Informatiebron Thema 3. Installatie op het dak

Installatie op het dak

GerardPlaatsbepaling zonnepanelen

Bij het bepalen van de plaats voor zonnepanelen moet je rekening houden met de volgende zaken:

  • dakbelasting
  • windbelasting
  • schaduw
  • ventilatie
  • orientatie
  • veiligheid
     

Bouwvoorschriften
Zonnepanelen mag je zonder bouwvergunning aanbringen mits:

  • De panelen aan of op het gebouw worden geplaatst;
  • De opgewekte elektrische energie wordt gebruikt door het gebouw op hetzelfde perceel;
  • Paneel, omvormer en aansluiting zich op het elektriciteitsnet in hetzelfde gebouw bevinden;
  • Op een schuin dak:
    • Het paneel niet uitsteekt;
    • Het paneel in of direct op het dakvlak komt;
    • De hellingshoek van de panelen gelijk is aan die van het dak;
  • Op een plat dak:
    • De afstand tot de dakrand ≥ hoogte van het paneel;
    • De hellingshoek van de panelen ≤ 35°.

 

   

 

Dakbelasting

GerardPanelen en ballast

Controleer of het dak geschikt is voor de extra belasting. Montage op schuine daken levert meestal geen problemen op. Het gewicht van een PV-paneel van 1,5 m² bedraagt ca. 20 kg. Voor platte daken kan de belasting oplopen tot wel 50 kg/m² vanwege de ballast. PV-panelen worden doorgaans 'los' op platte daken geplaatst. Om te voorkomen dat ze eraf waaien breng je extra ballast (bijvoorbeeld tegels) aan op de draagconstructie (frame).

Zie deze link naar ballast tabellen.

 

 

 

Windbelasting

GerardOmgevingsfactoren

Installaties op daken hebben te maken met windbelasting. Daarom moeten ze voldoen aan bouwkundige normen. Windbelasting is afhankelijk van de plaats waar men woont. Luchtstromingen om en op het dak bepalen hoe de constructie eruit moet zien. De lokatie op een dak zijn verdeeld in windzones.

In het bouwbesluit van 2012 staan  die windzones.

Een gedetailleerd overzicht over windbelasting en zones.

 

Windbelasting op PV-paneel

 

Windbelasting is afhankelijk van de omgeving. Op het vlakke land is de belasting groter dan in de stad. De ballast kun je verkleinen door:

  • Een kleinere opstelhoek (hellingshoek);
  • De rijen met elkaar te verbinden;
  • Windschotten toe te passen.

Vermijd bij platte daken zoveel mogelijk de dakranden vanwege de hogere windbelasting. Als dat niet mogelijk is, verhoog je de ballast met een factor 1,5. 
Plaats ballast op de 'hoge kant' van het frame.

Balast berekenen
Omdat de zonnepanelen los op het plat dak staan dient er ballast gewicht in de onderconstructie geplaatst te worden. Afhankelijk van het toegepaste montagesysteem mogen dit tegels, betonbandjes of grind zijn. De benodigde hoeveelheid ballast is afhankelijk van het toegepaste montagesysteem. De juiste ballastgewichten zijn terug te vinden in de montagehandleidingen van de verschillende systemen.

 

 
 

 

Schaduw

GerardObstakels

Houd rekening met obstakels bij het bepalen van de juiste plaats voor zonnepanelen. Voorbeelden van obstakels zijn schoorstenen, dakkapellen, bomen en gebouwen. Op platte daken kan een voorste rij PV-panelen schaduw veroorzaken op de erachter liggende rij. Dat is afhankelijk van de opstelhoek (hellingshoek) en afstand tussen de rijen. Houd rekening met de jaargetijden dat de zon lager staat. In de zomer heb je misschien geen schaduw die er in de winter wel is. Schaduw geeft niet alleen een geringere opbrengst van elektrische energie, het kan panelen ook beschadigen. Beschaduwde cellen veranderen van 'leverancier' in 'consument' van elektrische energie ('hot-spot' effect). Dat treedt vooral op bij scherpe slagschaduw.

   

 

Ventilatie

GerardVentilatie

Ventilatie speelt ook een rol bij het optimaliseren van het rendement. Onder invloed van zonlicht worden de panelen warm. Temperatuur heeft een negatieve invloed op het rendement van de zonnepanelen. Het is dus belangrijk dat de panelen niet strak op het dak liggen, maar er iets lucht onderdoor kan om goed te ventileren, zodat de temperatuur niet te hoog oploopt.

 

   

 

Oriëntatie

GerardOriëntatie

De optimale oriëntatie voor een zonnestroominstallatie is het zuiden. Een dak is niet altijd optimaal naar het zuiden georiënteerd. Zonnepanelen met een afwijking van 30 graden naar het westen of oosten zijn ook prima. De meest geschikte daken voor zonnepanelen hebben dus een oriëntatie tussen zuidoost en zuidwest.
 


Het maakt niet zoveel uit of het dak een afwijking heeft naar het westen of het oosten, het westen heeft wel de voorkeur. Een installatie met een oriëntatie naar het noorden is meestal onvoordelig, omdat er dan geen sprake is van directe zoninstraling.

Je kunt tegenwoordig heel gemakkelijk bepalen wat de oriëntatie van het huis is door de kompasfunctie van de smartphone, of google maps te gebruiken.

Oriëntatie naar het westen of oosten
Bij een afwijking naar het westen of oosten is de dakhelling bepalend voor de opbrengst van de panelen. Naarmate het dak meer naar het westen of oosten is georiënteerd is het gunstiger een vlakkere dakhelling te hebben.

Zonnepanelen met een oriëntatie pal op het westen of oosten en een dakhelling van 40 graden halen nog steeds een opbrengst van 80% ten opzichte van de maximumopbrengst op het zuiden.

Als een systeem met zuidorientatie een opbrengst van 4.000 kilowatt-uur haalt, dan is de opbrengst bij een west of oost oriëntatie (en 40 graden dakhelling) dus ongeveer 3.200 kilowatt-uur.

Effect van omliggende bebouwing
De optimale dakoriëntatie voor een zonnestroominstallatie hangt natuurlijk ook af van de bebouwing (of aanwezigheid van bomen) nabijheid het dak . Als bijvoorbeeld het dakvlak ’s middags in de schaduw ligt, kan het gunstiger zijn om het systeem op het oosten te oriënteren en zo de ochtendzon te gebruiken.

 

   

 

Veiligheid

GerardWerken op hoogte

Valgevaar is een van de meest voorkomende oorzaken van een arbeidsongeval. Op een werkplek waar het gevaar bestaat om 2,50 meter of meer te vallen, is in ieder geval sprake van valgevaar. Dit betekent dat er sprake is van een verhoogd risico dat zelfs fatale gevolgen kan hebben. Maar ook onder de 2,50 meter moeten de juiste voorzorgsmaatregelen worden getroffen.

Risico’s van werken op hoogte
Er gelden verschillende risico's bij het werken op hoogte.
Dit zijn de belangrijkste risico's:

  • vallen van hoogte;
  • vallen door opening van werkvloer;
  • getroffen worden door vallend voorwerp;
  • mogelijk langere vluchtweg bij calamiteiten.


Maatregelen bij werken op hoogte

Er kunnen ook persoonlijk beschermingsmiddelen worden ingezet tegen het risico van werken op hoogte, maar altijd als aanvulling op collectieve beveiliging, zoals leuningen en vangnetten. Voorbeelden van persoonlijke beschermingsmiddelen:

Een valbeveiligingssysteem. Samen met de in het valbeveiligingssysteem opgenomen harnasgordel en valdemper is de gebruiker niet alleen beschermd tégen een val, maar ook tijdens de val en daarna. Door het juist kiezen van het bevestigingspunt moet de valafstand wel zo klein mogelijk worden gehouden. Wie een harnasgordel gebruikt, moet precies weten hoe het systeem werkt en hoe te handelen in geval van nood. Daarom is het verplicht medewerkers te trainen in het gebruik.
 

Een vallijn: ‘fall restraint’ sluit een val volledig uit, omdat de persoon niet bij de rand kan komen, en een ‘fall-arrest’ zorgt ervoor dat de persoon niet tot aan de grond kan vallen.
Daarbij moeten werknemers de juiste trainingen hebben gehad om de benodigde spoedeisende hulpverlening te kunnen bieden wanneer iemand gevallen is.

 

Wet- en regelgeving voor werken op hoogte
Er zijn verschillende wettelijke regels en richtlijnen opgesteld rondom het werken op hoogte:

Arbobesluit artikel 3.16: Voorkomen valgevaar. De werkgever moet de nodige maatregelen treffen.
Arbobesluit artikel 7.23: Gebruik van arbeidsmiddelen voor werken op hoogte, zoals ladders, steigers en trappen.


Tips om veilig te werken op hoogte
Valgevaar is een groot risico, maar er zijn voldoende mogelijkheden om de risico's te beperken. Werkgevers en werknemers kunnen daar zelf ook aan bijdragen. Hier volgen enkele tips:

  • stel een goede RI&E op;
  • zorg dat in het bouwontwerp al structurele arbeidsmiddelen voor werken op hoogte en valbeveiligingen worden opgenomen;
  • laat werknemers zoveel mogelijk vanaf een veilige plek (steiger of bordes) werken;
  • respecteer leuningen en hekken;
  • scherm vloer- en wandopeningen af ;
  • neem geen onnodige risico’s;
  • ruim de werkplek voortdurend op om de kans op struikelen, uitglijden of verstappen te voorkomen;
  • werk alleen met een valbeveiliging als er ook mee geoefend is;
  • gebruik alleen een goedgekeurde valbeveiliging (CE-merk fabrikant is voldoende);

 

 

 

Interessante links

Gerard

Meer interessante bronnen

 

  Solarwijzer: zonnepaneelinstallatie
  lees meer

 

  Zonnepanelen.info
  lees meer

 


 

 

 

 

 

 

   

 

  • Het arrangement Informatiebron Thema 3. Installatie op het dak is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Energy College Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2015-11-17 09:31:41
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    College, Energy. (2017).

    Informatiebron Thema 1. Zonne-energie

    https://maken.wikiwijs.nl/67724/Informatiebron_Thema_1__Zonne_energie