Bekijk ook het volgende filmpje en doe dan de sleepoefening.
Je maag is erg groot. Er kan ongeveer twee liter voedsel in.
In je maag zit maagsap en daar zitten weer enzymen in.
Enzymen zorgen dat voedsel wordt opgelost.
Een experiment om te laten zien hoe dat gaat.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Slikexperiment 1
Neem een klein slokje water en houd dat in je mond.
Probeer nu te ademen en te slikken tegelijkertijd. Lukt dit?
Slikexperiment 2
Neem een stukje brood in je mond.
Pak het puntje van je tong tussen duim en wijsvinger.
Probeer te slikken. Lukt het?
Bespreek met een klasgenoot wat de rol van de huig en de rol van het strottenklepje is bij het doorslikken van eten en drinken en bij het ademhalen.
Maak er eventueel een tekening bij.
Opdracht 4
Darmen
Als het voedsel de maag uitgaat, komt het in de darmen.
Bekijk de volgende twee filmpjes:
In je dunne darm komen enzymen bij het voedsel.
Zo wordt het voedsel goed verteerd en kan daarna door de darmwand het bloed in. De dikke darm zorgt ervoor dat het vocht uit het voedsel gehaald wordt, omdat je anders zou uitdrogen.
De ingedikte resten worden af en toe met kracht verder geduwd door de dikke darm.
Dat veroorzaakt de aandrang om naar het toilet te moeten.
Als het gaat over de darmen kun je de volgende darmen tegenkomen:
dikke darm
endeldarm
twaalfvingerige darm
blinde darm
dunne darm
Zorg dat je weet waar je deze verschillende darmen tegenkomt en in welke volgorde het voedsel door de darmen gaat.
Opdracht 5
Eindtoets
Je sluit deze opdracht af met het maken van een toets.
De toets bestaat uit zeven vragen. Aan het eind van de toets zie je welke vragen je goed hebt gedaan. Van de vragen die je fout hebt gedaan, kun je het goede antwoord zien.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.
Hieronder staat een video die goed past bij dit thema.
Bekijk de video. Kun je de video goed volgen?
Bespreek de inhoud van de video met een klasgenoot.
Let op:
Als je de video wilt stoppen, druk dan eerst op de stopknop en klik dan de popup weg.
Begrippenlijst
Spijsvertering - 1
Vertering
Het afbreken van voedsel tot kleine door het lichaam opneembare deeltjes.
Verbranding
Chemisch proces waarbij energie vrijkomt uit glucose en zuurstof.
Cariës
In de volksmond 'gaatjes' genoemd. Gaatjes zijn het gevolg van beschadiging van de kalk van het tandbeen.
Mechanische vertering
Kauwen en kneden, kleiner maken van voeding door o.a. het gebit en bewegingen in maag en darmen (maag- en darmperistaltiek.
Darmperistaltiek
Afwisselende samentrekking van spieren in o.a. slokdarm en darmen; zorgt voor transport van de voedselbrij door het spijsverteringskanaal.
Maagportier
Een kringspier die de maag kan dichthouden en zo gedoseerd de voedselbrij door kan laten naar de darmen.
Chemische vertering
Omzetten van voedingsstoffen in kleinere delen door verteringssappen met enzymen (bijvoorbeeld maagsap) en zonder enzymen (gal).
Enzymatische vertering
Omzetten van voedingsstoffen in kleinere delen door enzymen in verteringssappen.
Slokdarm
Gespierde 'buis' van de mondholte naar de maag; peristaltische bewegingen in de slokdarm zorgen voor het vervoer van voedsel richting de maag.
Alvleesklier
Orgaan dat alvleessap maakt voor de spijsvertering; maakt ook hormonen aan (insuline en glucagon), die de hoeveelheid glucose in het bloed regelen.
Verteringssappen
De sappen die een rol spelen bij de spijsvertering, zoals speeksel, maagsap/maazuur, galsap, alvleessap en darmsap.
Speeksel
Verteringssap, aangemaakt in speekselklieren; bestaat uit water, slijm en enzymen voor de vertering.
Maagsap
Verteringssap, aangemaakt in maagsapklieren (in de maag), bevat o.a. zoutzuur.
Galsap
Galsap, aangemaakt in de lever, bevat geen enzymen. Heeft een emulgerende werking.
Alvleessap
Alvleessap, aangemaakt door de alvleesklier, bevat enzymen die helpen bij de afbraak van koolhydraten, vetten en eiwitten.
Darmsap
Verteringssap, aangemaakt in dunne darm, bevat o.a. enzymen.
Spijsverteringsstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit organen die samen zorgen voor de spijsvertering. Spijsverteringsorganen zijn o.a. de maag, alvleesklier, dunne darm en dikke darm.
Huig
De huig sluit de neusholte af van de mondholte tijdens het slikken.
Strottenklepje
Het strottenklepje sluit de luchtpijp af tijdens het slikken.
Darmperistaltiek
Afwisselende samentrekking van spieren in o.a. slokdarm en darmen; zorgt voor transport van de voedselbrij door het spijsverteringskanaal.
Spijsvertering - 2
Galblaas Slaat gal (afkomstig van de lever) tijdelijk op.
Dunne darm Deel van de darm waar verdere vertering plaatsvindt en de meeste voedingsstoffen in het bloed worden opgenomen.
Darmplooien Plooien in de darmwand (vooral dunne darm) om het oppervlak te vergroten.
Darmvlokken Uitstulpingen van de darmwand (vooral dunne darm) om het oppervlak te vergroten.
Dikke darm Deel van de darm waar nog enkele voedingsstoffen en veel water in het bloed worden opgenomen; onverteerbare resten gaan naar de endeldarm.
Blinde darm Stukje van de dikke darm zonder functie; bevat wormvormig aanhangsel, dat kan gaan ontsteken (dit heet een blinde darmontsteking).
Appendix Wormvormig aanhangsel van de blinde darm. Als dit deel ontsteekt spreek je van een blindedarmontsteking.
Endeldarm Laatste deel van de dikke darm waar ontlasting (onverteerbare resten) tijdelijk wordt opgeslagen.
Anus Uitmonding van de endeldarm waardoor ontlasting het lichaam verlaat.
Maag Orgaan van het spijsverteringsstelsel dat aansluit op de slokdarm. Dient om voedsel te kneden, een deel van het voedsel te verteren en om met behulp van maagzuur schadelijke organismen uit te schakelen (o.a. bacteriën).
Alvleessap Verteringssap, aangemaakt in de alvleesklier.
Bacteriële spijsvertering Omzetten van voedingsstoffen in kleinere delen door bacteriën in de darmen.
Enzym Katalysator. Helpt met het omzetten van stof A in stof B.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Verteren en verbranden
Spijsvertering
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.