Het principe van verzekeren is dat een heleboel mensen geld betalen aan een instantie. Dit noemen we premie. Dit geld gaat in een grote pot. Als iemand uit die groep mensen dan schade heeft, krijgt hij wat geld uit die pot om de schade te betalen. Hier spreken we van een uitkering. Dan ben je dus verzekerd voor schade, omdat je geld krijgt als je schade hebt. Dit komt niet alleen voor bij schade maar ook het dekken van bepaalde kosten zoals de tandarts, huisarts enz.
Als een grote groep mensen hetzelfde risico hebben als jij, dan kun je de kosten over die hele grote groep spreiden, want de kans is klein dat de risico jou schade geeft. Daarmee bespaar je geld. Dit heet risico spreiding. Er zijn ook mensen die proberen om gevaar (risico) te vermijden waardoor ze minder kans op schade krijgen en dus een lagere verzekering nemen. Dit begrip noemen we risico aversie.
Welvaartsvast en Waardevast
Welvaartsvast en Waardevast
Bij uitkeringen van verzekeringen heb je 2 verschillende begrippen: Welvaartsvast en waardevast. Welvaartsvast betekent dat de hoogte van je uitkering meestijgt met de lonen. Dus als het beter gaat met de welvaart (economie), stijgen de lonen. Bij een stijging van de lonen gaat de uitkering dus ook omhoog. Een voorbeeld van zo’n uitkering is de AOW uitkering.
De andere factoor heet waardevast. Bij dit begrip stijgt de uitkering met de prijs van de producten en dus ook met de inflatie. Een voorbeeld hiervan is de pensioenen in Nederland.
Henk Krol: een groot voorstander van de welvaartsvaste uitkering
Collectief en particulier
In Nederland zijn sommige verzekeringen verplicht om te hebben. Hierbij spreken we van een collectieve verzekering.
In Nederland zijn verzekeringen verplicht zoals:
Zorgverzekering (verzekerd voor kosten voor zorg. Minstens het basispakket)
Autoverzekering (bij bezit van auto. Minstens WA verzekerd)
Pensioenverzekering (verzekerd voor je pensioen)
Levensverzekering (Verzekerd voor kosten bij overlijden)
Ongevallenverzekering (verzekerd tegen ongevallen/ongelukken)
Opstalverzekering (verzekering aan het huis zelf)
De meeste verzekeringen in Nederland zijn particulier. Hierbij mag je zelf weten of je de verzekering afsluit of niet.
Denk maar aan:
Mobiel verzekering (verzekering voor je mobiel)
Reisverzekering (verzekering voor je spullen tijdens het reizen)
Inboedelverzekering (verzekering voor spullen in huis)
Rechtsbijstandverzekering (Geld voor advocaat)
Aansprakelijkheidsverzekeringen (Verzekerd voor kapot maken van andermans eigendom)
Annuleringsverzekering (verzekerd voor het annuleren van een reis)
De hoogte van de premie wordt vaak bepaald door 2 factoren.
De totale omvang van de schade
Het aantal deelnemers van de verzekering
B. Misstanden bij verzekeringen
Averechtse selectie
Averechtse selectie
Wat is het: een proces waarbij de goede risico’s de verzekering verlaten en de premies omhoog moeten. Als gevolg blijven de slechte risico’s over met een hoge premie. Dit kan alleen bij een vrijwillige verzekering.
Waarom is het een probleem?: Het kan lijden tot dat verzekeren onbetaalbaar wordt zoals in Amerika. In Amerika waren tot voorkort verzekeringen vrijwillig. De mensen die nooit wat hadden (goede risico’s) gingen zich niet verzekeren. Waarbij de mensen die vaak wat hebben (slechte risico’s) achterblijven met een hoge premie. De verzekeraar maakt de premies ook hoger omdat de slechte risico’s vaker een uitkering uitbetaald krijgen.
Dit kan geleiden tot sociaaleconomische ongelijkheid. Degene die vaak ongezond leven bevinden zich vaak in de onderste economische klasse van de maatschappij. Die hebben vaker hogere kosten voor zorg. Door averechtse selectie wordt de sociaal economische ongelijkheid alleen maar groter.
Hoe gaan we dit probleem tegen?
Door op verzekeringen een collectieve dwang (verplichting) te geven net als bij de zorgverzekering in Nederland. Door collective dwang blijven ook de goede risico’s bij de zorgverzekering.
Premiedifferentiatie: verschillende risico groepen een verschillende premie laten betalen. Als bijvoorbeeld voor de goede risico’s de premie lager wordt dan wordt het aantrekkelijker om te blijven bij de verzekering.
No-claimkorting: per jaar dat je geen uitkering krijgt de prijs van de premie omlaag. Dit komt weer neer op premiedifferentiatie.
Eigen risico: Door het instellen van een eigen risico is de verzekeraar minder geld kwijt aan de uitkeringen. Door dat je zelf het eerste deel van je uitkering zelf betaald kunnen de premies omlaag. Doordat de premies laag blijven zullen de goede risico’s bij de verzekering blijven.
Premieteruggave : Als je niet een uitkering hebt geclaimd krijg je aan het einde van het jaar weer een bedrag terug.
Stel: er zijn 10 mensen met een tandarts verzekering (vrijwillig gedeelte van de zorgverzekering) en 5 hebben heel vaak gaatjes en klachten aan hun gebit die 5 zijn een slecht risico. De andere 5 zijn goede risico’s dus hebben nooit klachten aan hun gebit. De 5 goede risico’s maken per jaar €50,- aan tandarts kosten. De 5 slechte risico’s maken per jaar €250,- aan tandarts kosten. De verzekeraar die inventariseert hoeveel het gaat kosten. Het kost bij elkaar €1500,-. De verzekerde moeten dus €150,- per jaar betalen. De goede risico’s vinden dit te hoog en verlaten de verzekering. De slechte risico’s blijven over met de kosten van €1250,- (dus €250,- PP per jaar).
Moreel wangedrag
Moral Hazard/ moreel wangedrag
Wat is het: Verzekerden gaan zich risico vol gedragen ‘omdat ze toch verzekerd zijn’.
Denk aan expres te hard rijden & wintersporten terwijl je dat helemaal niet kan.
Griekenland deed dit ook in de economische crisis in 2008-2012.
Wat is het probleem?: De uitkeringen die de verzekering geeft zullen dus stijgen en de uitkeringen dus ook.
Hoe gaan we dit tegen?:
Premiedifferentiatie: verschillende risico groepen een verschillende premie laten betalen. Als bijvoorbeeld voor de goede risico’s de premie lager dan de slechte risico’s. Als de verzekeraar meer kwijt is aan een persoon dan vragen ze meer premie. Naar mate je meer schadevrije jaren rijdt zakt je premie waardoor je voorzichtig gaat rijden omdat je er financieel voor beloond wordt.
No-claimkorting: per jaar dat je geen uitkering krijgt de prijs van de premie omlaag. Dit komt weer neer op premiedifferentiatie.
Het omslagstelsel een proces waarbij alle premies worden gebruikt om de pensioenen van dat jaar te betalen. Dit gebeurd bij de AOW uitkering.
C. Omslagstelsel & kapitaaldekkingsstelsel
Het kapitaaldekkingsstelsel is een proces waarbij alle premies worden gespaard om later als pensioen gebruikt te worden. De mensen die nu werken sparen dus zelf geld voor het moment dat ze niet meer werken. In Nederland doen de meesten werkenden mensen bij een pensioen. Er is in Nederland zowel gebruik van het omslagstelsel als het kapitaaldekkingsstelsel.
Voordeel kapitaaldekkingsstelsel:
-Het is makkelijk te regelen
-Je weet zeker hoeveel geld je zal ontvangen, omdat je er zelf voor hebt gespaard
Nadeel kapitaaldekkingsstelsel:
-Het pensioenfonds kan het geld verkeerd beleggen, waardoor je minder krijgt dan je voor hebt gespaard
Voordeel omslagstelsel:
-Er is minder risico, omdat je beter bent verzekerd tegen onverwachte inflatie en slecht investeren door pensioenfondsen
Nadeel omslagstelsel:
-De premie kan heel hoog worden als het aantal mensen dat werkt daalt en het aantal mensen zonder werk stijgt.
Uitrekenen van de premie op het basisomslagstelsel is:
(Aantal uitkeringen X gemiddelde uitkering): aantal mensen dat werkt
Het arrangement Verzekeren is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Job Jansen
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2017-05-22 21:24:42
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.