Tweede Wereldoorlog
Intro
Deze opdracht gaat over het verloop van de Tweede Wereldoorlog.
Hoe begon deze oorlog en welke gebeurtenissen hebben het verloop ervan bepaald?
Wat weet jij al van de Tweede Wereldoorlog? Maak met een klasgenoot een mindmap.
In het midden schrijven jullie 'Tweede Wereldoorlog'. Daaromheen schrijven jullie alle woorden die jullie kennen die te maken hebben met de Tweede Wereldoorlog.
Jullie docent zal de verschillende mindmaps klassikaal bespreken.
|
Woorden bij een onderwerp bedenken en met elkaar verbinden.
|
|
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze les kun je:
- minimaal twee oorzaken voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog noemen.
- de volgende gebeurtenissen kort omschrijven en in de juiste volgorde zetten:
- Duitsland pikt Sudetenland in
- Conferentie van München
- Duitsland valt Polen binnen
- Duitsland verovert een aantal landen in West-Europa
- Duitsland valt Rusland aan
- Japanse aanval op Pearl Harbor
- D-day
- Overgave Duitsland
- Atoombommen op Japan
- Overgave Japan
- de term 'Blitzkrieg' voor de aanval op een aantal landen in West-Europa verklaren.
- uitleggen waarom de Tweede Wereldoorlog een totale oorlog is geweest.
- de rol van Stalin, Roosevelt en Churchill in WO II omschrijven.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
Stap
|
Activiteit
|
Stap 1
|
|
Je bestudeert de Kennisbank 'Oorzaken WO II' en bespreekt met een klasgenoot de oorzaken van de Tweede Wereldoorlog.
|
Stap 2
|
|
Je leest in de Kennisbank over 'Begin WO II - Blitzkrieg - Aanval op Rusland' en beantwoord een aantal vragen.
|
Stap 3
|
|
In de Kennisbank 'Pearl Harbor' lees je hoe Amerika bij de oorlog betrokken raakte.
|
Stap 4
|
|
Bij een aantal data in 1944 en 1945 zoek je de juiste gebeurtenis en je legt uit waarom de Tweede Wereldoorlog een totale oorlog genoemd kan worden.
|
Afronding
|
Onderdeel
|
Activiteit
|
KB+Begrippenlijst
|
|
Hier vind je de Kennisbankitems en de begrippen die passen bij deze opdracht.
|
Eindopdracht A
|
|
Als je kiest voor eindproduct A maak je de toets Tweede Wereldoorlog.
|
Eindopdracht B
|
|
Als je kiest voor eindproduct B maak je een tijdlijn over het verloop van WO II.
|
Terugkijken
|
|
Terugkijken op de opdracht.
|
Extra
|
Onderdeel
|
Activiteit
|
Extra
|
|
Je maakt een portret van Stalin, Roosevelt of Churchill en bespreekt dit met klasgenoten.
|
Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 à 3 uur nodig.
Tijd is mede afhankelijk van de keuze van het eindproduct en het maken van de extra opdracht.
Aan de slag
Stap 1: Oorzaken WO II
Ga naar de Kennisbank geschiedenis.
Bestudeer de oorzaken van de Tweede Wereldoorlog.
In de Kennisbank staan vier oorzaken van de Tweede Wereldoorlog:
- ergernis over afloop WO I
- economische crisis
- politieke crisis
- opkomst nationaal socialisme
Welke van deze oorzaken is volgens jou de belangrijkste oorzaak?
Bedenk argumenten voor je keuze.
Vertel een klasgenoot welke oorzaak je gekozen hebt.
Vertel hem/haar ook waarom je voor die oorzaak gekozen hebt.
Heeft je klasgenoot dezelfde oorzaak gekozen?
Luister naar waarom hij/zij die keuze heeft gemaakt.
Stap 2: Begin WO II
Ga opnieuw naar de Kennisbank geschiedenis.
Bestudeer de pagina's
- Begin Tweede Wereldoorlog
- en Blitzkrieg - Aanval op Rusland.
Zoek het antwoord op de volgende zes vragen.
- In welk jaar pikte Duitsland het Sudetenland in?
- Welke landen waren aanwezig op de Conferentie van München?
Wat werd er afgesproken op de Conferentie van München?
- In welk jaar viel Duitsland Polen binnen?
- Toen Duitsland Polen aanviel, verklaarde Rusland niet meteen de oorlog aan Duitsland. Waarom niet?
- Welke landen viel Duitsland in het voorjaar van 1940 binnen?
Waarom wordt het begin van de Tweede Wereldoorlog wel een 'Blitzkrieg' genoemd?
- Waarom verklaarde Rusland in 1941 wel de oorlog aan Duitsland?
Stap 3: Pearl Harbor
Op 7 december 1941 raakt Amerika betrokken bij de oorlog. Bestudeer de volgende pagina.
Beantwoord de volgende vragen.
- Wat gebeurde er op 7 december 1941?
- Hoe reageerde Amerika?
- Waarom verklaarde daarna Duitsland de oorlog aan Amerika?
- Waarom kan Pearl Harbor gezien worden als het
begin van het einde van de Tweede Wereldoorlog?
Stap 4: Einde WO II
Vanaf 1944 is het duidelijk dat Duitsland en Japan de oorlog niet gaan winnen.
Bestudeer de twee pagina's met informatie over:
- de Tweefrontenoorlog
- Atoombommen op Japan
- Totale oorlog
- Bekijk de volgende data. Schrijf de data in je schrift.
Schrijf achter iedere datum wat er op die datum gebeurde.
- 6 juni 1944: .....
- 7 mei 1945: .....
- 6 augustus 1945: .....
- 10 augustus 1945: .....
- Leg uit waarom de Tweede Wereldoorlog, net als de Eerste Wereldoorlog, een totale oorlog kan worden genoemd.
Afronding
Begrippenlijst
Vrede van Versailles
Een verdrag waarmee de Eerste Wereldoorlog formeel werd beëindigd. Dit was een verdrag tussen Duitsland en de geallieerden. Het vond plaats op 18 januari 1919.
|
Economische wereldcrisis
Periode na 1929, waarin het wereldwijd economisch zeer slecht ging. Er was grote werkeloosheid en armoede.
|
Hitler
Adolf Hitler (1889 – 1945) was een Duits politicus. Hij was de leider van de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP). Hitler veranderde Duitsland van een democratie in een totalitaire staat.
|
Oorlogseconomie
Bij een oorlogseconomie staat het werk in dienst van een naderende oorlog. Toen Hitler in 1933 aan de macht kwam, hervormde hij de economie van Duitsland tot een oorlogseconomie.
|
Nationaal-socialisme
Het gedachtegoed van Hitler en de nazi’s. Zij waren tegen een staat met verkiezingen en tegen joden. Zij wilden meer levensruimte voor de Duitsers.
|
De conferentie van München
In september 1938 viel Hitler het Sudetenland (Tsjechië) binnen. Tijdens de conferentie van München werd geprobeerd om een oorlog te voorkomen. Hitler beloofde om af te zien van verdere agressie. Maar hij hield zich er niet aan. Op 1 september 1939 viel Duitsland Polen binnen.
|
Niet-aanvalsverdrag
Verdrag tussen Rusland en Duitsland om elkaar niet aan te vallen in Polen.
|
Blitzkrieg
Snelle verrassingsaanval met een sterk leger, zodat de vijand snel verslagen kan worden.
|
Pearl Harbor
Japanse aanval op de Amerikaanse vloot op 7 december 1941. De haven waar de Amerikaanse schepen lagen, heette Pearl Harbor. Na deze aanval verklaarden de VS de oorlog aan Japan en Duitsland, die bondgenoten waren.
|
Tweefrontenoorlog
Duitsland moest zowel in het westen vechten tegen Engeland en Frankrijk, als in het oosten tegen Rusland.
|
D-Day
6 juni 1944, de dag waarop de legers van de Verenigde Staten, Engeland en Canada Frankrijk via de kust binnenvielen om Europa te bevrijden.
|
Totale oorlog
Ook de burgers die niet in de oorlog vochten of in oorlogsgebied woonden kregen veel last van de oorlog.
|
Eindproduct A: Toets WO II
Als eindproduct maak je de toets 'Tweede Wereldoorlog'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.
Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je kunt vervolgens jouw antwoorden vergelijken met de goede antwoorden.
Toets: Tweede Wereldoorlog
Eindproduct B: Tijdlijn WOII
In deze opdracht ben je veel jaartallen en gebeurtenissen tegengekomen.
Zoek acht à tien gebeurtenissen uit.
Zoek van die gebeurtenissen op wanneer ze plaatsvonden.
Zoek bij iedere gebeurtenis ook een passende afbeelding.
Maak met de gebeurtenissen een tijdlijn.
Klaar?
Vergelijk jouw tijdlijn met die van een klasgenoot.
Bespreek de verschillen. Pas je tijdlijn eventueel nog iets aan.
Tevreden?
Laat de tijdlijn beoordelen door de docent.
|
Een tijdlijn of tijdbalk geeft je een helder overzicht van verschillende gebeurtenissen over een bepaalde periode heen.
|
|
Terugkijken
Intro
- Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
Kun je nu antwoord geven op de kijkersvraag bij de video, zonder naar de video te kijken?
Kan ik wat ik moet kunnen?
- Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Weet je hoe de eerste steden ontstaan zijn?
Hoe ging het?
- Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 1 uur met de opdracht bezig zou zijn.
Klopt dat?
- Inhoud
Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je het meeste al?
Schrijf op wat nieuw voor je was.
- Eindopdracht
Als je hebt gekozen voor de toets: Waren de vragen moeilijk? Lukte het om alles te beantwoorden of moest
je soms nog in de kennisbank kijken?
Als je hebt gekozen voor de tijdlijn: Is het gelukt om de verschillende gebeurtenissen overzichtelijk te verwerken? Waren er problemen waar je tegenaan liep? Zo ja, hoe heb je deze opgelost?
Extra
Extra: Personen
Drie personen die een belangrijke rol hebben gespeeld tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn:
- Jozef Stalin
- Franklin D. Roosevelt
- Winston Churchill
Van een van deze personen ga je een portret maken.
Een portret is een manier een persoon in beeld te brengen.
Je gaat van één van de drie personen hierboven een portret maken.
Kies één van de drie personen uit. Overleg met je docent.
Verzamel informatie over de persoon die je hebt gekozen:
- iets over zijn persoonlijke leven.
- iets over zijn werk.
- iets over zijn rol in de Tweede Wereldoorlog.
Zoek ook enkele afbeeldingen van de persoon.
Bepaal hoe je de informatie in beeld wilt brengen.
Wordt het een poster of een collage? Kijk voor tips in de Gereedschapskist hieronder.
|
Een portret van een persoon is een goede manier om allerlei informatie over die persoon in beeld te brengen. Dit kan in de vorm van een schilderij, een foto of een beeld van klei of ander materiaal. Portretten zijn vaak simpele afbeeldingen van iemands gezicht, zonder dat daar veel creativiteit aan te pas komt.
|
|
|
Op een informatieve poster kun je laten zien wat de belangrijkste delen van de lesstof zijn. Ook kun je weergeven hoe bepaalde delen zich tot elkaar verhouden.
|
|
|
Een collage bestaat uit knipsels die op een ander papier geplakt zijn en samen een nieuwe afbeelding vormen.
|
|