Spijsvertering vmbo-b34

Spijsvertering vmbo-b34

Spijsvertering

Intro

In deze module ga je aan de slag met de spijsvertering.

Als we iets eten of drinken gaat het van boven naar onder door je lichaam.
Via je mond naar binnen en dan via je slokdarm, maag, dikke darm, dunne darm en endeldarm weer naar buiten.

Je lichaam regelt dit proces helemaal zelf. Je hebt natuurlijk wel invloed op wat je eet, hoe goed je kauwt en of je op tijd naar de wc gaat!

Je lichaam geeft ook duidelijk aan wanneer je weer voedsel nodig hebt. Dit gebeurt alleen niet door, zoals veel mensen denken, een knorrende maag. Hoe dat precies zit zie je in de volgende Clipphanger van SchoolTV. Ga na het kijken aan de slag met deze module.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze module kun je:

  • de verschillende organen (mond, slokdarm, maag, alvleesklier, galblaas en darmen) van het spijsverteringsstelsel noemen en in een afbeelding aanwijzen.
  • de functie van de verschillende organen in het spijsverteringsstelsel omschrijven.
  • de bouw van tanden en kiezen beschrijven.
  • omschrijven hoe je tandbederf (gaatjes en ontstekingen) tegengaat.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je bestudeert het Kennisbankitem dat past bij dit onderdeel en test je kennis.

Stap 2

Gebruik flipcards om het spijsverteringsstelsel beter te leren kennen.

Stap 3

Maak een tekening in de opdracht 'Je eigen spijsverteringsstelsel'.

Stap 4

Bekijk de video over de dunne darm en beantwoord de vragen.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Samenvattend

Hier vind je de begrippenlijst die hoort deze module.

Examenopgaven

Maak de examenopgaven die passen bij de module.

Terugkijken

Terugkijken op de module.


Tijd
Voor deze opdracht heb je twee lesuren nodig.

 

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank

Voordat je lichaam voedingsstoffen uit je eten kan opnemen, moet het eerst bewerkt worden. Dit noem je verteren en vindt plaats in het spijsverteringsstelsel.
Bestudeer in het Kennisbankitem 'Spijsverteringstelsel' uit welke onderdelen het Spijsverteringsstelsel bestaat.
En lees in het onderdeel 'Verteren en verbranden' wat het verschil tussen deze twee begrippen is.

Spijsverteringsstelsel

Verteren


Test je kennis
Beantwoord de volgende vragen over de theorie in de Kennisbank.

Stap 2: Functies organen

Maak deze stap in tweetallen.

Het spijsverteringsstelsel is een organenstelsel.
Het bestaat uit meerdere organen.

'Flip cards' of 'flash cards' zijn kaartjes die gebruikt kunnen worden als hulpmiddel bij het leren.
Op de voorkant van de kaartjes komt een vraag en op de achterkant het antwoord.

Je gaat nu samen met een klasgenoot digitale flip cards maken.
Dat kan bijvoorbeeld op www.cram.com/flashcards/create.

  1. Schrijf op de voorkant alle organen van het spijsverteringsstelsel.
    Schrijf op de achterkant de bijbehorende functie(s).
  2. Oefen met de verschillende flip cards. 

Veel plezier!

Stap 3: Je eigen verteringstelsel

Het verteringsstelsel bestaat uit meerdere organen.
Waar liggen in je lichaam deze verteringsorganen?
Maak een levensgrote tekening van je lichaam met daarin de organen van het spijsverteringsstelsel.

Je eigen spijsverteringsstelsel

  • Download nu het werkblad Je eigen spijsverteringsstelsel.
    Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...) of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
  • Lees het werkblad een keer helemaal door.
  • Zoek de benodigdheden bij elkaar.
  • Voer de opdrachten uit zoals beschreven onder de werkwijze.
  • Beoordeel eerst zelf de tekening.
  • Laat de tekening vervolgens beoordelen door de docent.
  • Bewaar de tekening voor de module Verteren

Stap 4: De darmen

De inhoud van de dunne darm wordt steeds heen en weer geperst.
Op deze manier worden voedsel en enzymen goed vermengd.
Wanneer de voedingsstoffen ver genoeg zijn verteerd, gaan ze het bloed in. Dat zie je in de video van de website van SchoolTV.

Kijk de video en beantwoord daarna de vragen.

Afronding

Begrippenlijst

Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.

Vertering
Het afbreken van voedsel tot kleine door het lichaam opneembare deeltjes.

Verbranding
Chemisch proces waarbij energie vrijkomt uit glucose en zuurstof.

Mechanische vertering
Kauwen en kneden, kleiner maken van voeding door o.a. het gebit en bewegingen in maag en darmen (maag- en darmperistaltiek.

Darmperistaltiek
Afwisselende samentrekking van spieren in o.a. slokdarm en darmen; zorgt voor transport van de voedselbrij door het spijsverteringskanaal.

Maagportier
Een kringspier die de maag kan dichthouden en zo gedoseerd de voedselbrij door kan laten naar de darmen.

Chemische vertering
Omzetten van voedingsstoffen in kleinere delen door verteringssappen met enzymen (bijvoorbeeld maagsap) en zonder enzymen (gal).

Enzymatische vertering
Omzetten van voedingsstoffen in kleinere delen door enzymen in verteringssappen.

Enzym
Helpt met het omzetten van stof A in stof B.

Verteringssappen
De sappen die een rol spelen bij de spijsvertering, zoals speeksel, maagsap/maazuur, galsap, alvleessap en darmsap.

Spijsverteringsstelsel
Orgaanstelsel bestaande uit organen die samen zorgen voor de spijsvertering. Spijsverteringsorganen zijn o.a. de maag, alvleesklier, dunne darm en dikke darm.

Huig
De huig sluit de neusholte af van de mondholte tijdens het slikken.

Strottenklepje
Het strottenklepje sluit de luchtpijp af tijdens het slikken.

Galblaas
Slaat gal (afkomstig van de lever) tijdelijk op.

Alvleesklier
Orgaan dat alvleessap maakt voor de spijsvertering; maakt ook hormonen aan (insuline en glucagon), die de hoeveelheid glucose in het bloed regelen.

Dunne darm
Deel van de darm waar verdere vertering plaatsvindt en de meeste voedingsstoffen in het bloed worden opgenomen.

Twaalfvingerige darm
Eerste deel van de dunne darm dat direct na de maag komt.

Darmplooien
Plooien in de darmwand (vooral dunne darm) om het oppervlak te vergroten.

Darmvlokken
Uitstulpingen van de darmwand (vooral dunne darm) om het oppervlak te vergroten.

Dikke darm
Deel van de darm waar nog enkele voedingsstoffen en veel water in het bloed worden opgenomen; onverteerbare resten gaan naar de endeldarm.

Blinde darm
Stukje van de dikke darm zonder functie; bevat wormvormig aanhangsel, dat kan gaan ontsteken (dit heet een blinde darmontsteking).

Appendix
Wormvormig aanhangsel van de blinde darm. Als dit deel ontsteekt spreek je van een blindedarmontsteking.

Endeldarm
Laatste deel van de dikke darm waar ontlasting (onverteerbare resten) tijdelijk wordt opgeslagen.

Anus
Uitmonding van de endeldarm waardoor ontlasting het lichaam verlaat.

Maag
Orgaan van het spijsverteringsstelsel dat aansluit op de slokdarm. Dient om voedsel te kneden, een deel van het voedsel te verteren en om met behulp van maagzuur schadelijke organismen uit te schakelen (o.a. bacteriën).

Bacteriële spijsvertering
Omzetten van voedingsstoffen in kleinere delen door bacteriën in de darmen.

Examenopgaven

Je hebt in deze module veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.

Tips

 

Van de examenvragen kan de voortgang worden bijgehouden op ExamenKracht.
Vraag verdere instructies aan je docent.

Hier vind je de examens van biologie waarmee je kunt oefenen.

Examens vmbo-b34

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je het spijsverteringsstelsel omschrijven?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Heb je alle stappen in 2 uur kunnen doorlopen?
  • Inhoud
    Je hebt vast al eens eerder naar het spijsverteringsstelsel gekeken.
    Wist je alles nog? Schrijf één ding op dat je niet meer wist.
  • Begrippenlijst
    Kijk nog eens naar de begrippenlijst.
    Ga na of alle begrippen uit de leerdoelen in de lijst genoemd worden.
  • Examenopgaven
    Veel examenopgaven bij deze opdracht. Heb je ze allemaal gemaakt? Ging het goed?
  • Het arrangement Spijsvertering vmbo-b34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2022-03-02 16:25:03
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor basisberoepsgerichte leerweg, leerjaar 3 en 4. Dit is thema 'cornflakes'. Het onderwerp van deze les is: Spijsvertering. Deze les bespreekt de verschillende organen van het spijsverteringstelsel en de functies (mond, maag, slokdarm, strottenhoofd, alvleesklier, galblaas, twaalfvingerige darm, dunne darm, dikke darm, blinde darm en endeldarm). Daarbij wordt de bouw van de tanden en kiezen beschreven en hoe tandbederf (gaatjes en ontstekingen) tegen te gaan is.
    Leerniveau
    VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Biologie; Instandhouding en ontwikkeling;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, b34, biologie, functies organen, organen, spijsvertering, spijsverteringstelsel, stercollectie, tandbederf, tanden en kiezen

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Leermateriaal, StudioVO. (z.d.).

    Tijdelijk bio vmbo-b34

    https://maken.wikiwijs.nl/151692/Tijdelijk_bio_vmbo_b34