2. Grenzen en identiteit

2. Grenzen en identiteit

Inleiding

Dit thema heeft als titel 'Grenzen en identiteit'.
In dit thema gaat het over:

Cultuur
Je leert dat er verschillende culturen op aarde voorkomen.

Grenzen
Je leert over verschillen tussen landen/regio's.

Europa
Je leert over de betekenis van Europa en Europese Unie.

 

Aan het eind van het thema moet je:

  • het begrip cultuur kunnen omschrijven.
  • de grote cultuurgebieden op de wereld kunnen benoemen.
  • een onderzoek kunnen doen naar de geografische gebondenheid van identiteit.
  • weten dat de grenzen binnen Europa de afgelopen eeuw voortdurend zijn veranderd.
  • weten hoe de Europese Unie zich heeft ontwikkeld.
  • kunnen uitleggen wat de gevolgen zijn van de (toekomstige) uitbreidingen van de EU.

Het thema Grenzen en identiteit bestudeer je door zeven opdrachten en de afsluiting te maken. In iedere opdracht wordt een ander aspect van grenzen en identiteit belicht.

Het is belangrijk dat je goed bijhoudt wat gedaan hebt.
Om je hierbij te helpen is er een werkplan gemaakt. Op dat werkplan kun je bijhouden welke onderdelen je al gedaan hebt.

Download hier het Werkplan Thema Grenzen en identiteit

2.1 Westers cultuurgebied

Vooraf

Een cultuurgebied is een gebied waar mensen kenmerken met elkaar gemeen hebben op gebied van geloof, muziek, kleding, taal en andere zaken. De wereld telt acht cultuurgebieden. Eén van die cultuurgebieden is het westers cultuurgebied, waar ook Nederland bij hoort.

Aan het eind van deze les:

  • Kun je de begrippen cultuur en cultuurgebied omschrijven.
  • Ken je de indeling en kenmerken van cultuurgebieden.
  • Weet je dat Noord-Amerika, Europa en Australië tot één cultuurgebied behoren.
  • Heb je kennis gemaakt met vier wereldsteden.

Eindproduct

Jouw gezin gaat verhuizen naar één van de volgende steden: Washington in de Verenigde Staten, Nairobi in Kenia, Lhasa in Tibet of Sydney in Australië. Jij mag meebeslissen.
Het eindproduct van deze opdracht is een korte presentatie waarin je jouw keuze uitlegt. Je geeft argumenten en ondersteunt ze met beeldmateriaal. Je maakt de presentatie samen met een klasgenoot.

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent.
Bij de beoordeling let jullie docent op:

  • De inhoud: laat het eindproduct zien dat jullie de teksten en filmpjes hebben gelezen/bekeken en hebben begrepen.
  • De inhoud: je gebruikt goede argumenten voor je keuze.
  • De vorm: je hebt je keuze ondersteund met verduidelijkend beeldmateriaal.

Groepsgrootte

Stap 1 tot en met stap 3 doe je alleen.
Het eindproduct (stap 4) maak je samen met een klasgenoot.

Benodigdheden

 

  • een computer met internet
  • een atlas

Tijd

 

 

Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

 

Cultuur

Wat is cultuur?

Bekijk de video.

Een cultuur is het geheel van gedragsregels, omgangsvormen, waarden en normen, tradities, taal, religie, mode, muziek, eten en ga zo maar door. Het is het geheel dat de samenleving kenmerkt. Niet dat iedereen binnen een cultuur hetzelfde eet, zich hetzelfde kleedt of dezelfde ideeën aanhangt, maar er is in elke samenleving wel een bovenstroom zichtbaar, een dominante cultuur.

Reis over de wereld en je weet dat er, naast de vele overeenkomsten, ook grote verschillen zijn tussen mensen en landen. Het verschil tussen Nederland en België is heel wat minder groot dan dat tussen Nederland en Bolivia bijvoorbeeld. Bolivia en Peru lijken wel weer op elkaar. De Verenigde Staten van Amerika hebben meer gemeen met Canada dan met Mexico. En zo kun je nog wel even doorgaan. Net zolang tot je de wereld in verschillende cultuurgebieden hebt onderverdeeld.

Cultuurgebied

Een cultuurgebied is een gebied waarin de bewoners dezelfde dominante cultuur met elkaar delen.
Met de kenmerken van die dominante culturen kun je de wereld in verschillende cultuurgebieden indelen.

In de bron hieronder zie je een indeling van de wereld in acht verschillende cultuurgebieden.


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Tot welke cultuurgebieden behoren de volgende landen?

  • Australië
  • China
  • Mexico
  • Turkije
  • India
  • Indonesië
  • Rusland
  • Nigeria

Westers cultuurgebied

Het westers cultuurgebied

Elk cultuurgebied heeft verschillende eigenschappen.
Lees de omschrijving van het westers cultuurgebied.

Kenmerkend voor het westerse cultuurgebied is het belang dat wordt gehecht aan democratie, aan vrijheid van meningsuiting, aan gelijkheid en aan individualisme.
Een ander kenmerk is dat de westerse cultuur is ingesteld op veranderingen en zich snel aanpast. Dat betekent ook dat de westerse cultuur openstaat voor invloeden van buitenaf.

De westerse wereld is het dominantste cultuurgebied sinds de West-Europese landen een groot deel van de wereld hebben gekoloniseerd. Westerlingen hebben hun sporen op verschillende plekken achtergelaten, maar nemen van die plekken ook wat mee terug. Steeds meer mensen emigreren van het ene cultuurgebied naar het andere en nemen hun eigen cultuur mee. Daardoor veranderen cultuurgebieden voortdurend. De grenzen van cultuurgebieden kunnen ook langzaam vervagen.


Zijn de volgende stellingen waar of niet waar?

  1. Alle democratische landen van de wereld behoren tot het westerse cultuurgebied.
  2. Mensen uit het westers cultuurgebied willen niets met andere culturen te maken hebben.
  3. Sinds het begin van onze jaartelling is de westerse cultuur de dominante wereld cultuur.
  4. Over 100 jaar zijn de grenzen van het westers cultuurgebied gelijk aan de grenzen van nu.

Vergelijk jouw antwoorden met de antwoorden van een klasgenoot.
Bespreek eventuele verschillen.

Andere culturen

Omgaan met andere culturen

Lees onderstaand gedicht.

Ik wil niet
dat mijn huis
van alle kanten
ommuurd is
en dat mijn ramen potdicht zitten
ik wil
dat de culturen
van alle landen
door mijn huis waaien
zo vrij als maar mogelijk is
maar ik zal mij door geen ervan
omver laten blazen

Mahatma Ghandi

 

Wat drukt het gedicht uit?
Cultuurverandering of cultuurvervaging?
Bekijk nu ook de volgende video over omgaan met andere culturen.
 
Wat zal in dit verband bedoeld worden met:
'Een goede zakenman is van alle markten thuis.'

 

Verhuizen

Je gaat verhuizen naar één van de volgende steden: Washington in de Verenigde Staten, Nairobi in Kenia, Lhasa in Tibet of Sydney in Australië.
Zoek op een wereldkaart waar de verschillende steden liggen.
Geef voor iedere stad aan in welk cultuurgebied de steden liggen.
Lees daarna de informatie over de vier steden.

Washington (Verenigde Staten van Amerika)
Amerikanen zijn trots op hun land en dat is goed zichtbaar. Kijk maar naar hun hoofdstad, Washington DC. Een monumentale stad, de hoofdstad van een supermacht. Het is ook een stad van tegenstellingen. Van de ene kant een beetje saai en voorspelbaar, met mannen in keurige pakken met stropdas en vrouwen in nette mantelpakjes en plooirokken. Veel inwoners werken voor de overheid. Van de andere kant een stad met hoge criminaliteits¬cijfers en wijken waar je beter weg kunt blijven.

Ongeveer de helft van de inwoners van Washington bestaat uit zwarte Amerikanen terwijl iets meer dan één derde blank is. In 1954 was Washington de eerste stad in de VS die haar scholen openstelde voor zowel blanken als zwarten. De stad werd een centrum voor de Burgerrechtenbeweging. Bijna 8% van de bevolking is oorspronkelijk afkomstig uit Latijns Amerika, 60% is Afro-Amerikaans en een kleine 3% is afkomstig uit een Aziatisch cultuurgebied. Natuurlijk is iedereen de Engelse taal machtig.

 

Nairobi (Kenia)
Nairobi is een grote stad; er wonen ongeveer 4 miljoen mensen. En je vindt er alles wat je in grote steden nodig hebt: banken, kantoren, industrie, winkels, restaurants, werkplaatsen, enzovoort. In de winkels en op de markt kun je, naast de typische Afrikaanse producten, alles kopen wat je ook in Nederland hebt, van merkkleding tot mobieltjes. Niet iedereen is er evengoed gehuisvest: Nairobi heeft, naast wijken met moderne woningen, ook grote krottenwijken.

De hoofdstad van Kenia is multicultureel. In Kenia wonen ongeveer 40 verschillende volken en ze zijn allemaal terug te vinden in de hoofdstad, naast Europese en Aziatische immigranten. Protestanten, rooms-katholieken, moslims, hindoes en mensen met andere godsdiensten leven er naast elkaar. De stad telt veel goede basis- en middelbare scholen en enkele universiteiten. Je kunt er met Engels uit de voeten en ook met Swahili. In Kenia en ook in Nairobi spelen vrouwen een grote rol in de economie.

 

Lhasa (Tibet)

Lhasa is de eeuwenoude hoofdstad van het Tibetaanse Rijk. Sinds 1964 is Tibet niet langer als land onafhankelijk, maar is het een provincie van het machtige en veel grotere China. Nu wonen er bijna evenveel Chinezen als Tibetanen in het land. De stad is de traditionele zetel van de dalai lama, de religieuze leider van de boeddhistische Tibetanen. Sinds de Chinese machtsovername leeft de dalai lama in India. Lhasa betekent letterlijk land van de goden. Voor de Tibetanen komt hun godsdienst dan ook op de eerste plaats. Overal kom je kloosterlingen tegen, goed herkenbaar aan hun rode gewaden.
Lhasa heeft meer dan een miljoen inwoners en ligt op een hoogte van ongeveer 3.650 m.  De meeste inwoners zijn Tibetaan (ongeveer 80%), maar er is een grote Chinese minderheid (bijna 17%). Er wonen weinig of geen mensen uit de andere cultuurgebieden.
In Lhasa wordt natuurlijk Tibetaans gesproken, maar China probeert het gebruik van het Chinees te bevorderen.

Sydney (grootste stad van Australië)

Sydney is gesticht in 1788 en daarmee is het niet alleen de grootste, maar ook de oudste stad van het land. Arthur Philip begon er dat jaar een strafkolonie voor Britse gevangenen. De eerste tekenen van bewoning zijn veel ouder. Aborigines, de oorspronkelijke bewoners van Australië, woonden er al meer dan 30.000 jaar. Ook nu woont er nog één van de grootste Aboriginesgemeenschappen van het land, maar ze zijn wel in de minderheid. De meeste inwoners zijn afstammelingen van blanke Europeanen. Verder wonen er veel Aziaten. Sydney is tegenwoordig een echte wereldstad door de grote verscheidenheid in nationaliteiten en culturen die het herbergt.
De bewoners van Sydney hebben de ruimte. De bijna vier miljoen inwoners zijn verspreid over meer dan 2000 km2. Het stedelijk gebied is zes keer zo groot als Londen of Rome.
De stad is rijk, heeft een subtropisch klimaat, veel nationale parken binnen de stadsgrenzen en een grote haven. De voertaal is Engels.

 

Naar welke stad zou jij het liefst verhuizen?
Schrijf per stad een aantal voordelen en een aantal nadelen op.
Maak daarna je keuze. Heb je gekozen voor dezelfde stad als je buurman?

 

Eindproduct

Eindproduct

Je gaat verhuizen. Je mag kiezen uit Sydney, Lhasa, Nairobi en Washington.
Het eindproduct van deze opdracht is een korte presentatie waarin je samen met een klasgenoot je keuze voor een verhuizing naar één van deze vier steden uitlegt.
Je zet de voor- en nadelen op een rijtje en maakt samen een definitieve keuze. Laat goed uitkomen, in woord en beeld, hoe je uiteindelijk tot je keuze bent gekomen.
In het eindproduct laat je zien dat je de leerdoelen hebt behaald.

Klaar?
Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent.

www.lvoorl.nl

Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.

Hieronder een video die goed past bij deze opdracht.
Bekijk de video.

Culturele verschillen

2.2 Cultuur en identiteit

Vooraf

We zijn allemaal deel van een groep en elke groep heeft zo zijn kenmerken. De meest in het oog springende zijn taal of dialect en kleding.
In deze opdracht gaat het over kleding en de regels die de omgeving daaraan stelt. Veel kledingstukken horen thuis in een bepaalde omgeving, daarbuiten vallen ze op. Denk aan klederdracht of aan religieuze kledingvoorschriften.

Aan het eind van deze les:

  • Weet je dat kleding en regio met elkaar te maken hebben.
  • Weet je dat er op verschillende plekken, in verschillende regio's kledingvoorschriften bestaan.
  • Weet je dat die regels behalve regionaal ook cultuurgebonden zijn.
  • Weet je dat veel regels voor christenen, moslims en joden op elkaar lijken.
  • Ken je verschillende kledingregels, de do's and don'ts in kleding.

Eindproduct

 

 

Als eindproduct van deze opdracht maak je samen met een klasgenoot een folder: 'Kledingadvies voor dummies'. De folder bevat naast tekst ook afbeeldingen.
In het eindproduct laat je zien dat je de leerdoelen hebt behaald.

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent.
Bij de beoordeling let jullie docent op:

 

  • De inhoud: laat in het eindproduct zien dat jullie goed gebruik hebben gemaakt van de bronnen.
  • De vorm: is het eindproduct met zorg gemaakt.
  • De taalfouten: bevat het eindproduct niet te veel taalfouten.
Groepsgrootte

Stap 1 tot en met stap 3 doe je alleen.
Het eindproduct (stap 4) maak je samen met een klasgenoot.

Benodigdheden

  • een computer met internet en printer
  • pen, potlood, ruitjespapier

Tijd

Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

Recht op hoofddoek

Imane Mahssan eist via de rechtbank in Zaandam het recht op, om op haar school een hoofddoek te dragen. In deze video zie je een interview met Imane die vertelt dat waarom ze een hoofddoek draagt.


Wat vind jij? Kies uit:
  • De school heeft gelijk en mag een hoofddoek verbieden.
  • Imane heeft gelijk en moet zelf weten of ze een hoofddoek draagt.

Wat denk jij? Je mag het met meerdere dingen eens zijn.

  • Het dragen van een hoofddoek is een religieuze zaak.
  • het dragen van een hoofddoek is een kwestie van smaak.
  • het dragen van een hoofddoek heeft met je herkomst te maken.

Bespreek jouw antwoorden met een klasgenoot.
Zijn jullie het met elkaar eens? Bespreek eventuele verschillen.

Kledingvoorschrift

In deze stap staan drie verschillende kledingreglementen.
Lees ze door.


Kledingvoorschrift
  • Kleding is niet doorzichtig en zit niet strak.
  • Kleding is niet opvallend van kleur, materiaal of motief.
  • Kleding van meisjes lijkt niet op die van jongens en omgekeerd.
  • Gebruik geen make-up en/of nagellak.
  • Draag geen afbeeldingen van mens, dier of symbolen van ideologieën of godsdiensten.
  • Jongens dragen altijd een lange broek en hebben hun bovenlichaam en bovenarmen bedekt.
  • Jongens hebben hun haren kort geknipt en dragen geen pet.
  • Meisjes dragen kleding die het hele lichaam, uitgezonderd handen en gezicht, bedekt.
  • Meisjes dragen een rok of jurk en een hoofddoek. Een niqaab is niet toegestaan.
  • Draag in de klas geen jas, maar berg die op in je kluis.

Kledingvoorschrift
De identiteit heeft ook betrekking op het uiterlijk. Je loopt er fatsoenlijk bij. Voor de duidelijkheid: we verbieden voor de dames o.a.:
  • te korte rok (boven de knie),
  • broek,
  • legging onder de rok,
  • diep uitgesneden kleding,
  • blote schouders, naveltruitjes of blote ruggen,
  • make-up en al te uitbundige (oor)sieraden.
Voor de jongens zijn verboden o.a.:
  • korte broek,
  • lang haar en andere opvallende kapsels.
Voor zowel dames als heren zijn verboden o.a.: piercings en geverfd haar, aanstootgevende afbeeldingen op kleding.

Kledingvoorschrift

De meisjes zijn verplicht:
  • de neckline gesloten te hebben;
  • altijd de mouwen tot over de ellebogen dragen;
  • de benen te bedekken met kousen of panty (min. 20 denier), zodanig dat het gehele been bedekt is;
  • de jurk of rok moet over de knieën reiken;
  • lang haar bijeengebonden te houden met een haarband of elastiek.
Het is voor meisjes verboden:
  • nagellak of make-up te gebruiken;
  • de haren te verven;
  • een split te dragen in jurk of rok, ook al reikt die onder de knie;
  • doorzichtige of te strakke kleding te dragen;
  • langere oorbellen te dragen dan oorknopjes;
  • T-shirts of blouses te dragen met ronde hals die de bovenste kledinglaag vormen;
  • T-shirts of blouses te dragen met opzichtige teksten of afbeeldingen.
De jongens zijn verplicht:
  • de hele dag een keppel te dragen (een rond petje) en een blouse, vest of colbert;
Het is voor jongens verboden:
  • T-shirts of blouses te dragen met ronde hals die de bovenste kledinglaag vormen;
  • T-shirts of blouses te dragen met opzichtige teksten of afbeeldingen die de bovenste kledinglaag vormen;
  • jeans en niet-gepaste kleding te dragen.

Bespreek de kledingvoorschriften met een klasgenoot.
Welke voorschriften vinden jullie logisch?
Welke voorschriften vinden jullie nergens op slaan?

 

Gepast of ongepast

Gepast of ongepast?

Hieronder zie je vijf afbeeldingen. De personen op de afbeeldingen dragen opvallende kleding.
Doe per afbeelding de volgende opdracht met z'n tweeën:

  • Beschrijf elkaar de kleding op de afbeelding.
  • Vind je de kleding gepast/ongepast? Leg uit waarom.
  • Wat zegt de kleding over 'wie je bent'?
  • Zou je de kleding zelf willen dragen?

Eindproduct

Eindproduct

Sommige scholen hebben kledingregels maar ook in verschillende landen of op verschillende plaatsen op de wereld moet je rekening houden met tradities en regels op het gebied van kleding. Zo ga je niet in badkleding een moskee binnen. Er zijn landen waar je als vrouw buitenshuis een hoofddoek moet dragen of waar een korte broek niet gepast is. Ook je schoenen moeten uit op verschillende plekken.In je folder kledingadvies voor dummies geef je reizigers algemene adviezen.

  • Wat vinden jullie dat een reiziger moet doen en wat moet hij/zij laten?
  • Waar is aanpassing aan de plaatselijke regels gewenst?
  • Waar kun je de plaatselijke gewoontes op kledinggebied links laten liggen?
  • Beschrijf wat je zelf in dergelijke situaties zou doen.
  • Geef voorbeelden en zoek er zo mogelijk afbeeldingen bij.

Klaar?

Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent.

2.3 Cultuur en geloof

Vooraf

De wereld is verdeeld in cultuurgebieden. Dat zijn gebieden waar de meerderheid van de inwoners zich met elkaar verbonden weet via zaken als godsdienst, muziek, taal of kleding. In Nederland bevinden zich ook veel mensen die oorspronkelijk uit andere cultuurgebieden afkomstig zijn. En allemaal hebben ze hun eigen feestdagen.

Aan het eind van deze les:

  • Ken je de verschillende cultuurgebieden van de wereld.
  • Weet je dat in Nederland veel mensen uit andere cultuurgebieden wonen.
  • Weet je dat het vieren van eigen feestdagen voor alle culturen belangrijk is.
  • Weet je meer van de voornaamste feesten uit andere culturen.

Aan het eind van deze opdracht ken je de betekenis van de volgende begrippen:
Immigrant - allochtoon - cultuurgebied

Eindproduct

Je maakt samen met een klasgenoot een nieuwe Nederlandse feestkalender, met daarop niet alleen de Nederlandse feestdagen, maar ook de feestdagen van belangrijke andere cultuurgroepen in Nederland. Het wordt een praktische, bruikbare en verzorgde kalender die je aan de muur kunt hangen. Bij elk feestdag is aangegeven uit welk cultuurgebied hij afkomstig is.
Met deze "Nieuwe Nederlandse Feestkalender" laat je zien dat je de leerdoelen hebt gehaald.

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent.
Bij de beoordeling let jullie docent op:

 

  • De inhoud: laat het eindproduct zien dat je de verschillende cultuurgebieden op de wereld in Nederland hebt herkend en een plaats op de kalender hebt gegeven?
  • De vorm: is het eindproduct met zorg gemaakt?
  • Taalfouten: bevat het eindproduct niet te veel taalfouten?
Groepsgrootte

Je werkt samen met een klasgenoot.

Benodigdheden

  • een computer met internet
  • printer
  • Microsoft Word of Microsoft Publisher

Tijd

Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

Cultuurgebieden

De wereld wordt vaak in acht verschillende cultuurgebieden verdeeld.
Klik op het icoontje en kijk welke acht cultuurgebieden dat zijn.



In Nederland wonen veel mensen uit verschillende landen en cultuurgebieden. Er wonen nu bijna 3,3 miljoen mensen uit ongeveer 160 verschillende landen in Nederland. Dat is bijna 20% van de bevolking.
Eén op elke 5 Nederlanders heeft zijn of haar wortels buiten Nederland.
Het kan zijn dat zij zelf immigrant zijn of dat hun ouders naar Nederland zijn verhuisd.
Een immigrant is iemand die vanuit het buitenland naar Nederland komt.
Een ander woord voor immigrant is allochtoon. Dat betekent zoveel als 'van vreemde aarde'.

Voorbeelden van landen waaruit veel mensen naar Nederland zijn geïmmigreerd zijn: Indonesië, Suriname, Marokko en Turkije.
Tot welke cultuurgebieden horen deze landen?

Nationale feestdagen

Nationale feestdagen

In Nederland kennen we de volgende acht erkende feestdagen. Dit zijn dagen waarop veel mensen een vrije dag hebben. Het gaat om de volgende feestdagen:

  • Nieuwjaarsdag
  • Goede Vrijdag
  • Pasen
  • Koningdag
  • Bevrijdingsdag (eens in de vijf jaar)
  • Hemelvaartsdag
  • Pinksteren en
  • Kerstmis

Weet jij wat er op deze feestdagen gevierd wordt? Nee? zoek het dan op.

Het christendom is in Nederland al heel lang de godsdienst met de meeste aanhangers. Welke van de erkende feestdagen is een christelijke feestdag?

Andere geloven

Naast het christendom komen er nog een aantal geloven voor in Nederland. Hieronder zie je van een aantal geloven hoeveel aanhangers van dat geloof er in Nederland zijn.

Verdeling van de nationale feestdagen over godsdienstige en niet-godsdienstige Nederlanders

godsdienst aantal mensen erkende feestdagen
christendom ± 8.000.000 8
islam ± 1.000.000 0
hindoeïsme ± 100.000 0
boeddhisme ± 40.000 0
jodendom ± 30.000 0
niet-gelovig ± 6.000.000 0

Wat vind je van de verdeling van het aantal erkende feestdagen?
Als je de feestdagen opnieuw over de verschillende groepen zou mogen verdelen, zou je het dan anders doen?

Belangrijke feesten

Belangrijke feesten

Hieronder zie je enkele belangrijke feesten van het Jodendom, de islam, het hindoeïsme en het boeddhisme.

Jodendom: Grote verzoendag, Het Loofhuttenfeest, Chanoeka.
Islam: Het Suikerfeest (Eid-al-Fitr), Het Offerfeerst (Eid-Al-Adha), De Bedevaart naar Mekka (Hadj).
Hindoeïsme: Het Holifeest, Het lichtfeest (Divali).
Boeddhisme: Songkran, Boeddha-dag, Feest van de tand.

Kies minimaal zes feesten uit.
Zoek op internet een korte omschrijving van het feest.
Probeer ook te achterhalen wanneer het feest gevierd wordt.
Zoek bij de feesten die je hebt uitgekozen een passende afbeelding.

Eindproduct

Eindproduct

Je maakt samen met een klasgenoot een "Nieuwe Nederlandse feestkalender", met daarop niet alleen de Nederlandse feestdagen, maar ook de feestdagen die je in stap 3 uitgekozen hebt.Je maakt een kalender het gemakkelijkst in MS-Word of MS-Publisher.
Beide programma's kennen sjablonen voor kalenders. Bij ieder feest plaats je een foto en een korte beschrijving. Je kunt kiezen voor één of meer maanden per pagina. In het eerste geval heb je natuurlijk wat meer ruimte voor afbeeldingen en tekst.

Klaar?
Kijk nog even naar de beoordelingscriteria.
Tevreden?
Laat de kalender beoordelen door jullie docent.

2.4 Grenzen

Vooraf

Een land stopt bij zijn landsgrenzen.
Soms is het een duidelijk zichtbare grens, soms is het niet zo duidelijk waarom juist daar de grens loopt.

In deze opdracht ga je aan de slag met landsgrenzen.
Je leert wat wordt bedoeld met een natuurlijke grens en wat met een kunstmatige grens.

Eindproduct

Als de landsgrenzen in Europa allemaal natuurlijke grenzen zouden zijn, zou de kaart er heel anders uit zien. Je maakt een nieuwe kaart van Europa. Op de kaart geef je de ligging van een aantal belangrijke rivieren en gebergten aan. Vervolgens geef je met kleur aan uit hoeveel landen Europa zou bestaan als de landsgrenzen natuurlijke grenzen zouden zijn.

Beoordeling
Jullie docent let op:

 

  • De inhoud: op de kaart van Europa hebben jullie de aangegeven rivieren en gebergten aangegeven.
  • De inhoud: op de kaart hebben jullie een aantal landen aangegeven die gescheiden worden door natuurlijke grenzen.
  • De vorm: de kaart is met zorg gemaakt.
Groepsgrootte

Deze opdracht doe je samen met een klasgenoot.

Benodigdheden

  • Een computer met internet
  • printer
  • kleurpotloden

Tijd

Voor de opdracht heb je 2 uur nodig.

Volk en land

Volk en land
Lees de volgende bron.


Een volk is een groep mensen die al eeuwenlang samenwoont. Ze hebben overeenkomsten op het gebied van godsdienst, kleding en muziek: ze hebben dezelfde cultuur. Elk volk leeft in een woongebied dat het graag duidelijk afgrenst. Binnen de grenzen vind je dezelfde taal, godsdienst en cultuur. Binnen de grenzen voelt een volk zich thuis.

Een staat is een gebied dat door landsgrenzen is afgebakend. Een staat onderscheidt zich van een andere staat doordat het een eigen bestuur heeft. Een ander woord voor staat is natuurlijk gewoon land.

In een staat kunnen verschillende volken wonen. In Kosovo wonen bijvoorbeeld Albanezen en Serviërs. Het komt ook voor dat het woongebied van een volk verdeeld is over verschillende landen. Het woongebied van de Lappen bijvoorbeeld strekt zich uit over de landsgrenzen van Noorwegen, Zweden, Finland en Rusland.

Nederland is een staat.
Vinden jullie dat de Nederlanders één volk vormen?
Schrijf een voorbeeld op waaruit blijkt dat we één volk vormen.
Schrijf ook een voorbeeld op waaruit blijkt dat we niet één volk vormen.

Lees nu ook de volgende tekst.


Een grens is een zichtbare of onzichtbare lijn in het landschap. Het scheidt fysiek of denkbeeldig groepen mensen van elkaar. Een zichtbare grens kan bijvoorbeeld zijn een rivier, zee of een bergketen. Zo’n grens is een natuurlijke grens.

Er zijn ook grenzen die je niet kunt zien of niet natuurlijk zijn. Hij is er omdat mensen hem gemaakt hebben. Zo'n grens heet een kunstmatige grens. Een voorbeeld daarvan zie je in België waar een kunstmatige grens het land in tweeën deelt. Aan de noordkant van de grens spreekt men Nederlands en aan de zuidkant spreekt men Frans. Een taalgrens is een voorbeeld van een kunstmatige grens.

Beantwoord de volgende vragen.

Toets:Grenzen

Grenzen

Download de lege kaart van Europa.
Gebruik de atlas.
Geef op de kaart van Europa de ligging van de volgende wateren aan:

  • Rijn
  • Donau
  • Elbe
  • Loïre
  • Po
  • het Kanaal
  • de Oostzee

Geef op de kaart ook de ligging van de volgende gebergten aan:

  • Pyreneeën
  • Alpen

Hoeveel landen zouden er volgens jullie in Europa zijn als de grenzen tussen de landen natuurlijke grenzen zouden zijn. Geef met verschillende kleuren de landen aan die er dan zouden zijn op de kaart.

 

Vergelijk jullie kaart met de kaart van twee klasgenoten.
Zijn er grote verschillen?
Bespreek de verschillen.
Pas jullie kaart eventueel nog wat aan.

Klaar?
Laat jullie kaart van Europa beoordelen door jullie docent.

2.5 Europa

Vooraf

De Europese Unie begon ooit als EEG met 6 leden en heeft er nu 27.
Niet alle Europese landen zijn lid van de EU. Welke landen kunnen er nog bij, waar ligt de grens van de Europese Unie?
Moet dat een geografisch geheel zijn, een cultureel geheel of is het van belang dat het een economische eenheid is?

Aan het eind van deze les ken je Europa:

  • als geografische eenheid;
  • als culturele eenheid;
  • als economische eenheid.

Aan het eind van deze opdracht ken je de betekenis van de volgende begrippen:
Europese Unie - lidstaat - neutraliteit - democratie - cultuurverschillen

Eindproduct

 

 

Als eindproduct van deze opdracht maken jullie een nieuwe kaart van Europa en stellen jullie de ideale grenzen van de EU vast!
Op de kaart geef je de landen van de EU een kleur.
In de legenda verklaar je:

 

  • Welke landen die nu geen lid zijn van de EU van jullie wel mogen toetreden en waarom;
  • Welke landen die nu wel lid zijn van de EU uit de Unie moeten worden gezet en waarom.

Beoordeling
Je krijgt een goede beoordeling als je:

  • Een duidelijke staatkundige kaart hebben gemaakt met daarop aangegeven welke landen wel en niet in de EU thuishoren
  • Een legenda hebben gemaakt bij de kaart met een heldere toelichting die laat zien waarom jullie hebben gekozen voor een geografische, culturele of economisch afbakening.
Groepsgrootte

Stap 1 t/m 3 doe je alleen.
Het eindproduct maak je samen met een klasgenoot.

Benodigdheden

  • een blanco kaart van Europa (met Middellands Zeegebied tot aan Kaspische Zee, met alleen landsgrenzen)
  • kleurpotloden.
  • pen en papier.
  • een computer met internet

Tijd

Voor deze opdracht heb je twee lesuren nodig.

Introductie

Introductie

In 1952 werd door zes landen de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) opgericht. Deze zes landen vormden in 1957 de Europese Gemeenschap de voorloper van de Europese Unie.
Vanaf 1973 kwamen er om de paar jaar enkele landen bij.
Sinds 2007 heeft de EU het huidige aantal lidstaten. Op dit moment (augustus 2012) zijn Turkije en Kroatië kandidaat lidstaten.

Bekijk in de animatie over de uitbreiding van de EU:
> Uitbreidingsgolven EU - flash

  • Op een gegeven moment zijn er tien landen tegelijk lid geworden van de Europese Unie. In welk jaar was dat?
  • Hoeveel landen waren er eind 2007 lid?
    Zijn er sindsdien nog landen bijgekomen of afgevallen?

Europa of Europese unie

Europa of Europese Unie

In het dagelijks spraakgebruik hebben we het vaak over Europa terwijl we in feite de Europese Unie bedoelen. Hetzelfde geldt voor iemand die zich een Europeaan noemt.
Is een Europeaan iemand die uit de Europese Unie komt en een paspoort met de naam van de Europese Unie en daaronder pas het land waar je vandaan komt? Of is dat iemand die uit het werelddeel Europa komt? Maar wat is dan iemand die uit Rusland of Turkije komt, landen die in twee werelddelen liggen?

Vaak kun je ook lezen: 'Je bent een Europaan als je je een Europeaan voelt.' Maar wat is typisch voor een Europeaan? Wat bindt de Europeaanse burgers? Misschien kunnen we kijken welk televisieprogramma door honderden miljoenen Europeanen elk jaar in mei bekeken wordt.
Dan hebben we het natuurlijk over het Eurovisie Songfestival.

Lees verder op de volgende pagina.

Je gaat verderop zelf de ideale landkaart van Europa samenstellen.
Maar kijk daarvoor eerst naar de drie kaarten hieronder:

1 Europa geografisch

2 De landen van de Europese Unie

3 De deelnemers aan het Eurovisie Songfestival (blauw)

Voorwaarde voor deelname aan het songfestival is het lidmaatschap van de European Broadcasting Union (EBU). Algerije, Egypte, Jordanië, Libanon, Libië, Liechtenstein, Tunesië en Vaticaanstad zijn lid van de EBU maar hebben nog nooit meegedaan. Kosovo is nog geen lid van de EBU.

  • Op welke van de drie landkaarten zijn de meeste landen ingekleurd?
  • De naam Eurovisie (Songfestival) is een samentrekking van: Europa en televisie. Liggen alle landen die aan het Eurovisie Songfestival mogen meedoen in Europa?

Democratie in Europa

Democratie in Europa

Noorwegen en Zwitserland liggen in Europa en naast landen die lid zijn van de EU. Toch zijn ze geen lid van de EU. Hoe komt dat?

Lees het onderstaande artikel:


Begin jaren '70 werden Noorwegen, Denemarken, Groot-Brittannië en Ierland uitgenodigd om bij wat nu de EU is te komen. Daar liet de Noorse regering haar burgers op 26 september 1972 over stemmen. De meeste Noren stemden tegen. In 1994 liet de Noorse regering haar burgers opnieuw stemmen over toetreding tot de EU en opnieuw stemden de meeste Noren tegen.


Ook Zwitsers voelen er weinig voor om toe te treden tot de EU. Dit land heeft een lange traditie van neutraliteit. Dat wil zeggen: Zwitserland heeft van oudsher geprobeerd zich zo weinig mogelijk te bemoeien met oorlogen die andere landen tegen elkaar voeren. Zo hoopt het land oorlog altijd buiten zijn grenzen te houden. Om die reden sluit Zwitserland zich liever niet aan bij bonden van landen, dus ook niet bij de EU.

Verder zijn er vier piepkleine landen in Europa die geen lid van de EU zijn maar wel mee mogen doen aan het Eurovisie Songfestival. Dat zijn Andorra, Monaco, San Marino en Vaticaanstad. De meeste mensen in Andorra willen niet dat hun land lid wordt van de EU. Ook sommige inwoners van San Marino willen dat niet. Vaticaanstad kan geen lid worden, ook al zouden alle bewoners van dit piepkleine land dat nog zo graag willen. Het is geen democratie en er zijn geen verkiezingen, want daar maakt de paus de dienst uit. Alleen landen met een democratie mogen toetreden tot de EU.

Hieronder een link naar een kaart waarop de kleuren aangeven is hoe democratisch een land wordt bestuurd. Donkergroene landen zijn heel erg democratisch, zwarte landen helemaal niet. De rest zit er tussenin.
Kaart : democratie in Europa

Leg deze kaart eens naast die van de EU en naast die van het Eurovisie Songfestival. Hoe staat het met de democratie in Europa?
En bij de Songfestival-deelnemers?
Schrijf de namen op van landen die aan het Eurovisie Songfestival mee mogen doen en niet groen zijn gekleurd op de kaart, zelfs niet een klein beetje lichtgroen.

EU groter of kleiner?

Moet de Europese Unie groter of kleiner worden?

De Europese Unie (EU) telt 27 lidstaten. Sommige burgers in de EU vinden dat er best nog meer landen bij mogen. Andere EU-burgers vinden 27 wel genoeg. En weer andere EU-burgers vinden 27 teveel. Van hen mogen één of meer landen uit de EU vertrekken.

Lees het onderstaande artikel.


Afgesproken is dat elk land dat bij de EU wil komen aan de volgende eisen moet voldoen:
  • Het moet een democratisch landsbestuur hebben.
  • Het moet de mensenrechten handhaven (en bijvoorbeeld de doodstraf afschaffen).
  • Het moet zijn wetten en regels aanpassen aan die van de andere lidstaten van de EU.
Landen als Kroatië, Turkije, Albanië en Servië zijn arm in vergelijking met de leden van de Europese Unie.
De EU vindt het belangrijk dat de verschillen zo klein mogelijk zijn. Daarom besteedt de EU een groot gedeelte van het geld (ongeveer 35 procent) aan steun voor armere gebieden. Sommige burgers zitten niet te wachten op (nog meer) armoede in de EU en wijzen daarom het lidmaatschap van deze landen af. Van de andere kant, elke uitbreiding tot nu toe was goed voor de Europese Unie: meer mensen en een grotere markt maken de Europese Unie als geheel steeds welvarender. Bovendien, naarmate de EU meer vergrijst (de gemiddelde leeftijd ligt boven 40 jaar) is toetreding van een ‘jong’ land als Turkije (gemiddelde leeftijd nog geen 30 jaar) misschien wel heel nuttig.

Sommige EU-burgers vinden dat bepaalde landen helemaal niet (meer) in de EU passen. Zo zou Turkije er niet in passen omdat het voor het grootste deel in Azië ligt en omdat de meeste burgers in het land islamitisch zijn. Ook zou de Turkse cultuur teveel verschillen van de West-Europese. Sinds 2010 willen veel EU-burgers Griekenland uit de EU zien vertrekken omdat de regering van dat land zich niet aan de regels van de Europese Unie zou hebben gehouden.

Zoals gezegd: de Europese Unie (EU) telt 27 lidstaten.
Wat vind jij? Kies uit:

  • 27 is niet te veel, er kunnen best meer landen bij.
  • 27 is genoeg, niet meer en niet minder.
  • 27 is te veel, er moeten landen uit.

 

Bespreek je keuze met klasgenoot. Zijn jullie het met elkaar eens?

Opdracht ideale EU

De ideale kaart van Europa.

Jullie hebben verschillende landkaarten bestudeerd en de teksten gelezen over Songfestival, democratie, cultuurverschillen en de omvang van de EU.

Download nu blanco kaart van Europa.

Geef in deze blanco kaart aan welke landen volgens jullie horen bij de ideale Europese Unie. Noteer welke landen je kiest en waarom.
Geef met argumenten aan hoe de selectie tot stand is gekomen.
Geef de grenzen van de ideale EU aan op jullie eigen landkaart.

Klaar?
Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent.

2.6 Omgaan met grenzen

Vooraf

Dertig, veertig jaar geleden kostte het behoorlijk wat tijd en moeite om met de auto door Europa te reizen, vooral van west naar oost en vice versa.
Dat gaat nu een stuk gemakkelijker en sneller.
In deze opdracht zoeken jullie uit hoe dat komt aan de hand van een voorbeeldland: Polen.

Aan het eind van deze opdracht:

  • Weet je waarom Polen pas in 2004 lid is geworden van de Europese Unie.
  • Weet je dat verschillende landen, waaronder Polen, na 2004 makkelijker bereikbaar zijn geworden.
  • Weet je ook waarom dat een stuk gemakkelijker is geworden.

Eindproduct

 

 

Het eindproduct van deze opdracht is een reisverhaal. Je gaat tijdens de zomervakantie met de auto naar Polen om daar je vakantie door te brengen. Je wilt om te beginnen Warschau bezoeken.
Schrijf een verslag van je reis vanuit je eigen woonplaats naar Warschau. Laat daarin zien dat de reis nu heel anders verloopt dan dertig of veertig jaar geleden. Leg ook uit hoe dat komt.
In het eindproduct laat je zien dat je de leerdoelen hebt behaald.

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent.
Jullie krijgen een goede beoordeling als:

 

  • Het reisverhaal duidelijk maakt waarom het nu makkelijker is om met de auto naar Polen te rijden dan dertig of veertig jaar geleden.
  • Het verhaal leesbaar en boeiend geschreven is.
  • Het verhaal in goed Nederlands is geschreven.
Groepsgrootte

Stap 1 t/m 3 doe je alleen.
Het eindproduct maak je samen met een klasgenoot.

Benodigdheden

  • een computer met internet
  • pen en papier en/of printer
  • Google Maps

Tijd

Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

Grenscontroles

Bekijk het videofragment. In het fragment vertelt parlementslid Frans Timmermans over grenscontroles in het verleden.


Joep Bosch en Johan Elzinga brachten in de jaren '80 kleding, voedsel en andere hulpgoederen naar Polen. Daarmee steunden ze de actie 'Help de Polen de winter door'. Over hun reis in december 1983 schreven ze dit reisverslag. De tekst is wat ingekort.

Lees onderstaand verhaal:


Reis met hindernissen
We vertrokken op 11 december om 17.40 uur vanuit Schinveld naar Polen. Om 00.30 uur reden we Oost-Duitsland in, waar we de nacht slapend doorbrachten in ons busje bij een temperatuur van -14 graden. Toen verder naar de Poolse grens. Bij het laatste tankstation in Oost-Duitsland hebben we gebeld met de thuishaven om te vertellen dat we om ongeveer 13.00 uur Polen zouden inrijden.

Dit pakte heel anders uit. Aankomst aan de grens om 11.00 uur. De afhandeling verliep goed totdat we aan de Poolse warencontrole kwamen. We moesten de auto aan de kant zetten. Een Poolse douanebeambte vertelde ons dat alle goederen uitgeladen moesten worden. Daarna kwamen er twee douanebeambten die precies wilden weten wat er in de auto zat. We hadden een lijst waarop stond dat we 300 kg kleding, 150 kg. levensmiddelen en 30 kg. schoenen bij ons hadden. Dit betekende dat we 3.000 DM (Duitse marken, in 1983 de munt van Duitsland) moesten betalen aan invoerrechten. Na controle bleek dat er toch meer levensmiddelen waren en dat betekende nog een 4.000 DM. Dus in totaal 7.000 DM. Of we dit maar even wilden betalen. Dat geld hadden we niet, dus mochten we Polen niet in.

Terug naar Duitsland. Om 15.30 uur waren wij weer op weg naar Helmstedt. Daar kwamen we om 22.00 uur aan. Twee uur later konden we weer opnieuw op weg naar Polen.

Dus weer een koude nacht in de auto in Oost-Duitsland. We sliepen daar van 03.00 uur tot 06.30 uur. We werden gewekt door een Oost-Duitse politieman met het verzoek de auto goed te zetten. (de strepen voor de vakken stonden naar rechts en wij hadden de auto naar links gezet, er lag sneeuw, geen streep te zien en de hele parkeerplaats was leeg). Uiteindelijk kwamen wij om ongeveer 16.00 uur in Polen aan. Om middernacht bereikten wij uiteindelijk na 56 uur reizen Koscierzyna.

Uit: Geschiedenis 1980-1984 op www.podlasie.nl

Heb jij een ervaring met grenscontroles?
Bespreek je ervaring met een klasgenoot.

 

 

IJzeren gordijn

Lees onderstaand verhaal:


Tussen 1945 en 1989 liep er een grens door Europa, het IJzeren Gordijn. Dat was de grens tussen West- en Oost-Europa. Het IJzeren Gordijn zat potdicht voor de inwoners van het Oostblok, maar ook West-Europeanen kwamen er maar moeilijk binnen.

Grensbewaking met prikkeldraad, hekken, muren en mijnenvelden moest voorkomen dat mensen stiekem de grens overstaken. Dag en nacht bewaakten gewapende wachters de grens. Tussen 1989 en 1991 verdween het IJzeren Gordijn. In 1990 werden de twee delen van Duitsland samengevoegd tot één land. Iets eerder besloten Nederland, België, Luxemburg, Duitsland en Frankrijk de grenscontroles af te schaffen.

Inmiddels geldt deze afspraak voor 27 landen. In al die landen heeft de reiziger geen last meer van grenzen en paspoortcontroles.

Kijk goed naar de twee kaartjes.

  • Welke landen in het toenmalige Oostblok zijn lid geworden van de EU?
  • Welk land werd door het IJzeren Gordijn in tweeën gedeeld?
    Kies uit Polen, Duitsland of Tsjechoslowakije.

Snelweg

Lees de onderstaande twee verhalen.


Een automobilist slalomt over de weg. Niet omdat de chauffeur dronken is, maar omdat hij de diepe gaten in de weg ontwijkt. Niemand die daar meer van opkijkt: de miserabele staat van de wegen hoort net zo bij het Poolse leven als een vette worst bij het ontbijt. Maar het schaadt de economie van Polen en de reputatie in het buitenland wel.

Dat Warschau de enige hoofdstad is van Europa waar geen snelweg naar toe loopt, is een schandvlek. De Poolse regering probeert die uit alle macht weg te poetsen met de aanleg van een nieuwe snelweg, dwars door Polen. Vanwege het Europees Kampioenschap voetbal in 2012 is het project tot topprioriteit verklaard. In dat jaar moet Polen aan de wereld laten zien dat het een modern land is met een moderne infrastructuur (dat is het geheel aan voorzieningen als het wegennet, spoorlijnen, vliegvelden, havens, enz.).

Op 1 december 2011 is de snelweg A2 geopend, de snelweg dwars door Polen van Wit-Rusland naar Duitsland, langs Warschau. Aan de A1 wordt hard gewerkt. Die snelweg loopt van noord naar zuid, van Gdansk naar de grens met Tsjechië. Het noordelijke stuk tot aan Torun is voor de zomer van 2012 klaar. De steden Poznan, Gdansk en Warschau zijn dan onderling met autosnelwegen verbonden.


Waarom wilde Polen dat de Poolse steden Gdansk, Poznan en Warschau vóór juni 2012 makkelijk bereikbaar zouden zijn per auto?

Probeer uit te zoeken of het gelukt is.

Eindproduct

Eindproduct

Bedenk een reisverhaal over de tocht van de Nederlands-Duitse grens tot aan Warschau.

  • Hoe reis je, met welk vervoermiddel?
  • Wat kom je onderweg allemaal tegen?
  • Welke mensen kom je tegen, welke talen, welke gewoonten?
  • Welke moeilijkheden moet je overwinnen?
  • Neem je alleen maar snelweg, of juist niet?

Maak er een mooi verhaal van dat waar zou kunnen zijn. Misschien lukt het je om een paar verschillen te beschrijven tussen jullie reis en dezelfde reis pakweg 40 jaar geleden (denk aan grenzen, controles en geld).
Zoek er een paar afbeeldingen bij en geef je route aan op de kaart.

Klaar?
Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent en lees het verhaal voor in de klas.

2.7 Polen in Nederland

Vooraf

Leerdoelen
In 2004 trad Polen toe tot de Europese Unie. Sinds 1 mei 2007 mogen Poolse werknemers zonder werkvergunning in Nederland werken.
In deze opdracht ga je voor- en nadelen hiervan op een rijtje zetten.

Eindproduct

Het eindproduct is een ' gevolgenschema'.
In het gevolgenschema komen de voor- en nadelen voor verschillende groepen in Nederland en Polen van de toetreding van Polen tot de EU.

Groepsgrootte

Deze opdracht doe je alleen. Het eindproduct bespreek je wel met een klasgenoot.

Tijd
Voor de opdracht heb je 1 uur de tijd.

Communistische tijd

Polen in de communistische tijd
Klik op het icoon hieronder en lees het verhaal over Polen in de communistische tijd.


Achter het IJzeren Gordijn
Na de Tweede Wereldoorlog kwam Polen achter het ‘IJzeren Gordijn’ terecht. Polen behoorde tot Oost-Europa. Het was een van de landen die onder invloed van Rusland communistisch was geworden. De boerenbedrijven en de industrie kwamen in handen van de overheid. De staat bepaalde wat er geproduceerd werd.

Dagelijks leven
Het dagelijks leven in Polen stond onder controle van de communistische partij. Alleen als je lid was van die partij maakte je kans op een goede baan. Een eigen mening, die anders was dan die van de communistische partij, werd streng bestraft. De geheime dienst hield personen met Westerse sympathieën goed in de gaten. Reizen naar het ‘vrije Westen’ was er al helemaal niet bij.

Einde communistische tijd
In 1989 is er, met de val van de Berlijnse muur, een einde gekomen aan de communistische tijd in Polen.
Vanaf dat moment zijn de Polen zich steeds meer gaan richten op West-Europa en in 2004 is Polen samen met 9 andere landen toegetreden tot de Europese Unie.

Beantwoord de volgende vragen.

  • Hoe is Polen achter het 'IJzeren Gordijn' terecht gekomen?
  • In welk jaar is het 'IJzeren Gordijn' verdwenen?
  • Zoek een kaartje van Europa op met de met daarop het 'IJzeren Gordijn'.
    Welke landen die achter het IJzeren Gordijn lagen, zijn nu ook lid van de Europese Unie?

Gevolgen toetreding EU

Gevolgen toetreding tot de EU- 1

Download nu eerst het gevolgenschema.
Open het schema in Word en lees de inleiding.

Lees daarna de volgende tekst.


Europese wetgeving
Polen is lid van de Europese Unie. Volgens de Europese wetgeving heeft iedere inwoner van een land van de EU het recht om in een ander EU-land te gaan werken. Werkgevers in Nederland hoeven geen werkvergunning aan te vragen voor werknemers uit Polen. De Poolse werknemer moet wel op dezelfde manier behandeld worden als de burgers van het land zelf.  

In de bouw, transportsector en land- en tuinbouw
In 2010 werkten naar schatting zo’n 100.000 Polen in Nederland. Zij werkten vooral in de bouw, in de transportsector en in de land- en tuinbouw.
Veel Polen hebben moeite met de Nederlandse taal, maar de bereidheid om de taal te leren is groot. Ruim 40% van de Polen heeft een taalcursus gevolgd. Een deel van de Polen is van plan in Nederland te blijven. Maar veel Polen zijn van plan om over enkele jaren terug naar Polen te gaan. Polen trekken graag op met andere Polen, maar ze vormen geen gesloten gemeenschap.

Meningen over Polen
Iedereen vindt wel iets van de Polen in Nederland. Sommigen Nederlanders zijn vol bewondering: ‘Alle Polen werken!’. Anderen hebben een minder positief beeld: ‘Al die Polen zijn dronkenlappen.’
Werkgevers in de land- en tuinbouw en in de transportsector zijn meestal erg blij met de komst van de Polen. Zij kunnen op die manier gemakkelijk goedkoop personeel vinden. Nederlanders die werken in deze sectoren zijn vaak minder blij: ‘Die Polen pikken onze banen in’.

Gevolgen in Polen
Nu veel Poolse werknemers een baan vinden in Nederland (en andere EU-landen) daalt de werkloosheid in Polen snel. Te snel: in Polen is er een tekort aan bouwvakkers. Dat tekort wordt opgevuld door werknemers uit bijvoorbeeld Bulgarije of Roemenië.

1
Verplaats je nu eerst in de positie van een Poolse werknemer die in Nederland werkt. Vul in het schema de gevolgen voor hem/haar van de toetreding van Polen tot de EU.

2
Verplaats je vervolgens in de positie van een Nederlandse werknemer.
Wat zijn voor hem/haar de gevolgen.
Schrijf de gevolgen in het gevolgenschema.

3
De toetreding van Polen tot de EU heeft ook gevolgen voor sommige Nederlandse werkgevers.
Schrijf die gevolgen op in het gevolgenschema.

4
Schrijf tenslotte op wat de gevolgen zijn voor de Poolse economie.

Alles ingevuld?
Vergelijk je schema met het schema van een klasgenoot.
Hebben jullie dezelfde gevolgen opgeschreven? Bespreek de verschillen.
Pas je eigen schema eventueel nog iets aan.

Klaar?
Laat het gevolgenschema beoordelen door je docent.

 

Afsluiting

Je hebt alle opdrachten van dit thema gemaakt, tijd voor de afsluiting.
Je sluit het thema af door samen met een klasgenoot een kwartetspel
te maken.

Het kwartetspel bestaat uit minimaal 24 kaarten:

  • 2 setjes van 4 kaarten die passen bij het begrip 'cultuur',
  • 2 setjes van 4 kaarten bij het begrip 'grenzen' en
  • 2 setjes van 4 kaarten bij de begrippen 'Europa' en 'Europese Unie'.

Beoordeling
Bij de beoordeling van het kwartetspel kijkt je docent naar:
  • de inhoud: komen de belangrijkste temen in het kwartetspel terug?
  • de speelbaarheid: zijn de spelregels duidelijk?
  • de verzorging: is het spel met zorg gemaakt?

Verderkijker

Verderkijker

Aan het eind van dit thema vind je de 'verderkijker'. De verderkijker biedt een selectie bij het thema passende digitale fragmenten uit het archief van Beeld en Geluid. Voor het thema 'Grenzen en identiteit' zijn tien fragmenten bij zes verschillende onderwerpen geselecteerd.
Om de Teleblik fragmenten te kunnen bekijken moet je ingelogd zijn op teleblik. Voor meer informatie over het inloggen ga naar: teleblik.nl/faq/hoe-krijg-ik-toegang-tot-teleblik

1 Cultuur en identiteit
Kinderen in klederdacht. Hollands nieuws

 

 

Congo, Goma: Kwami Longange Mokobelwa is een 'sapeur': een dandyachtige man die zich elegant kleedt. Hij experimenteert met allerlei materialen en krijgt veel bewonderende reacties als hij de straat opgaat in een rok gemaakt met stropdassen. Kwami Longange Mokobelwa

 

2 Cultuur en geloof

Wat is Hemelvaart eigenlijk? Hemelvaart

In dit fragment aandacht voor acteur Mimoun Oaïssa, die het televisieprogramma 'Het nationale suikerfeest' presenteert vanuit het Concertgebouw in Amsterdam. Na een vastenperiode van een maand wordt de Ramadan afgesloten met het Suikerfeest. Suikerfeest


3 Grenzen

Lied: 15 miljoen mensen
Vrijheid, gelijkheid en broederschap

4 Europa
De samenwerking tussen zes landen in de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) en de vestiging van het hoofdkwartier van de EGKS in Luxemburg. In Europa: 1950

Dankbaar voor Europa.
In Europa: 1950

5 Polen in Nederland
Het Polen-meldpunt van de PVV waar anoniem klachten over werknemers uit Polen en andere landen in Midden- en Oost-Europa kunnen worden gemeld leidt zowel in de Tweede Kamer als in het Europees Parlement tot ophef. Polen in Nederland

6 Omgaan met grenzen

Beelden van de val van de Berlijnse muur en verschillende ontsnappingspogingen van oost naar west Berlijn. Waar was u toen?

Op 17 augustus 1962 komt de Oostberlijner Peter Fechter om bij een geruchtmakende vluchtpoging over de muur. (Uit: Kroniek van de 20ste eeuw)
Polygoon wereldnieuws

  • Het arrangement 2. Grenzen en identiteit is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Udens College
    Laatst gewijzigd
    2016-03-18 10:46:35
    Licentie
    CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld