Thema: Verwoestende krachten - vmbo12

Thema: Verwoestende krachten - vmbo12

Thema Verwoestende krachten

Inleiding

In dit thema kom je meer te weten over:

  • Plaattektoniek
    Je leert over de opbouw van de aarde.
    Je leert hoe aardplaten schuiven: langs, tegen of onder elkaar.

    Er ontstaan daardoor krachten van binnenuit de aarde, zoals vulkanen en aardbevingen.

  • Aardbevingen
    Je leert welke beweging aardplaten maken, waardoor aardbevingen ontstaan.
    Je leert hoe de kracht van aardbevingen gemeten wordt en waar aardbevingen voorkomen.
  • Vulkanen
    Je leert bij welke beweging van aardplaten vulkanen ontstaan.
    Je leert waar vulkanen voorkomen en wat magma en lava zijn.

Introductie - opdracht

Op aarde zijn krachten die gebieden kunnen verwoesten.
Soms ontstaan die krachten aan het oppervlak.

Maar soms ontstaan ze diep binnenin de aarde.
Denk aan aardbevingen en vulkanen.

Ga nu op internet zoeken naar een plaatje van:

  • een vulkaan.

  • een aardbeving.

Zo doe je dat:

  • Typ bij Google: vulkaan of aardbeving.

  • Klik op: Afbeeldingen.

Plak elke afbeelding in een apart (Google-)document.
Schrijf bij elke afbeelding vijf woorden die erbij passen.

Bewaar alles voor de Eindopdracht aan het einde van dit thema.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van het thema kan ik:

  Opdracht
  • uitleggen dat de aardkorst bestaat uit bewegende platen; waaronder continentale en oceanische platen.
  • benoemen welke krachten van binnenuit (zoals warmte in de aarde) ervoor zorgen dat de platen bewegen.
  • beschrijven hoe de platen bewegen: met de begrippen divergentie (uit elkaar), convergentie (naar elkaar toe) en transforme beweging(langs elkaar).
  • aangeven bij welke plaatbeweging oceanen, gebergte en vulkanen kunnen ontstaan.
Plaattektoniek
  • omschrijven hoe een aardbeving ontstaat.
  • de begrippen epicentrum, hypocentrum en de schaal van Richter omschrijven.
  • aangeven bij welke plaatbewegingen aardbevingen kunnen ontstaan en waar op aarde aardbevingen voorkomen.
Aardbevingen
  • beschrijven bij welke plaatbewegingen vulkanen ontstaan.
  • aangeven waar op aarde vulkanen voorkomen.
  • omschrijven wat een vulkaan is. Ik gebruik de begrippen: krater, magma en lava.

Vulkanen

 

Wat ga ik doen?

De module Verwoestende kracht bestaat uit de volgende onderdelen:

Onderdeel Tijd in lesuren Eindproduct
Inleiding 0,5 Afbeeldingen
Opdracht: Plaattektoniek 2 Toets Plaattektoniek of Domino
Opdracht: Aardbevingen 2 à 3 Toets Aardbevingen of Seismogram
Opdracht: Vulkanen 2 Toets Vulkanen of Presentatie
Afsluiting 1 Artikel
Totaal 8  


De tijd is een indicatie en afhankelijk van de keuze van het eindproduct.

Opdrachten

Plaattektoniek

Plaattektoniek

Intro

In deze opdracht kijk je naar de opbouw van de aarde.

Aardplaten schuiven langs, tegen of onder elkaar.
Aardbevingen, vulkanen en gebergtes ontstaan door krachten in de aarde.

Combineer in de oefening de juiste omschrijving en de afbeelding.

Wat kan ik straks?

Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • uitleggen dat de aardkorst bestaat uit bewegende platen; waaronder continentale en oceanische platen.
  • benoemen welke krachten van binnenuit (zoals warmte in de aarde) ervoor zorgen dat de platen bewegen.
  • beschrijven hoe de platen bewegen: met de begrippen divergentie (uit elkaar), convergentie (naar elkaar toe) en transforme beweging(langs elkaar).
  • aangeven bij welke plaatbeweging oceanen, gebergte en vulkanen kunnen ontstaan.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt het bewegen van de aardplaten beschrijven met de begrippen divergentie, convergentie en transforme beweging.

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1

Je leert in de Kennisbank hoe de aarde is opgebouwd en wat bewegende platen zijn.
Je bekijkt een filmpje over de opbouw van de aarde.

Je maakt er een oefening over.

Stap 2

Je bekijkt een filmpje over hoe bewegende platen door de eeuwen heen veranderingen hebben aangebracht.

Je beantwoordt er vragen over.

Stap 3

Je bekijkt twee afbeeldingen van aardplaten en hun bewegingen.

Je beantwoordt er vragen over.

Stap 4

Je leert in de Kennisbank wat divergerende platen zijn.

Je beantwoordt vragen over twee aardplaten en hun bewegingen.

Stap 5

Je leert in de Kennisbank wat convergerende of botsende platen zijn.

In de oefening zoek je uit waar op aarde botsende platen voorkomen.

Stap 6

Je leert wat transforme beweging van platen inhoudt.

Je maakt er een oefening over.

Afronding
Onderdeel Activiteit
Begrippen De begrippenlijst bevat begrippen over Plaattektoniek. Je kunt deze begrippen ook gebruiken bij Eindopdracht B.
Eindopdracht A Kies je voor eindopdracht A: kijk een filmpje over plaattektoniek en maak een toets.
Eindopdracht B en Kies je voor eindopdracht B: maak een dominospel met de begrippen.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 lesuren nodig.

Benodigdheden
Afhankelijk van welke eindopdracht je kiest.

Aan de slag

Stap 1: De opbouw van de aarde

Opbouw van de aarde

De opbouw van de aarde

De aarde is van binnen naar buiten opgebouwd uit vier lagen: de binnenkern, buitenkern, mantel en aardkorst.

In het midden zit de binnenkern. Die is superheet – wel 5000 °C – en bestaat uit ijzer. Door de enorme druk is het ijzer hier keihard. Daaromheen ligt de buitenkern, waar het ijzer vloeibaar is.

De laag boven de kern heet de mantel. Die bestaat uit heet, stroperig gesteente dat magma wordt genoemd. Helemaal aan de buitenkant zit de aardkorst. Dat is een harde, dunne laag van ongeveer 40 kilometer dik. Op die aardkorst leven wij.

Twee soorten platen

De aardkorst is niet één geheel, maar bestaat uit grote stukken: aardplaten. Er zijn twee soorten:

  • Continentale platen: die liggen onder het land.
  • Oceanische platen: die liggen onder de oceaan.

Deze platen bewegen langzaam, en dat doen ze al miljoenen jaren. Het bewegen van aardplaten noem je plaattektoniek.

Krachten in en op de aarde

De hitte binnenin de aarde zorgt voor beweging. In de mantel ontstaan convectiestromen: warme magma stijgt op, koelt af en zakt weer naar beneden. Deze stromingen duwen de aardplaten, waardoor ze gaan schuiven.

Soms bewegen platen uit elkaar (divergentie), soms botsen ze (convergentie) en soms schuiven ze langs elkaar (transforme beweging).

Niet alleen van binnenuit werkt de natuur op de aardkorst in. We onderscheiden twee soorten krachten:

  • Endogene krachten komen van binnenuit, zoals vulkanisme en aardbevingen.
  • Exogene krachten komen van buitenaf, zoals wind, regen, ijs en plantenwortels.

Samen zorgen deze krachten ervoor dat het uiterlijk van de aarde steeds verandert.

Lees nu uit de Kennisbank de pagina's: Plaattektoniek, Aardkorst en Bewegende platen.

Bekijk de volgende interactieve schoolplaat van SchoolTV over de opbouw van de aarde.
Ontdek de opbouw van de aarde.

Daarna maak je een oefening.

Stap 2: Bewegende platen

De aardkorst is ongeveer 40 km dik en bestaat uit bewegende platen.

De aarde zag er lang geleden heel anders uit dan nu.
Bekijk eerst het filmpje bij de oefening, beantwoord dan de vragen.

Stap 3: Bewegende platen

De aardkorst bestaat uit continentale platen en oceanische platen.

Continentale platen liggen onder land (= continent).
Oceanische platen liggen onder een oceaan.

Veel platen liggen gedeeltelijk onder land en gedeeltelijk onder een oceaan.

Bekijk de twee afbeeldingen. 

1 = Pacifische plaat
2 = Noord-Amerikaanse plaat
3 = Caribische plaat
4 = Nazca plaat
5 = Zuid-Amerikaanse plaat
6 =  Euraziatische plaat
7 = Afrikaanse plaat
8 = Antarctische plaat
9 = Arabische plaat
10 = Australische plaat
11 = Filipijnse zee plaat
Pijlen geven aan in welke richting de platen bewegen.

 

​Beantwoord met behulp van de afbeeldingen de volgende vragen.

Stap 4: Divergerende platen

Atlantische Oceaan

Platen die uit elkaar bewegen noem je divergerende platen.

De Zuid-Amerikaanse plaat en de Afrikaanse plaat bewegen uit elkaar. Dit zijn dus divergerende platen.

In het midden van de Atlantische Oceaan raken deze platen elkaar. Doordat ze uit elkaar schuiven, ontstaat er ruimte tussen de platen.

Die ruimte wordt gevuld met magma uit de aarde. Als het magma boven komt en afkoelt, wordt het hard gesteente. Zo ontstaat er een soort bergrug op de zeebodem.

Soms komt zo’n rug boven water uit, zoals bij het eiland IJsland. Daar zijn nog steeds actieve vulkanen.

Als een vulkaan uitbarst, komt het hete magma naar buiten. Boven de grond noem je dat geen magma meer, maar lava.

 

Lees in de Kennisbank: Divergentie.

Divergentie

 

Bekijk de afbeeldingen en lees de informatie over divergerende platen.

Opstijgend magma maakt de aardkorst warm

Doordat het magma omhoog komt en de aardkorst opwarmt, wordt de aardkorst omhooggeduwd.
Maar de aardkorst is hard en niet buigzaam, dus hij scheurt open.

Zo ontstaan er twee losse platen. Die bewegen uit elkaar.

Het magma dat uit de scheur komt, duwt de platen opzij. Daarom noemen we dit divergentie.

Tussen de platen is een laagte ontstaan. In zo’n laagte komt altijd water te staan.
Dat kan regenwater zijn, maar ook zeewater of oceaanwater.

Uiteindelijk ontstaat er een oceaan.
De aardkorst is nu echt gescheurd en magma komt naar boven.

Als het magma aan de oppervlakte komt, noemen we het lava.
De lava stolt en vormt een onderwatergebergte: de Mid-Oceanische Rug.

 

Bekijk nog een keer de afbeeldingen van de bewegende aardplaten.
Maak daarna de oefening.

Pijlen geven aan in welke richting de platen bewegen.
1 = Pacifische plaat
2 = Noord-Amerikaanse plaat
3 = Caribische plaat
4 = Nazca plaat
5 = Zuid-Amerikaanse plaat
6 =  Euraziatische plaat
7 = Afrikaanse plaat
8 = Antarctische plaat
9 = Arabische plaat
10 = Australische plaat
11 = Filipijnse zee plaat
 

Stap 5: Convergerende platen

De Alpen

Wanneer twee platen tegen elkaar duwen, noem je dat convergentie. Dit kan op drie manieren gebeuren:


1. Continentale plaat botst met oceanische plaat

Een oceanische plaat is zwaarder dan een continentale plaat.
Daarom schuift de oceanische plaat onder de continentale plaat.
Dit noem je subductie.

In zo’n subductiezone ontstaat een diepe kloof in de zeebodem: een trog.
Langs de rand van de continentale plaat ontstaat vaak een vulkanische bergketen.

 

2. Twee continentale platen botsen

Als twee continentale platen botsen, kan geen van beide onder de ander duiken.
De aardkorst plooit en wordt omhooggeduwd. Zo ontstaan bergen.
Een voorbeeld hiervan is het gebergte de Alpen.

 

3. Twee oceanische platen botsen

Bij een botsing van twee oceanische platen schuift één plaat onder de andere (weer subductie).
Hierdoor ontstaat een onderzees gebergte.
De hoogste toppen kunnen boven het water uitsteken: dat worden eilanden met vulkanen.
Deze liggen vaak in een boog in de oceaan, zoals de eilandenboog van Japan.

 

Lees nu de in de Kennisbank over Botsende platen 1 en Botsende platen 2. Bekijk ook het filmpje in de Kennisbank over plooiingsgebergte.

Gebruik in de oefening opnieuw de afbeeldingen met bewegende aardplaten.

Stap 6: Transforme beweging

San Andreasbreuk, Californië, USA

Als twee platen langs elkaar heen bewegen, spreek je van transforme platen.

Het langs elkaar bewegen van twee stukken aardkorst gaat in schokken. Hierdoor ontstaan aardbevingen. De aardkorst scheurt en er ontstaan breuken.


Lees uit de Kennisbank de pagina over Transforme beweging.

Beantwoord de vragen over transforme platen.

Afronding

Begrippen

Convectiestromen

Beweging van magma doordat het binnenin de aarde warmer is dan aan de buitenkant.

Divergentie
Platen bewegen uit elkaar.

Convergentie
Platen bewegen naar elkaar toe.

Transforme beweging
Twee platen schuiven langs elkaar.
Aardkorst
De buitenste, harde laag van de aarde. Die bestaat uit continentale platen (onder land) en oceanische platen (onder de zee).
Continent
Grote landmassa omringd door zee.
Plaattektoniek
Het bewegen van aardplaten: tegen elkaar, van elkaar af of langs elkaar.
Gebergtevorming
Het ontstaan van bergen doordat platen tegen elkaar duwen.
Plooiing
Platen drukken tegen elkaar en het gesteente vouwt omhoog: zo ontstaan bergen.
Reliëf
Hoogteverschillen in het landschap, zoals heuvels en bergen.
Vulkanisme
Magma komt uit de aarde naar boven en vormt een vulkaan.
Vulkaan
Een berg die ontstaat door uitbarstingen van magma.
Magma
Gloeiendheet gesmolten gesteente onder de grond.
Trog
Een diepe kloof in de zeebodem, waar een oceanische plaat onder een andere plaat schuift.
Subductie
Een zware oceanische plaat schuift onder een lichtere plaat.
Vulkaanuitbarsting
Als een vulkaan lava en as uitspuwt.

Eindopdracht A: Toets

In het volgende filmpje van Schooltv wordt alles over plaattektoniek op een rijtje gezet.


Je kunt hierna de afsluitende toets Plaattektoniek maken..
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het juiste antwoord te zien.

Eindopdracht B: Domino

Maak een dominospel met plaatjes en begrippen die gaan over plaattektoniek.

Doe het zo:

  • Kies 12 begrippen uit deze opdracht. Kijk hiervoor op de begrippenlijst.
  • Zoek bij deze begrippen plaatjes.
  • Alle plaatjes moeten hetzelfde formaat hebben. Je kunt ook het Format Dominospel gebruiken, wat je hier kunt downloaden en printen.
  • Kopieer of print de plaatjes en knip ze uit.
  • Typ de begrippen in een Word-document.
  • Print de woorden en knip ze uit.
  • Maak van karton 12 dominostenen, allen van hetzelfde formaat.
  • Plak aan de ene kant een plaatje en aan de andere kant een begrip dat niet bij het plaatje hoort.
  • Klaar? Ruil je spel met dat van een klasgenoot. 
  • Leg de domino van je klasgenoot.
    Het begrip moet tegen het plaatje gelegd worden waar het bijhoort.
  • Controleer samen of jullie het dominospel juist gemaakt en gespeeld hebben.

 

Kijk voor tips in de gereedschapskist.


Klaar?
Leg je dominospel uit of tafel en laat je docent ernaar kijken.

Dominospel maken

Je kunt van (een deel van) de lesstof een dominospel maken. Daarbij verwerk je de informatie tot vragen en antwoorden en die schrijf je op de dominostenen.

 

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • uitleggen dat de aardkorst bestaat uit bewegende platen; waaronder continentale en oceanische platen.
  • benoemen welke krachten van binnenuit (zoals warmte in de aarde) ervoor zorgen dat de platen bewegen.
  • beschrijven hoe de platen bewegen: met de begrippen divergentie (uit elkaar), convergentie (naar elkaar toe) en transforme beweging(langs elkaar).
  • aangeven bij welke plaatbeweging oceanen, gebergte en vulkanen kunnen ontstaan.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Had je voldoende tijd om de opdrachten te maken?
  • Eindopdracht A: Toets Plaattektoniek
  • Hoe ging het beantwoorden van de vragen? Welke vraag vond je moeilijk? Welke vraag vond je makkelijk?

  • Eindopdracht B: Domino
    Wat vond je van de eindopdracht?
    Hebben je klasgenoot en jij een mooi dominospel kunnen maken?
    Verliep de samenwerking met je klasgenoot goed?

Aardbevingen

Aardbevingen

Intro

Aardbevingen en tsunami’s – Wat gebeurt er onder onze voeten?

De aarde lijkt stevig en stil. Maar diep onder onze voeten beweegt ze. De buitenste laag van de aarde, de aardkorst, is niet één geheel, maar bestaat uit grote platen die langzaam schuiven. Soms botsen ze. Soms schuren ze langs elkaar. En soms breekt er iets.

Dan begint de aarde te trillen. Dat noemen we een aardbeving. Als de beving onder de zee gebeurt, kan er een enorme vloedgolf ontstaan: een tsunami. Die kan grote schade aanrichten aan de kust.

In sommige landen komen aardbevingen vaak voor, zoals in Indonesië. Het ligt op een plek waar verschillende aardplaten elkaar raken. Daarom gebeuren daar regelmatig aardbevingen en soms ook tsunami’s.

 

Een nacht vol trillingen – Indonesië, augustus 2023

Op 29 augustus 2023 is het nacht in Indonesië. Alles is rustig. Maar diep onder de zee beweegt de aarde. Opeens begint de grond te schudden. Het is een krachtige aardbeving, met een kracht van 7,1 op de schaal van Richter.

Mensen voelen de schokken tot ver weg – zelfs op de eilanden Java en Bali. Sommigen schrikken wakker en rennen naar buiten. Ze vragen zich af: “Komt er een tsunami?”

De Indonesische overheid stelt iedereen gelukkig snel gerust: er komt geen tsunami. De beving zat diep in de aarde, en dan is de kans op een vloedgolf klein.

Toch laat deze gebeurtenis goed zien hoe indrukwekkend en spannend de natuur kan zijn.

Bekijk het filmpje:

Wat kan ik straks?

Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • omschrijven hoe een aardbeving ontstaat.
  • de begrippen epicentrum, hypocentrum en de schaal van Richter omschrijven.
  • aangeven bij welke plaatbewegingen aardbevingen kunnen ontstaan en waar op aarde aardbevingen voorkomen.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt aangeven bij welke plaatbewegingen aardbevingen kunnen ontstaan en waar aardbevingen voorkomen.

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1

Je leert hoe aardbevingen kunnen ontstaan.

Bekijk een filmpje hierover. Beantwoord dan de vragen.

Daarna zoek je in je atlas of via internet vijf aardbevingsgebieden op.

Stap 2

Je leert hoe aardbevingen worden geregistreerd.

Ook leer je hoe de gevolgen van een zeebeving kunnen zijn.

Je beantwoordt vragen daarover.

Stap 3

Zoek over een plaats waar veel aardbevingen voorkomen informatie op.

 

Afronding
Onderdeel Activiteit
Begrippen Je vindt hier begrippen terug over aardbevingen.
Eindopdracht A Kies je voor eindopdracht A: maak een toets over aardbevingen.
Eindopdracht B Kies je voor eindopdracht B: bekijk de uitdraai van een seismogram. Zet de gebeurtenissen rondom een aardbeving in de juiste volgorde.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Aardbeving

Een aardbreuk

De aardkorst is geen harde schil uit één stuk, maar bestaat uit grote stukken: aardplaten. Die platen schuiven langzaam langs of tegen elkaar aan.

Soms bewegen twee platen langs elkaar, maar dat gaat niet soepel. Ze blijven even hangen en dan schieten ze ineens los. Dat zorgt voor een flinke schok: een aardbeving.

De trillingen van een aardbeving verspreiden zich als kringen in het water. Het punt waar de beving het sterkst is, noemen we het epicentrum. Daar is vaak de meeste schade.

Recht onder het epicentrum ligt het hypocentrum. Dat is de plek diep in de aarde waar de aardbeving echt begint.

 

Lees in de Kennisbank de pagina's over aardbevingen.
Bekijk ook het filmpje in de Kennisbank over het ontstaan van een aardbeving.

Bekijk op de site van Schooltv het filmpje over het ontstaan van aardbevingen.
De vragen in de oefening gaan hierover.

Kijk naar de randen van de aardplaten op een wereldkaart. Daar waar platen tegen elkaar botsen of langs elkaar schuiven, zijn vaak aardbevingen! Je kunt ook aardbevingskaarten vinden op internet.

Pak je atlas of gebruik internet.
Zoek vijf plaatsen verspreid over de aarde waar regelmatig aardbevingen plaatsvinden.
Schrijf deze plaatsen op.

In Stap 3 heb je deze nodig!

Stap 2: Zeebeving en tsunami

Een aardbeving kan op land ontstaan, maar ook in de zee.
Dan wordt het een zeebeving genoemd.

Als een zeebeving in een korte tijd een grote hoeveelheid water verplaatst, kan er een tsunami ontstaan.

Lees in de Kennisbank over zeebeving en tsunami.

Stap 3: Krachten van de natuur

Bekijk de kaart op deze webpagina:
https://wikikids.nl/Aardbeving

Je hebt eerder vijf aardbevingsgebieden opgezocht.
Pak die erbij.

  1. Kies een plaats daarvan uit waar veel aardbevingen voorkomen.
    Kies een aardbeving uit de 21ste eeuw.

  2. Zoek een website die meer informatie geeft over deze aardbeving.

  3. Welke aardplaten veroorzaakten deze aardbeving?

  4. Zijn er in dit gebied vaker aardbevingen voorgekomen?
    Noem eventueel de jaartallen.

  5. Zoek een nieuwsbericht of journaalverslag over deze aardbeving.
    Beschrijf één gevolg van deze aardbeving voor de mensen en de natuur in dit gebied.

 

Afronding

Begrippen

Aardbeving
Het schokken van de aarde doordat aardplaten ten opzichte van elkaar bewegen.
Epicentrum
Een aardbeving verspreidt zich in een cirkelvorm. Het midden van die cirkel is het epicentrum.
Hypocentrum
De plaats onder de aardkorst waar de aardbeving ontstaat.
Schaal van Richter
De hevigheid van een aardbeving wordt gemeten op de schaal van Richter.
Zeebeving
Een aardbeving waarvan het epicentrum in de zee ligt.
Tsunami
Een grote vloedgolf die wordt veroorzaakt door een zeebeving.

Eindopdracht A: Toets

In deze stap maak je de toets Aardbevingen.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen, waarbij je het juiste antwoord moet kiezen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijg van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.

Eindopdracht B: Seismograaf

Je gaat een opdracht maken over de uitdraai van een seismograaf.
Deze uitdraai geeft een beeld van de situatie vóór, tijdens en na een aardbeving.

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • omschrijven hoe een aardbeving ontstaat.
  • de begrippen epicentrum, hypocentrum en de schaal van Richter omschrijven.
  • aangeven bij welke plaatbewegingen aardbevingen kunnen ontstaan en waar op aarde aardbevingen voorkomen.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Had je voldoende tijd om alle opdrachten te voltooien?
  • Eindopdracht A Toets
    Waarom koos je voor de toets? Wat vond je een vraag waar je veel van geleerd hebt?
  • Eindopdracht B Seismograaf lezen
    Wat vond je van de eindopdracht?
    Had je de volgorde van de gebeurtenissen, zoals die op de seismograaf stonden, goed aangegeven?

Vulkanen

Vulkanen

Intro

Het woord vulkaan komt van Vulcano.
Vulcano is de naam van een Italiaans eilandje ten noorden van Sicilië.

Dit eilandje is al duizenden jaren vulkanisch actief.
Er is nog steeds sprake van vulkanisme op het eiland.

In deze opdracht staan vulkanen centraal.

Waar ontstaan vulkanen eigenlijk?
Kijk voor het antwoord naar onderstaande animatie.

Wat kan ik straks?

Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • beschrijven bij welke plaatbewegingen vulkanen ontstaan.
  • aangeven waar op aarde vulkanen voorkomen.
  • omschrijven wat een vulkaan is. Ik gebruik de begrippen: krater, magma en lava.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt omschrijven wat een vulkaan is en bij welke plaatbewegingen vulkanen ontstaan.

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1 Lees hoe het eiland aan de naam Volcano komt. Zoek met Google Earth de Isola Volcano op.
Stap 2

Lees de Kennisbank over vulkanen.

Bekijk filmpjes over het ontstaan en uitbarsten van vulkanen.

Beantwoord vragen over de werking van vulkanen.

Stap 3

Bekijkt een website over vulkanen. 

Maak de vragen: de vragen gaan over de informatie op de website.

Afronding
Onderdeel Activiteit
Begrippen De begrippenlijst toont begrippen over vulkanen.
Eindopdracht A Kies je voor eindopdracht A: dan maak je een toets over vulkanen.
Eindopdracht B

Kies je voor eindopdracht B: dan maak je een presentatie over vulkanen met een groepje van 3 tot 4 klasgenoten. Zoek samen eerst informatie en bereidt de presentatie voor.

Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Isola Volcano

Vulcanus

De Romeinen dachten dat de god Vulcanus verantwoordelijk was voor de vulkanen bij Sicilië.

Ze noemden hun vuurgod Vulcanus naar het eiland bij Sicilië.

Dat eiland heet Vulcano en bestaat helemaal uit vulkanen.

In de volgende opdracht ga je met Google Earth op zoek naar Isola Vulcano.

Stap 2: Werking vulkanen

Wat is een vulkaan?

Een vulkaan is een opening in de aarde, een krater, waar gesmolten gesteente (magma), gas en stukken steen naar buiten komen.
Een uitbarsting of eruptie is het moment dat dit materiaal uit de vulkaan komt.
Als het magma aan de oppervlakte komt, koelt het af en wordt het lava genoemd.

Waar vind je vulkanen?

Vulkanen komen vooral voor waar tektonische platen aan elkaar grenzen.
Soms vind je vulkanen ook midden op een plaat, op plekken waar de aardkorst heel dun is. Zo’n plek heet een hotspot.

Heet water en geisers bij vulkanen

In de buurt van vulkanen kun je soms warme waterbronnen vinden, zoals geisers.
Dit komt omdat de aardkorst bij vulkanen dunner is en warmte van onder de grond het water verwarmt.

Vulkanen tussen twee oceanische platen

In het midden van de Atlantische Oceaan bewegen twee oceanische platen langzaam uit elkaar.
Door de ruimte tussen de platen komt magma omhoog. Als het afkoelt, vormt het een bergrug op de grens tussen de platen.

Vulkanen bij botsing van oceanische en continentale platen

Als een zware oceanische plaat tegen een lichtere continentale plaat botst, schuift de oceanische plaat eronder.
De oceanische plaat neemt water en stenen mee naar beneden. Die smelten door de hitte en worden magma.
Dat magma stijgt op, breekt door de aardkorst en vormt een vulkaan. Soms ontstaan er zo meerdere vulkanen achter elkaar, die samen een eiland kunnen vormen.

Lees nu in de Kennisbank de twee pagina's over Vulkanen.
Bekijk ook het filmpje, waarom een vulkaan tot uitbarsting komt.

Bekijk de twee videoclips van SchoolTV over vulkanen.
Geef na het bekijken van de video's antwoord op de vragen.

Video: Op de grens van twee aardplaten


Video: Wat is een vulkaan?

Stap 3: Informatie over vulkanen

Vulkanen komen vooral voor op plekken waar de grote stukken aardkorst, de aardplaten, tegen elkaar botsen of uit elkaar bewegen. Soms staan ze ook op plaatsen waar de aardkorst erg dun is.

Dus:

  • Langs de randen van aardplaten.
  • Op plekken waar aardplaten uit elkaar gaan.
  • Op plekken waar aardplaten tegen elkaar botsen.
  • Op ‘hotspots’, plekken waar de aardkorst dun is.

 

De Ring of Fire is een grote rij vulkanen die rondom de Grote Oceaan ligt.

Daar botsen veel aardplaten tegen elkaar, waardoor er veel vulkanen en aardbevingen zijn.

Je kunt het zien als een ‘ring’ van vulkanen en breuklijnen rond de oceaan.

Het is één van de meest actieve vulkaangebieden op aarde.

 

Een vulkaan barst op verschillende manieren uit:

  • Soms spuit hij langzaam lava uit die rustig naar beneden stroomt.
  • Soms komt er veel druk van gas en barst de vulkaan ineens heel hard.
  • Soms duwt magma tegen de aardkorst totdat die breekt en het magma naar buiten komt.
  • Soms zorgt de grote druk onder de grond ervoor dat de vulkaan explodeert met lava, gas en stenen.

Beantwoord nu de vragen.

Afronding

Begrippen

Krater
Het binnenste van een vulkaan, daar waar de lava omhoog komt en boven het aardoppervlak uitstroomt.
Gesteente
Materiaal waaruit de aardkorst bestaat.
Lava
Gloeiend heet gesmolten gesteente dat boven het aardoppervlak is gekomen. Onder de aardkorst noemen we dit magma en erboven lava.
Hotspot
Een zeer hete plek in de aardmantel waar het magma door de mantel heen kan dringen en aan de aardoppervlakte komt.
Geisers
Door aardwarmte verwarmde heetwaterbronnen, die zijn ontstaan door vulkanisme.

Eindopdracht A: Toets

In deze stap maak je de toets Vulkanen.
De toets bestaat uit gesloten vragen. Kies het juiste antwoord.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.

Eindopdracht B: Presentatie maken

Maak een (powerpoint)presentatie met een groepje van drie of vier leerlingen.

  1. Bekijk de volgende webpagina: Hoe ontstaan vulkanen?
  2. Kies in overleg met je docent één manier waarop een vulkaan kan ontstaan: eilandboog, hotspot, riftvulkaan, subductiezone en continentale riftzone.
  3. Lees de informatie goed.
  4. Zoek op internet een voorbeeld van jullie soort vulkaan.
  5. Over die vulkaan maken jullie een presentatie.
    Behandel de volgende onderwerpen:
    – Waar ligt die vulkaan?
    – Welk type vulkaan is het?
    – Ligt de vulkaan op een plaatrand? Zo ja, welke dan?
    – Welke plaatbeweging vindt daar plaats?
    – Wonen er mensen op of dicht bij die vulkaan?
    – Wanneer is de vulkaan voor het laatst uitgebarsten?
    – Welke gevolgen had dat?
  6. Houd een korte presentatie in de klas.

Laat je eindproduct beoordelen door je docent.  
Kijk eens in de gereedschapskist voor inspiratie.
Een ander soort presentatie proberen? Ga voor de Pecha Kucha!

Pecha Kucha maken

Een Pecha Kucha is een presentatie die bestaat uit 20 slides. Voor iedere slide heb je 20 seconden de tijd om te presenteren, dus je verhaal duurt in totaal 6 minuten en 40 seconden.

Presentatie maken

Jezelf op een goede manier presenteren is een belangrijke vaardigheid in deze maatschappij. Je laat zien waar je mee bezig bent geweest, waar je je in hebt verdiept en welke kennis je hebt opgedaan. Powerpoint of Prezi zijn programma's die jou kunnen helpen om informatie te presenteren.

 

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • beschrijven bij welke plaatbewegingen vulkanen ontstaan.
  • aangeven waar op aarde vulkanen voorkomen.
  • omschrijven wat een vulkaan is. Ik gebruik de begrippen: krater, magma en lava.

Tijd

Had je voldoende tijd om de opdrachten te maken?

Hoe ging het?

  • Eindopdracht A: Toets Vulkanen

Hoe ging het maken van de toets? Welke vraag wist je meteen?

  • Eindopdracht B: Presentatie
    Verliep de samenwerking met je klasgenoten goed bij het maken van een presentatie?
    Hadden jullie voldoende informatie verzameld?

Afsluiting

Kennisbanken

Het thema 'Verwoestende krachten' bestaat uit de volgende Kennisbankitems:

Eindopdracht

Aan het begin van de opdracht heb je twee A4'tjes met afbeeldingen gemaakt.
Pak deze er nog even bij.
Ben je tevreden over de afbeeldingen en omschrijving die je toen hebt gekozen?

Je gaat nu een artikel schrijven.
Je kunt kiezen uit een artikel over een vulkaan of over een aardbeving.

Gebruik de afbeelding en omschrijving uit de Introductie-opdracht.
Of zoek via Google een nieuwe vulkaan of aardbeving.

In het artikel verwerk je een aantal begrippen, die je in deze opdracht hebt geleerd.

Voor tips kijk in de gereedschapskist.

Schade na aardbeving

Artikel over aardbeving
Verwerk in je artikel:

  • Wat was de kracht van de aardbeving op de schaal van Richter?
  • Waar vond de aardbeving plaats?
  • Welke platen waren de oorzaak van de beving?
  • Waar waren het epicentrum en het hypocentrum?
  • Waren de gevolgen groot voor de omgeving?
  • Gebruik de termen: schaal van Richter, epicentrum en hypocentrum.

 

Krater vulkaan Hawaii

Artikel over vulkaan
Verwerk in je artikel:

  • Waar ligt de vulkaan?
  • Wat type vulkaan is het?
  • Ligt de vulkaan op een plaatrand? Zo ja, welke?
  • Is de vulkaan nog actief?
  • Wonen er mensen in het gebied van de vulkaan?
  • Gebruik de termen: lava, magma, krater.

 

Klaar?
Heb je alle informatie verwerkt? Heb je afbeeldingen toegevoegd?
Ziet je artikel er verzorgd uit?
Kijk nog even naar de beoordelingscriteria in de gereedschapskist.

Lever het artikel in bij je docent die het zal beoordelen.

Artikel schrijven

Een artikel is een goede manier om informatie te presenteren of een gebeurtenis te beschrijven.

 

D-toets

Test je kennis. Maak de diagnostische toets.

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

 

Opdracht
  • uitleggen dat de aardkorst bestaat uit bewegende platen; waaronder continentale en oceanische platen.
  • benoemen welke krachten van binnenuit (zoals warmte in de aarde) ervoor zorgen dat de platen bewegen.
  • beschrijven hoe de platen bewegen: met de begrippen divergentie (uit elkaar), convergentie (naar elkaar toe) en transforme beweging(langs elkaar).
  • aangeven bij welke plaatbeweging oceanen, gebergte en vulkanen kunnen ontstaan.
Plaattektoniek
  • omschrijven hoe een aardbeving ontstaat.
  • de begrippen epicentrum, hypocentrum en de schaal van Richter omschrijven.
  • aangeven bij welke plaatbewegingen aardbevingen kunnen ontstaan en waar op aarde aardbevingen voorkomen.
Aardbevingen
  • beschrijven bij welke plaatbewegingen vulkanen ontstaan.
  • aangeven waar op aarde vulkanen voorkomen.
  • omschrijven wat een vulkaan is. Ik gebruik de begrippen: krater, magma en lava.

Vulkanen


Hoe ging het?

  • Inhoud
    In dit thema kwamen aardbevingen en vulkanen uitgebreid aan de orde.
    Kun je aangeven hoe aardbevingen ontstaan? Welke platen botsen dan tegen elkaar?
  • Eindopdracht
    Is het je gelukt of een goed artikel te schrijven over of een aardbeving of een vulkaan?
    Heb je voldoende informatie kunnen vinden? Lukte het je binnen de tijd?
  • Het arrangement Thema: Verwoestende krachten - vmbo12 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2025-11-07 09:11:06
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Het thema 'Verwoestende krachten' is ontwikkeld door auteurs en medewerkers van StudioVO.

    Fair Use
    In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use.
    Meer informatie: Fair use

    Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de
    helpdesk van VO-content.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VMBO leerjaar 1 en 2. In het thema "Verwoestende krachten" worden drie verschillende onderwerpen besproken waarin wordt beschreven hoe tektonische platen bewegen en hoe hierdoor aardbevingen, gebergtes en vulkanen ontstaan. In het eerste onderwerp, genaamd "Plaattektoniek", wordt de opbouw van de aarde getoond, waarbij wordt benadrukt dat de tektonische platen de buitenste laag van de aarde vormen. Vervolgens wordt uitgelegd dat deze platen kunnen bewegen en dat er continentale en oceanische platen bestaan. Ten slotte worden de drie verschillende soorten plaatgrenzen besproken: divergente grenzen, waarbij vulkanisme en ruggen ontstaan; convergente grenzen, waarbij plooingsgebergtes of subductiezones met vulkanisme, aardbevingen en troggen ontstaan; en tot slot transversale/transforme grenzen, waarbij aardbevingen ontstaan. In het onderwerp "Aardbevingen" wordt uitgelegd hoe aardbevingen ontstaan, wat het hypocentrum en epicentrum zijn, en wat er gemeten wordt op de schaal van Richter. Er wordt ook uitgelegd wat een zeebeving is en hoe dit kan leiden tot een tsunami. Het laatste onderwerp, "Vulkanen", legt uit hoe vulkanen ontstaan en hoe ze werken, waarbij begrippen zoals krater, gesteente, lava, hotspot en geisers aan bod komen.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 1; VMBO gemengde leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 2;
    Leerinhoud en doelen
    Systeem aarde; Aardrijkskunde; Werking van exogene processen; Exogene processen;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    8 uur 0 minuten
    Trefwoorden
    aardbevingen, aardrijkskunde, arrangeerbaar, gebergte, plaattektoniek, stercollecties, subductie, verwoestende krachten, vmbo leerjaar 1 & 2, vulkanen

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Aardrijkskunde. (2025).

    Opdracht: Aardbevingen - vmbo12

    https://maken.wikiwijs.nl/130089/Opdracht__Aardbevingen___vmbo12

    VO-content Aardrijkskunde. (2025).

    Opdracht: Plaattektoniek - vmbo12

    https://maken.wikiwijs.nl/130088/Opdracht__Plaattektoniek___vmbo12

    VO-content Aardrijkskunde. (2025).

    Opdracht: Vulkanen - vmbo12

    https://maken.wikiwijs.nl/130090/Opdracht__Vulkanen___vmbo12

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Verwoestende Krachten D-toets

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.