Antigenen / antistoffen

Afweersysteem

Bacteriën en virussen vormen een constante bedreiging voor je gezondheid. 
Deze ziekteverwekkers kunnen het lichaam op verschillende manieren binnendringen 
en ernstige of minder ernstige ziektes veroorzaken.

Gelukkig worden virussen en bacteriën vaak herkend als lichaamsvreemd. Ze bevatten stoffen die antigenen genoemd worden. Die stoffen zetten je lichaam aan om zich te weren tegen de ziekteverwekkers. 

Je lichaam kan zich op verschillende manieren weren tegen bacteriën en virussen. Die verschillende manieren worden samen het afweersysteem genoemd. 

Antigenen

Cellen van bacteriën en virussen verschillen van de cellen in je lichaam.
Eén van de verschillen is het verschil in uitsteeksels op het celmembraan van de cellen.

Op het celmembraam van jouw cellen zitten allerlei typen uitsteeksels met een eigen taak. Een voorbeeld van zo'n taak is het vervoeren van water of voedsel.

Op het celmembraan van bacteriën en virussen zitten ook uitsteeksels; die uitsteeksels verschillen van de uitsteeksels op het celmembraan van jouw cellen.
Als je geïnfecteerd wordt door een bacterie of virus, krijg je dus cellen binnen met op het celmembraan uitsteeksels die je lichaam niet kent. Die uitsteeksels zetten je afweersysteem aan het werk.
Een uitsteeksel dat afweer oproept, wordt eenantigeen genoemd. De meeste virussen en bacteriën bevatten gelukkig veel antigenen en roepen dus veel afweer op. Ziekteverwekkers zonder antigenen zijn gevaarlijker; het afweersysteem wordt dan niet actief.

Antistoffen

Virussen en bacteriën hebben uitsteeksels die afweer oproepen: antigenen.
In ons afweersysteem zijn er verschillende typen afweercellen.
De afweercellen herkennen met de uitsteeksels op hun celmembraan de antigenen. De uitsteeksels op het celmembraam van afweercellen worden receptoren genoemd.

Elke ziekteverwekker wordt met andere antistoffen bestreden. Een arts kan aan de antistoffen die je hebt aangemaakt zien welke ziektes je hebt gehad.

De drie belangrijkste typen afweercellen zijn:
- Fagocyten ofwel vreetcellen
- B-lymfocyten
- T-lymfocyten

Afweercellen - fagocyten

Een fagocyt is een type witte bloedcel die ziekteverwekkers opruimt door middel van omsluiting (fagocytose).
In de afbeelding zie je hoe een witte bloedcel een bacterie onschadelijk maakt door hem in te sluiten. De fagocyt herkent bacteriën en andere ziekteverwekkers aan de antigenen.

Afweercelen: T-lymfocyt en B-lymfocyt

Een andere afweercel is de T-lymfocyt. Als deze afweercel een cel tegenkomt met antigenen, dan valt hij aan en doodt hij de cel. In het filmpje zie je hoe een T-lymfocyt een cel met antigenen achtervolgt en doodt.

Een B-lymfocyt is een afweercel die antistoffen aanmaakt. Deze antistoffen passen precies op een bepaald antigen.
Een bacterie die bedekt is met antistoffen wordt makkelijker opgegeten door een fagocyt. In het filmpje zie je dit gebeuren.

Afweersysteem bij dieren en mensen

Antigenen en antistoffen van de mens en van dieren zoals zoogdieren en vogels lijken veel op elkaar.
Ook de bacteriën en virussen die mensen en dieren ziek maken lijken vaak veel op elkaar.
Hierdoor kunnen mensen ook ziek worden van sommige diervirussen.

Ziekten die voorkomen bij dieren die minder verwant zijn aan de mens, zoals insecten en vissen, zijn meestal minder gevaarlijk voor mensen. Dat komt omdat het afweersysteem van niet-verwante dieren minder op het onze lijkt.

De Q-koorts is een ziekte die bij geiten voorkomt en waar ook mensen erg ziek van kunnen worden.
Om die reden moesten in 2010 duizenden geiten gedood worden.

Hetzelfde zag je ook bij het Coronavirus in 2020. Dat virus begon in de Chinese stad Wuhan nadat het van dieren op een markt, waarschijnlijk een vleermuis, was overgedragen op een mens. Het veroorzaakte een wereldwijde epidemie.

Allergie

Als je immuunsysteem heftig reageert op een onschuldige stof noem je dat een allergische reactie. Iemand met een allergie maakt antistoffen tegen onschuldige antigenen. Als reactie hierop krijg je soms lichte koorts of wordt je huid rood.

Iemand met hooikoorts gaat snotteren en hoesten zodra er stuifmeel in de lucht zit. Bij hooikoorts-patiënten reageert het afweersysteem op stuifmeelkorrels-antigenen.

Een allergie kan onschuldig zijn maar ook ernstig. Mensen met een ernstige pinda-allergie kunnen dood gaan als ze pinda’s eten.

Infectie en antibiotica

Als er echt heel veel virussen het lichaam binnenkomen, kan het afweersysteem ze niet allemaal doden. Je spreekt dan van een infectie. De virussen zijn er dan in geslaagd de cellen binnen te dringen, zich te vermenigvuldigen en vervolgens de cellen te doden.

Om bacterie-infecties te bestrijden kan gebruik worden gemaakt van antibiotica.

In 1928 werd de penseelschimmel voor het eerst gebruikt om bacterieziekten bij mensen te genezen. De penseelschimmel maakt het antibioticum penicilline. Tegenwoordig worden er allerlei typen antibiotica ingezet bij infecties.

Ook in de veeteelt worden verschillende antibiotica gebruikt. Bij het eten van vlees komen deze antibiotica ook in mensen terecht. Wat precies de gevolgen zijn, is nog niet helemaal duidelijk.

Wel weten we dat de kans bestaat dat bacteriën ongevoelig worden voor antibiotica. Je noemt dit een resistente bacterie. Iemand met resistente bacteriën kan niet meer met de antibiotica tegen die bacterie behandeld worden.

  • Het arrangement Antigenen / antistoffen is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2020-05-26 13:25:41
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De Kennisbanken bevatten de theorie bij de opdrachten.
    Leerinhoud en doelen
    Biologie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    leerlijn, rearrangeerbare, rearrangeerbare leerlijn
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.