Hoe beschrijf je nu hoe muziek klinkt? Dat is best lastig. Je hoort vaak wel of muziek vrolijk of juist verdrietig klinkt, maar hoe komt dat dan? Hoe leg je dit nu uit? De volgende termen geven je houvast om muziek te kunnen verwoorden.
Toonhoogte (melodie) - Toonduur (ritme) - Tempo - Dynamiek - Stijl - Klankkleur - Vorm
De melodie
De melodie van een muziekstuk is datgene wat je vaak als eerste meezingt. Het is een opeenvolging van toonhoogtes, die samen een muzikale gedachte met een specifiek karakter vormen. Een melodie heeft altijd een duidelijk begin en eind. In klassieke muziek wordt de melodie ook wel thema genoemd. In popmuziek wordt de melodie vaak gezongen, en in klassieke- en jazzmuziek wordt deze vaak door een instrument gespeeld. Je kan naast welk instrument of welke zangstem de melodie speelt/zingt ook iets vertellen over hoe de melodie is opgebouwd. Zit er veel herhaling in? Of zijn het juist allemaal losse fragmentjes? Zie ook het schema hiernaast.
Tempo
Met tempo wordt de snelheid van de muziek bedoeld, deze tik je vaak mee met je voet. Om een tempo aan te duiden worden Italiaanse termen gebruikt, zoals allegro (snel), largo (traag) of andante (gaande). In popmuziek spreek je over beats per minute (BPM). Bijvoorbeeld hiphop gebruikt vaak een tempo van tussen de 85 en 120 BPM, terwijl dit bij house eerder 110-140 is.
Muzikale bouwstenen - Klankkleur
Klankkleur
Klankkleur (ook wel timbre of sound) is het specifieke muzikale geluid van een instrument of stem. De klankkleur zorgt er voor dat je bijvoorbeeld het verschil hoort tussen een viool en een piano.
De instrumenten kunnen worden onderverdeeld in familiegroepen: houtblazers - koperblazers - strijkinstrumenten - slaginstrumenten - snaarinstrumenten
Houtblazers
Tot de houtblazers behoren de 1. blokfluit - 2.dwarsfluit - 3. klarinet - 4. saxofoon - 5. hobo - 6. fagot. De dwarsfluit behoort tot de houtblazers omdat deze vroeger van hout was, en de saxofoon behoort tot deze groep vanwege het mondstuk met houten rietje.
Koperblazers
Deze instrumenten kunnen in een orkest erg luid spelen. De groep bestaat uit 1. de trompet - 2. dehoorn - 3. de trombone - 4. de tuba. Het belangrijkste verschil tussen de hout- en koperblazers zit in het mondstuk. Koperblazers blazen niet in een gaatje of op een rietje zoals bij houtblazers, maar in een mondstuk. Zij zetten het mondstuk aan hun lippen en blazen zoveel mogelijk lucht door de lippen. Zo slaan de lippen aan het trillen en die trilling wordt overgedragen op het instrument.
Strijkinstrumenten
Strijkinstrumenten zijn snaarinstrumenten die worden bespeeld met een strijkstok. Door de strijkstok met de juiste snelheid en druk dwars over de snaar te bewegen wordt deze in trilling gebracht, waarmee de typerende klankkleur ontstaat. Je kan ook tokkelen op de snaren van een strijkinstrument, dit wordt pizzicato genoemd. De strijkinstrumenten zijn van hoog naar laag:
1. viool - 2. altviool - 3. cello - 4. contrabas
Slaginstrumenten
Onder slagwerk wordt in de muziek algemeen verstaan: de muziekinstrumenten die doorgaans door middel van een slagtechniek bespeelt. Klein slagwerk wordt ook wel percussie genoemd. Onder het slagwerk worden de volgende instrumenten gerekend: Pauk - bass drum (onderdeel drumstel) - bekken - tamboerijn - triangel - snare drum (onderdeel drumstel) - woodblock - xylofoon - castagenetten - gong
Popinstrumentarium
In een popband worden vaak dezelfde instrumenten gebruikt. De ritmesectie (de basis van de muziek) bestaat meestal uit het drumstel, basgitaar en gitaar. Ook kan er een piano/keyboard worden toegevoegd. In grote bands worden vaak ook blazers (trompet/saxofoon) gebruikt. Natuurlijk kan er naast en zanger/es ook een achtergrondkoortje worden gebruikt.
Oefenen
Op de volgende site kan je horen hoe de instrumenten klinken.
Muzikale bouwstenen - Dynamiek - Vorm - Samenklank
Dynamiek - Vorm - Samenklank
We noemen het sterk of zacht spelen van muziek ook wel de dynamiek van de muziek. Dit is een belangrijk onderdeel van muziek maken, want hiermee kunnen we de muziek mooier, spannender en interessanter maken. Om aan te geven op welke sterkte je moet spelen worden er Italiaanse termen gebruikt. Het Italiaanse woord voor "sterk" is forte, en het woord voor "zacht" is piano. Deze woorden worden bijna altijd op de notenbalk afgekort met F voor forte en P voor piano. Behalve een plotselinge verandering in sterkte, kan dit ook langzaamaan. Het woord crescendo betekent dat je beetje bij beetje sterker moet worden. Het woord decrescendo betekent beetje bij beetje zachter worden.
Vorm
Vooral in populaire muziek wordt vaak een "vast" vormschema gebruikt. Vaak wordt de volgende volgorde gebruikt:
- Intro
- Couplet
- Refrein
- Couplet
- Refein
- Bridge
- Refrein
Een couplet is een gedeelte van een lied. Een couplet komt nooit alleen voor, er zijn altijd meerdere coupletten. Elk couplet heeft wel dezelfde muziek, maar meestal een andere tekst (woorden).
Een refrein is een gedeelte van een lied dat meerdere keren gezongen wordt. Meestal blijven de tekst en de muziek hetzelfde. Een refrein kun je meestal goed meezingen, vaak komt hier de titel in voor.
Een bridge is een opvallend gedeelte in een lied. Het heeft een andere melodie dan het couplet of het refrein. De tekst van de bridge is meestal het belangrijkste stukje tekst.
In een popsong kan ook een solo voorkomen.
Samenklank
Een akkoord is een samenklank van minstens drie tonen. Dat betekent dat je minstens drie tonen tegelijk moet spelen, het kunnen er ook vier of vijf zijn. Instrumenten zoals een piano, gitaar of keyboard zijn geschikt om akkoorden op te spelen. Een akkoord kan majeur zijn (klinkt vrolijk) of mineur (verdrietig).
Ook kan een samenklank consonant zijn, dan klinken de tonen harmonieus bij elkaar. Ook zijn er samenklanken die dissonant zijn, deze samenklank wringt. We spreken ook wel van een scherpe klank, noten worden samengespeeld waar we dat niet van gewend zijn.
Het arrangement Leerling H5: Hoe beschrijf je muziek? 2017 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Kunsttheorie ATC
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2017-01-31 20:36:52
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.