Twee revoluties - vmbo12

Twee revoluties - vmbo12

Twee revoluties

Intro

In de 18e eeuw maken de Engelse koloniën in Amerika zich los van hun moederland. De Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring werd gesloten.

Op 14 juli 1789 bestormt de bevolking van Parijs de Bastille. Daarmee begon de Franse Revolutie. De opstand leidde tot het einde van het koninkrijk Frankrijk.

Deze opdracht gaat over de Franse en de Amerikaanse Revolutie.
Je vergelijkt de opstand van de Engelse koloniën met de Franse Revolutie.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van de opdracht kun je:

  • beschrijven wanneer de Amerikaanse en Franse Revolutie plaatsvonden.
  • uitleggen wat de oorzaken waren van de Amerikaanse en de Franse Revolutie.
  • beschrijven wat de gevolgen waren van de Amerikaanse en de Franse Revolutie.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je kunt na het lezen van de Kennisbanken 'Democratische revolutie' en 'Noord-Amerika' vragen beantwoorden over het ontstaan van de Amerikaanse Revolutie.

Stap 2

Je kunt na het lezen van de Kennisbank 'Franse Revolutie' vragen beantwoorden over de oorzaken en de gevolgen van de Franse Revolutie.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Begrippenlijst

Hier vind je de kennisbank en de begrippenlijst die horen bij deze opdracht.

Eindopdracht A

Als je kiest voor eindopdracht A maak je de toets 'Twee revoluties'.

Eindopdracht B

Als je kiest voor eindopdracht B geef je in een schema een vergelijking van de Franse en de Amerikaanse Revolutie.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.


Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Amerikaanse Revolutie

Amerikaanse Revolutie

In de 18e eeuw waren er veel oorlogen en revoluties.
Er was verzet tegen de macht van de absolute vorsten en de kerk.
Rijke burgers wilden politieke inspraak. Ze vonden dat ze het recht hadden om mee te praten.
Verlichtingsfilosofen leverden nieuwe ideeën over de staat en de verdeling van de macht.

In Europa kregen de machthebbers te maken met democratische revoluties.
En ook in Noord-Amerika vocht de bevolking voor zelfstandigheid en democratie.

Bestudeer uit de Kennisbank Geschiedenis de pagina's van de volgende twee onderdelen:

Democratische revolutie

Noord-Amerika

Lees de vragen die hieronder staan door en bekijk dan de video.
Een aantal antwoorden vind je in de video.

Stap 2: De Franse Revolutie

Franse revolutie

Ga naar de Kennisbank geschiedenis en bestudeer de pagina's over de Franse Revolutie:

Franse Revolutie

Bekijk ook de volgende videoclip van Schooltv.
Hoor je in de video nog nieuwe informatie die niet in de Kennisbank stond?

Afronding

Begrippenlijst

Kolonie
Een kolonie is een overzees gebiedsdeel dat onder het bestuur van een ander land staat. Vaak wordt zo'n gebied veroverd om winst mee te maken.

Grondwet
De grondwet is de belangrijkste wet van een staat.
Er staat in wie de macht uitoefent en hoe dat gebeurt. En de rechten en plichten van elk individu worden erin beschreven.

Protectionistische politiek
Politieke regels om de handel van het eigen land te beschermen. Engeland zorgde ervoor dat in de koloniën alleen Engelse producten verhandeld mochten worden.

George Washington
George Washington (1732 - 1799) was leider van het Continentale leger in de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog.
Hij was de eerste president van de Verenigde Staten.

Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring
Een verklaring die geschreven werd door Thomas Jefferson. De Engelse koloniën in Noord-Amerika verklaarden zich daarmee op 4 juli 1776 onafhankelijk.

Vredesonderhandelingen Engeland
In 1782 besloot Engeland om vrede te sluiten met de dertien voormalige koloniën. De Engelse troepen trokken zich terug. Kort daarna werden de Verenigde Staten van Amerika gesticht.

Thomas Jefferson
Thomas Jefferson (1743 - 1826) schreef de tekst voor de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring.
Hij was aanhanger van de Verlichting.

Continentale leger
Leger van de dertien Engelse koloniën in Noord-Amerika. De soldaten waren vrijwilligers.

Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog
Veel inwoners van de Engelse koloniën in Noord-Amerika wilden niet langer onder Engels gezag leven.
Ze kwamen in opstand tegen de Engelse overheid.
De kolonisten voerden oorlog (1774 - 1783) tegen de Engelse overheersers. Ze wilden dat hun gebied een nieuw onafhankelijk land werd. Dat werd de Verenigde Staten van Amerika.

Trias politicas
'Trias Politicas' betekent 'de driemachtenleer'. Het werd bedacht door Verlichtingsfilosoof Montesquieu. Het is een politiek systeem dat ervoor zorgt dat de macht in drie delen is verdeeld: de wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechterlijke macht. Het idee achter de Trias Politica was dat niet een macht sterker zou zijn dan de andere twee.

Koning George III van Engeland
Koning George III was koning van Engeland. Hij voerde veel oorlogen. Om die te kunnen betalen verhoogde hij de belastingen.

Migrantenstroom
Grote groep mensen die van één land naar een ander land verhuizen. In de 17e en 18e eeuw kwam er zo'n stroom op gang van Europa naar Amerika.

Jacobijnen
De Jacobijnen waren gewone mensen uit de derde stand. Ze wilden dat het gewone volk het goed kreeg.
Zij wilden bezit en macht eerlijk verdelen. Ze wilden dat het christendom verboden werd.

Periode van terreur
De Jacobijnen grepen de macht in Frankrijk. Hun leider werd de advocaat Robespierre. Er volgde een periode van terreur. Tegenstanders werden gevangen gezet en onthoofd. Er vielen veel doden.

Girondijnen
Girondijnen waren rijke burgers uit de derde stand. Ze wilden dat hun groep het goed kreeg.
Ze wilden dat de macht van de koning verkleind werd. Ze wilden kiesrecht. En ze wilden de standenmaatschappij afschaffen.

Nationale Garde
De Nationale Garde was een leger van vrijwilligers.
Het werd tijdens de Franse Revolutie opgericht door het volk. De Nationale Garde moest de orde bewaken en het land verdedigen.

Eed op de Kaatsbaan
Na de ruzie tijdens de vergadering van de Staten-Generaal gingen vertegenwoordigers van de derde stand naar een kaatsbaan. Dat was een soort sporthal. Ze legden daar een eed af waarmee ze beloofden een grondwet te maken.

Democratische revolutie
Ingrijpende politieke verandering, waarbij een democratische grondwet ingevoerd wordt.

Franse Revolutie
De Franse Revolutie brak op 14 juli 1789 uit toen de bevolking van Parijs in opstand kwam tegen de koning. Het Parijse volk bestormde de Bastille (gevangenis). Het volk eiste inspraak en richtte zelf een regering op. Frankrijk werd toen een republiek.

Robespierre
De advocaat Robespierre was de leider van de Jacobijnen. De Jacobijnen grepen de macht. Er volgde een periode van terreur. Tegenstanders werden gevangengenomen en onthoofd. In 1794 werd hij zelf onthoofd.

Lodewijk XVI
Lodewijk XVI was koning van de Fransen tot 1792.
Zijn voorgangers hadden al het geld uit de schatkist opgemaakt. Hij riep sinds lange tijd de Staten-Generaal bij elkaar en vroeg om extra geld. Toen hij dat niet kreeg ontstond er veel onvrede onder het volk. Hij probeerde te vluchten, maar dat mislukte. Hij werd ter dood veroordeeld.

Napoleon Bonaparte
Na de Franse Revolutie was de regering een rommeltje. In 1799 greep generaal Napoleon Bonaparte de macht. In 1804 liet hij zichzelf tot keizer van Frankrijk kronen.

Eindopdracht A: Toets

Democratische revolutie

Als je kiest voor eindopdracht A maak je de toets 'Twee revoluties'.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.

Eindopdracht B: Tabel maken

Als je kiest voor eindopdracht B ga je de Franse en de Amerikaanse Revolutie met elkaar vergelijken. Het vergelijken doe je door een schema te maken.

Vergelijk de revoluties op de volgende punten:

  • De periode waarin de revoluties plaatsvonden.
  • De belangrijkste oorzaak van de revoluties.
  • Het gebruik van geweld.
  • Een van de gevolgen van de revoluties (denk o.a. aan de grondwet).

Beoordeling:

  • Het schema/de tabel geeft een duidelijk beeld van beide revoluties.
  • Het schema/de tabel laat de verschillen en de overeenkomsten zien tussen beide revoluties.
  • Het schema/de tabel is op een verzorgde manier vormgegeven.
  • Aan de hand van het schema/de tabel zijn makkelijk conclusies te trekken.

Klaar?
Laat jullie schema beoordelen door de docent.

Tabel maken

Een tabel of schema is een manier om gegevens in beeld te brengen, op zo’n manier dat het er overzichtelijk uit ziet.

 

Terugkijken

Intro

  • Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
    Klopte je verwachtingen van de beide revoluties?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je alles vertellen over de Amerikaanse en Franse Revolutie?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
    Klopt dat?
    Waarschijnlijk had je de tijd wel nodig als je eindopdracht B koos, maar als je hebt gekozen voor eindopdracht A, had je dan veel tijd over?
  • Inhoud
    Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je het meeste al?
    Schrijf op wat nieuw voor je was.
  • Eindopdracht
    Heb je gekozen voor de toets of voor de eindopdracht?
    Had je vrije keus tussen eindopdracht A of B? Zo ja, was je achteraf tevreden over je eigen keus?
  • Het arrangement Twee revoluties - vmbo12 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2023-11-01 14:16:47
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor geschiedenis voor VMBO leerjaar 1 en 2. Dit is tijdvak 7 met het onderwerp Twee revoluties. In de 18e eeuw maken de Engelse koloniën in Amerika zich los van hun moederland. De Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring werd gesloten. Op 14 juli 1789 bestormt de bevolking van Parijs de Bastille. Daarmee begon de Franse Revolutie. De opstand leidde tot het einde van het koninkrijk Frankrijk. Het materiaal bespreekt de oorzaken en gevolgen van de twee revoluties. Begrippen die bij deze les horen zijn kolonie, grondwet, protectionistische politiek, George Washington, Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring, vredesonderhandelingen Engeland, Thomas Jefferson, continentale leger, Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog, trias politicas, migrantenstroom, koning George III van Engeland, Jacoijnen, periode van terreur, Girondijnen, Nationale Garde, Eed op de Kaatsbaan, democratische revolutie, Franse Revolutie, Robespierre, Lodewijk XVI en Napoleon Boneparte.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 1; VMBO gemengde leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 2;
    Leerinhoud en doelen
    De tijd van pruiken en revoluties (1700 - 1800); Geschiedenis;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, franse revolutie, geschiedenis, lodewijk xvi, onafhankelijkheidsverklaring, robespierre, stercollectie, thomas jefferson, twee revoluties, vmbo12

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Kennisbanken. (2018).

    Geschiedenis VMBO Onderbouw

    https://maken.wikiwijs.nl/133735/Geschiedenis_VMBO_Onderbouw