Iedereen in Nederland is verzekerd tegen verlies aan inkomsten door ziekte, ouderdom of het overlijden van je partner. Als je kinderen moet onderhouden word je daarbij ook financieel ondersteund. Net als bij werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Daarvoor is een heel stelsel van sociale zekerheid opgezet.
Kijk de eerste 5 minuten van de volgende video. Daarin hoor je onder andere informatie over de sociale verzekeringen. Let goed op, de informatie die je hoort, kun je gebruiken in de rest van de opdracht.
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
omschrijven wat sociale verzekeringen zijn.
uitleggen waarom er in Nederland na de Tweede Wereldoorlog sociale verzekeringen zijn ingevoerd.
twee verschillen noemen tussen sociale verzekeringen en bijvoorbeeld particuliere schadeverzekeringen.
twee soorten sociale verzekeringen noemen en omschrijven.
je mening geven over de toekomst van het stelsel van sociale verzekeringen.
Wat kan ik al?
In deze opdracht gaat het over de wetten en rechten waaruit de verzorgingsstaat is opgebouwd.
Bestudeer uit de Kennisbank voor de onderbouw de pagina over de opbouw van de verzorgingsstaat.
Bestudeer het Kennisbankitem 'Sociaal-culturele veranderingen en toenemende pluriformiteit vanaf jaren '60'. Ook lees je een tekst over sociale verzekeringen en sociale voorzieningen.
Stap 2
Je leest een tekst over de opbouw van sociale zekerheid in Nederland.
Stap 3
De kosten van de sociale zekerheid drukken hard op de begroting van ons land. Daarover lees je meer in deze stap.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Samenvattend
Hier vind je de begrippenlijst die hoort deze opdracht.
Eindproduct
De juiste verzekering invullen in een foto-tabel.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht heb je twee lesuren nodig.
Aan de slag
Stap 1 - Sociale verzekeringen
Sociale verzekeringen en sociale voorzieningen
Het Nederlandse stelsel van sociale zekerheid bestaat uit allerlei regelingen waarop je kunt terugvallen als je te weinig inkomen hebt om van rond te komen of als je verzorging nodig hebt. Er zijn twee soorten regelingen: je hebt sociale verzekeringen en sociale voorzieningen.
Sociale voorzieningen worden betaald uit de belastingopbrengsten. Een voorbeeld hiervan is de Participatiewet.
Sociale verzekeringen worden vooral betaald met premies (en soms ook voor een deel met belastinggeld). De premies worden door werkgevers en werknemers opgebracht. Een bepaald percentage van het loon wordt ingehouden om aan de verzekering bij te dragen. Hoe hoger je inkomen, hoe meer premie je betaalt.
Een sociale verzekering is geen gewone verzekering
Een sociale verzekering is iets heel anders dan bijvoorbeeld een reisverzekering, een bromfietsverzekering of een brandverzekering. Dat soort verzekeringen sluit je zelf af. Je betaalt premie aan de verzekeringsmaatschappij en alles wordt vastgelegd in een verzekeringspolis. Als je een hoog risico moet verzekeren, dan betaal je veel premie.
Anders ligt het bij sociale verzekeringen. Die zijn wettelijk vastgelegd en de premie is niet gebaseerd op het risico, maar op de hoogte van het inkomen.
Er zijn twee soorten sociale verzekeringen:
Volksverzekeringen
Werknemersverzekeringen
Volksverzekeringen gelden voor iedereen, dat wil zeggen voor alle inwoners van Nederland. Werknemersverzekeringen zijn er voor iedereen die in Nederland in loondienst werkt. Zowel de werkgever als de werknemer betaalt hiervoor premie. Als je in loondienst bent wordt het van je loon ingehouden.
Kijk naar de film ‘De sociale zekerheidsuitkeringen, welke kennen we in Nederland?’ Daarin wordt de informatie die je hierboven hebt gelezen nog een keer kort uitgelegd.
Het verschil
Sociale voorzieningen zijn meestal aanvullend op sociale verzekeringen.
Als je niet of niet voldoende kunt terugvallen op een sociale verzekering, dan komt de sociale voorziening te hulp.
Stap 2 - Opbouw sociale zekerheid
Opbouw van sociale zekerheid in Nederland
Al voor de Tweede Wereldoorlog werd er in Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten gesproken over sociale zekerheid. In 1942 maakte de Engelse econoom Sir William Beveridge plannen voor een systeem van sociale zekerheid in Engeland.
Na de Tweede Wereldoorlog was ook Nederland rijp voor sociale zekerheid-maatregelen.
De eerste volksverzekering werd in 1957 ingevoerd toen de Algemene Ouderdomswet (AOW) tot stand kwam. In 1966 kwam de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO). Deze wet is inmiddels herdoopt tot Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA).
Stap 3 - Minder uitgaven?
Minder uitgaven voor sociale zekerheid?
In de eerste helft van de jaren tachtig van de vorige eeuw ging het slecht met de Nederlandse economie. De economische crisis van toen veroorzaakte een forse werkloosheid. De uitgaven van de overheid liepen snel op en door de crisis namen de inkomsten sterk af. Er kwam veel minder binnen aan belastinggeld en premies. De toenmalige regering onder leiding van premier Lubbers vond het nodig om stevig te bezuinigen op de overheidsuitgaven en dus ook op de sociale zekerheid.
Ook daarna stond het stelsel van sociale zekerheid ter discussie. Zeker toen in 2009 de Nederlandse economie het opnieuw zwaar te verduren kreeg en de werkloosheid weer toenam.
Verschillende partijen in de Tweede Kamer willen het stelsel aanpassen, anderen willen het onveranderd laten. Vakbonden zijn bang dat Nederland een sociale woestijn wordt. Wat daarmee wordt bedoeld zie je in de volgende video. Bespreek na het kijken wat bedoeld wordt met 'sociale woestijn'.
Inmiddels zijn er al heel wat veranderingen doorgevoerd. De AOW-leeftijd is verhoogd naar 67 jaar. Veranderingen in de werkloosheidswet hebben al plaatsgevonden.
De Wet Werk en Bijstand en de Wajong zijn per 1 januari 2015 opgegaan in de Participatiewet. En daarbij zal het vast niet blijven.
Maar de veranderingen in ons sociale stelsel worden niet alleen ingegeven door de noodzaak om te bezuinigen. Blijkbaar zijn we ook anders gaan denken over de taakverdeling tussen overheid en burgers. De overheid treedt steeds verder terug en laat meer en meer over aan de burgers zelf of aan ‘de markt’.
Kijk maar eens naar de film ‘Kenmerken van de verzorgingsstaat, de overheid zorgt voor het welzijn van de burger’. Lees voor het kijken de vragen hieronder door. Je kunt de informatie uit de video gebruiken om de vragen te beantwoorden.
Afronding
Samenvattend
Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.
Sociale zekerheid
Allerlei regelingen waarop je kunt terugvallen als je te weinig inkomen hebt om van rond te komen of als je verzorging nodig hebt. Er zijn twee soorten regelingen: sociale verzekeringen en sociale voorzieningen.
Verzorgingsstaat
Systeem van overheidszorg voor iedereen, van de wieg tot het graf.
Sociale voorziening
Regeling van de overheid waarop men kan terugvallen bij te weinig inkomen of behoefte aan zorg. Sociale voorzieningen worden betaald uit de belastingopbrengsten. Een voorbeeld hiervan is de Participatiewet.
Sociale verzekering
Wettelijk vastgelegde verzekering. Sociale verzekeringen worden vooral betaald met premies (en soms ook met belastinggeld). Er zijn Volksverzekeringen en Werknemersverzekeringen. De premies worden door werkgevers en werknemers opgebracht. Hoe hoger je inkomen, hoe meer premie je betaalt.
Werknemersverzekering
Een werknemersverzekering is een Sociale verzekering. Werknemersverzekeringen zijn er voor iedereen die in Nederland in loondienst werkt. De werkgever en de werknemer betalen premie. Als je in loondienst bent wordt het van je loon ingehouden.
Volksverzekering
Een volksverzekering is een sociale verzekering. Volksverzekeringen gelden voor iedereen, dat wil zeggen voor alle inwoners van Nederland.
Eindproduct: Tabel
Het eindproduct is een ingevulde tabel. Bij een serie foto’s geef je aan welke verzekering erbij hoort en geef je een korte omschrijving van die verzekering. Je werkt met samen met een klasgenoot.
Met de ingevulde tabel laten jullie zien dat je de leerdoelen hebt behaald.
Kijk goed naar de foto’s. In de tweede kolom staat omschreven wat er wordt verzekerd. De derde kolom moeten jullie zelf invullen: geef de naam en de afkorting van de betreffende volksverzekering/werknemersverzekering en een korte omschrijving. Zie het voorbeeld bij de eerste foto.
Een tabel of schema is een manier om gegevens in beeld te brengen, op zo’n manier dat het er overzichtelijk uit ziet.
Terugkijken
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de intro nog eens door. Past de intro goed bij de opdracht?
Welke informatie uit de video kon jij goed gebruiken in de rest van de opdracht?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je wat je moet kunnen?
Hoe ging het?
Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
Inhoud
Wist je al veel over sociale verzekeringen? Waar zou je nog meer over willen weten?
Schrijf op wat nieuw voor je was.
Eindopdracht
Wat vond je van de eindopdracht? Is het gelukt om alle verzekeringen uit te zoeken?
Ken je mensen in je omgeving die gebruik maken van één van deze sociale verzekeringen?
Het arrangement Sociale verzekeringen vmbo-kgt34 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor geschiedenis voor VMBO KGT leerjaar 3 en 4. Deze les valt onder het thema Sociale samenleving. Het onderwerp van de les is Sociale verzekeringen. Iedereen in Nederland is verzekerd tegen verlies aan inkomsten door ziekte, ouderdom of het overlijden van je partner. Als je kinderen moet onderhouden word je daarbij ook financieel ondersteund. Net als bij werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Daarvoor is een heel stelsel van sociale zekerheid opgezet. Sociale verzekeringen worden betaald met premies en soms door belastinggeld. Deze premies zijn afhankelijk van de inkomen. Er zijn volksverzekeringen (voor iedereen) en werknemersverzekeringen (iedereen die in loondienst werkt). Na de WOI, kwamen de eerste maatregelen voor sociale zekerheid: AOW in 1957 en Wet op arbeidsongeschiktheid in 1966, deze heet nu Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA). Economische crisis in de jaren 80 en begin 2000, zorgde voor discussies over of dit stelsel aangepast moet worden of dat het zo kan blijven bestaan. Er is al veel veranderd sinds die tijd zoals de verhoging van de AOW-leeftijd en de nieuwe Participatiewet.
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor geschiedenis voor VMBO KGT leerjaar 3 en 4. Deze les valt onder het thema Sociale samenleving. Het onderwerp van de les is Sociale verzekeringen. Iedereen in Nederland is verzekerd tegen verlies aan inkomsten door ziekte, ouderdom of het overlijden van je partner. Als je kinderen moet onderhouden word je daarbij ook financieel ondersteund. Net als bij werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Daarvoor is een heel stelsel van sociale zekerheid opgezet. Sociale verzekeringen worden betaald met premies en soms door belastinggeld. Deze premies zijn afhankelijk van de inkomen. Er zijn volksverzekeringen (voor iedereen) en werknemersverzekeringen (iedereen die in loondienst werkt). Na de WOI, kwamen de eerste maatregelen voor sociale zekerheid: AOW in 1957 en Wet op arbeidsongeschiktheid in 1966, deze heet nu Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA). Economische crisis in de jaren 80 en begin 2000, zorgde voor discussies over of dit stelsel aangepast moet worden of dat het zo kan blijven bestaan. Er is al veel veranderd sinds die tijd zoals de verhoging van de AOW-leeftijd en de nieuwe Participatiewet.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.