Signaalwoorden en tekstverband

Signaalwoorden en tekstverband

Informatie vooraf

Kijk eens naar de volgende zinnen: Jan kan niet voetballen. Hij is traag.

Het zijn korte, losse zinnen en je begrijpt precies wat ermee wordt bedoeld. Toch leest het niet fijn, juist omdat ze zo kort zijn én los van elkaar staan. Maar je voelt aan dat deze zinnen op de een of andere manier bij elkaar horen, dat er een verband tussen deze beide zinnen bestaat.  

Dat verband kun je heel gemakkelijk aangeven: maak van deze twee zinnen eens één zin, door er een woord tussen te plaatsen. Voor welk woord kies je?

   a. Stel dat je gekozen hebt voor want, dan wordt de samengestelde zin: Jan kan niet voetballen, want hij is traag.

   Want verbindt de beide korte zinnen en is hier het verbindingswoord.

   b. Stel dat je gekozen hebt voor en, dan wordt de samengestelde zin: Jan kan niet voetballen en hij is traag.

   En verbindt de beide korte zinnen en is hier het verbindingswoord.

Hierboven stond nog dat je precies begreep wat er met beide zinnen werd bedoeld! Maar door voor een ander verbindingswoord te kiezen, krijgen beide zinnen toch een andere betekenis! In zin a geef je een reden waarom Jan niet kan voetballen. In zin b som je op welke kenmerken Jan heeft. Je hebt een ander verband tussen de beide zinnen gelegd!

De verbindingswoorden laten dus zien welk verband er tussen de beide korte zinnen bestaat. Ze geven als het ware een signaal af: let op na want volgt een reden, na en volgt een opsomming. Daarom worden deze verbindingswoorden signaalwoorden genoemd.

Colofon

Het arrangement Signaalwoorden en tekstverband is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

Auteur
M.A. Haanstra-Kuizenga Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2017-06-08 21:18:58
Licentie

Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

  • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
  • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
  • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

Toelichting
In deze module oefen je met signaalwoorden en het verband dat dit signaalwoord met de tekst heeft. Na afloop van deze module herken signaalwoorden en weet je welk verband ermee wordt aangegeven.
Leerniveau
VMBO theoretische leerweg, 4; HAVO 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4;
Leerinhoud en doelen
Nederlands;
Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad
gemiddeld
Studiebelasting
2 uur en 15 minuten

Bronnen

Bron Type
Signaalwoorden en het verband in de tekst
https://www.youtube.com/watch?v=4dnnGFq7HbY
Video
Wat weet je nu? Deel 1
http://learningapps.org/watch?v=pjexn1n2t17
Link
Wat weet je nu? Deel 2
http://learningapps.org/watch?v=ptyn5tzqa17
Link
close
gemaakt met Wikiwijs van kennisnet-logo
open