Introductie
Deze pagina gaat over de verschillende cellen die er bestaan.
Er zijn namelijk verschillen tussen de cellen die planten en dieren hebben. Ook zijn er gelijkenissen.
Dat ga je allemaal leren op deze pagina. Op het einde wordt er een kleine toets afgenomen om te kijken of je het helemaal begrijpt.
Veel plezier!
Cellen van planten en dieren
We gaan als eerste even kijken naar de twee bekendste cellen. Die van de dieren en de planten.
We zullen zien dat er verschillen tussen deze twee zijn, maar ook zeker gelijkenissen.
Links een dierlijke cel en rechts een plantencel
We gaan eerst beginnen met de linker cel. Dit is een dierlijke cel. Dat betekent dus dat ook wij deze cellen hebben.
De cellen zitten overal, in het puntje van je neus tot aan je kleine teen. Zo'n cel is opgebouwd uit verschillende onderdelen,
1: celkern
2: kernmembraan
3: cytoplasma
4: celmembraan
Dit zijn allemaal nog erg lastige begrippen. Laten we ons voorstellen dat de celmembraan eigenlijk boterhammenzakje is dat gevuld is met water. Je kan je voorstellen dat het boterhammenzakje geen vaste vorm heeft. Wanneer je het boterhammenzakje beweegt zal het een beetje van vorm veranderen. Zo zit het ook met het celmembraan. Het water in het boterhammenzakje kan je eigenlijk vergelijken met het cytoplasma. Het cytoplasma is een vloeistof die zorgt voor bescherming van andere celonderdelen.
In het boterhammenzakje wat gevult is met water drijft nog een ander klein boterhammen zakje. In dit kleine boterhammenzakje zit informatie over jou. Dit noemen we het DNA. Dit kleine boterhammenzakje noemen we het kernmembraan en de inhoud van dit zakje noemen we de celkern.
Dit zijn alle onderdelen van een dierlijke cel.
Nu gaan we kijken naar de plantencel.
11: celkern
12: kernmembraan
13:cytoplasma
14: celmembraan
15: celwand
16: vacuole
18: bladgroenkorrel
Je ziet dat er al een aantal bekende begrippen terugkomen, kernmembraan, celkern, celmembraan en cytoplasma.
Je zag dat de dierlijke cel geen vaste vorm heeft. De plantencel heeft dit wel dankzij de celwand. De celwand kan is eigenlijk een schoenendoos om het celmembraan heen. Het is een beetje beweegelijk maar de plantencel houdt wel zijn vorm.
Dan zie je nog dat de plant ook nog bladgroenkorrels heeft, die zorgen er voor dat er voeding wordt gemaakt voor in de plant. Hier gaan we in een ander hoofdstuk dieper op in. Wat ook erg opvallend is aan de plantencel is het grote, blauwe vlak, de vacuole.
Toets
Toets: Toets dierlijkecellen en plantencellen havo/vwo
Start