In deze opdracht herhaal je het benoemen van zinsdelen.
Begin met het kijken naar deze video van meester Gransjean.
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
de volgende zinsdelen in een zin benoemen:
persoonsvorm
onderwerp
lijdend voorwerp
werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde
bijwoordelijke bepaling
verschil maken tussen een naamwoordelijk en een werkwoordelijk gezegde.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
Bestudeer het Kennisbankitem 'Persoonsvorm' en maak de twee opdrachten.
Stap 2
Bestudeer het Kennisbankitem 'Onderwerp' en maak de opdracht.
Stap 3
Bestudeer het Kennisbankitem 'Lijdend voorwerp' en maak de opdracht.
Stap 4
Bestudeer het Kennisbankitem 'Werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde' en maak de opdracht.
Stap 5
Bestudeer het Kennisbankitem 'Bijwoordelijke bepaling' en maak de opdracht.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Samenvattend
Hier vind je de kennisbanken die horen bij deze opdracht.
Eindopdracht
Maak samen met een klasgenoot een toets + antwoordmodel. Neem de toets af bij klasgenoten. Maak zelf ook een toets die door klasgenoten is samengesteld.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 3 à 4 lesuren nodig.
Aan de slag
Stap 1: Persoonsvorm
Bestudeer uit de Kennisbank het volgende onderwerp.
De oefening is een keuzeoefening.
Je krijgt 8 vragen over het gebruik van persoonsvormen.
Na het beantwoorden van de vragen krijg je je score te zien.
Ben je ontevreden maak dan de oefening opnieuw. Je krijgt dan weer 8 vragen.
Dat zijn veelal andere vragen, maar je kunt ook dezelfde vragen nogmaals tegenkomen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De oefening is een keuzeoefening.
Je krijgt 8 vragen over het gebruik van persoonsvormen.
Na het beantwoorden van de vragen krijg je je score te zien.
Ben je ontevreden maak dan de oefening opnieuw. Je krijgt dan weer 8 vragen.
Dat zijn veelal andere vragen, maar je kunt ook dezelfde vragen nogmaals tegenkomen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De oefening is een keuzeoefening.
Je krijgt 8 vragen over het gebruik van het lijdend voorwerp.
Na het beantwoorden van de vragen krijg je je score te zien.
Ben je ontevreden maak dan de oefening opnieuw. Je krijgt dan weer 8 vragen.
Dat zijn veelal andere vragen, maar je kunt ook dezelfde vragen nogmaals tegenkomen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Oefening: Werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde
0%
De oefening is een keuzeoefening.
Je krijgt 10 vragen over het gebruik van werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde.
Na het beantwoorden van de vragen krijg je je score te zien.
Ben je ontevreden maak dan de oefening opnieuw. Je krijgt dan weer 10 vragen.
Dat zijn veelal andere vragen, maar je kunt ook dezelfde vragen nogmaals tegenkomen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Deze opdracht sluit je af door samen met een klasgenoot een toets te ontwerpen voor medeleerlingen. De toets bestaat uit acht zinnen. Iemand die de toets maakt, moet de volgende onderdelen kunnen benoemen:
wg: werkwoordelijk gezegde;
ng wd: naamwoordelijk gezegde werkwoordelijk deel;
ng nd: naamwoordelijk gezegde naamwoordelijk deel;
o: onderwerp;
lv: lijdend voorwerp;
bwb: bijwoordelijke bepaling.
Zorg dat er in de zinnen die jullie maken ruimte is om achter ieder zinsdeel de juiste afkorting te noteren.
Maak wat langere zinnen of gebruik zinsdelen meerdere malen om het wat moeilijker te maken.
Zet de zinnen in een (Google-)document. Zet de antwoorden in een ander (Google-)document. Sla beide documenten op.
Voorbeeldzin: Deze oefening (……) maak (……) ik (……) met mijn klasgenoot (……).
Antwoordzin: Deze oefening (lv) maak (wg) ik (o) met mijn klasgenoot (bwb).
Toets afnemen
Neem de toets af bij twee klasgenoten.
Als ze klaar zijn, kijken jullie de toets na met behulp van het antwoorddocument en geven jullie je klasgenoten een cijfer.
Natuurlijk maken jullie de toets die door het andere tweetal is ontworpen en krijgen jullie van hen een cijfer.
Beoordeling
Jullie laten de toetsdocument en het antwoordmodel beoordelen door jullie docent.
Bij de beoordeling let de docent op de volgende punten:
Inhoud:
Hebben jullie alle zinsdelen gebruikt in de zinnen?
Zijn de zinnen niet te eenvoudig, is gebruik gemaakt van samengestelde zinnen?
Is het antwoordmodel goed ingevuld?
Hebben jullie de toets goed nagekeken: geen fouten laten zitten?
Vormgeving:
Hebben jullie originele en duidelijke zinnen gebruikt?
Ziet het toetsdocument er verzorgd uit?
Taalfouten:
Komen er geen taalfouten voor in de toets?
Terugkijken
Intro
Heb je de introductievideo bekeken?
Heb je de voorbeeldzin in zinsdelen kunnen indelen?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je een voorbeeld geven van een zin met een naamwoordelijk gezegde en een zin met het werkwoordelijk gezegde?
Hoe ging het?
Tijd
Bij de activiteiten stond dat je 3 à 4 uur met de opdracht bezig zou zijn.
Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
Inhoud
De opdracht heet 'Herhaling zinsdelen'. Als het goed is, kende je de meeste zinsdelen al.
Klopt dat? Of leek het of je helemaal opnieuw moest beginnen?
Eindopdracht
Vond je het leuk om de eindopdracht samen met een klasgenoot te doen?
Hebben jullie de toets laten beoordelen door een ander tweetal?
Kregen jullie een goede beoordeling?
Het arrangement Grammatica - Herhaling Zinsdelen h3 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Heelal', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor hv3. In deze opdracht bestudeer je vijf verschillende Kennisbankitems en maak je de bijhorende opdrachten. Uiteindelijk maak je samen met een klasgenoot een toets en antwoordmodel voor jouw medeleerlingen.
Leerniveau
HAVO 3;
Leerinhoud en doelen
Schrijven;
Spelling, interpunctie en grammatica;
Nederlands;
Schrijfvaardigheid;
Deze opdracht hoort bij het thema 'Heelal', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor hv3. In deze opdracht bestudeer je vijf verschillende Kennisbankitems en maak je de bijhorende opdrachten. Uiteindelijk maak je samen met een klasgenoot een toets en antwoordmodel voor jouw medeleerlingen.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Persoonsvorm - 1
Persoonsvorm - 2
Onderwerp
Lijdend voorwerp
Werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde
Bijwoordelijke bepaling
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.