Opzet Wikiwijs leeslogboek H5

Opzet Wikiwijs leeslogboek H5

Algemeen

Instructie

Hoe moet je leeslogboek eruit zien?

Je leest in havo 5 nog vier boeken. Bij elk boek moet je je leeslogboek updaten. Maak de opdracht in Wikiwijs en niet via een bestand als bijlage!

 

Bij elk gelezen boek moet er een reflectie terug te vinden zijn in je leeslogboek. Hiervoor moet je de volgende stappen doorlopen:

1. Geef op het tabblad  'boekenoverzicht' een volledig overzicht van de gelezen boeken. Neem allereerst de boeken uit havo 4 over. Zo kun je in één oogopslag zien welke boeken je gelezen hebt. Noteer van elk boek: de titel, de auteur, het niveau van het boek en het aantal sterren dat je het boek zou geven. Hierbij geldt dat 5 sterren maximaal is.
2. Voor elk boek gebruik je vervolgens een tabblad waar je een verwerkingsopdracht maakt bij het gelezen boek. De opdrachten waar je uit kunt kiezen, vind je bij het tabblad 'opdrachten'. Je mag hierbij natuurlijk werken met afbeeldingen als je wilt!
3. Aan het einde van het schooljaar ontvang je van je docent nog overige opdrachten die je bij het tabblad 'overige opdrachten' moet uitvoeren.


Word je beoordeeld?
Je docent zal aangeven wanneer zij de leeslogboeken gaat bekijken. Als je ervoor zorgt dat je op dit moment 'helemaal bij bent' met updaten, kan je docent je feedback geven. Je krijgt geen tussentijdse beoordeling. Pas aan het einde van havo 5, net voor je mondeling literatuur, zal je van je docent een eindscore krijgen voor je leeslogboek. Hierbij wordt gelet op volledigheid, kwaliteit en ontwikkeling. Je krijgt een totaalscore over het leeslogboek havo 5 en over het leesdossier havo 4.

 

Verwerkingsopdrachten

In je leeslogboek is het van belang dat je bij elk gelezen boek vooral aangeeft wat je ervan vond en waarom. Je kunt hierbij kiezen uit een aantal vaste opdrachten of je maakt een eigen verslag waarin de voor jou belangrijkste informatie is opgenomen.

Neem bij elk boek sowieso op: titel - auteur
Op deze manier is het voor jouzelf en voor je docent direct duidelijk over welk boek het verslag gaat.

 

Kies voor een eigen verslag, of kies één van de volgende opdrachten om op te nemen in je leeslogboek:

Recensieopdracht

Schrijf een recensie waarin je elementen uit de samenvatting, de analyse, de schrijversinformatie en je eigen mening combineert. Let hierbij op het volgende:
- Je schrijft de recensie voor iemand die het boek niet gelezen heeft. Laat de lezer van de recensie dus eerst kennismaken met het boek. Vertel kort waar het over gaat / neem een stukje uit het boek letterlijk over. Maak de lezer nieuwsgierig naar het verhaal
- Vertel in de kern meer over de analyse en de schrijver. Combineer deze informatie met je eigen mening. Leg dus steeds uit wat jij ergens van vindt.
- In het slot geef je je eindoordeel. Je vertelt wat je uiteindelijk ‘over-all’ van het boek vond. Je geeft een tip aan mogelijke lezers of reageert op de verwachting die je had voordat je ging lezen. 
- Je recensie krijgt een passende en pakkende titel. Dat kan een quote zijn uit het boek, het mag al iets zeggen over je eindoordeel. Als het maar origineel is en de aandacht trekt.
- Markeer in je recensie de zinnen / zinsdelen waarin je je eigen mening verwoordt.

 

Opdracht van Lezen voor de Lijst

Maak de opdrachten die op de site www.lezenvoordelijst.nl horen bij jouw boek. Als er bij jouw boek opdrachten horen op verschillende niveaus, kies dan de opdracht die het beste bij jou past. Neem bij de uitwerking van de opdracht telkens de opdracht over en het bijbehorende antwoord. Geef tot slot kort aan waarom je voor deze opdracht gekozen hebt.

 

Juryrapport

Je doet alsof het boek dat je hebt gelezen is ingezonden voor een landelijke boekenwedstrijd. Bij deze wedstrijd ben je als jurylid op zoek naar het beste Nederlandstalige boek. Om dit beste boek te kunnen kiezen, moet je eerst bepalen aan welke eisen het moet voldoen. 2 eisen zijn al bekend, namelijk: - het boek moet een verrassend einde hebben EN - de titel moet perfect de strekking van het verhaal weergeven.
Wat ga jij als jurylid op papier zetten:
- Je vult de gegeven eisen aan met 3 eigen eisen waarvan jij vindt dat het beste boek daaraan moet voldoen. Geef ook een korte motivatie / verantwoording bij elke eis: waarom vind je deze eis belangrijk?
- Uiteindelijk heb je een lijst van 5 eisen verzameld die je nu moet gaan koppelen aan het gelezen boek. Dit doe je door bij elke eis een omschrijving te geven van jouw boek. Dus bijvoorbeeld: heeft het boek een verrassend einde? Waarom wel of waarom niet? De antwoorden hoeven niet altijd positief te zijn.
- De laatste stap is bepalen of jouw boek het beste Nederlandstalige boek is. Dit doe je door een conclusie te schrijven bij de 5 eisen. Je geeft een korte samenvatting van jouw bevindingen en komt tot een eindoordeel. Dit eindoordeel hoeft niet altijd positief te zijn!

 

Brief van de uitgever

Bij deze opdracht kruip je in de huid van de uitgever. Je doet je alsof het boek dat je gelezen hebt, nog niet is uitgegeven.
Stel je voor: je werkt bij een uitgeverij. De schrijver van jouw boek komt binnen met zijn verhaal en vraagt of jij het werk wilt uitgeven. Je bent best enthousiast, maar je ziet nog wel ruimte voor verbeteringen. Je besluit om jouw reactie op papier te zetten en naar de schrijver te sturen.
De opdracht:
- Schrijf een brief aan de schrijver. Je begint natuurlijk met een korte inleiding.
- Vervolgens geef je jouw persoonlijke oordeel over het boek. Het is jouw oordeel, dat betekent dat het zowel positief als negatief kan zijn.
- Daarna ga je aangeven waarom je op dit moment het boek nog niet wilt uitgeven. Je geeft 3 elementen waarvan je vindt dat deze aangepast moeten worden en waarom. Denk bij elementen aan de theorie van verhaalanlyse.
- Als je hebt aangegeven wat je aangepast wilt hebben en waarom, ga je de schrijver advies geven in hoe hij/zij het moet aanpassen. Je hebt hier als uitgever natuurlijk een visie in. Dus: wat zou de schrijver moeten doen om ervoor te zorgen dat je het boek wel uitgeeft.
- Je rondt de brief netjes af.

 

Brief aan de uitgeverij

Stel je voor: het werk dat je gelezen hebt, heb je zelf geschreven. Je blijkt over bijzonder schrijftalent te beschikken. Het verhaal is nog niet gepubliceerd, maar je wilt graag dat een uitgeverij het uit gaat geven. Je besluit een uitgeverij te schrijven om je verhaal te promoten!
- Je schrijft een brief aan een uitgeverij. Ga eerst eens op zoek naar bestaande uitgeverijen en kies een geschikte uit voor jouw boek.
- Je introduceert jezelf als schrijver en je vertet kort waarom je deze brief schrijft.
- In de kern introduceer je het verhaal. Je geeft informatie over de titel, het thema, het plot en het perspectief.
- Je legt uit voor welk publiek jouw boek geschikt is. Koppel dit aan de niveaus van Lezen voor de Lijst en leg uit waarom dit het geschikte publiek is.
- Rond je brief netjes af.

Afsluitende opdrachten havo 4

Boeken

Onderstaande opdrachten moeten voorkomen in je leesdossier havo 4. Heb je deze opdrachten vorig jaar niet gemaakt? Zorg er dan voor dat je de opdrachten opneemt in je leeslogboek H5.

Leesautobiografie

Wat vind je van je boekkeuzes en de niveaus die je gelezen hebt in havo 4? Hoe heb je boeken gekozen? Hoe heb je gelezen? Wat viel mee wat viel tegen? Waarom? Waar wil je je volgend jaar op richten? Wat zijn de onderwerpen waar je over wilt lezen, op welke niveaus ga je je richten? Beschrijf de terugblik en de vooruitblik in minimaal 750 woorden.

 

Rode draad in de boeken

Kijk eens naar de boeken die je hebt gelezen in havo 4. Wat is volgens jou de rode draad in deze boeken? Is die er eigenlijk wel?
Je gaat informatie van de boeken aan elkaar koppelen om op zoek te gaan naar overeenkomsten of juist verschillen tussen de gelezen boeken.
Bijvoorbeeld: je hebt 3 boeken met het thema oorlog gelezen. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen deze boeken? Of je hebt 2 boeken met een open einde gelezen. Is dit in beide gevallen goed gekozen of vind je het ene einde beter dan het andere?


Deze opdracht mag je vormgeven in een mindmap of een schema of een Worddocument; wat voor jou het meest overzichtelijk is.

Boekenoverzicht

Overige opdrachten

titels havo 4

De weg naar het noorden

Hersenschimmen

buitenstaanders

dagen van gras

ventoux

het instituut

Boek: Gebr. 

Schrijver: Ted van Lieshout

 

Lezen voor de lijst opdrachten

 

Opdracht A

Hieronder staan een aantal beweringen van leerlingen over Gebr. Reageer op deze opmerkingen door aan te geven of je het ermee eens bent of niet. Licht steeds je antwoord toe met een voorbeeld uit het boek

 

  1. De onderwerpen in dit boek roepen veel discussie op.

Hier ben ik het mee eens, wanneer het broertje van Luuk (Marius) overlijdt aan een dodelijke ziekte pakt Luuk Marius’ dagboek. Hierin staan de gedachtes en gevoelens van Marius in. Luuk komt niet alleen veel over zijn broer te weten maar ook over zichzelf. Marius schrijft namelijk dat hij jongens leuker vindt dan meiden, hij had zelfs een seksuele relatie met een andere jongen. Luuk vind het in het begin niet leuk dat hij op andere jongens valt omdat iedereen uit zijn klas meisjes leuk vinden, hij vind dit erg moeilijk en dit roept natuurlijk veel meningen op van mensen. Ook vraagt Luuk zich af of ze nog wel gebroeders zijn. Hij vertelt in het verhaal namelijk dat het broertje in Luuk zelf eigenlijk ook is overleden toen Marius dood ging. Ook hierover zijn de gevoelens verdeelt bij de lezers van het boek.

  1. Ik vond het onbegrijpelijk dat de moeder van de broers na de dood van Marius al zijn spullen wil verbranden.

Hier ben ik het niet mee eens, iedereen verwerkt de pijn op zijn of haar eigen manier. Als de moeder de spulletjes wilt verbranden dan moet ze dat ook doen. In het boek kom je ook te weten dat Luuk het hier helemaal niet mee eens is. Hij verwerkt het weer op een andere manier door in een dagboek te schrijven en te lezen.

  1. Door de dagboekvorm leef je veel mee met de personages, omdat je alle gevoelens en gedachten te weten komt

Mee eens, wanneer mensen iets in hun dagboek zetten is het eigenlijk iets wat niemand te weten mag komen. Het is echt iets voor jezelf. Als je dit openbaar gaat maken, zoals ze in dit boek doen, kom je veel te weten over die persoon. Hierdoor leef je extra mee met de personage van het verhaal.

  1. Ik snap dat Luuk het dagboek op een gegeven moment opeens wel wil gaan vernietigen.

Mee eens, hij wil niet dat iemand anders zijn broers of zijn eigen gevoelens en gedachtes te weten komt. Hij is er bang voor om uit de kast te komen.

  1. De twee broers gaan heel verschillend om met hun homoseksualiteit

Niet mee eens, ze zijn allebei bang om erover uit te komen. Hoewel Marius dit wel wat minder erg vindt omdat blijkt uit zijn dagboek dat hij al een beetje een relatie met een andere homoseksuele jongen had.

  1. Het dagboek van Marius helpt Luuk bij zijn coming out.

Mee eens, hij leert zichzelf beter te kennen en hij leert het te accepteren dat hij homo is. Ook heeft het geholpen om te lezen dat zijn broer dat ook was voor zijn dood. Hierdoor is hij minder bang om het aan zijn moeder te vertellen, hoewel hij het nog wel enorm spannend vindt want hij weet niet hoe ze zal reageren.

  1. Dit boek kan gelezen worden door volwassenen maar ook door leerlingen van middelbare leeftijd.

Mee eens, hoewel het wel meer een boek is voor kinderen rond mijn leeftijd kunnen ook volwassenen dit lezen. Dit komt door de mooie doordachte thema’s van de schrijver. Ook de schrijfstijl van de schrijver kan volwassenen wel aanspreken. Het is namelijk niet super kinderlijk geschreven.

  1. Ik denk dat Luuks ouder anders reageren op zijn coming out dan Luuk had verwacht.

Mee eens, Luuk vind het allemaal erg spannend hoe zijn ouders gaan reageren. Je krijgt het niet letterlijk te weten in het verhaal maar naarmate je de tekst leest krijg je wel aanwijzingen dat Luuk denk dat zijn moeder het erg raar en onbegrijpelijk vindt.

  1. Eigenlijk lijkt het verhaal op een gegeven moment wel een beetje een online chatgesprek.

Niet mee eens, het verhaal is gewoon normaal geschreven en heeft niks weg van een online chatgesprek. Wel krijg je veel stukken tekst die in het dagboek staan geschreven. Zoals dat Luuk

  1. Het verhaal heeft een gesloten einde want je hebt als lezer geen vragen.

Mee eens, je bent eigenlijk alles te weten te komen in het boek. Het verhaal eindigt met een afscheidsbrief aan Marius.

 

Opdracht  B

Schrijf een kort verslag van 300 woorden waarin je ingaat op de manier waarop Van Lieshout de thema’s rouw en homoseksualiteit behandelt.

 

Ted van Lieshout is de schrijver van het boek. Hij is 62 jaar en heeft al heel wat schrijfervaring. Hij schrijft voornamelijk (psychologische) romans. Hij is niet alleen schrijver maar ook dichter. In dit boek heeft hij 2 hoofdthema’s: rouw en homoseksualiteit. Het is erg mooi om te zie hoe hij deze thema’s goed in het verhaal heeft verwerkt. Ook draait het boek om dingen te kunnen accepteren. Het feit dat iemand dood is of dat iemand homoseksueel is valt niks aan te doen, je moet ermee leren leven. Verder verwerkt iedereen zijn verdriet op zijn of haar eigen manier. De moeder in dit boek doet dit bijvoorbeeld door exact een jaar na de dood van Marius, al zijn spullen te verbranden. Dit kan heel raar zijn voor iemand, zoals voor Luuk. Hij vind het maar raar dat zijn moeder dit wilt doen. Zo hou je uiteindelijk minder herinneringen over aan Marius door al zijn spullen weg te gooien. Het kan natuurlijk ook heel mooi zijn voor diegene die het op deze manier verwerkt. Het kan bijvoorbeeld symbool staan voor die moeder om die spullen te verbranden.

Het thema homoseksualiteit heeft hij ook goed verwerkt in het boek. Je komt het, naarmate het verhaal op gang komt, te weten doordat het in het dagboek van Marius staat. Hier staat ook in hoe hij opkijkt tegen zijn grote broer, en dat was een ander beeld dan wat Luuk van zichzelf had. Hierdoor veranderen ook een aantal dingen. Luuk raapt bijvoorbeeld de moed bij elkaar om het aan zijn ouders te vertellen. Misschien was dat zonder het dagboek wel veel moeilijker geweest. Gelukkig reageren zijn ouders hier goed op. Waarschijnlijk anders dan Luuk had verwacht. Je moet het nou eenmaal kunnen accepteren dat je zoon homoseksueel is en anders heb je pech.

Eigen mening:

Ik vind het een mooi boek. De schrijver heeft een leuke schrijfstijl en kan een goed onderbouwd verhaal vertellen. Je leeft extra mee met de hoofdpersonen doordat je veel komt te weten over ze. Dit komt doordat je bijna alles leest wat in ‘hun’ dagboek staat. Ook heeft het verhaal een goede bijpassende titel: Gebr. Dit is namelijk de afkorting gebroeders. De schrijver heeft het afgekort omdat Luuk er achter moet komen in het verhaal of het ‘broertje in hem’ ook is overleden of dat hij ergens nog bestaat. Verder zijn de thema’s goed verwerkt in het verhaal en heeft het boek een goed einde, namelijk dat hij vertelt dat hij homo is en dat hij een afscheidsbrief voor zijn overleden broertje in zijn dagboek zet.

Boek: het gouden ei

 

Samenvatting

De hoofdpersoon van het verhaal is Rex Hofman. Hij is de man van Saskia Ehlvest. Wanneer Rex en Saskia op weg zijn naar hun vakantiebestemming in Frankrijk stoppen ze onderweg bij een tankstation. Terwijl saskia iets te drinken gaat halen blijft Rex achter in de auto. Rex denk terug aan een eerder vakantie. Toen op een gegeven moment de benzine op was, Saskia heeft toen drie uur in de auto moeten wachten totdat Rex met brandstof terugkwam. Ze was helemaal overstuur geweest. Als kind had ze een nachtmerrie gehad, waarin ze opgesloten zat in een gouden ei. Tijdens haar verblijf in de auto was deze nachtmerrie weer naar boven gekomen. In die nachtmerrie zweefde ze in een gouden ei door de ruimte zonder sterren en de enige manier om daar uit te komen was door tegen het enige andere gouden ei aan te botsen, maar het heelal is erg groot.
Ondertussen wacht Rex al een tijdje op haar maar ze komt maar niet terug. Rex loopt het tankstation binnen en informeert of de medewerkers haar hebben gezien. Niemand heeft haar gezien. Rex begint ondertussen ongerust te worden en belt de politie, ook die kunnen niet helpen want ze hebben geen spoor. Saskia is spoorloos verdwenen.

In het volgende hoofdstuk wordt het verhaal vanuit een ander perspectief verteld. Raymond Lemorne heeft al zijn hele leven vreemde gedachten. Zo vraagt hij zich op zijn zestiende af wat er gebeurt als hij van een flat afspringt. Hierdoor belande hij 6 weken lang in het ziekenhuis. Eenentwintig jaar later is hij scheikundeleraar, getrouwd en heeft twee kinderen. Dan komt er weer een gruwelijke gedachte bij hem op. Nadat hij eerst een kind van de verdrinkingsdood heeft gered, vraagt hij zich af of hij ook in staat is om een misdaad te plegen. Vanaf dat moment begint hij met de voorbereidingen voor de misdaad. iemand levend te begraven. Hij doet net alsof hij zijn vakantiehuisje gaat opknappen. Maar eigenlijk maakt hij alles gereed voor de misdaad. Hij bedenkt een plan om zijn slachtoffer vanuit een benzinestation mee te lokken. Hij zal een vrouw terwijl hij zijn arm in een mitella houdt, vragen of ze hem wil helpen zijn aanhangwagen aan zijn auto te koppelen. Zijn eerste pogingen mislukken, omdat niemand in zijn auto durft te stappen. Een volgende poging lukt wel: een meisje (Saskia) vraagt hem naar de sleutelhanger die hij bij zich heeft. Hieraan hangt namelijk een grote R. Ze is heel geïnteresseerd en vraagt hem of ze er eentje kan kopen. Hij neemt haar mee naar zijn auto, bedwelmt haar en rijdt met haar weg. Daarvoor had hij al 2 kampeerders doodgeschoten, omdat die voor zijn vakantiehuisje kampeerden.

 

Acht jaar later is Rex op vakantie in Italië, samen met Lieneke, zijn nieuwe vriendin en vraagt haar ten huwelijk. Hij wil Lieneke eerlijk vertellen hoe hij over Saskia denkt. Lieneke merkt dat Rex ‘s nachts een nachtmerrie heeft over het gouden ei. Na deze vakantie start Rex een opsporingscampagne. Hij roept in advertenties mensen op, die Saskia toen hebben gezien. Hij krijgt verschillende reacties maar geen enkele is bruikbaar. Later belt Lieneke op: zij is bedroefd, omdat ze elkaar na de vakantie zo weinig hebben gezien. Na een aantal dagen meldt een Franse man zich (Raymond). Rex herkent deze man: hij was de man met de mitella bij het tankstation, acht jaar geleden. Raymond wil hem wel vertellen wat er met Saskia is gebeurd, maar alleen als Rex hetzelfde lot ondergaat. Rex stemt toe, terwijl hij weet dat hij dan zal sterven. Raymond neemt hem mee naar het tankstation en laat hem koffie met een slaapmiddel drinken. Dan vertelt hij wat er is gebeurd. Als Rex wakker wordt, ligt hij op een matras in een doodskist en weet hij dat hij (net als Saskia) levend is begraven. Lieneke zoekt Rex, maar van hem en Saskia werd nooit meer iets vernomen.

Bron:  https://www.scholieren.com/boekverslag/57109

Ik heb voor deze bron gekozen omdat dit een goed beeld geeft over de tekst.

Thema: Een belangrijk thema van het verhaal vind ik de onwetendheid van de hoofdpersoon. Hij heeft geen idee hoe zijn vrouw Saskia is verdwenen en wil hier erg graag achter komen. Hij zet alles op het spel, zelfs zijn leven. Ook liefde, dood en claustrofobie zijn hier belangrijke thema’s. claustrofobie omdat ze allebei levend begraven worden en natuurlijk door de droom in het gouden ei.

Motieven:

De droom over het gouden ei, een herinnering uit haar jeugd waarin ze in een gouden ei door de ruimte heen zweeft.

De kwade geest van Raymond, steeds komen er weer gruwelijke gedachtes bij hem op, bijvoorbeeld om van een flat af te springen op zijn zestiende waardoor hij 6 weken in het ziekenhuis beland.

Vertelde tijd en ruimte: de totale vertelde tijd is ongeveer een paar dagen, daartussen zit 8 jaar en daarna weer een week of 2 (de zoekactie). Het verhaal speelt zich vooral af op het tankstation in Frankrijk (ook meerdere flashbacks hier naar toe) en het vakantie huisje van de moordenaar Lemourne.

 

Schrijver: De schrijver van het boek is Tim Krabbé. Hij is 73 jaar en schrijft vooral romans. Naast romans schrijven, schrijft hij ook veel over schaken en wielrennen. Hij is namelijk ook beroemd geworden als schaker.  Naast het gouden ei heeft hij onder andere ook de renner, de grot en een goede dag voor de ezel geschreven. Hij heeft inspiratie gekregen voor het gouden ei door een krantenbericht wat ook leidde tot een speurtocht naar een vermiste vrouw. Ook de hoofdpersoon in het verhaal heeft hij een beetje gekoppeld aan zichzelf. De hoofdpersoon houdt namelijk ook van denkspelletjes en oplossingen zoeken net als Tim Krabbé.

Eigen mening: Ik vind het niet zo’n goed boek. Hoewel het onderwerp me wel aanspreekt zijn er een aantal vage gebeurtenissen in het verhaal. Zoals bijvoorbeeld dat Rex zijn leven zo eenvoudig opgeeft om het raadsel te achterhalen. Hij kon ook proberen om niet dood te gaan en er alsnog achter te komen. Hij kon bijvoorbeeld al verwachten dat er een verdovingsmiddel in de koffie zat die hij kreeg van Raymond. Ook kon hij naar de politie stappen en dat Raymond daar zijn verhaal doet. Ook dat Rex Raymond nog herkent na 8 jaar. Dit lijkt me erg sterk aangezien het maar een oogwenk was 8  jaar geleden.  

 

 

Boek: een goede dag voor de ezel

 

Samenvatting:

Mischa is een man wiens relatie is stuk gelopen. Hij vindt zijn ex verschrikkelijk en de haat voor haar die door zijn lichaam raast, brengt hem in het stadium haar te willen vermoorden. Hij koopt een pistool. Eerst is hij er bang voor, maar toch gaat hij naar een bos om te oefenen.
In zijn hoofd ziet hij zichzelf al voor zijn ex, Lydie, staan, met zijn pistool getrokken. Haar angst groeiend, bang voor wat komen gaat, bang voor de dood…
In het bos schiet hij op een boom en daar schrikt hij zo van dat hij stopt met oefenen en naar het dorp gaat om een gele muts te kopen en nieuwe schoenen, als vervanging voor zijn doorweekte paar.
In de bus naar huis stappen ook een stel scholieren in. Mischa hoort er twee zeer onbeschoft taalgebruik gebruiken, over wat je eigenlijk met ‘nikkers’ zou moeten doen, enzovoorts. Hij merkt dat ook anderen in de bus zich ergeren aan de praat van de jongens. Maar allen zijn ze laf en zeggen ze niets. Dan begint één van de jongens, Bart Meeuwse, over ‘Viskutje’ te praten. Even later vraagt hij aan een meisje iets voor hen hoe ze ook weer heet en hij zegt dat ze ‘Viskutje’ moet zeggen. Dat doet ze.
Mischa voelt zich ellendig. Om een meisje zo te vernederen, waar anderen bij zijn. Gewoon, in het openbaar… Het was zijn vriendin, dat merkte Mischa.
Wanneer de jongen uitstapt bij een halte volgt Mischa hem en hij volgt hem tot in de straat waar een boerderij, het huis van Bart Meeuwse, staat. Daar spreekt hij Bart aan.
Na een gesprek waarin Mischa zijn pistool uit zijn binnenzak heeft gehaald en waarin Bart dat pistool gezien heeft, schiet Mischa de jongen één keer. Dan hangt hij over hem heen en schiet hij nog eens. Wanneer hij Bart aan de kant duwt, lijkt hij zich vast te grijpen, maar na nog twee schoten glijdt hij de sloot in. Nu hij de moord gepleegd heeft, voelt hij geen haat meer voor Lydie en besluit hij haar niet te vermoorden.

Wybren Fechter krijgt in twee dagen op zijn kantoor twee anonieme briefjes. De één beschreven met de woorden ‘Iedereen neukt Viskutje’. De ander; ‘Viskutje vind het lekker’ (dat staat echt zo in het boek, en ik merkte het op als spellingsfout, het hoort namelijk ‘vindt’ te zijn). Wybren vraagt zich af wie er neukt. Zijn dochter? Zou zijn dochter ontmaagd zijn? Hij bedenkt al allerlei volwassen gesprekken die hij daarover met zijn dochter zou kunnen voeren, als twee gelijken. Maar Viskutje… werd zijn dochter zo genoemd? En dat iedereen?
Hij besluit het haar te vragen, ’s avonds bij het avondmaal, maar ze zegt zo niet genoemd te worden.
De dag erna komt Esther Fechter overstuur thuis. Wanneer Wybren vraagt wat er is zegt ze dat ze wel Viskutje is. Ze huilt en braakt. Wybren troost en huilt mee. Na gedoucht te hebben, vertelt Esther alles. Dat ze het met haar vriend Bart gedaan had. Meerdere keren. En dat hij op een gegeven moment jongens geld had laten betalen om op de zolder door kijkgaten konden bekijken hoe Bart en Esther het deden.
Toen Esther daarachter kwam, maakte ze het uit met hem. Hij wilde echter dat ze bij hem thuis dan die gaten zou komen aanwijzen en dat ze het uit zouden praten. Dat deed Esther, maar de gaten in het plafond waren er niet.
Nadat ze gepraat hadden, wilde Bart het nog een laatste keer doen. Waarna hij vervolgens iets riep en er kwamen toen een paar jongens binnen. Ze deden het allemaal met Esther, om de beurt.
Esther durfde niet te schreeuwen en niet bij Bart weg te blijven, en zo kwam het dat ze meerdere malen door verschillende jongens verkracht werd.
Wybren weet niet wat hij moet doen. Ja, verhuizen, dat sowieso… maar misschien zou hij met Esther een wereldreis kunnen maken. Weg van hier. Weg van Bart en zijn misdrijven.

Mischa is verhuisd naar Sidney, Australië. Daar leeft hij met Lynda, zijn nieuwe vriendin. Wanneer hij op een dag met haar een wandeling maakt, geeft hij een menselijk standbeeld in de vorm van een ezel honderd dollar. Het voelt goed en het voelt tevens als compensatie voor wat hij denkt te gaan vertellen tegen Lynda. Over de moord. Vanmiddag zal hij het haar vertellen, na haar werk.Hij gaat op een terrasje zitten als zij naar haar werk is.

Na al een hoop landen te hebben bezocht tijdens hun wereldreis, zijn Wybren en Esther nu in Sydney, Australië. De laatste dag dat ze daar zijn, wil Eshter het menselijke standbeeld, vermomt als ezel tien dollar geven. Wanneer Wybren zijn dochter wat tijd voor zichzelf gunt, gaat hij zelf op een terras zitten. Hij zit naast een andere Nederlander.Esther komt na een hele tijd weer terug en Wybren wil dan gaan afrekenen. Esther herkent de Nederlander ze kent de Nederlander. Het is de Man met de Gele IJsmuts, de man die Bart om het leven bracht. Ze bedankt hem daarvoor en ze voelt zich vredig, omdat ze hem eindelijk ontmoet heeft.

Mischa voelt zich opgelucht. Hij hoeft het zijn vriendin Lynda niet te vertellen, van de moord. Esther, heeft hem zelf bedankt. Het is goed zo. Hij sluit het af.

Bron: https://www.scholieren.com/boekverslag/59056

 

Thema’s: Haat is een hoofdthema hier. Esther heeft haat aan haar criminele vriendje en de hoofdpersoon Mischa heeft haat aan zijn ex die hem heeft bedrogen. Hij heeft zo’n erge haat dat hij haar zelfs wilt neerschieten. Ook verkrachting/criminaliteit is een belangrijk aspect: de moord op Bart en de groepsverkrachting.

Motieven: criminaliteit, toeval en haat zijn ook motieven hier. Ze komen steeds terug in het verhaal. Criminaliteit: het kopen van een pistool om iemand te willen vermoorden, uiteindelijk vermoordt Mischa iemand anders die in het criminele leven zit. Hij (Bart) deed namelijk aan groepsverkrachting.

Haat: dit is een terugkerend gevoel in het verhaal. Mischa heeft haat aan zijn ex. Hij besluit een pistool te kopen en wil haar vermoorden. Uiteindelijk verandert hij alsnog van gedachten. Wel draagt hij het pistool op zak en dat komt goed uit. Wanneer hij in de trein een criminele jongen tegenkomt die een meisje aan het treiteren is, twijfelt hij geen moment en schiet hem tot 4x in zijn lichaam. De jongen is dood.

Toeval: Mischa komt de criminele jongen per toeval tegen in de trein. Ook in Sydney komt hij een bekende tegen. Namelijk Esther, de vriendin van Bart. (die hij heeft neergeschoten)

Het verhaal is verder vertelt in hij-perspectief en speelt zich af in Ijperloo en in Zuiderloon. Het verhaal speelt zich in het heden af.

Ruimte/verteltijd: het verhaal speelt zich af in het heden en de scenes spelen zich af bij Mischa thuis, in het bos, in de trein en in Sydney.

 

Eigen mening:

Ik vind het een slecht boek. Er zat geen leuk verhaal in en het was niet erg spannend. De meeste dingen in dit boek lijken ook erg nep. Mischa is namelijk erg naïef om zomaar die jongen neer te schieten en niet te weten wie hij is. Achteraf bleek het toch een goede beslissing geweest te zijn maar dit kon ook gewoon een doodnormale jongen zijn die een beetje zat te klieren met zijn vriendin. Ook op het eind zegt hij dat hij zijn nieuwe vriendin niet hoeft te vertellen van de moord omdat Esther hem bedankt heeft. Dit is verder nergens op gebaseerd en slaat nergens op. Ook vind ik het geen origineel verhaal. Het gaat gewoon over criminaliteit en verkrachting.

 

Boek: de laatkomer

 

Samenvatting:

Desiré Cordier is de hoofdpersoon van het verhaal. Hij is 74 jaar en doet net alsof hij dement is om van zijn vrouw Moniek af te komen. Zelf durft hij niet te scheiden dus dacht hij maar laat ik doen alsof ik dementerend ben, en met succes.

Vroeger had Desiré altijd een jeugdliefde genaamd Rosa Rozendaal. Ze was altijd smoorverliefd op Desiré maar Desiré durfde haar nooit te kussen. Desiré heeft via via gehoord dat ze nu in een tehuis zit. Nog meer motivatie voor hem om dementie voort te zetten. Ook zet zijn vrouw hem zelfs een paar keer voorschut onder andere bij zijn kinderen. Moniek besluit hem erectiepillen te geven om aan te tonen dat hij geen seks meer kan en wil. Vanaf dat moment weet Desiré het zeker. Op gegeven moment wordt het zo erg dat hij wel naar en tehuis toe moet. Hij doet dingen als: kleren kopen zonder te betalen en uiteindelijk worden aangehouden door de politie, kopjes in de wasmachine, ’s nachts in bed poepen en wanneer hij een taart moet halen komt hij thuis met een broodrooster. Ook doet hij net alsof hij niet weet wie zijn vrouw is. Hij noemt haar de hele tijd Camilla in plaats van Moniek. Hij wordt in het tehuis ‘Home Winterlicht’’ geplaatst waar hij inderdaad zijn oude jeugdliefde terugziet. Wel merkt hij op dat ze een stuk lelijker is geworden.

In het tehuis doet Desiré allerlei spelletjes met het verplegend personeel. Hij doet onder andere bingo en bordspelletjes. Op een dag ontmoet hij een man in het tehuis die hem doorheeft. Ook hij speelt hetzelfde spelletje als Desiré. Hij zegt dat hij vaak periodes heeft dat hij helemaal geen zin heeft om met iemand te praten, daarom zoekt hij vaak het tehuis op. Ook komt Desiré een oude nazi tegen die zichzelf daar verstopt. In het tehuis begint Desiré ook weer te roken. Moniek wordt boos als ze dit hoort maar zijn dochter Charlotte is juist opgelucht. Dit omdat ze zelf al een lange tijd rookt maar niks tegen haar ouders heeft durven zeggen.

Ondertussen zit hij al een jaar in het tehuis en is net 74 jaar geworden. Desiré begint er langzaam aan genoeg  van te krijgen. Hij is niet origineel want er is nog een man die het zelfde plannetje had bedacht. Hij besluit de oude nazi te gaan ontmaskeren en met succes.

In het laatste stuk van het verhaal kom je te weten dat Moniek aan telefoonvrees lijdt: het laatste telefoontje voor zijn dood wacht ze af. Verder beeldt Desiré zich in hoe zijn vrienden van het ‘jeux de boullen’ over zijn dood praten. Hij vraagt zich af hoe ze naar zijn begrafenis komen. Het was uiteindelijk toch niet zo’n slim idee. Hij ziet dat hij eigenlijk een verkeerde keuze heeft gemaakt. Hij is namelijk niet origineel omdat meerdere mensen dit doen en zijn oude jeugdliefde is inmiddels overleden. Alles wat hem nou nog rest, is nog de dood.

 

Thema's: Teleurstelling, hij maakt een domme keuze door dement te spelen. Dit pakt uiteindelijk slecht voor hem uit.

Motieven:  Schijn, Desiré doet de hele tijd alsof hij dement is.

Ouderdom: de samenleving gaat niet altijd even goed om met de ouderen in een tehuis, ze worder echter als kleine kinderen behandelt.

 

 

 

 

Ruimte/verteltijd:  het verhaal speelt zich vooral af bij Desiré thuis en in het tehuis. Verder speelt het verhaal zich af in het heden.

Eigen mening:

Ik vind het boek redelijk goed. Het is een origineel thema met een leuk verhaal, ik had er wel wat meer van verwacht, vooral van het einde had ik meer verwacht. Ik had gehoopt dat hij zijn geheim zou onthullen aan zijn naasten en dat er daardoor hevige discussies ontstonden. In plaats daarvan loopt het verhaal af met het feit dat hij een domme keuze heeft gemaakt en dat daardoor hem alleen nog de dood hem rest.

boekenoverzicht Havo 5 hierboven

  • Het arrangement Opzet Wikiwijs leeslogboek H5 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Thijs van Berkel
    Laatst gewijzigd
    2017-03-14 12:58:56
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Leerniveau
    HAVO 5;
    Leerinhoud en doelen
    Nederlands; Literatuur;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Musters, Marloes. (2016).

    Opzet Wikiwijs leeslogboek H5

    https://maken.wikiwijs.nl/84277/Opzet_Wikiwijs_leeslogboek_H5

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.