Module Woordenschat - v456

Module Woordenschat - v456

Module Woordenschat

Inleiding

In (examen-)teksten staan nogal eens moeilijke woorden.
Voor een goed begrip van de tekst is kennis van die woorden belangrijk.
Je hoeft hier niet altijd direct een woordenboek voor te gebruiken.
Hieronder bespreken we aantal strategieën die je kunt gebruiken om achter de betekenis van zo’n woord te komen.

Woordstrategieën

  1. Stel eerst vast of het belangrijk is dat je de betekenis kent. Als dat niet essentieel is, kan je gewoon doorlezen.

  2. Kijk of er een voetnoot onder de tekst staat waarin de betekenis wordt gegeven.

  3. Ken je de betekenis uit een ander taal?

  4. Kan je de betekenis uit de context (de zinnen eromheen) afleiden?

  5. Ken je een deel (voor- of achtervoegsel) van het woord en kan je daardoor de betekenis afleiden?

  6. Wordt er een synoniem in de tekst genoemd?

  7. Als de voorgaande manieren niets opleveren, gebruik dan een woordenboek.


Bekijk de video.

Wat kan ik straks?

Leerdoelen van de module Woordenschat zijn:

Moeilijke woorden

Je kunt:

  • verschillende strategieën toepassen om achter de betekenis van een moeilijk woord te komen.

Uitdrukkingen

Je kunt:

  • omschrijven wat een uitdrukking of gezegde is.
  • minimaal vijf voorbeelden van uitdrukkingen geven.
  • van uitdrukkingen die je niet kent, de betekenis opzoeken.

Engelse en Latijnse invloeden

Je kunt:

  • een omschrijving geven van leenwoorden.
  • enkele voorbeelden noemen van leenwoorden uit het Engels, Latijns of Grieks.

 

Wat ga ik doen?

De module 'Woordenschat' bestaat uit de volgende onderdelen:

Onderdeel Tijd in SLU
Inleiding 0,5
Opdracht: Moeilijke woorden 3
Opdracht: Uitdrukkingen 3
Opdracht: Engelse en Latijnse invloeden 3
Afsluiting 2
Totaal 11 à 12 SLU

 

De tijd is een indicatie en afhankelijk van de duur van de eindopdracht.

Opdrachten

Hier vind je de drie opdrachten die samen de module Woordenschat vormen.
Maak je keuze.

Opdracht 1

Moeilijke woorden

Opdracht 2

Uitdrukkingen - Jargon

Opdracht 3

Engelse en Latijnse invloeden

Afsluiting

Samenvattend

Hier vind je een overzicht van de Kennisbanken die in deze module besproken zijn.

Uitdrukkingen

Leenwoorden

Eindopdracht

Medische woorden zijn woorden die worden gebruikt in het ziekenhuis of bij de huisarts. Er bestaan erg veel medische woorden. Ze komen voor in medische overleg met de huisarts, in bijsluiters of in een speciaal woordenboek voor bijsluiters.

Bekijk de video.
Hier worden niet alleen medische woorden gebruikt, of wel?

 

Er zijn veel soorten ziekten waar je last van kan hebben. In deze eindopdracht is het de bedoeling dat je je verdiept in één ziekte.
Hieronder staan vijf verschillende ziektes. Kies er één uit, waar jij meer over wilt weten.

  • Aids
  • Psoriasis
  • Reuma
  • Hernia
  • Bof

Hoe ga je te werk?

  • Zoek op internet informatie over de ziekte die je hebt gekozen.
    Op Wikipedia, Gezondheidsplein of Gezondheidsnet is veel informatie te vinden.
    Als je een woord tegenkomt dat je niet begrijpt, is het slim om dit op te zoeken. Dat zorgt ervoor dat je geen belangrijke informatie mist, omdat je een zin niet begrijpt.
  • Je mag maximaal een kwartier gebruiken om informatie over de ziekte op te zoeken.
    Schrijf de informatie op die je hebt verzameld. Je kunt hiervoor een Googledocument maken dat je opslaat in je eigen omgeving.
  • Zorg dat je in ieder geval de volgende vragen beantwoordt:
    1. Wat is de ziekte?
    2. Hoe ontstaat de ziekte?
    3. Wat zijn de symptomen?
    4. Kun je de ziekte voorkomen? Zo ja, hoe?
    5. Is de ziekte te behandelen? Zo ja, hoe?
    6. Bestaan er bepaalde medicijnen voor deze ziekte?
    7. Kun je genezen van de ziekte?

Laat de informatie, die je gevonden hebt over de ziekte, lezen aan een klasgenoot.
Probeer de informatie die je hebt gevonden zo eenvoudig mogelijk toe te lichten.
Gebruik hiervoor vijf minuten.

Jij leest op jouw beurt de informatie die je klasgenoot over een bepaalde ziekte heeft verzameld.
Geef elkaar feedback over de manier waarop jullie de informatie hebben verzameld en opgeschreven.
Gebruik hiervoor vijf minuten.

Beoordeling

De docent zal jullie informatie beoordelen. Daarbij wordt gelet op:

  • ​Is de informatie nuttig en relevant voor de ziekte die je hebt uitgekozen?
  • Zijn bovengenoemde vragen beantwoord?
  • Was de uitleg over de ziekte en de informatie die je gevonden hebt, duidelijk?
  • Hebben jullie elkaar goede feedback gegeven over de informatie en uitleg ervan?
  • Bevat de uitleg geen taalfouten?

Examenopdracht

Examen oefenen

In eindexamenteksten staan vaak moeilijke woorden en uitdrukkingen.
Voor een goed begrip van de tekst is het handig als je er al veel woorden kent. Het gebruik van een woordenboek is op het examen wel toegestaan, maar het opzoeken van woorden en uitdrukkingen kost soms (te)veel tijd.

Bekijk de video's.

 

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen per opdracht nog eens door.
    Herkende je veel uitdrukkingen en gezegdes? Hoe kwam je achter de betekenis van uitdrukkingen, die je niet kende?

Hoe ging het?

  • Inhoud
    Een van de opdrachten ging over leenwoorden uit het Engels, Latijns of Grieks. Herkende je veel woorden en worden deze woorden volgens jou nog veel gebruikt?
  • Eindopdracht
    Heb je de eindopdracht gedaan? Welke strategie heb je gebruikt om moeilijke medische woorden op te zoeken? Heb je de informatie over de door jou gekozen ziekte goed verwoord?
  • Het arrangement Module Woordenschat - v456 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2021-07-05 11:45:16
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    De module Woordenschat VWO is ontwikkeld door Fred Marsman (CambiumNed) en medewerkers van StudioVO.

    Fair Use
    In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use.
    Meer informatie: Fair use .

    Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de
    helpdesk VO-content .

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze module valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor v456. Deze module bestaat uit drie onderdelen. Allereerst zal je werken aan de opdracht 'Moeilijke woorden'. Daarna zal je aan de slag gaan met 'Uitdrukkingen'. Uiteindelijk zal je de opdrachten afsluiten met 'Engelse en Latijnse invloeden'.
    Leerniveau
    VWO 6; VWO 4; VWO 5;
    Leerinhoud en doelen
    Nederlands; Schrijfvaardigheid; Mondelinge taalvaardigheid; Leesvaardigheid;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    11 uur en 30 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, module woordenschat - v456, nederlands, opdracht: engelse en latijnse invloeden, opdracht: moeilijke woorden, opdracht: uitdrukkingen, stercollectie, v456

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Nederlands. (2020).

    Module Woordenschat - h45

    https://maken.wikiwijs.nl/80940/Module_Woordenschat___h45