu calvinisten èn katholieken meekrijgen in de strijd tegen de Spaanse legers. Daarom pleitte hij in zijn propaganda voor samenwerking tussen katholieke en opstandige gewesten om gezamenlijk de Spanjaarden te verdrijven en beide geloven vrijheid te geven. Willem van Oranje pleitte dus voor godsdienstige verdraagzaamheid met als doel door samenwerking de strijd tegen Spanje te winnen. Hij zag de Nederlanden als één natie waarin plaats was voor meer dan één geloof: dat was in die tijd een bijzondere opvatting.

Mislukte samenwerking

In 1576 leek Oranje’s plan voor samenwerking tegen Spanje succes te krijgen. De slecht betaalde Spaanse troepen begonnen te muiten, ook in de katholieke gewesten: de Spaanse Furie. Oranje wist nu ook de katholieke, niet-opstandige leiders in de zuidelijke gewesten mee te krijgen in de strijd tegen Spanje. Dit verbond werd genoemd: de Pacificatie van Gent.

Afspraak was wel, dat de katholieke gewesten katholiek mochten blijven. Maar van die verdraagzaamheid kwam niets terecht. Radicale calvinisten probeerden toch de macht over te nemen in het katholieke Brabant en Vlaanderen. De katholieke leiders waren woedend en haakten af.

De Unie van Utrecht

Oranje’s idee van samenwerking was mislukt, de katholieke gewesten in het zuiden deden niet meer mee en sloten zich aaneen in de Unie van Atrecht.

De overgebleven opstandige calvinistische gewesten in het noorden sloten zich nu ook aaneen tot de Unie van Utrecht (1579). Dit was eigenlijk het begin van een onafhankelijke Nederlandse staat.
Maar wie zou daar koning moeten zijn?
Tot nu toe was  Oranje in naam nog steeds in naam trouw gebleven aan de Spaanse koning, de strijd richtte zich tegen Alva en diens opvolgers. Maar in 1581 namen de opstandige gewesten officieel afstand van Filips II in het Plakkaat van Verlatinge. Ze gingen op zoek naar een protestantse vorst met genoeg prestige om koning te kunnen worden. Helaas, diverse pogingen leverde alleen mislukkingen op. De enige die ten slotte nog in aanmerking kwam, was Prins Willem van Oranje - maar die werd in 1584 vermoord in Delft. De Unie van Utrecht ging verder zonder koning en ontwikkelde zich zo tot een Republiek: een staat zonder koning met burgers aan de leiding.

Van Unie tot Republiek

Vrede van Munster

Nog een tegenvaller voor de Opstand: in 1585 viel Antwerpen weer in Spaanse handen. Deze tegenvaller leverde echter ook nieuwe kansen op. Door de afsluiting van de Schelde kwam de Antwerpse handel stil te liggen. Veel handelaars vluchtten weg. In het noorden groeide Amsterdam nu uit tot een steeds grotere handelsstad die Antwerpen snel zou overvleugelen.
De steun van het sterke, protestantse Engeland tegen Spanje zorgde ervoor dat de Opstand door kon gaan. Oranje’s zonen Maurits en Frederik Hendrik bleken geduchte legeraanvoerders die in de functie van stadhouder veel terrein wisten te veroveren op Spanje. Zonder koning, maar met sterke stadhouders, kon de opstandige Unie zich toch handhaven en vooral vanaf 1588 uitgroeien tot een onafhankelijke protestantse Republiek. In dat jaar werd Spanje op zee verslagen en verloor het veel van zijn  kracht. Toch ging de strijd nog door tot 1648, toen de Vrede van Munster werd gesloten en andere landen de Republiek erkenden als onafhankelijke staat.

Vraag 3

Vraag 3

Waardoor ontstond in de Republiek de Gouden Eeuw, 1588-1648?

Kenmerkende aspecten

  1. De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse republiek
  1. Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie

Bestudeer van de Kennisbank:

Tijdvak 6

Tijdvak 6: De Republiek: uniek in Europa

Tijdvak 6: Handel over de hele wereld

Uitwerking vraag 3

Veranderingen in de landbouw

De invoer van graan uit Scandinavië werd de belangrijkste handel voor de Nederlanden: de moedernegotie. Van de winsten werd een enorme handelsvloot gebouwd. Op de stapelmarkt van Amsterdam werden hoge winsten gemaakt met het doorverkopen van graan aan allerlei landen.

In veel landen draaide de economie om het verbouwen van graan door boeren op het land van grootgrondbezitters. Maar in de Nederlanden waren weinig feodale grondeigenaars en goedkoop graan werd ingevoerd uit Scandinavië. Nederlandse boeren waren zelfstandig en gewend om samen te investeren in de strijd tegen het water. Nu gingen ze investeren in landbouwproducten voor de markt in de snel groeiende steden in het westen: melk, kaas, groenten en grondstoffen voor de nijverheid. Door deze specialisering en commercialisering kwam er ook steeds meer werk voor handelaars en arbeiders in de nijverheid, zoals de scheepsbouw.

Immigranten welkom

bmz.amsterdam.nl
Portugese Synagoge gezien vanuit de
Jodenbreestraat

Voor al dat werk waren veel mensen nodig. Het kwam de Nederlanden goed uit dat in deze tijd veel mensen voor oorlog of geloofsvervolging op de vlucht waren. Immigranten waren welkom en hun komst was een grote stimulans voor de economie. Een voorbeeld is Leiden, waar de bevolking in 40 jaar drie keer zo groot werd en immigranten een succesvolle lakenindustrie op gang hielpen. Een ander voorbeeld zijn gevluchte Portugese Joodse kooplieden die met hun kennis, geld en relaties meer dan welkom waren in Amsterdam en van de protestantse regenten zelfs toestemming kregen een grote synagoge te bouwen.

De overheid gaf de immigranten dus relatief veel vrijheid om hun eigen geloof uit te oefenen, veel meer vrijheid dan in de ons omringende landen. Dit trok ook weer immigranten aan.

Politieke samenwerking

Elk van de 7 gewesten in de Nederlanden was zelfstandig en had eigen wetten, rechtspraak en belastingen. Maar de gewesten werkten wel samen op het gebied van oorlog en buitenlandse zaken. Belangrijk, want de oorlog tegen Spanje ging nog altijd door. Dat overleg gebeurde in de Staten-Generaal in Den Haag. Elk besluit moest door alle gewesten worden goedgekeurd. Zelfs het machtige Holland dat door zijn handelsrijkdom het meest betaalde aan de oorlog en de meeste invloed had op de politiek, moest voor elk besluit onderhandelen. Dit 'schikken en plooien' was typerend voor de Nederlandse politiek.

De gewesten benoemden een stadhouder die het leger moest aanvoeren. Zij kozen meestal de Prins van Oranje, een nakomeling van de beroemde Willem van Oranje. Ondanks zijn hoge status was de prins dus in dienst van burgers: de regenten van de gewesten. Door dit overwicht van de regentenfamilies kun je de Republiek een oligarchie noemen: een regering van machtige families.

Handelspolitiek

De Republiek had ook door de oorlog met Spanje veel belang bij een goed lopende  economie. De machtigste regenten waren zelf vaak kooplieden die profiteerden van het handelskapitalisme. Zonder geld geen oorlogsschepen, geen soldaten en geen overwinningen. Daarom greep de Staten-Generaal in toen de handel in Azië in gevaar kwam door teveel onderlinge concurrentie. De Verenigde Oost-Indische Compagnie kreeg in 1602 het monopolie (alleenrecht) op de handel in Azië en kreeg het recht om oorlog te voeren, forten te bouwen en verdragen te sluiten met buitenlandse vorsten. Door deze grote macht kon de VOC een winstgevend handelsimperium opbouwen in Oost-Indië. Met de winsten uit de wereldeconomie kon de oorlog tegen het grote Spanje worden volgehouden.

De zuidelijke gebieden Brabant en Limburg die werden veroverd op Spanje, werden ook door de Staten-Generaal gezamenlijk bestuurd en werden Generaliteitslanden genoemd.

Culturele bloei

De nachtwacht van Rembrandt

De succesvolle handelseconomie leidde ertoe dat er in de Republiek relatief meer welvaart was dan in veel andere landen. Ook gewone burgers hadden geld over voor luxeproducten zoals boeken en kunst.

Ook veel gewone mensen stuurden hun kinderen naar school om te leren lezen en schrijven. Als echte calvinisten lazen veel gelovigen dagelijks uit de Statenbijbel die in opdracht van de overheid was vertaald.

Schilderijen waren erg populair en werden zelfs  op de markt verkocht. Ook de schilders specialiseerden zich in verschillende genres: landschappen, stillevens, ijsvermaak, portretten… De beste schilders van de Gouden Eeuw zoals Rembrandt, Hals en Vermeer zijn nu nog steeds bekend en geliefd over de hele wereld.

Zo werd de Gouden Eeuw ook in cultureel opzicht een bloeitijd voor de Republiek.

Einde van de Gouden Eeuw

De kleine Republiek kwam aan het eind van de zeventiende eeuw steeds meer in de knel te zitten tussen de opkomende grootmachten Frankrijk en Engeland. De politieke leiders van de Republiek wisten lange tijd deze twee machten tegen elkaar uit te spelen, maar toen die  gingen samenwerken kwam het einde van de Gouden Eeuw in zicht.

Samenvatting

Vraag 1

Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572?

  • Vorsten gingen streven naar centralisatie van het bestuur. Daarmee riepen ze verzet op van edelen, steden en gewesten die in ruil voor belastingen veel privileges hadden gekregen. De vorsten wilden die speciale rechten verminderen en overal volgens dezelfde wetten regeren, met betaalde ambtenaren en centraal bestuur. Keizer Karel V wilde op die manier de Nederlanden vanuit Brussel regeren. Hij maakte ook strenge plakkaten tegen de Hervorming die de eenheid van de kerk bedreigde.
  • De Hervorming begon in 1517 toen Maarten Luther zich in Duitsland ging verzetten tegen misstanden in de Rooms-Katholieke kerk. Hij leerde dat de gelovigen geen priesters nodig hebben en zelf de bijbel moesten lezen. Calvijn leerde dat gelovigen zich mogen organiseren tegen een overheid die het geloof bestrijdt.
  • In 1521 liet keizer Karel V Luther veroordelen voor zijn opvattingen tijdens de Rijksdag van Worms. Maar Luther werd niet gevangengezet, alleen vogelvrij verklaard. De Hervorming had ook aanhangers onder vorsten en de verdeeldheid was niet meer ongedaan te maken. Vanaf 1555 maakte elke Duitse vorst zelf uit welk geloof in zijn gebied was toegestaan.
  • Filips II, Karels opvolger in de Nederlanden, hield vast aan de plakkaten tegen de hervorming. Maar zijn plaatsvervangster Margaretha liet deze wetten op verzoek van de Nederlandse edelen opschorten. Calvinisten begonnen toen openlijk op te treden en met geweld kerken op te eisen: de Beeldenstorm van 1566.
  • Als reactie stuurde Filips II Alva met troepen om de orde te herstellen en met de Raad van Beroerten de schuldigen te straffen. Deze terreur zette kwaad bloed in de Nederlanden. Vluchtelingen onder leiding van Prins Willem van Oranje (geuzen) gingen vechten tegen de Spaanse troepen. Dit had weinig succes tot in 1572 Den Briel werd veroverd en veel steden in het westen zich aansloten bij de geuzen. De Opstand was een feit.

Vraag 2

Waardoor resulteerde de Opstand in het ontstaan van de Republiek, 1572-1588?

  • Het lukte Alva en zijn opvolgers niet om de belegeringsoorlog tegen deze steden te winnen.
  • Oranje probeerde in zijn propaganda protestant en katholiek te verenigen in de Opstand, maar dit lukte alleen tijdelijk door de Spaanse Furie in 1576. Door de onverdraagzaamheid van de calvinisten kwam er snel een eind aan de Pacificatie van Gent. De zuidelijke katholieke gewesten werden weer trouw aan Spanje en de noordelijke sloten zich in 1579 aaneen in de Unie van Utrecht: het begin van een onafhankelijke Nederlandse staat.
  • De Unie verbrak de band met Filips II in 1581 (Plakkaat van Verlatinge) maar kon geen nieuwe, protestantse vorst vinden. Willem van Oranje werd vermoord (1584) en Antwerpen werd veroverd door Spanje (1585). De Unie besloot zonder vorst verder te gaan: een Republiek.
  • Amsterdam ontwikkelde zich tot de grootste handelsstad. Met steun van Engeland en door de militaire successen van de stadhouders die Oranje opvolgden, wist de republiek zich vanaf 1588 te handhaven. De strijd ging nog door tot 1648, toen werd bij de Vrede van Münster de Republiek erkend als nieuwe staat in Europa.

Vraag 3

Waardoor ontstond in de Republiek de Gouden Eeuw, 1588-1648?

  • Door de succesvolle moedernegotie (handel in graan uit het Oostzeegebied) konden Hollandse boeren investeren in andere activiteiten. Ze gingen zich specialiseren in producten voor de markt in de snel groeiende handelssteden (commercialisering). Er was dan ook weinig feodaal grondbezit. Ook de nijverheid kwam tot bloei, mede dankzij de toevloed van immigranten die in de Nederlanden relatief veel vrijheid van geloof kregen.
  • De zeven zelfstandige gewesten werkten alleen voor zaken van oorlog en buitenlands beleid samen in de Staten-Generaal. Ze benoemden een stadhouder die de oorlog moest voeren. De regenten hadden belang bij een winstgevende economie om de oorlog vol te houden. Daarom werd in 1602 de VOC opgericht met een handelsmonopolie in Azië om de winsten hoog te houden. De Republiek ging een rol spelen in de wereldeconomie. Veroverde gebieden (generaliteitslanden: Brabant, Limburg) werden door de Staten-Generaal bestuurd.
  • De succesvolle economie en de overwinningen brachten de Republiek een Gouden Eeuw met meer welvaart dan veel andere landen. Hierdoor kwam ook de kunst tot bloei.
  • Aan het eind van de zeventiende eeuw kwam de kleine Republiek steeds meer in het nauw tussen de grootmachten Frankrijk en Engeland: toen kwam het einde van de Gouden Eeuw in zicht.

Jaartallen

Jaartallen die je moet kennen:

  • 1521 Rijksdag van Worm
  • 1531 Instelling drie Collaterale Raden
  • 1555 Instelling Bloedplakkaten; afspraak ‘cuius regio, eius religio’
  • 1566 Verzoek edelen om verzachting van de plakkaten; Beeldenstorm
  • 1572 Watergeuzen veroveren Den Briel
  • 1574 Ontzet van Leiden
  • 1576 Pacificatie van Gent
  • 1578 Alteratie van Amsterdam
  • 1579 Unie van Utrecht
  • 1581 Plakkaat van Verlatinge
  • 1584 Moord op Willem van Oranje
  • 1585 Val van Antwerpen
  • 1588 Armada verslagen; Engelse steun voor de Republiek
  • 1596 Engeland en Frankrijk erkennen de soevereiniteit van de Republiek
  • 1602 Oprichting van de VOC
  • 1609-1621 Twaalfjarig bestand
  • 1619 Batavia wordt hoofdstad van de VOC; Johan van Oldenbarnevelt onthoofd
  • 1639 Bouw van de Portugese synagoge
  • 1648 Vrede van Münster

Extra uitleg

Video's: Jortgeschiedenis

Examenvragen

Op deze pagina vind je meerdere examenvragen.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.

Maak bij het beantwoorden ook gebruik van wat je al eerder geleerd hebt.
Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw.
Nadat je de vragen beantwoord hebt, kun je de vraag zelf nakijken en je score aangeven.

HAVO 2016-TV1

HAVO 2016-TV1 Vraag 7
HAVO 2016-TV1 Vraag 8
HAVO 2016-TV1 Vraag 9
HAVO 2016-TV1 Vraag 10
HAVO 2016-TV1 Vraag 11
HAVO 2016-TV1 Vraag 12

HAVO 2016-TV2

HAVO 2016-TV2 Vraag 7
HAVO 2016-TV2 Vraag 8
HAVO 2016-TV2 Vraag 9
HAVO 2016-TV2 Vraag 10
HAVO 2016-TV2 Vraag 11
HAVO 2016-TV2 Vraag 12
HAVO 2016-TV2 Vraag 13

HAVO 2017-TV1

HAVO 2017-TV1 Vraag 11

HAVO 2018-TV1

HAVO 2018-TV1 vraag 6
HAVO 2018-TV1 vraag 7
  • Het arrangement HC: Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 1515-1648 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2022-03-09 15:22:10
    Licentie
    CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor geschiedenis voor havo, leerjaar 4 en 5. In deze historische context over Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden staan drie vragen centraal: 1. Waardoor brak er een opstand uit in de Nederlanden, 1515-1572? Steden werden machtiger in de Middeleeuwen doordat edelen zelfstandiger werden en privileges afdwongen van zwakkere vorsten. Oorlogen werden duurder, dus vorsten waren afhankelijk van steden voor inkomsten. Vorsten probeerden hun macht te centraliseren en specialisten versterkten hun rechten. Keizer Karel V streefde naar centralisatie in de Nederlanden, wat weerstand opriep bij edelen en de bevolking. De opkomst van de Reformatie zorgde voor meer verzet. In de Nederlanden kreeg de Hervorming steeds meer aanhang, vooral onder calvinisten. Het verzet groeide, leidde tot de Beeldenstorm en uiteindelijk tot de Opstand, resulterend in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. 2. Waardoor resulteerde de Opstand in het ontstaan van de Republiek, 1572-1588? Tijdens de Opstand tegen Spanje slaagde Alva er niet in om de belegerde steden in Holland en Zeeland te overwinnen. Oranje pleitte voor samenwerking tussen katholieken en calvinisten om Spanje te verdrijven en religieuze vrijheid te garanderen. In 1576 leek zijn plan succes te hebben, maar de verdraagzaamheid tussen de geloven mislukte. De opstandige gewesten in het noorden vormden de Unie van Utrecht, terwijl de katholieke gewesten zich verenigden in de Unie van Atrecht. Uiteindelijk werd de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een onafhankelijke staat zonder koning. De Vrede van Munster in 1648 erkende de Republiek als een onafhankelijke natie. 3. Waardoor ontstond in de Republiek de Gouden Eeuw, 1588-1648? De Nederlanden richtten zich op de handel in graan en bouwden een grote handelsvloot. De landbouw veranderde door specialisatie in producten zoals melk, kaas, groenten en grondstoffen voor de nijverheid, vooral voor de groeiende steden in het westen. Immigranten waren welkom en droegen bij aan de economie, zoals de vluchtelingen die de lakenindustrie in Leiden stimuleerden. De Nederlanden werkten samen in de Staten-Generaal, maar de besluitvorming was complex. Handelspolitiek was belangrijk, en de Verenigde Oost-Indische Compagnie kreeg het monopolie op de handel in Azië. De welvaart leidde tot een bloeitijd in kunst en cultuur, maar de Gouden Eeuw eindigde toen de Republiek bedreigd werd door Frankrijk en Engeland.
    Leerniveau
    HAVO 4; HAVO 5;
    Leerinhoud en doelen
    De tijd van ontdekkers en hervormers (1500 - 1600); De tijd van regenten en vorsten (1600 - 1700); Geschiedenis;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, beeldenstorm, geschiedenis, gouden eeuw, h45, handelsmonopolie, opstand, reformatie, republiek der zeven verenigde nederlanden, stercollectie