Lees de tekst Hersens zitten puber dwars en beantwoord daarna de vragen.
Lees je liever van papier? Vraag dan een geprint exemplaar van deze tekst aan de docent.
Hersens zitten puber dwars
[1] Als ze niet naar school moeten, blijven ze makkelijk tot drie uur ’s middags in bed liggen. Ze gaan door het lint als hun gevraagd wordt de vuilnis buiten te zetten, slaan met deuren. En soms doen ze ontzettend domme dingen: pubers.
[2] Wie het boek Waarom doet mijn puber zo vreemd? Het brein van de tiener leest, vraagt zich af hoe hij zelf ooit ongeschonden door de puberteit is gekomen. Want volgens auteur en wetenschapsjournaliste Barbara Strauch kan er een hoop misgaan. Dat komt doordat de hersenen in die periode een grote herstructurering doormaken. Probeer dan maar eens de veranderingen van de frontale hersenkwabben, de cortex, het limbisch systeem, het cingulum of het amygdalum te weerstaan.
[3] Rhona wist dat haar dochter Susannah een puber was, simpelweg omdat die zich begon te schamen voor de muziek die ze in de auto draaide. Bill wist dat de adolescentie was aangebroken toen een van zijn dochters een week lang geen woord tegen hem zei. En Ron, vader van vier pubers, als ze uren in de badkamer begonnen door te brengen. Een gemiddelde puber mag dan 22 kilo zwaarder worden, dertig centimeter groeien in vier tot vijf jaar en aan het einde van die groeispurt volwassen lijken, maar dat is hij of zij zeker niet.
[4] Eigenlijk zijn puberhersenen kortstondig ‘gek’, zo meent Barbara Strauch, werkzaam bij The New York Times en zelf moeder van twee puberdochters. Ze schrijft in haar boek ‘Waarom doet mijn puber zo vreemd?’ (uitgeverij Forum): "Miljoenen van schakelingen worden gerealiseerd, nog eens miljoenen worden er weggevaagd. Neuronchemicaliën overspoelen het puberbrein en zetten het opnieuw in de verf. Puberhersenen zijn daardoor kwetsbaar en nog steeds bezig om te worden wat ze gaan zijn." De kennis over de veranderingen in de hersenen als verklaring voor pubergedrag staat overigens nog in de kinderschoenen.
[5] Op een middag heeft ene Jamie ontzettende zin ‘iets geks te doen’ en haalt ze een vrachtwagen in met 160 kilometer per uur (let wel: dit is Amerika waar men op 16-jarige leeftijd al mag autorijden, red.). Ze rijdt zichzelf bijna dood. Dan Jack, die besluit op een late wintermiddag met vrienden een winkelwagentje te stelen en op een helling in een nabijgelegen park van de bult af te racen. Hij loopt een hersenschudding op.
[6] De hersenen reorganiseren de basisstructuur op gebieden die van invloed zijn op alles, van logica en taal tot impulsen en intuïtie. Dat pubers soms onweerstaanbare drang hebben om impulsieve dingen te doen, komt volgens Barbara Strauch door een enorme groei in de frontale kwabben, de directeur in onze hersenen die helpt te plannen en impulsen te weerstaan. Het is het gedeelte waar men redeneert, beoordeelt en motiveert. Omdat het remmechanisme van die prefrontale cortex, het morele kompas, nog niet helemaal afgesteld is, kunnen we niet verwachten dat pubers hun impulsen weerstaan, emotioneel op de rem staan en logisch nadenken en dus geen dingen doen waar vaders en moeders goedbedoeld over roepen dat ze er later spijt van krijgen.
[7] Toen een vader in de kofferbak van de auto van zijn 16-jarige zoon drie lege bierblikjes vond en zijn vrouw en hij hem daarop aanspraken, vertelde de jongen vlot een kanjer van een leugen. Hij zei dat de moeder van een vriend hem had gevraagd de blikjes in een afvalbak te gooien en dat hij ze per ongeluk in de kofferbak had gedaan. "Eerst geloofde ik hem nog", zegt de vader in het boek. "Maar toen nam mijn vrouw – en die is openbaar aanklager – me apart en zei: ‘Ben je helemaal gek?’ "
[8] Nog een voorbeeld van de invloed van de veranderende hersenen op het gedrag van pubers: slapen. "De ene dag staan je kinderen met wijd open ogen nog voor zonsopgang op je hoofd te slaan, de volgende dag heb je al ontbeten, geluncht en het gras gemaaid, voordat ze hun donkere hol uitkruipen", vertelt Barbara Strauch. Het is geen plotselinge luiheid, ook hier zijn de hersenen verantwoordelijk. Pubers gaan twee uur later dan toen ze jong waren melatonine afscheiden, een van de slaapstoffen van de hersenen. Daardoor blijven ze ook langer in bed liggen. Omdat hun slaapbehoefte groter is, pleit Barbara Strauch ervoor dat middelbare scholen later gaan beginnen. Het zou de gezondheid – en het humeur – van adolescenten ten goede komen.
[9] De meeste pubers, ongeveer tachtig procent, gaan zelfverzekerd de puberjaren door. Dat succes is volgens Barbara Strauch niet gebaseerd op rijkdom of ras, maar eerder op alledaagse dingen zoals de aanwezigheid van op zijn minst één ouder die voor hen zorgt en het hebben van een band met school. Niet alles kan door het veranderende puberhoofd worden verklaard.
[10] Pubers moeten gewaagde dingen doen om te ontdekken wie ze zijn en ouders moeten volgens Barbara Strauch zien te bepalen wanneer het risico binnen de grenzen van het normale valt en wanneer daar ver overheen is gegaan. Ze moeten weten dat er verklaringen zijn voor het gedrag. Strauch schrijft: "Ik zou er voor zijn dat ouders eens met zijn allen diep ademhalen en gewapend met de kennis over hoe adolescente hersenen zich ontwikkelen misschien wat minder streng zijn voor pubers en zichzelf."
[11] Wie met de handen in het haar zit vanwege onhandelbare pubers, moet maar denken dat het met een paar jaar voorbij is. Barbara Strauch: "Op een zeker moment tijdens de adolescentie, nadat de hersenen hun piek hebben bereikt, beginnen ze in te dammen, zich te specialiseren, te kalmeren. Ze vormen een meer gespecialiseerde, beter hanteerbare, beter verzorgde tuin – van het oerwoud op Borneo naar bonsai." De puberhersenen komen eindelijk tot rust. Anders uitgedrukt: de discomuziek wordt zachter gezet.
Naar: Daphne van Dijk, http://krant.telegraaf.nl/krant/vrouw/teksten/vrouw.reportages.puber.html, op 4 januari 2013