Blok 4: Cultuur Dr.Nassau

Blok 4: Cultuur Dr.Nassau

Blok 4: Cultuur Dr.Nassau

Blok 4: Cultuur

Inleiding

Blok 4 gaat over cultuur.

 

Tijdens dit blok gaan we het meeste werken met deze wikiwijs. Dit gaan we doen aan de hand van verschillende onderdelen.

De verschillende onderdelen kun je vinden op deze site.

 

Belangrijk is dat je elke les de opdrachten die je maakt zelf behoudt!

 

Veel succes met de blok

Leerdoelen

Aan het einde van dit blok hebben jullie een aantal leerdoelen behaald.

Deze leerdoelen komen hieronder te staan. In het kopje Wat moet je lerenkomen de bladzijden en begrippen te staan die je moet leren. Maak hier dus ook gebruik van!

Planning

De planning voor komende periode kunnen jullie hieronder vinden:

Wanneer een docent niet aanwezig is, kun je dus toch nog aan het werk

Wat moet je leren?

Beste leerlingen,

 

Hieronder vinden jullie de PowerPoints van het boek die gaan over dit hoofdstuk. De PowerPoints dienen als een hulpsteun bij het leren van de toets .

De volgende onderdelen van het boek moet je lezen en leren :

 

Westers cultuurgebied (Mavo/Havo/Vwo)

Leerdoelen

​Leerdoelen van deze les:

 

  • de begrippen cultuur en cultuurgebied omschrijven
  • de indeling van cultuurgebieden benoemen
  • de indeling van kenmerken van cultuurgebieden benoemen
  • voorbeelden noemen van kenmerken die in bepaalde cultuurgebieden voorkomen

 

Vooraf

Een cultuurgebied is een gebied waar mensen kenmerken met elkaar gemeen hebben op gebied van geloof, muziek, kleding, taal en andere zaken. De wereld telt acht cultuurgebieden. Eén van die cultuurgebieden is het westers cultuurgebied, waar ook Nederland bij hoort.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • de begrippen cultuur en cultuurgebied omschrijven.
  • minimaal drie belangrijke kenmerken van het Westers cultuurgebied noemen.
  • uitleggen waarom cultuurgebieden constant veranderen.(Havo/Vwo)

Stap 1

Wat is cultuur?

Bekijk de video. Doe hiervoor je oordopjes in, of bekijk de video thuis,

Een cultuur is het geheel van gedragsregels, omgangsvormen, waarden en normen, tradities, taal, religie, mode, muziek, eten en ga zo maar door. Het is het geheel dat de samenleving kenmerkt. Niet dat iedereen binnen een cultuur hetzelfde eet, zich hetzelfde kleedt of dezelfde ideeën aanhangt, maar er is in elke samenleving wel een bovenstroom zichtbaar, een dominante cultuur.

Reis over de wereld en je weet dat er, naast de vele overeenkomsten, ook grote verschillen zijn tussen mensen en landen. Het verschil tussen Nederland en België is heel wat minder groot dan dat tussen Nederland en Bolivia bijvoorbeeld. Bolivia en Peru lijken wel weer op elkaar. De Verenigde Staten van Amerika hebben meer gemeen met Canada dan met Mexico. En zo kun je nog wel even doorgaan. Net zolang tot je de wereld in verschillende cultuurgebieden hebt onderverdeeld.

Een cultuurgebied is een gebied waarin de bewoners dezelfde dominante cultuur met elkaar delen.
Met de kenmerken van die dominante culturen kun je de wereld in verschillende cultuurgebieden indelen.

In de bron hieronder zie je een indeling van de wereld in acht verschillende cultuurgebieden.

 

1. Wat is de betekenis van het woord cultuur?

2. Leg nu in je eigen woorden uit wat cultuur inhoudt? 

3. Tot welke cultuurgebieden behoren de volgende landen? (Schrijf de antwoorden in je schrift)

  • Australië
  • China
  • Mexico
  • Turkije
  • India
  • Indonesië
  • Rusland
  • Nigeria

4. Welke bron (bladzijde) uit de atlas kun je gebruiken om antwoord te geven op vraag 3?

 

Stap 2

Het westers cultuurgebied

Elk cultuurgebied heeft verschillende eigenschappen.
Lees de omschrijving van het westers cultuurgebied.

Kenmerkend voor het westerse cultuurgebied is het belang dat wordt gehecht aan democratie, aan vrijheid van meningsuiting, aan gelijkheid en aan individualisme.
Een ander kenmerk is dat de westerse cultuur is ingesteld op veranderingen en zich snel aanpast. Dat betekent ook dat de westerse cultuur openstaat voor invloeden van buitenaf.

De westerse wereld is het dominantste cultuurgebied sinds de West-Europese landen een groot deel van de wereld hebben gekoloniseerd. Westerlingen hebben hun sporen op verschillende plekken achtergelaten, maar nemen van die plekken ook wat mee terug. Steeds meer mensen emigreren van het ene cultuurgebied naar het andere en nemen hun eigen cultuur mee. Daardoor veranderen cultuurgebieden voortdurend. De grenzen van cultuurgebieden kunnen ook langzaam vervagen.


Zijn de volgende stellingen waar of niet waar?

  1. Alle democratische landen van de wereld behoren tot het westerse cultuurgebied.
  2. Mensen uit het westers cultuurgebied willen niets met andere culturen te maken hebben.
  3. Sinds het begin van onze jaartelling is de westerse cultuur de dominante wereld cultuur.
  4. Over 100 jaar zijn de grenzen van het westers cultuurgebied gelijk aan de grenzen van nu.

Vergelijk jouw antwoorden met de antwoorden van een klasgenoot.
Bespreek eventuele verschillen.

Stap 3

Omgaan met andere culturen

Lees onderstaand gedicht.

Ik wil niet
dat mijn huis
van alle kanten
ommuurd is
en dat mijn ramen potdicht zitten
ik wil
dat de culturen
van alle landen
door mijn huis waaien
zo vrij als maar mogelijk is
maar ik zal mij door geen ervan
omver laten blazen

Mahatma Ghandi


Wat drukt het gedicht uit?
Cultuurverandering of cultuurvervaging?
Bekijk nu ook de volgende video over omgaan met andere culturen.
Vraag 1. Wat zal in dit verband bedoeld worden met:
                  'Een goede zakenman is van alle markten thuis.'

 

Stap 4

Je gaat verhuizen naar één van de volgende steden: Washington in de Verenigde Staten, Nairobi in Kenia, Lhasa in Tibet of Sydney in Australië.
Zoek in de atlas waar de verschillende steden liggen.
Geef voor iedere stad aan in welk cultuurgebied de steden liggen.

Lees daarna de informatie over de vier steden.

Washington (Verenigde Staten van Amerika)
Amerikanen zijn trots op hun land en dat is goed zichtbaar. Kijk maar naar hun hoofdstad, Washington DC. Een monumentale stad, de hoofdstad van een supermacht. Het is ook een stad van tegenstellingen. Aan de ene kant een beetje saai en voorspelbaar, met mannen in keurige pakken met stropdas en vrouwen in nette mantelpakjes en plooirokken. Veel inwoners werken voor de overheid. Aan de andere kant een stad met hoge criminaliteits¬cijfers en wijken waar je beter weg kunt blijven.

Ongeveer de helft van de inwoners van Washington bestaat uit zwarte Amerikanen terwijl iets meer dan één derde blank is. In 1954 was Washington de eerste stad in de VS die haar scholen openstelde voor zowel blanken als zwarten. De stad werd een centrum voor de Burgerrechtenbeweging. Bijna 8% van de bevolking is oorspronkelijk afkomstig uit Latijns-Amerika, 60% is Afro-Amerikaans en een kleine 3% is afkomstig uit een Aziatisch cultuurgebied. Natuurlijk is iedereen de Engelse taal machtig.

 

Nairobi (Kenia)
Nairobi is een grote stad. Er wonen ongeveer 4 miljoen mensen. Je vindt er alles wat je in grote steden nodig hebt: banken, kantoren, industrie, winkels, restaurants, werkplaatsen, enzovoort. In de winkels en op de markt kun je, naast de typische Afrikaanse producten, alles kopen wat je ook in Nederland hebt, van merkkleding tot mobieltjes. Niet iedereen is er evengoed gehuisvest: Nairobi heeft, naast wijken met moderne woningen, ook grote krottenwijken.

De hoofdstad van Kenia is multicultureel. In Kenia wonen ongeveer 40 verschillende volken en ze zijn allemaal terug te vinden in de hoofdstad, naast Europese en Aziatische immigranten. Protestanten, rooms-katholieken, moslims, hindoes en mensen met andere godsdiensten leven er naast elkaar. De stad telt veel goede basis- en middelbare scholen en enkele universiteiten. Je kunt er met Engels uit de voeten en ook met Swahili. In Kenia en ook in Nairobi spelen vrouwen een grote rol in de economie.

 

Lhasa (Tibet)
Lhasa is de eeuwenoude hoofdstad van het Tibetaanse Rijk. Sinds 1964 is Tibet niet langer als land onafhankelijk, maar is het een provincie van het machtige en veel grotere China. Nu wonen er bijna evenveel Chinezen als Tibetanen in het land. De stad is de traditionele zetel van de dalai lama, de religieuze leider van de boeddhistische Tibetanen. Sinds de Chinese machtsovername leeft de dalai lama in India. Lhasa betekent letterlijk "land van de goden". Voor de Tibetanen komt hun godsdienst dan ook op de eerste plaats. Overal kom je kloosterlingen tegen, goed herkenbaar aan hun rode gewaden.
Lhasa heeft meer dan een miljoen inwoners en ligt op een hoogte van ongeveer 3.650 m.  De meeste inwoners zijn Tibetaan (ongeveer 80%), maar er is een grote Chinese minderheid (bijna 17%). Er wonen weinig of geen mensen uit de andere cultuurgebieden.
In Lhasa wordt natuurlijk Tibetaans gesproken, maar China probeert het gebruik van het Chinees te bevorderen.

 

Sydney (grootste stad van Australië)
Sydney is gesticht in 1788 en daarmee is het niet alleen de grootste, maar ook de oudste stad van het land. Arthur Philip begon er dat jaar een strafkolonie voor Britse gevangenen. De eerste tekenen van bewoning zijn veel ouder. Aborigines, de oorspronkelijke bewoners van Australië, woonden er al meer dan 30.000 jaar. Ook nu woont er nog één van de grootste Aboriginesgemeenschappen van het land, maar ze zijn wel in de minderheid. De meeste inwoners zijn afstammelingen van blanke Europeanen. Verder wonen er veel Aziaten. Sydney is tegenwoordig een echte wereldstad door de grote verscheidenheid aan nationaliteiten en culturen die het herbergt.
De bewoners van Sydney hebben de ruimte. De bijna vier miljoen inwoners zijn verspreid over meer dan 2000 km2. Het stedelijk gebied is zes keer zo groot als Londen of Rome.
De stad is rijk, heeft een subtropisch klimaat, veel nationale parken binnen de stadsgrenzen en een grote haven. De voertaal is Engels.

 

Vraag 1: Schrijf per stad 3 voordelen en 3 aantal nadelen op
Vraag 2: Naar welke stad zou jij het liefst verhuizen?

Cultuur en identiteit (Mavo/Havo/Vwo)

Leerdoelen

Leerdoelen van deze les:

  • uitleggen waarom kleding en regio met elkaar te maken hebben.
  • uitleggen dat er op verschillende plekken, in verschillende regio's kledingvoorschriften bestaan.
  • uitleggen dat die regels behalve regionaal ook cultuurgebonden zijn.
  • uitleggen hoe en waarom veel regels voor christenen, moslims en joden op elkaar lijken.
  • verschillende kledingregels en de do's and don'ts in kleding benoemen.

Vooraf

Cultuur is de manier waarop een groep mensen leeft. Culturelementen zijn de kenmerken waaraan je cultuur kunt herkennen. De belangrijkste cultuurelementen zijn:

1. Taal

2. Godsdienst

3. Gewoonten

Vraag 1.  Bekijk het bovenstaande fragment van cabaretier Jochem Myjer.  Hierin worden een aantal cultuurelementen benoemd. Welke zijn dit? Geef minimaal 3 voorbeelden

1.

2.

3.

 

Stap 1

Gepast of ongepast?

 

Hieronder zie je vijf afbeeldingen. De personen op de afbeeldingen dragen opvallende kleding.
Doe per afbeelding de volgende opdracht met z'n tweeën:

 

  • Beschrijf elkaar de kleding op de afbeelding.
  • Vind je de kleding gepast/ongepast? Leg uit waarom.
  • Wat zegt de kleding over 'wie je bent'?
  • Zou je de kleding zelf willen dragen?

 

Naast dat er we veel verschillen kennen als mensen. Hebben we ook veel overeenkomsten. Kijk naar het volgende filmpje van de Deense televisie:

All That We Share

Stap 2

Opdracht:

Ga voor de volgende les Beilen in. Maak hier  fotos van  cultuurelementen uit verschillende culturen. Denk hierbij aan: 

  • Voedsel
  • Kleding
  • Soorten atributen

Stuur deze foto's op naar je lesgevende docent. Zet bij elke foto neer uit welk cultuurgebied het cultuurelement komt. 

Let op! Zet geen mensen op de foto, tenzij je het netjes hebt gevraagd. 

Cultuur en geloof (Mavo/Havo/Vwo)

Leerdoelen

Leerdoelen van deze les:

  • de verschillende cultuurgebieden van de wereld benoemen.
  • uitleggen dat in Nederland veel mensen uit andere cultuurgebieden wonen.
  • uitleggen waarom het vieren van eigen feestdagen voor alle culturen belangrijk is.
  • uitleggen hoe de voornaamste feesten uit andere culturen gevierd worden.

Vooraf

De wereld is verdeeld in cultuurgebieden. Dat zijn gebieden waar de meerderheid van de inwoners zich met elkaar verbonden weet via zaken als godsdienst, muziek, taal of kleding. In Nederland bevinden zich ook veel mensen die oorspronkelijk uit andere cultuurgebieden afkomstig zijn. En allemaal hebben ze hun eigen feestdagen.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • de verschillende cultuurgebieden van de wereld benoemen. (M/H/V)
  • kunt de begrippen allochtoon en immigrant beschrijven. (M/H/V)
  • uitleggen waarom er niet gesproken kan worden van één Nederlandse identiteit. (H/V)

Stap 1

De wereld kant in negen verschillende cultuurgebieden verdeeld.

 


In de Kennisbank Aardrijkskunde vinden we een onderdeel over cultuurgebieden.
Bestudeer dit gedeelte op pagina 3 en 4.

KB: Cultuurgebieden

In Nederland wonen veel mensen uit verschillende landen en cultuurgebieden. Er wonen nu bijna 3,3 miljoen mensen uit ongeveer 160 verschillende landen in Nederland. Dat is bijna 20% van de bevolking.
Eén op elke 5 Nederlanders heeft zijn of haar wortels buiten Nederland.
Het kan zijn dat zij zelf immigrant zijn of dat hun ouders naar Nederland zijn verhuisd.
Een immigrant is iemand die vanuit het buitenland naar Nederland komt.
Een ander woord voor immigrant is allochtoon. Dat betekent zoveel als 'van vreemde aarde'.

Voorbeelden van landen waaruit veel mensen naar Nederland zijn geïmmigreerd zijn: Indonesië, Suriname, Marokko en Turkije.

Vraag: Tot welke cultuurgebieden horen deze vier landen?

Stap 2

Nationale feestdagen

In Nederland kennen we de volgende acht erkende feestdagen. Dit zijn dagen waarop veel mensen een vrije dag hebben. Het gaat om de volgende feestdagen:

  • Nieuwjaarsdag
  • Goede Vrijdag
  • Pasen
  • Koningsdag
  • Bevrijdingsdag (eens in de vijf jaar)
  • Hemelvaartsdag
  • Pinksteren en
  • Kerstmis

Weet jij wat er op deze feestdagen gevierd wordt? Nee? zoek het dan op.

Het christendom is in Nederland al heel lang de godsdienst met de meeste aanhangers. Welke van de erkende feestdagen is een christelijke feestdag?

 

Naast het christendom komen er nog een aantal geloven voor in Nederland. Hieronder zie je van een aantal geloven hoeveel aanhangers van dat geloof er in Nederland zijn.

Verdeling van de nationale feestdagen over godsdienstige en niet-godsdienstige Nederlanders

godsdienst aantal mensen erkende feestdagen
christendom ± 8.000.000 8
islam ± 1.000.000 0
hindoeïsme ± 100.000 0
boeddhisme ± 40.000 0
jodendom ± 30.000 0
niet-gelovig ± 6.000.000 0

 

Vraag 1: Wat vind je van de verdeling van het aantal erkende feestdagen?
 

Stap 3

Belangrijke feesten

 

Hieronder zie je enkele belangrijke feesten van het Jodendom, de islam, het hindoeïsme en het boeddhisme.

Jodendom: Grote verzoendag, Het Loofhuttenfeest, Chanoeka.
Islam: Het Suikerfeest (Eid-al-Fitr), Het Offerfeerst (Eid-Al-Adha), De Bedevaart naar Mekka (Hadj).
Hindoeïsme: Het Holifeest, Het lichtfeest (Divali).
Boeddhisme: Songkran, Boeddha-dag, Feest van de tand.

Stappen:

Kies minimaal zes feesten uit. (voor Mavo 3 feesten)
Zoek op internet een korte omschrijving van het feest. Zet deze beschrijving in je eigen woorden. 
Probeer ook te achterhalen wanneer het feest gevierd wordt.
Zoek bij de feesten die je hebt uitgekozen een passende afbeelding.

 

 

Stap 4

Toets

Voor je begint aan de afsluiting maak je de toets 'Cultuur en geloof'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.
De score wordt opgenomen in het volgsysteem.

Klik op de knop 'Toets' om te beginnen:

Toets:Cultuur en geloof

Begrippenlijst

Cultuur(gebied)
Aangeleerde zaken zoals taal, gewoonten, tradities, etc. In een cultuurgebied vinden we veel gelijkenissen wat betreft cultuur.
 
Taal(gebied)
Een taal is een manier om te communiceren door klanken, letters, woorden en zinnen. Een gebied waarin de bewoners overwegend dezelfde taal spreken, noemen we een taalgebied.

Nederlandse Identiteit (Mavo, Havo, Vwo)

Vooraf

De komende les gaan jullie aan de slag met de Nederlandse Identiteit.

 

De hoofdvraag van de les zal zijn: Wat is de Nederlandse Identiteit

 

Deze vraag gaan we aan het einde van de periode ook weer behandelen

 

Stap 1

Bekijk onderstaand filmpjes. Geef hierna antwoord op de vraag die eronder staat:

 

 

 

Vraag: Wat vind jij een typisch Nederlands cultuurelement? Noem minimaal 3 voorbeelden?

Multicultureel (Mavo, Havo, Vwo)

Vooraf

De Willemsweg in Nijmegen is in de loop der jaren uitgegroeid tot het winkelhart van het Willemskwartier. Het Willemskwartier was van oorsprong een blanke volkswijk. Maar Anno 2012 omschrijven de ondernemers van de restaurants en winkels de Willemsweg als internationaal en multicultureel. Klopt deze omschrijving? En waarom? Daar ga je aan de hand van filmpjes en Google streetview onderzoeken.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • de begrippen etniciteit en segregatie omschrijven.
  • uitleggen waardoor en hoe de bevolkingssamenstelling in een wijk kan veranderen.

Stap 1

Virtuele wandeling

Jullie beginnen deze opdracht met een korte virtuele wandeling door de Willemsweg te Nijmegen. Deze straat vormt het winkelhart van het Willemskwartier.

Ga naar Google-streetview . Ga met Pegman, de Google-streetviewgids, naar de kruising van de Genestetlaan en de Jan Luykenstraat.

Loop op de Willemsweg in de richting van de Tollensstraat en weer terug tot aan de kruising met de Genestetlaan.
Onderweg krijgen jullie trek in een snack en gaan jullie bij een van de cafetaria's of eethuizen naar binnen. Aan jullie de keuze.

Onder het genot van een virtueel hapje of een drankje maken jullie alvast wat aantekeningen over de winkels en restaurants waar je bent langsgelopen.

Stap 2

Na de virtuele wandeling bekijken jullie het filmpje ‘Willemsweg’.
Het filmpje gaat over de opknapbeurt voor de Willemsweg rond 2006. Maar als ontwerpers van een straatgidsje zijn jullie voornamelijk geïnteresseerd in het multiculturele karakter van de straat. Daar geeft het filmpje ook een overzicht van. Houd pen en papier klaar om aantekeningen te maken.
Let daarbij op:

  • de namen van de ondernemers.
  • wat voor soort zaak zij runnen.
  • hun opmerkingen over het multiculturele karakter van hun winkelstraat.
  • hun wensen voor de toekomst van de winkelstraat.

Bekijk het volgende filmpje:


Wat noemt Meneer Reingoud van het Surinaamse eethuis als verbeterpunt van de Willemsweg?

Stap 3

Een beetje geschiedenis

Lees het verhaaltje over de geschiedenis van het Willemskwartier.

Het Willemskwartier is van oudsher een volksbuurt. Oorspronkelijk wonen er voornamelijk laagbetaalde en niet hoogopgeleide mensen. Zo rond 1950 begint de bevolkingssamenstelling te veranderen. Met de groeiende welvaart gaan steeds meer kinderen naar het voortgezet onderwijs en vervolgens naar de universiteit. Na hun opleiding willen ze vaak niet meer in hun oude volkswijk wonen.
Tegelijkertijd verouderden de huizen, een reden voor bewoners om te verhuizen naar modernere woningen in andere gedeeltes van de stad. Met het vertrek van de autochtone Willemskwartierders komt er plek voor de groeiende groep allochtonen. Zij komen hier als gastarbeiders en de lage huren zijn aantrekkelijk voor hen.
Anno 2012 wonen in het Willemskwartier meer dan 20% Nederlanders van allochtone afkomst. Het Willemskwartier heeft slechte tijden gekend. Een mix van laag opleidingsniveau van de bewoners, hoge werkeloosheid en slecht onderhoud van de huizen veroorzaakte overlast en criminaliteit. Daardoor kreeg de wijk een slechte naam.   Maar na een grondige opknapbeurt – de sloop van oude huizen en vervangende nieuwbouw, gekoppeld aan inspanningen om de gemeenschapszin te bevorderen – zit de buurt nu weer in de lift.

 

Kijk samen of je antwoord kunt geven op de volgende vragen.

  • Waarom veranderde de bevolkingssamenstellling in het Willemskwartier rond 1950?
  • Waarom was de buurt aantrekkelijk voor allochtonen?
  • Waardoor zit de buurt de laatste jaren in de lift?

Het Willemskwartier heeft slechte tijden gekend. Een mix van laag opleidingsniveau van de bewoners, hoge werkeloosheid en slecht onderhoud van de huizen veroorzaakte overlast en criminaliteit. Daardoor kreeg de wijk een slechte naam.  Maar na een grondige opknapbeurt –de sloop van oude huizen en vervangende nieuwbouw, gekoppeld aan inspanningen om de gemeenschapszin te bevorderen -zit de buurt nu weer in de lift.

  • Wat is een iftar?

Stap 4

Winkels in de lift

Lees nu ook het volgende verhaal:

Dat de wijk weer in de lift zit, wordt aangetoond door de vestigingen van allerlei nieuwe winkels in de Willemsstraat.

Er is een markt voor hun producten en het zijn niet alleen de allochtone Willemskwartierders die plezier hebben van het gevarieerde aanbod. Boven de islamitische slagerijen, Turkse bakkers en Surinaamse eethuizen wonen veel studenten. Joyce Goverde, scholiere Communicatie aan de HAN zegt er dit over:

‘Het is een goede plek om te wonen. Door de aanwezigheid van allerlei etniciteiten is hier van alles te koop. Ik heb veel waardering voor de winkeleigenaren in de Willemsweg. Ze verdienen weinig geld, maar werken zich uit de naad. Door de overvloed aan plaatselijke grutters hoeven de meeste studenten voor boodschappen de straat niet uit. Het is net een klein dorp.’


Ook de ondernemers zelf zijn tevreden over de ontwikkelingen.
Luister maar eens naar de interviews met Tugay Yilmaz van Eethuis Anil, Mw. Kailey van New India Kleding en Mimi Schoots van Gaertner Wonen.

Bekijk de volgende interviews:

In het verhaaltje gebruikt de scholiere het woord etniciteiten.
Weten jullie wat dat woord betekent?
Zoek het zonodig op of bestudeer het onderdeel van de Kennisbank hieronder dat over etniciteit gaat.

KB: Etniciteit

Zorg dat je elkaar uit kunt leggen wat etniciteit te maken heeft met nationaliteit, religie, taal of cultuur.

Stap 5

Segregatie in het Willemskwartier?

In de Kennisbank Aardrijkskunde vind je ook een onderdeel over segregatie. Bestudeer dat gedeelte.

KB: Segregatie

Segregatie heeft te maken met afzondering, apart houden, afgescheiden houden. Uit de geschiedenis kennen we de segregatie tussen blank en zwart, de apartheid. Daarbij werd de ene bevolkingsgroep door de andere bevolkingsgroep onderdrukt. Het gescheiden houden was een onderdeel van die onderdrukking.
In het hedendaagse Nederland wordt  het begrip segregatie gebruikt voor het verschijnsel dat bevolkingsgroepen met vergelijkbare afkomst, opleiding en inkomen in een bepaalde stadswijk gaan samenwonen. Segregatie wordt ook wel het tegenovergestelde van integratie genoemd.  Een groep mensen zondert zich af van de rest van de mensen en probeert binnen het eigen gebied bepaalde waarden en normen te handhaven. Ze mengen zich dus bewust niet met de omringende bevolkingsgroepen.

Beantwoord nu samen de volgende vraag:
Komt volgens jullie segregatie veel voor in het Willemskwartier?
Leg jullie antwoord uit.

 

Stap 6

Toets

Voor je begint aan de afsluiting maak je de toets 'Multicultureel'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.
De score wordt opgenomen in het volgsysteem.

Klik op de knop 'Toets' om te beginnen:

Toets:Multicultureel

Grenzen (Vwo niveau)

Vooraf

Een land stopt bij zijn landsgrenzen.
Soms is het een duidelijk zichtbare grens, soms is het niet zo duidelijk waar de grens loopt en waaróm hij juist daar loopt.

In deze opdracht ga je aan de slag met landsgrenzen.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • omschrijven wat een natuurlijke grens en een wat een kunstmatige grens is en je kunt van beide soorten grenzen een voorbeeld noemen.
  • omschrijven wat wordt bedoeld met een volk en met een staat.
  • aan de hand van voorbeelden duidelijk maken dat een volk in verschillende staten kan wonen en dat in een staat verschillende volken kunnen wonen.
  • het begrip etnische minderheid omschrijven.

Stap 1

Grenzen - Volk en land

Bestudeer uit de Kennisbank Aardrijksunden pagina 1 en pagina 2 van het volgende onderdeel Grenzen.

KB: Grenzen

Vind jij dat de Nederlanders één volk vormen?
- Schrijf een voorbeeld op waaruit blijkt dat we één volk vormen.
- Schrijf ook een voorbeeld op waaruit blijkt dat we niet één volk vormen.


Maak ook het volgende toetsje.

Toets:Grenzen

Bestudeer nu ook de informatie over etnische minderheden.

KBEtnische minderheid

- Schrijf twee voorbeelden van etnische minderheden op die in Nederland wonen.

 

Stap 2

Toets

Voor je begint aan de afsluiting maak je de toets 'Grenzen'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.
De score wordt opgenomen in het volgsysteem.

Klik op de knop 'Toets' om te beginnen:

Toets:Grenzen

Stap 3

Download de lege kaart van Europa.
Gebruik de atlas.
Geef op de kaart van Europa de ligging van de volgende wateren aan:

  • Rijn
  • Donau
  • Elbe
  • Loïre
  • Po
  • het Kanaal
  • de Oostzee

Geef op de kaart ook de ligging van de volgende gebergten aan:

  • Pyreneeën
  • Alpen

Hoeveel landen zouden er volgens jullie in Europa zijn als de grenzen tussen de landen natuurlijke grenzen zouden zijn. Geef met verschillende kleuren de landen aan die er dan zouden zijn op de kaart.

Vergelijk jullie kaart met de kaart van twee klasgenoten.
Zijn er grote verschillen?
Bespreek de verschillen.
Pas jullie kaart eventueel nog wat aan.

Klaar?
Laat jullie kaart van Europa beoordelen door jullie docent.

Begrippenlijst

Natuurlijke grens
Natuurlijke elementen, zoals een zee, oceaan, rivier, woestijn of gebergte vormen de scheidslijn tussen gebieden.
Kunstmatige grens
Er zijn ook grenzen die je niet kunt zien of die niet natuurlijk zijn. Zo'n grens is er omdat de mens hem gemaakt heeft.
Politieke grens
Een denkbeeldige lijn die twee gebieden van elkaar scheidt. Dit kan gaan om landen, maar ook om gebieden, zoals gemeenten en provincies.
Volk
Een groep mensen die al eeuwenlang samenwoont met een overeenkomstige cultuur.
 
Staat
Een gebied dat door landsgrenzen is afgebakend. Een staat onderscheidt zich van een andere staat doordat het een eigen bestuur heeft.
Grensconflict
Een geschil over een grens (afbakening tussen landen of gebieden).

 
Etnische minderheid
Een kleine groep met een andere cultuur die in een land woont en daar in de minderheid is.
Godsdienst
Geloof in één of meerdere goden en alle gewoonten en rituelen die daar bij horen.
Cultuur(gebied)
Aangeleerde zaken zoals taal, gewoonten, tradities, etc. In een cultuurgebied vinden we veel gelijkenissen wat betreft cultuur.
 
Taal(gebied)
Manier om te communiceren door klanken, letters, woorden en zinnen. Een gebied waarin de bewoners overwegend dezelfde taal spreken, noemen we een taalgebied.

Allochtonen - Nederlander met een migratieachtergrond
Een persoon van wie één of beide ouders in het buitenland geboren zijn. Het betekent letterlijk: 'van een ander land'.

De WRR en het CBS schrappen vanaf november 2016 de woorden allochtoon en autochtoon. Zij zetten daarmee een nieuwe norm voor de overheid. De begrippen zijn niet meer precies genoeg en stigmatiserend. Vanaf nu wordt 'Nederlander met een migratie achtergrond' gebruikt.

Taalgrens
Een afscheiding tussen twee taalgebieden.





 
Regionale identiteit
De manier waarop de cultuur van een bepaald gebied zich onderscheidt van andere gebieden.
Migratiemotief
Reden waarom een persoon verhuist.
 
Streekproduct
Een product dat kenmerkend is voor een bepaalde streek.
 
Vluchteling
Mensen die vanwege economische, politieke, etnische of religieuze redenen uit hun eigen land moeten vertrekken.

Europa (Vwo niveau)

Vooraf

De Europese Unie begon ooit als EEG met 6 leden en heeft er nu 27.
Niet alle Europese landen zijn lid van de EU. Welke landen kunnen er nog bij, waar ligt de grens van de Europese Unie?
Moet dat een geografisch geheel zijn, een cultureel geheel of is het van belang dat het een economische eenheid is?

Aan het eind van deze les:

  • kun je een reden noemen waarom landen na de Tweede Wereldoorlog gingen samenwerken.
  • ken je de betekenis afkortingen EGKS, EEG, EG en EU en weet je in welke volgorde de organisaties zijn opgericht.
  • kun je minimaal tien landen noemen die lid zijn van de EU.
  • kun je omschrijven wat wordt bedoeld met ‘de EU is een vrijhandelsgebied’.
  • kun je uitleggen waarom de EU bij sommige mensen weerstand oproept.


Eindproduct
Als eindproduct van deze opdracht maken jullie een nieuwe kaart van Europa en stellen jullie de ideale grenzen van de EU vast!
Op de kaart geef je de landen van de EU een kleur.
In de legenda verklaar je:

  • Welke landen die nu geen lid zijn van de EU van jullie wel mogen toetreden en waarom;
  • Welke landen die nu wel lid zijn van de EU uit de Unie moeten worden gezet en waarom.


Beoordeling
Je krijgt een goede beoordeling als je:

  • Een duidelijke staatkundige kaart hebben gemaakt met daarop aangegeven welke landen wel en niet in de EU thuishoren
  • Een legenda hebben gemaakt bij de kaart met een heldere toelichting die laat zien waarom jullie hebben gekozen voor een geografische, culturele of economisch afbakening.


Activiteiten

Stappen Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen Informatie lezen en vragen beantwoorden over de Europese Unie.
Stap 2 Alleen Informatie lezen en vragen beantwoorden over de mogelijkheden van een land uit de Europese Unie.
Stap 3 Alleen Informatie lezen over democratie in Europa.
Stap 4 Alleen + samen Beargumenteren waarom de EU groter of kleiner zou moeten worden.
Stap 5 Alleen Toets Europa maken.
Stap 6 Samen Landkaart maken van de ideale Europese Unie.


Benodigdheden


Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap 1

Introductie
In 1952 werd door zes landen de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) opgericht. Deze zes landen vormden in 1957 de Europese Gemeenschap, de voorloper van de Europese Unie.
Vanaf 1973 kwamen er om de paar jaar enkele landen bij.
Sinds 2013 heeft de EU het huidige aantal lidstaten. In juli 2013 is Kroatië (voorlopig het laatste) lid geworden.

Bestudeer in de Kennisbank het onderdeel Europa:

KBEuropa

Vragen

  1. Op een gegeven moment zijn er tien landen tegelijk lid geworden van de Europese Unie. In welk jaar was dat?
  2. Hoeveel landen waren er eind 2007 lid?
  3. Zijn er sindsdien nog landen bijgekomen of afgevallen?

Stap 2

Europa of Europese Unie

In het dagelijks spraakgebruik hebben we het vaak over Europa terwijl we in feite de Europese Unie bedoelen. Hetzelfde geldt voor iemand die zich een Europeaan noemt.
Is een Europeaan iemand die uit de Europese Unie komt en een paspoort heeft met op de voorkant de naam van de Europese Unie en het land waar diegene vandaan komt? Of is dat iemand die uit het werelddeel Europa komt? Maar wat is dan iemand die uit Rusland of Turkije komt, landen die in twee werelddelen liggen?

Vaak kun je ook lezen: 'Je bent een Europaan als je je een Europeaan voelt.' Maar wat is typisch voor een Europeaan? Wat bindt de Europese burgers? Misschien kunnen we kijken welk televisieprogramma door honderden miljoenen Europeanen elk jaar in mei bekeken wordt.
Dan hebben we het natuurlijk over het Eurovisie Songfestival.

Je gaat verderop zelf de ideale landkaart van Europa samenstellen.
Maar kijk daarvoor eerst naar de drie kaarten hieronder:

1 Europa geografisch

2 De landen van de Europese Unie

3 De deelnemers aan het Eurovisie Songfestival (blauw)

Voorwaarde voor deelname aan het songfestival is het lidmaatschap van de European Broadcasting Union (EBU). Algerije, Egypte, Jordanië, Libanon, Libië, Liechtenstein, Tunesië en Vaticaanstad zijn lid van de EBU maar hebben nog nooit meegedaan. Kosovo is nog geen lid van de EBU.

Vragen

  1. Op welke van de drie landkaarten zijn de meeste landen ingekleurd?
  2. De naam Eurovisie (Songfestival) is een samentrekking van: Europa en televisie.
    Liggen alle landen die aan het Eurovisie Songfestival mogen meedoen in Europa?

 

Stap 3

Democratie in Europa

Noorwegen en Zwitserland liggen in Europa en naast landen die lid zijn van de EU.
Toch zijn ze geen lid van de EU. Hoe komt dat?

Lees het onderstaande artikel:

Begin jaren '70 werden Noorwegen, Denemarken, Groot-Brittannië en Ierland uitgenodigd om bij wat nu de EU is te komen. Daar liet de Noorse regering haar burgers op 26 september 1972 over stemmen. De meeste Noren stemden tegen. In 1994 liet de Noorse regering haar burgers opnieuw stemmen over toetreding tot de EU en opnieuw stemden de meeste Noren tegen.

Ook Zwitsers voelen er weinig voor om toe te treden tot de EU. Dit land heeft een lange traditie van neutraliteit. Dat wil zeggen: Zwitserland heeft van oudsher geprobeerd zich zo weinig mogelijk te bemoeien met oorlogen die andere landen tegen elkaar voeren. Zo hoopt het land oorlog altijd buiten zijn grenzen te houden. Om die reden sluit Zwitserland zich liever niet aan bij bonden van landen, dus ook niet bij de EU.

Verder zijn er vier piepkleine landen in Europa die geen lid van de EU zijn maar wel mee mogen doen aan het Eurovisie Songfestival. Dat zijn Andorra, Monaco, San Marino en Vaticaanstad. De meeste mensen in Andorra willen niet dat hun land lid wordt van de EU. Ook sommige inwoners van San Marino willen dat niet. Vaticaanstad kan geen lid worden, ook al zouden alle bewoners van dit piepkleine land dat nog zo graag willen. Het is geen democratie en er zijn geen verkiezingen, want daar maakt de paus de dienst uit. Alleen landen met een democratie mogen toetreden tot de EU.


Hieronder een link naar een kaart waarop de kleuren aangeven hoe democratisch een land wordt bestuurd. Donkergroene landen zijn heel erg democratisch, zwarte landen helemaal niet. De rest zit er tussenin.

Kaart : democratie in Europa

Leg deze kaart eens naast die van de EU en naast die van het Eurovisie Songfestival.
Hoe staat het met de democratie in Europa?
En bij de Songfestival-deelnemers?
Schrijf de namen op van landen die aan het Eurovisie Songfestival mee mogen doen en niet groen zijn gekleurd op de kaart, zelfs niet een klein beetje lichtgroen.

Stap 4

Moet de Europese Unie groter of kleiner worden?

De Europese Unie (EU) telt 27 lidstaten. Sommige burgers in de EU vinden dat er best nog meer landen bij mogen. Andere EU-burgers vinden 27 wel genoeg. En weer andere EU-burgers vinden 27 teveel. Van hen mogen één of meer landen uit de EU vertrekken.

Lees het onderstaande artikel.

Afgesproken is dat elk land dat bij de EU wil komen aan de volgende eisen moet voldoen:
  • Het moet een democratisch landsbestuur hebben.
  • Het moet de mensenrechten handhaven (en bijvoorbeeld de doodstraf afschaffen).
  • Het moet zijn wetten en regels aanpassen aan die van de andere lidstaten van de EU.
Landen als Kroatië, Turkije, Albanië en Servië zijn arm in vergelijking met de leden van de Europese Unie.
De EU vindt het belangrijk dat de verschillen zo klein mogelijk zijn. Daarom besteedt de EU een groot gedeelte van het geld (ongeveer 35 procent) aan steun voor armere gebieden. Sommige burgers zitten niet te wachten op (nog meer) armoede in de EU en wijzen daarom het lidmaatschap van deze landen af. Van de andere kant, elke uitbreiding tot nu toe was goed voor de Europese Unie: meer mensen en een grotere markt maken de Europese Unie als geheel steeds welvarender. Bovendien, naarmate de EU meer vergrijst (de gemiddelde leeftijd ligt boven 40 jaar) is toetreding van een ‘jong’ land als Turkije (gemiddelde leeftijd nog geen 30 jaar) misschien wel heel nuttig.

Sommige EU-burgers vinden dat bepaalde landen helemaal niet (meer) in de EU passen. Zo zou Turkije er niet in passen omdat het voor het grootste deel in Azië ligt en omdat de meeste burgers in het land islamitisch zijn. Ook zou de Turkse cultuur teveel verschillen van de West-Europese. Sinds 2010 willen veel EU-burgers Griekenland uit de EU zien vertrekken omdat de regering van dat land zich niet aan de regels van de Europese Unie zou hebben gehouden.


Zoals gezegd: de Europese Unie (EU) telt 27 lidstaten.
Wat vind jij? Kies uit:

  • 27 is niet te veel, er kunnen best meer landen bij.
  • 27 is genoeg, niet meer en niet minder.
  • 27 is te veel, er moeten landen uit.

Bespreek je keuze met klasgenoot.
Zijn jullie het met elkaar eens?

Stap 5

Toets

Voor je begint aan de afsluiting maak je de toets 'Europa'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.
De score wordt opgenomen in het volgsysteem.

Klik op de knop 'Toets' om te beginnen:

Toets:Europa

Stap 6

De ideale kaart van Europa.

Jullie hebben verschillende landkaarten bestudeerd en de teksten gelezen over Songfestival, democratie, cultuurverschillen en de omvang van de EU.

Download nu blanco kaart van Europa.

  • Geef in deze blanco kaart aan welke landen volgens jullie horen bij de ideale Europese Unie. Noteer welke landen je kiest en waarom.
  • Geef met argumenten aan hoe de selectie tot stand is gekomen.
  • Geef de grenzen van de ideale EU aan op jullie eigen landkaart.
Klaar?
Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent.

Begrippenlijst

Vrij verkeer van personen
Binnen de EU zijn er geen binnengrenzen: er is vrije migratie van personen.
Europese samenwerking
De samenwerking tussen de leden van de Europese Unie op het gebied van verkeer, migratie, landbouw en handel.
Export
Het uitvoeren van goederen uit een land.
Import
Het invoeren van goederen in een land.

Polen in Nederland (Havo niveau)

Vooraf

In 2004 trad Polen toe tot de Europese Unie. Sinds 1 mei 2007 mogen Poolse werknemers zonder werkvergunning in Nederland werken.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • een voordeel noemen van het feit dat Poolse werknemers zonder werkvergunning in Nederland mogen werken.
  • een nadeel noemen van het feit dat Poolse werknemers zonder werkvergunning in Nederland mogen werken.


Eindproduct
Het eindproduct is een ' gevolgenschema'.
In het gevolgenschema komen de voor- en nadelen voor verschillende groepen in Nederland en Polen van de toetreding van Polen tot de EU.

 

Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen Informatie lezen en vragen beantwoorden over Polen in de communistische tijd.
Stap 2 Alleen Gevolgen toetreding tot de EU in het gevolgenschema invullen.
Stap 3 Alleen + samen Gevolgen toetreding tot de EU in het gevolgenschema invullen en vergelijken met een klasgenoot.

 

Benodigdheden
Voor deze opdracht heb je het gevolgenschema nodig.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 1 uur nodig.

 

Stap 1

Polen in de communistische tijd

Lees het verhaal over Polen in de communistische tijd.

Achter het IJzeren Gordijn
Na de Tweede Wereldoorlog kwam Polen achter het ‘IJzeren Gordijn’ terecht. Polen behoorde tot Oost-Europa. Het was een van de landen die onder invloed van Rusland communistisch was geworden. De boerenbedrijven en de industrie kwamen in handen van de overheid. De staat bepaalde wat er geproduceerd werd.

Dagelijks leven
Het dagelijks leven in Polen stond onder controle van de communistische partij. Alleen als je lid was van die partij maakte je kans op een goede baan. Een eigen mening, die anders was dan die van de communistische partij, werd streng bestraft. De geheime dienst hield personen met Westerse sympathieën goed in de gaten. Reizen naar het ‘vrije Westen’ was er al helemaal niet bij.

Einde communistische tijd
In 1989 is er, met de val van de Berlijnse muur, een einde gekomen aan de communistische tijd in Polen.
Vanaf dat moment zijn de Polen zich steeds meer gaan richten op West-Europa en in 2004 is Polen samen met 9 andere landen toegetreden tot de Europese Unie.


Beantwoord de volgende vragen.

  • Hoe is Polen achter het 'IJzeren Gordijn' terecht gekomen?
  • In welk jaar is het 'IJzeren Gordijn' verdwenen?
  • Zoek een kaartje van Europa op met de met daarop het 'IJzeren Gordijn'.
    Welke landen die achter het IJzeren Gordijn lagen, zijn nu ook lid van de Europese Unie?

Stap 2

Gevolgen toetreding tot de EU- 1

Download nu eerst het gevolgenschema.
Open het schema in Word en lees de inleiding.

Lees daarna de volgende tekst.

Europese wetgeving
Polen is lid van de Europese Unie. Volgens de Europese wetgeving heeft iedere inwoner van een land van de EU het recht om in een ander EU-land te gaan werken. Werkgevers in Nederland hoeven geen werkvergunning aan te vragen voor werknemers uit Polen. De Poolse werknemer moet wel op dezelfde manier behandeld worden als de burgers van het land zelf.  

In de bouw, transportsector en land- en tuinbouw
In 2010 werkten naar schatting zo’n 100.000 Polen in Nederland. Zij werkten vooral in de bouw, in de transportsector en in de land- en tuinbouw.
Veel Polen hebben moeite met de Nederlandse taal, maar de bereidheid om de taal te leren is groot. Ruim 40% van de Polen heeft een taalcursus gevolgd. Een deel van de Polen is van plan in Nederland te blijven. Maar veel Polen zijn van plan om over enkele jaren terug naar Polen te gaan. Polen trekken graag op met andere Polen, maar ze vormen geen gesloten gemeenschap.

Meningen over Polen
Iedereen vindt wel iets van de Polen in Nederland. Sommigen Nederlanders zijn vol bewondering: ‘Alle Polen werken!’. Anderen hebben een minder positief beeld: ‘Al die Polen zijn dronkenlappen.’
Werkgevers in de land- en tuinbouw en in de transportsector zijn meestal erg blij met de komst van de Polen. Zij kunnen op die manier gemakkelijk goedkoop personeel vinden. Nederlanders die werken in deze sectoren zijn vaak minder blij: ‘Die Polen pikken onze banen in’.

Gevolgen in Polen
Nu veel Poolse werknemers een baan vinden in Nederland (en andere EU-landen) daalt de werkloosheid in Polen snel. Te snel: in Polen is er een tekort aan bouwvakkers. Dat tekort wordt opgevuld door werknemers uit bijvoorbeeld Bulgarije of Roemenië.


1
Verplaats je nu eerst in de positie van een Poolse werknemer die in Nederland werkt.
Vul in het schema de gevolgen voor hem/haar van de toetreding van Polen tot de EU.

2
Verplaats je vervolgens in de positie van een Nederlandse werknemer.
Wat zijn voor hem/haar de gevolgen.
Schrijf de gevolgen in het gevolgenschema.

Stap 3

Gevolgen toetreding tot de EU- 2

3
De toetreding van Polen tot de EU heeft ook gevolgen voor sommige Nederlandse werkgevers.
Schrijf die gevolgen op in het gevolgenschema.

4
Schrijf tenslotte op wat de gevolgen zijn voor de Poolse economie.


Alles ingevuld?
Vergelijk je schema met het schema van een klasgenoot.
Hebben jullie dezelfde gevolgen opgeschreven? Bespreek de verschillen.
Pas je eigen schema eventueel nog iets aan.

Klaar?
Laat het gevolgenschema beoordelen door je docent.

Wereldgodsdiensten (Mavo niveau)

Vooraf

Er bestaan verschillende wereldgodsdiensten waarvan je vast al eens gehoord hebt, zoals het christendom, jodendom en hindoeïsme. In deze opdracht kijken we naar het ontstaan van de godsdiensten en de verspreiding ervan over de wereld.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • de vijf grootste en bekendste wereldgodsdiensten noemen.
  • op een kaart aangeven hoe de wereldgodsdiensten over de wereld verdeeld zijn.
  • omschrijven hoe wereldgodsdiensten zijn verspreid en waarom migratie en bekering hier invloed op hebben gehad.
  • uitleggen dat het geloof een belangrijk onderdeel is van de cultuur van een land, bijvoorbeeld door het vieren van feestdagen.

Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen Informatie lezen en vragen beantwoorden over wereldgodsdiensten.
Stap 2 Alleen Begrippen in eigen woorden omschrijven.
Stap 3 Alleen Opschrijven in welke delen van de wereld de verschillende godsdiensten voorkomen.
Stap 4 Alleen Omschrijvingen van de verschillende nationale feestdagen opzoeken.
Stap 5 Alleen Toets Wereldgodsdiensten maken.


Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 lesuren.

 

 

Stap 1

Het ontstaan van de wereldgodsdiensten
Bestudeer in de Kennisbank het volgende onderdeel:

KB: Wereldgodsdiensten

Bekijk nu het volgende filmpje over de verspreiding van de vijf meest bekende godsdiensten van de wereld:


In het filmpje is duidelijk te zien dat de godsdiensten in verschillende perioden van de geschiedenis zijn ontstaan en dat de godsdiensten met verschillende aanleidingen en op verschillende plekken in de wereld zijn ontstaan. Met de geboorte van Krishna ontstond het hindoeïsme ruim voor de andere godsdiensten. Ongeveer in het jaar 2000 voor Christus ontstond het jodendom met de geboorte van de profeet Abraham. Het boeddhisme verspreidde zich net als het hindoeïsme vanuit India, na de geboorte van de prins Siddharta Gautama, die later ‘Buddha’ werd genoemd. Het christendom ontstond vanaf het jaar 32 na Christus, met de dood van de profeet Jezus. In 570 na Christus werd de profeet Mohammed geboren waarna de islam ontstond.

Het jodendom, christendom en de islam kennen profeten. De profeten ontvingen boodschappen van God en vertelden deze door aan de mensen om hen heen. Deze boodschappen van God worden ook wel ‘openbaringen’ genoemd. Sommige mensen geloofden hetgeen de profeten vertelden en overtuigden daarna ook anderen van het bestaan van God. Zo werden deze godsdiensten onder de mensen verspreid. In het hindoeïsme en het boeddhisme wordt niet gesproken van profeten. Maar ook deze religies verspreidden zich onder de mensen doordat mensen overtuigd raakten van hetgeen Krishna (de grondlegger van het hindoeïsme) en Buddha (de grondlegger van het boeddhisme) en hun volgelingen vertelden.


Opdracht
Vul in de volgende tekst de lege plekken in met de namen van de vijf wereldgodsdiensten (het hindoeïsme, het boeddhisme*, de islam, het jodendom, het christendom):

Als laatste van de vijf wereldgodsdiensten ontstond ...(1)... ruim vijf eeuwen na Christus nadat de profeet Mohammed openbaringen ontving en deze deelde met andere mensen. De aanhangers van deze godsdienst heten moslims. In het Midden-Oosten, Noord-Afrika en Indonesië wonen veel moslims. ...(2).... verspreidde zich vanuit India na de geboorte van de prins Siddharta Gautama. Er leven nu veel aanhangers van deze religie in China, Mongolië, Tibet en Zuidoost-Azië. In India was al eerder ...(3)... ontstaan met als grondlegger Krishna. Rond het jaar 2000 voor Christus, in de tijd van de profeet Abraham, ontstond ...(4)... Na de dood van Jezus kwam ...(5)... op.

*Het boeddhisme is eigenlijk geen godsdienst, omdat er geen sprake is van het geloof in (het bestaan van) een god of goden. Je zou het boeddhisme wel ‘religie’ kunnen noemen.


Stap 2

De invloed van bekering en migratie op de verspreiding van de wereldgodsdiensten
Elke godsdienst begint met een kleine groep van volgelingen die geloven in de ideeën of openbaringen die de stichters van de godsdienst met hen deelden. In de afgelopen eeuwen zijn de wereldgodsdiensten – met uitzondering van het jodendom - erg gegroeid in het aantal gelovigen en verspreid over grote gebieden. Deze verspreiding heeft op verschillende manieren plaatsgevonden, door middel van bekering van niet-gelovigen en andersgelovigen en door migratie van gelovigen.


Omschrijf nu in je eigen woorden de volgende begrippen:

  • vrijwillige bekering
  • gedwongen bekering
  • (joodse) diaspora
  • missionaris

Stap 3

De spreiding van de wereldgodsdiensten
Gebruik de afbeelding over cultuurgebieden en godsdiensten uit de Kennisbank of kijk naar de afbeelding hieronder.


Hierboven zie je een kaart met daarop de dominante godsdiensten.
Schrijf van elk van de vijf wereldgodsdiensten die we in deze opdracht behandelen op in welke delen of landen van de wereld ze voornamelijk voorkomen.
Kun je ook redenen bedenken waarom ze juist daar dominant zijn?

 

Stap 4

Cultuur en geloof - Nationale feestdagen

In Nederland kennen we de volgende acht erkende feestdagen. Dit zijn dagen waarop veel mensen een vrije dag hebben. Het gaat om de volgende feestdagen:

  • Nieuwjaarsdag
  • Goede Vrijdag
  • Pasen
  • Koningsdag
  • Bevrijdingsdag
  • Hemelvaartsdag
  • Pinksteren
  • Kerstmis

Weet jij wat er op deze feestdagen gevierd wordt? Nee? zoek het dan op.

Het christendom is in Nederland al heel lang de godsdienst met de meeste aanhangers. Welke van de erkende feestdagen is een christelijke feestdag?

Naast het christendom komen er nog een aantal andere godsdiensten in Nederland voor. Er zijn ook mensen die niet-gelovig zijn. Hieronder zie je hoeveel aanhangers elke groep heeft. Elk geloof kent enkele belangrijke feestdagen. Je ziet hieronder hoeveel van deze feestdagen per geloof in Nederland als nationale feestdagen worden erkend.
 

Verdeling van de nationale feestdagen over godsdienstige en niet-godsdienstige Nederlanders

godsdienst aantal mensen erkende feestdagen
christendom ± 8.000.000 8
islam ± 1.000.000 0
hindoeïsme ± 100.000 0
boeddhisme ± 40.000 0
jodendom ± 30.000 0
niet-gelovig ± 6.000.000 0

 

  1. Wat vind je van de verdeling van het aantal erkende feestdagen?
  2. Als je de feestdagen opnieuw zou mogen verdelen, zou je het dan anders doen?

 

Belangrijke feesten

Hieronder zie je enkele belangrijke feesten van het jodendom, de islam, het hindoeïsme en het boeddhisme.

Jodendom: Grote verzoendag, Het Loofhuttenfeest, Chanoeka.
Islam: Het Suikerfeest (Eid-al-Fitr), Het Offerfeerst (Eid-Al-Adha), De Bedevaart naar Mekka (Hadj).
Hindoeïsme: Het Holifeest, Het lichtfeest (Divali).
Boeddhisme: Songkran, Boeddha-dag, Feest van de tand.

Kies minimaal zes feesten uit.
Zoek op internet een korte omschrijving van het feest.
Probeer ook te achterhalen wanneer het feest gevierd wordt.
Zoek bij de feesten die je hebt uitgekozen een passende afbeelding.

Stap 5

Toets

Als eindproduct maak je de toets 'Wereldgodsdiensten'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.
De score wordt opgenomen in het volgsysteem.

Klik op de knop 'Toets' om te beginnen:

Toets:Wereldgodsdiensten

Begrippenlijst

Christendom
Het Christendom is een geloof, waarin de Bijbel en Jezus Christus centraal staan. Christenen geloven in één God, die toch uit Drie Personen bestaat, namelijk God de Vader, Zijn Zoon Jezus Christus en de Heilige Geest.
Islam
De islam is het geloof van de moslims. Zij geloven in God en noemen Hem Allah, wat de Almachtige betekent. Mohammed is Zijn boodschapper en profeet. De moslims geloven dat de eerste profeet Adam is en de laatste Mohammed.
Hindoeïsme
Het hindoeïsme kent verschillende goden. Het is gevormd uit diverse tradities en heeft niet één bepaalde stichter. Het hindoeïsme kent veel oude geschriften die duizenden jaren oud zijn. De oudste zijn de vier Veda's. Veda betekent 'weten'.
Boeddhisme
Het boeddhisme is zowel een filosofie als een religie. Gautama Boeddha is de stichter van dit geloof. Ze geloven dat de verlichting, de volledige bevrijding van het lijden, bereikt kan worden als je niet meer ontevreden bent over dingen.
Jodendom
Joden geloven in God. Het jodendom is ongeveer 3000-4000 jaar geleden ontstaan, maar het heeft niet echt een stichter. Het is voortgekomen uit vele ideeën en gedachten van profeten.
Migratie(stroom)
Het verhuizen van het ene naar het andere gebied binnen een land (binnenlandse migratie) of van het ene naar het andere land (buitenlandse migratie).
Bekering
Het overgaan of doen overgaan tot een (andere) godsdienst.
 
Godsdienst
Een geloof in één god (monotheïsme) dan wel in meerdere goden (polytheïsme).

Oefentoetsen (Mavo, Havo, Vwo)

Oefentoets Mavo niveau

Test: Oefentoets MAVO niveau

Start

Afsluiting thema

Grenzen en identiteit

Verderkijker

Aan het eind van dit thema vind je de 'verderkijker'. De verderkijker biedt een selectie bij het thema passende digitale fragmenten uit het archief van Beeld en Geluid. Voor het thema 'Grenzen en identiteit' zijn tien fragmenten bij zes verschillende onderwerpen geselecteerd.
Om de Teleblik fragmenten te kunnen bekijken moet je ingelogd zijn op teleblik. Voor meer informatie over het inloggen ga naar: teleblik.nl/faq/hoe-krijg-ik-toegang-tot-teleblik

1 Cultuur en identiteit
Kinderen in klederdacht. Hollands nieuws

Congo, Goma: Kwami Longange Mokobelwa is een 'sapeur': een dandyachtige man die zich elegant kleedt. Hij experimenteert met allerlei materialen en krijgt veel bewonderende reacties als hij de straat opgaat in een rok gemaakt met stropdassen. Kwami Longange Mokobelwa


2 Cultuur en geloof

Wat is Hemelvaart eigenlijk? Hemelvaart

In dit fragment aandacht voor acteur Mimoun Oaïssa, die het televisieprogramma 'Het nationale suikerfeest' presenteert vanuit het Concertgebouw in Amsterdam. Na een vastenperiode van een maand wordt de Ramadan afgesloten met het Suikerfeest. Suikerfeest


3 Grenzen

Lied: 15 miljoen mensen
Vrijheid, gelijkheid en broederschap

4 Europa

De samenwerking tussen zes landen in de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) en de vestiging van het hoofdkwartier van de EGKS in Luxemburg. In Europa: 1950

Dankbaar voor Europa.
In Europa: 1950



5 Polen in Nederland

Het Polen-meldpunt van de PVV waar anoniem klachten over werknemers uit Polen en andere landen in Midden- en Oost-Europa kunnen worden gemeld leidt zowel in de Tweede Kamer als in het Europees Parlement tot ophef. Polen in Nederland

6 Omgaan met grenzen

Beelden van de val van de Berlijnse muur en verschillende ontsnappingspogingen van oost naar west Berlijn. Waar was u toen?

Op 17 augustus 1962 komt de Oostberlijner Peter Fechter om bij een geruchtmakende vluchtpoging over de muur. (Uit: Kroniek van de 20ste eeuw)
Polygoon wereldnieuws

  • Het arrangement Blok 4: Cultuur Dr.Nassau is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Ruben Eisses
    Laatst gewijzigd
    2017-03-05 19:22:14
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Beste leerlingen, Aan het einde van dit blok weten jullie meer over cultuur. Wat je precies gaat leren wordt per les besproken. Jullie kunnen natuurlijk alvast kijken wat je volgende les gaat doen. Veel succes met het maken van deze module
    Leerniveau
    VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 2;
    Leerinhoud en doelen
    Europa; Aardrijkskunde; Grenzen en identiteit; Cultuur; Grenzen afbakenen;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    cultuur, dr.nassau, havo, mavo, vwo

    Bronnen

    Bron Type
    All That We Share
    https://www.youtube.com/watch?v=jD8tjhVO1Tc
    Video

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Eisses, Ruben. (z.d.).

    Multicultureel hv123

    https://maken.wikiwijs.nl/95424/Multicultureel__hv123

    VO-content Aardrijkskunde. (2018).

    Thema: Grenzen en identiteit - hv12

    https://maken.wikiwijs.nl/52460/Thema__Grenzen_en_identiteit___hv12

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Cultuur en geloof

    Multicultureel

    Grenzen

    Grenzen

    Europa

    Wereldgodsdiensten

    Oefentoets MAVO niveau

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.