Opdracht: China: Economische zones - vmbo-kgt34

Opdracht: China: Economische zones - vmbo-kgt34

Economische zones

Intro

Vanaf 1979 heeft de Chinese regering delen van het land tot Speciale Economische Zones benoemd.
Het zijn gebieden waar andere regels gelden. Zo is er meer gelegenheid voor buitenlandse bedrijven om samen met Chinese partners fabrieken neer te zetten.

Deze opdracht gaat in op de aparte positie in economisch opzicht van de Speciale Economische Zones.

Kijk de video, je krijgt een indruk over de productie in Speciale Economische Zones.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • uitleggen waarom er in China zogenaamde Speciale Economische Zones zijn ingericht;
  • het verschil uitleggen tussen een planeconomie en een vrijemarkteconomie;
  • het begrip 'vrijhandelszone' omschrijven;
  • omschrijven waarom de economie in deze Speciale Economische Zones 'anders werkt' dan die in de rest van China;
  • twee gevolgen voor de Chinese bevolking noemen van het instellen van Speciale Economische Zones.

Wat ga ik doen?

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1 Je leert waarom in China Speciale Economische Zones zijn ingericht. Je ziet een afbeelding over deze gebieden en beantwoordt er vragen over.
Stap 2 Je leert wat er speciaal is aan SEZ's  en welke veranderingen dat in de economie van China teweegbracht. Je beantwoordt een vraag.
Stap 3 Je leest over de migratie en welvaart sinds de oprichting van SEZ's, maar ook de schaduwkant ervan. Je beantwoordt de vragen.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Eindopdracht Je maakt een toets, waarin allerlei begrippen uit deze opdracht moet worden ingevuld.
Terugkijken Je kijkt terug op de opdracht.



Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 lesuren nodig.

Aan de slag

Stap 1: Oprichting van SEZ

Shanghai

Oprichting van Speciale Economische Zones

Speciale Economische Zones (in het vervolg afgekort tot SEZ's) zijn gebieden waar de Chinese regering buitenlandse handel en investeringen toestaat. De gebieden zijn aantrekkelijk voor buitenlandse investeerders, omdat ze gunstige voorwaarden krijgen. Denk aan lage belastingen of in- en uitvoerrechten.

In 1979 richtte de Chinese regering vier zones op, de steden Xiamen, Shenzen, Zhuhai en Shantou. In 1988 werd daaraan het eiland Hainan toegevoegd en twee jaar later ook het district Pudong, waarin Sjanghai ligt.
Het bleek een succesverhaal en het vervolg bestond uit de oprichting van open steden en open regio’s. Ook daar zijn buitenlandse investeerders welkom, maar ze zijn er meer aan regels gebonden dan in een SEZ.
De eerste open steden en open regio’s waren gebieden aan de Chinese oostkust, gevolgd door gebieden in het binnenland. Tenslotte richtte de Chinese regering vrijhandelszones in (zones waar de handel niet of nauwelijks door regels of heffingen wordt belemmerd).
Ook kwamen er centra waar Chinese en buitenlandse bedrijven technisch en wetenschappelijk onderzoek konden doen.

In de SEZ’s moesten producten worden gemaakt voor de uitvoer, zodat China aan die producten kon verdienen. Ook wilde de regering kennis en technieken uit het buitenland verwerven om zelf computers, mobieltjes en andere technisch hoogstaande producten te kunnen maken.

Buitenlandse bedrijven hoopten hun producten ook in China zelf te mogen verkopen, maar dat liet de Chinese regering slechts in beperkte mate toe.

China opende zijn grenzen voor buitenlands kapitaal om de economie flink aan te jagen. Het Bruto Binnenlands Product, ook per hoofd van de bevolking, moesten fors omhoog.

Rijk en welvarend was China toen dit beleid een aanvang nam allerminst. Er was veel armoede in het land, vooral op het platteland. In 1978 was het gemiddelde inkomen op het platteland minder dan 40% van het gemiddelde inkomen in de stad.

Stap 2: Het speciale en SEZ

Wat er “speciaal” is aan de Speciale Economische Zones

China heeft een planeconomie, een centraal geleide economie. De staat is eigenaar van alle productiemiddelen en bepaalt wat er geproduceerd wordt, voor wie, in welke hoeveelheden en tegen welke prijs. Er is geen concurrerend aanbod. Een dergelijke centraal geleide economie tref je aan in communistisch geregeerde landen. Meestal worden de productiedoelen in meerjarenplannen vastgelegd.

Tot 1979 werkte China met dergelijke vijfjarenplannen, maar nadat Deng Xiaoping in de leiding van de Chinese communistische partij was opgenomen, werd het economisch beleid hervormd. Het nieuwe beleid, met de naam Opendeurpolitiek, is ook wel omschreven als kapitalisme met socialistische trekjes. In de Speciale Economische Zones, open steden en open regio’s werd de planeconomie losgelaten en de vrijemarkteconomie ingevoerd.
Een vrijmarkteconomie (of kapitalistische economie) heeft de volgende kenmerken:

  • Er is een vrije markt voor producten. Producenten bepalen wat er wordt gemaakt, meer bedrijven kunnen vergelijkbare producten op de markt brengen en elkaar beconcurreren op prijs en kwaliteit. De prijs wordt bepaald door vraag en aanbod. Is het aanbod groot en de vraag klein, dan zakt de prijs en omgekeerd.
  • Er is een vrije arbeidsmarkt. Werknemers zijn vrij om een werkgever te kiezen, werkgevers bepalen zelf wie ze in dienst nemen. Ze maken onderling uit onder welke voorwaarden en tegen welk salaris het werk wordt gedaan.
  • Bedrijven zijn in particuliere handen en geen eigendom van de staat. Het staat iedereen vrij een bedrijf te beginnen.

Echte vrijemarkteconomieën bestaan niet, overal vind je mengvormen. Meestal kent men minimumlonen, regels voor veilig werken, een gezondheidszorg- of onderwijssector waar de overheid de regels stelt, regelingen voor het landbouwbeleid, enzovoort. De overheid bemoeit zich op talloze manieren met de markt en dat leidt tot gemengde economieën. De een helt over naar de kapitalistische kant, de ander heeft meer elementen van een planeconomie.

Voor China was de door Deng Xiaoping ingezette hervorming nogal een verandering. De grenzen gingen open voor buitenlandse bedrijven. Bestuurders van staatsbedrijven kwamen losser te staan van de communistische partij en konden vanaf 1988 hun bedrijf zelfstandig leiden. Arbeiders krijgen beter betaald naarmate ze beter presteren. Ze krijgen stukloon en wie extra zijn best doet voor zijn werkgever een bonus (eenmalige uitkering bovenop zijn salaris).

Stap 3: Migratie en welvaart

De komst van steeds meer fabrieken in SEZ's, open steden en open regio’s had een enorme groei van de werkgelegenheid tot gevolg. Veel plattelandsbewoners werden erdoor aangetrokken. De armoede op het platteland was groot en de kansen op werk klein.
Vanaf 1980 kwam er een enorme binnenlandse migratie op gang. Eerst trokken plattelandsbewoners hoofdzakelijk naar grote steden aan de Chinese oostkust, daarna voornamelijk naar steden in het binnenland.
In totaal verhuisden tussen 1980 en 2010 ongeveer 150 miljoen plattelandsbewoners naar een stad. Veel steden werden in korte tijd megasteden, enorm groot qua omvang en aantal inwoners.
Het leidde, zoals bedoeld door de landsregering, tot een sterke toename van het BBP van China vanaf 1978 en van de welvaart (bekijk de grafiek).

Grafiek - Bruto binnenlands product China


Maar de welvaart groeide niet overal en voor iedereen tegelijk. Eerst profiteerde vooral de bevolking van de Speciale Economische Zones aan de oostkust. Deze gebieden kenden een snel groeiende middenklasse, bestaande uit mensen met een eigen bedrijf of met een baan die goed kunnen rondkomen met wat ze verdienen.

De welvaart op het platteland nam niet of nauwelijks toe in deze periode. Hierdoor hield niet alleen de migratie van het platteland naar de stad aan, ook nam het verschil in inkomsten tussen stedelingen en plattelandsbewoners toe in de jaren 90 en rond de eeuwwisseling. In 2002 bijvoorbeeld verdienden stedelingen omgerekend gemiddeld 900 euro per jaar, plattelandsbewoners 225 euro.
Dat verschil werd pas vanaf 2009 kleiner. Er werden vanaf die tijd ook fabrieken in de steden in het binnenland gebouwd, waardoor meer werkgelegenheid ontstond.

Afronding

Eindopdracht: Gatentekst

Om deze opdracht af te sluiten, maak je een toets.
In de toets staan zinnen met open plekken, waar begrippen zijn weggelaten.
Het zijn allemaal begrippen die in deze opdracht zijn gebruikt.

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je verklaren waarom SEZ's en open regio's zich voornamelijk aan de Chinese kust bevinden?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn. Had je voldoende tijd voor het lezen van alle stappen over economische zones en de toetsoefening?
  • Eindopdracht
    Wat vond je van de eindopdracht? Herkende je alle begrippen? Had je een goede score?
  • Het arrangement Opdracht: China: Economische zones - vmbo-kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2022-11-10 09:57:25
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema 'Bevolking en ruimte: China', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor vmbo-kgt leerjaar 3 en 4. In deze opdracht ga je dieper in op de Speciale Economische Zones (SEZs) in China en begrijp je hun impact op de Chinese economie en bevolking. Je begint met het leren over waarom China ervoor heeft gekozen om Speciale Economische Zones in te richten. Vervolgens leer je het verschil tussen een planeconomie en een vrijemarkteconomie en begrijp je hoe de economie in de Speciale Economische Zones 'anders werkt' dan die in de rest van China. Ook leer je meer over het concept 'vrijhandelszone' en hoe dit van toepassing is binnen China. Daarnaast zul je de gevolgen van het instellen van Speciale Economische Zones voor de Chinese bevolking onderzoeken. Je zult twee specifieke gevolgen identificeren en begrijpen hoe deze de levens van mensen in China hebben beïnvloed. Veel plezier met het maken van de opdracht!
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Bevolkingskenmerken; Aardrijkskunde; Bevolking en ruimte;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    aardrijkskunde, arrangeerbaar, bevolking en ruimte: china, china: economische zones, planeconomie, speciale economische zones, stercollectie, vmbo-kgt34, vrijemarkteconomie, vrijhandelszone