Activiteitenmap shyra

Activiteitenmap shyra

baby

spel

Activiteit

RAMMELAAR

Doelgroep

 

6-9 maanden

 

Doel

 

Stimulering van de motoriek.

  • Verbetering van de hand-oog coördinatie.
  • Verbetering van grip en vasthouden 

 

Benodigdheden

 

  • Omgespoeld 0,2cl flesje
  • Knikker
  • papier

Plaats

 

Binnen; op de grond/ kussen of in de box

 

Voorbereiding

 

Stop een knikker in een klein drinkflesje. LIJM DE DOP VAST! Plak een papier over de helft van het flesje.

 

Uitvoering

  • Laat de baby het flesje vasthouden.
  • Help de baby in het begin met bewegingen heen en weer. De baby ziet de knikker wel; en niet meer als de knikker achter het opgeplakte papier ‘verdwijnt’.
  • Vraag de baby; ‘waar is de knikker?’

 

Variatie

 

Laat het flesje rollen over de grond of door de box.(dichtbij genoeg)  Stimuleer de baby om het flesje te pakken.

 

 

Expressievorm:      SPEL

drama

beeldend

vingerverven 

Activiteit

Vingerverven

Kuikens maken

Doelgroep

Baby vanaf 6 maand

Doel

Een kuiken geschilderd door kinderen va 6 maand levert geen herkenbare resultaten op. Door ze vingerverf te geven krijgen ze de gelegenheid om verf te voelen en beweging te sturen. De herkenbare details laten aanbrengen met een andere kleur benadrukt deze accenten. Kinderen nodig je zo uit doelbewust op een bepaalde plaats een stip of een lijntje te zetten, met een vinger. Hiervoor is beheersing van de beweging nodig en groeit herkenning. 

Benodigdheden

 

Kuikens in alle soorten en maten, ze moeten wel geel zijn.

Afbeeldingen uit tijdschriften, pluche kuikens, paaskuikens, veertjes, indien mogelijk; echte kuikens!

Gele, rode en zwarte vingerverf.

Vellen papier. Minimaal A3 formaat

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Praat over kuikens, hoe zacht ze zijn. Wijs op de snaveltjes, de zwarte oogjes, en de dunnen pootjes. Laat de kinderen met een vinger een zacht speelgoedkuiken voelen, of de veertjes.

Uitvoering

Geef alleen zwarte en gele vingerverf en inspireer tot het schilderen van een kuiken. Zet in alle soorten en maten en materialen verzamelde kuikens in de buurt. Als een kuiken geschilderd is, mogen ze 1x hun vinger in de zwarte verf dopen om een oogje te zetten 2 pootjes te maken. Laat ze zelf bepalen waar de poten en het oog komen, maar houdt het bij hooguit 2x dopen. Daarna nog 1x vinger in rode verf voor snaveltje. NIET voordoen, laat je verrassen!

Variatie

Ander onderwerp kiezen, vlinder, winter sneeuwman, etc.

 

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de baby

Activiteit

Babyliedjes zingen/opzegversjes opzeggen.
 

Voorbeeld:
Klap eens in je handjes, blij, blij, blij
op je boze bolletje, allebei.
Handjes in de hoogte, handjes in je zij
zo varen de scheepjes voorbij
zo varen de scheepjes voorbij.

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Uiteindelijk zitten er vijf voorbeelden van een opzegversje en/of een babyliedje in je map

(ga op zoek naar liedjes die je nog niet kent).

Doelgroep

Baby’s
(ook geschikt voor peuters, kleuters).

Doel

Contact maken met de baby, de baby laten luisteren naar je stem. Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.


Je stem is een muziekinstrument waarmee je het meest directe contact maakt met een baby.
Je geeft de baby persoonlijke aandacht, het biedt troost/geruststelling, bezorgt vrolijkheid enz.
 

Het kan structuur helpen geven aan de dag (bijvoorbeeld liedjes zingen voor het slapen gaan).


Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Op latere leeftijd:

Liedjes zingen ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Bij muziek hoort bewegen: klappen of dansen (motorische ontwikkeling), een kringdansje of een spelletje (sociale ontwikkeling).

Benodigdheden

Babyliedjes/opzegversjes.
De melodietjes van veel traditionele kinderliedjes zijn, in rustig tempo, er wordt gebruik gemaakt van veel herhaling, voor kinderen al snel mee te zingen; dat geeft zelfvertrouwen.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zoek de tekst op en leer het liedje/opzegversje uit je hoofd.

 

 

Uitvoering

Zing het liedje of zeg het opzegversje op. Maak (oog) contact met de baby. Gebruik mimiek, varieer in toonhoogte en dynamiek met je stem en gebruik eventueel ondersteunende gebaren/overige lichaamstaal.

Variatie

Tekstvariatie; “poesje mauw” wordt “hondje waf”.

Variatie in uitvoering: verander je stem/mimiek/overige lichaamshouding en gebaren.

 

 

 

 

 

 

 

Slaap kindje slaap daar buiten loopt een schaap een schaap met witte voetjes die drinkt zijn melk zo zoetjes

slaap kindje slaap daar buiten loopt een schaap.

 

Olifantje in het bos
Laat je mamma toch niet los
Anders raak je de weg nog kwijt
En dan heb je straks nog spijt
Olifantje in het bos
Laat je mamma toch niet los

 

 

 

Visje, visje, in het water
Visje, visje, in de kom
Visje, visje, kan niet praten
Visje, visje, draai je om

Visje heeft zich omgekeerd,
omgekeerd, omgekeerd
Visje heeft zich omgekeerd,
Dat heeft ie van jou geleerd

Visje heeft zich omgekeerd,
omgekeerd, omgekeerd
Visje heeft zich omgekeerd,
Dat heeft ie van jou geleerd

Daaag visje!
 

 

Op een grote paddenstoel rood met witte stippen zat kabouter spillebeen heen en weer te wippen krak zij toen de paddestoen en met een diepe zucht vlogen bijde beentjes hopla in de lucht.

 

 

 

 

 

 

 

Klap eens in je handjes;

Klap eens in je handjes blij blij blij Op je b(r)oze bolletje allebei Twee handjes in de hoogte Twee handjes in je zij Zo varen de scheepjes voorbij Zo varen de scheepjes voorbij

 

Twinkle, twinkle, little star,
How I wonder what you are.
Up above the world so high,
Like a diamond in the sky.
Twinkle, twinkle, little star,
How I wonder what you are!

When the blazing sun is gone,
When there's nothing he shines upon,
Then you show your little light,
Twinkle, twinkle, through the night.
Twinkle, twinkle, little star,
How I wonder what you are!

In the dark blue sky so deep
Through my curtains often peep
For you never close your eyes
Til the morning sun does rise
Twinkle, twinkle, little star
How I wonder what you are

Twinkle, twinkle, little star
How I wonder what you are




 

peuter

drama

beeldend

spel

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de peuter

Activiteit

Een hoorspel maken voor/met peuters

Doelgroep

Peuters
(ook geschikt voor andere doelgroepen).

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Bij muziek hoort bewegen: klappen of dansen (motorische ontwikkeling), een kringdansje of een spelletje (sociale ontwikkeling).

Benodigdheden

Instrumenten die geschikt zijn voor kleuters (geen kleine, losse of scherpe onderdelen). Bij voorkeur ritme (percussie) instrumenten.

 

Je kunt ook werken met zelf geknutselde instrumenten en/of geluiden/liedjes die je maakt met je stem.

Plaats

-

Voorbereiding

Instrumenten klaarleggen die geschikt zijn. Nadenken over welk kind je laat werken met welk instrument.

Uitvoering

Laat de peuters kennis maken met de instrumenten op een speelse manier. Laat ze tegelijk geluid maken; zacht geluid maken, hard geluid maken, om de beurt geluid maken, alle jongens geluid maken, alle meisjes geluid maken, alle trommels eerst enz. Maak eventueel een op- en afbouw (spreek een volgorde af) en maak zo een muziekstuk/hoorspel met de leerlingen. Geef voorbeelden en doe zelf mee. Spreek een stilte-teken af en laat de peuters ook een keer van instrument wisselen.

Variatie

Zie benodigdheden; je kunt in deze les ook werken met zelf geknutselde instrumenten (shakers gemaakt van wc rolletjes met rijst erin enz.) en/of met stemmen (klakken met je tong maakt geluid, zoemen als een bij, klanken maken (ha, ho, he) enz.)

 

Bij oudere kinderen:
Je kunt een leerling de “dirigent-rol” geven; hij/zij kan dan (groepjes) leerlingen aanwijzen die het instrument mogen bespelen, stil moeten houden enz.

kleuter

spel

Activiteit

Schipper,

mag ik overvaren

 

Doelgroep

  • 4-6 jaar

 

 

Doel

 

  • Kinderen in beweging te laten zijn.
  • Kinderen op verschillende manieren de mogelijkheden van bewegen te laten ontdekken.
  • Versterking / verbetering van de motoriek.

 

Benodigdheden

 

  • Grote open ruimte

 

 

Plaats

 

  • Binnen / Buiten

 

Voorbereiding

 

  •  

 

Uitvoering

 

  • Leer kinderen het spel a.d.h.v. de ‘zongregel’; schipper mag ik overvaren, ja of nee? Moet ik dan ook geld betalen ja of nee?
  • Bij nee kunnen de kinderen gewoon oversteken.
  • Bij ja; geeft de ‘schipper’ (tikker) aan hoe. Bijv; hinkelend, als een olifant, kruipend enz..

 

Variatie

 

  • Je zou eventueel obstakels in de ruimte kunnen plaatsen; spannender en uitdagender (moet de groep wel aan toe zijn!)

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

  • Ballonen volleybal

Doelgroep

 

  • 4-6 jaar

 

Doel

 

  • Plezier
  • Hand-oog coördinatie verbeteren.

 

Benodigdheden

 

  • Meerdere ballonnen
  • Touwtje om op te hangen

 

Plaats

 

  • Open ruimte /gymzaal
  • Buiten

 

Voorbereiding

 

  • Hang een touw of draad (of meerdere) in de ruimte op.
  • Blaas meerdere ballonen op en bewaar ze achteraf. (kunnen kinderen er niet bij).

 

Uitvoering

 

  • Laat kinderen een ballon hoog houden.
  • Laat kinderen daarna de ballon over een langere afstand de ballon over een touwtje heen tikken.

 

Variatie

 

  • Breng meer ballonen in het spel dan er kinderen zijn.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

  •  

Doelgroep

  •  

Doel

  •  

Benodigdheden

  •  

Plaats

  •  

Voorbereiding

  •  

Uitvoering

  •  

Variatie

  •  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

  •  

Doelgroep

  •  

Doel

  •  

Benodigdheden

  •  

Plaats

  •  

Voorbereiding

  •  

Uitvoering

  •  

Variatie

  •  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

drama

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de kleuter

Activiteit

Een hoorspel met verhaal maken voor/met kleuters

Gekregen opdracht tijdens muziek:
Uiteindelijk zit er in je online activiteitenmap het verhaal voor kleuters wat je tijdens de muziekles gemaakt hebt.

Dit verhaal heb je uitgetypt (minimaal een halve A4). Bij het verhaal staat steeds tussen haakjes wat je zou moeten horen.

Voorbeeld:
Het meisje liep op straat (maak met djembe trommel geluiden als voetstappen).

Doelgroep

Kleuters
(ook geschikt voor andere doelgroepen).

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Bij muziek hoort bewegen: klappen of dansen (motorische ontwikkeling), een kringdansje of een spelletje (sociale ontwikkeling).

Benodigdheden

Instrumenten die geschikt zijn voor kleuters (geen kleine, losse of scherpe onderdelen). Bij voorkeur ritme (percussie) instrumenten.

 

Je kunt ook werken met zelf geknutselde instrumenten en/of geluiden/liedjes die je maakt met je stem.

 

Een zelfgemaakt of bestaand kort verhaal die aansluit bij de doelgroep kleuters.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Instrumenten klaarleggen die geschikt zijn. Nadenken over welk kind je laat werken met welk instrument.

 

Het verhaal kennen; door hebben gelezen; weten waar de leerlingen wat kunnen doen.

Uitvoering

Laat de kleuters geluiden maken bij een verhaal. Geef van te voren voorbeelden door zelf te doen.
Bijvoorbeeld: het regent: tik zachtjes met ritmestokjes op een tafel, de wind waait: blaas lucht uit met je mond, de olifant komt aanlopen: trommel langzaam een paar keer op een zware trommel.

Begin met duidelijk afspreken wie wat wanneer moet doen.

Spreek een stilte-teken af en laat de peuters ook een keer van instrument wisselen.

Variatie

Je kunt een ander verhaal gebruiken.
Je kunt zelf gemaakte instrumenten en/of (alleen) stemmen gebruiken.
Je kunt de leerlingen de vrijheid geven om zelf geluiden te maken, of je kunt dingen vastleggen/afspreken van te voren.

Kleuter;

Verhaal hoorspel;

Er was eens een lieve goeie fee, die graag de kindjes hielp. Snachts haalde de lieve fee alle tandjes van de kinderen onder de kussens vandaan en legde er een euro voor terug.

Op een avond kwam er een gemene heks die jaloers was op de lieve fee omdat iedereen haar mooi en lief vond. De heks klopt aan de deur van de fee… (instrument)

Toen gebeurde het… (instrument)

De heks betoverde de fee in een slang (geluid voor de slang).

De kindjes waren bang omdat de lieve fee niet meer kwam voor de tandjes en de kinderen begonnen hun geloof in de lieve fee te verliezen.

Een groepje kinderen die nog wel geloofden in de lieve fee (geluid voor de fee) gingen haar opzoeken… (spannend geluid)

Ze vonden haar als een slang de kinderen vroegen de slang wat de vloek was… de slang vertelde de kinderen dat ze allemaal een tandje moesten meebrengen en aan de slang moesten geven… de vloek zal dan verdwijnen en de slang zal weer veranderen in de lieve fee. De kindjes deden wat de lieve fee zei. (geluid voor de fee).

De fee leefde nog lang en gelukkig! (eind geluid, harde stomp)

beeldend

Activiteit

Ecoline blazen  

Doelgroep

Kleuter

Doel

Dmv het blazen ben je bezig met mondmotorische oefeningen, deze zullen een ondersteuning zijn voor het spreken: verstevigen van de spraakspieren.

De kinderen komen in aanraking met het thema herfst, donker(paraplu) / licht(wit papier), het materiaal ecoline

Benodigdheden

A-4 papier, 200 gram, wit, Zwart papier, Malletje van een paraplu zelf gemaakt, overgetrokken van een voorbeeld van internet, Rietjes, Bekertjes, Ecoline, Wit potlood om map over te trekken op zwart papier, Verfschort, Ouder kranten

Schaar, Lijm, Schaar

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Bedek de hele werkplek met oude kranten, vul de bekertjes met verschillende kleuren ecoline. Leg de rietjes klaar, je hebt zelf van te voren de paraplu’s uitgeknipt. Ieder kind krijgt een A-4tje. Introduceer de opdracht door over het thema Herfst te praten en laat spullen, boeken ed zien die met de herfst/regen te maken hebben

Uitvoering

Laat de paraplu’s aan de onderkant van het papier opplakken

Laat een druppel ecoline op het vel bovenaan het papier vallen ( dmv kwast of rietje in de ecoline te steken). Doe dit met verschillende kleuren.
Blaas met een rietje tegen de druppel zodat de druppel uit gaat lopen. 
Doe dit met verschillende kleuren ecoline tot je een ‘’flinke regenbui’’ hebt.

Variatie

 

Laat de kinderen een vuurpijl uitknippen uit stroken papier  en plak een vuurpijl over het geblazen werkje

vuurpijl met vuurwerk                         https://s-media-cache-ak0.pinimg.com/736x/2b/39/fb/2b39fbe976ba06022c78c3904f79b3d6.jpg

Laat de kinderen een monster blazen en plak er 2 ogen op

 

Activiteit

Ecoline met wasco

Doelgroep

Kleuter

Doel

http://www.jufanke.nl/afbeeldingen/creatief7.jpg

De kinderen komen in aanraking met het thema oceen/de vis, het materiaal ecoline en wasco ( vet/water) ontwikkelen de fijne motoriek, stimuleren van de creativiteit

Benodigdheden

Voorbeelden van vissen, of boek over vissen, A-3 papier, 200 gram, Bekertjes, Ecoline, wasco, kwasten, Verfschort, Oude kranten

 

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Bedek de hele werkplek met oude kranten, vul de bekertjes met verschillende kleuren ecoline. Leg de kwasten en het papier en de wasco klaar. Geef eerst iedereen de wasco, daarna pas de ecoline ( als de tekening klaar is) Ieder kind krijgt een A-3tje. Introduceer de opdracht door over het thema te praten en laat spullen, boeken ed zien die met de vissen/oceaan ed te maken hebben

Uitvoering

Laat de kinderen een eigen bedachte vis tekenen met wasco, lijnen dik aanzetten.

Ga met de ecoline over de wascotekening heen, dat kan met 1 kleur zijn, maar mag ook meerdere kleuren.

Variatie

http://www.veetje.be/wp-content/uploads/2015/06/WP_20150612_029-656x1024.jpg

 

Maak een’’ Tovertekening’’ door met witte wasco  te tekenen, de afbeelding verschijnt dan wanneer er met ecoline overheen geschilderd wordt!

 

schoolkind

spel

Activiteit

 

  • Pionnenroof

 

Doelgroep

 

  • 6-10 jaar

 

Doel

 

  • Vergroten van reactievermogen
  • Omgaan met ‘scheidsrechter’ en regels wel/ niet af.
  • Verbetering loopvermogen

 

Benodigdheden

 

  • Groot veld
  • Pion(nen)
  • Mogelijkheid tot afbakenen achterlijnen

 

Plaats

 

  • Buiten of gymzaal

 

Voorbereiding

  •  
  • Zet een veld af ter grootte van 30 bij 10.
  • Gebruik hiervoor lint of bestaande lijnen.

 

Uitvoering

 

  • Groep 1 beschermd de Pion en moet de tegenstander aftikken
  • Stapt deze groep tikkers over de lijn dan moet een ander getikt worden; zo niet dan is de tikker zelf af. Hij/zij gaat zitten op de bank; zijn alle rovers getikt dan winnen de tikkers.
  • De rovers moeten de Pion trachten te stelen
  • Zijn zij eerder over de veilige zone achter de lijn, hebben zij gewonnen.

 

Variatie

 

  • Afstand verschillend maken
  • Attribuut veranderen.
  • Niet alleen rennen; iedereen moet hinkelen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

 

  • “als de kat van huis is..”

 

Doelgroep

 

  • 6-10 jaar

 

Doel

 

  • Energizer
  • Samenspel
  • Reactievermogen vergroten

 

Benodigdheden

 

  • Vier hoeken, palen, matten of anderzijds ‘hoek’ materiaal
  •  

 

Plaats

 

  • Grote ruimte of buiten

 

Voorbereiding

 

  • Creëer met vier matten of tape/ linten een veilig ‘holletje’ voor de muizen.

 

Uitvoering

 

  • Vier muizen trachten van hoek /holletje te wisselen.
  • Als er een lege hoek is, probeert de kat deze plek op te vullen.
  • Lukt dit dan is de muis zonder hoek de kat geworden.

 

Variatie

 

  • Je kunt dit altijd vergroten met meerdere muizen en katten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

 

  • “De reddingsboot.”

 

Doelgroep

 

  • 6-10 jaar

 

Doel

 

  • Energizer
  • Samenspel/ samen werken

 

 

Benodigdheden

 

  • Een of meer gymzaal banke(n)/ afgetapte vorm van max 20 cm breed.

 

Plaats

 

  • Binnen /  buiten

Voorbereiding

 

  • Zet / maak 1 of meer banken of vormen klaar in de ruimte.

Uitvoering

 

  • Er staan een x aantal kinderen op de reddingsboot (bank)
  • Er zijn ook een aantal haaien.
  • De kinderen moeten in een nader aangegeven volgorde gaan staan (bijv; op leeftijd, 1e letter van de voornaam enz.) als er iemand in het water komt is deze af. En wordt door de haaien opgegeten.

 

Variatie

 

  • De kinderen moeten zich m.b.v. klein materiaal veilig naar het land begeven.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

 

  • “evenwichtsduo’s’

 

Doelgroep

 

  • 6-10 jaar

 

Doel

 

  • Energizer
  • Samenspel
  • Afhankelijkheid ervaren.

 

Benodigdheden

 

  • Kinderen in duo’s

 

Plaats

 

  • Binnen en buiten

 

Voorbereiding

 

  • Schone ruimte/ vloer

 

Uitvoering

 

  • Laat de kinderen tegen over elkaar staan.
  • Tenen tegen elkaar (hier kan bijv eerst een omgekeerde gymzaalbank tussen; voor de persoonlijke ruimte) en de handen vast.
  • Langzaam gaan de kinderen naar achteren leunen en proberen de armen te strekken.

 

Variatie

 

  • Met de rug tegen elkaar en dan omlaag; met de billen op de grond komen, vervolgens weer omhoog.
  • Schouders tegen elkaar en leunen tegen elkaar; daarna de voeten langzaam opzij schuiven.

 

 

 

 

 

drama

Drama Werkvorm

Improvisatiespel
De spelers maken géén of enkele afspraken over een aantal gegevens. Het spel ontstaat op de speelvloer door op elkaar te reageren.

http://www.dieuwertjetheater.com/ddgraphics/toiletdames.jpgDeze werkvorm is voor spelers die meer durven of al ervaring hebben met drama. Een belangrijke spelregel om een toneelspel in improvisatie te laten slagen is dat de spelers elkaars ideeën accepteren. Het is belangrijk om elkaars ideeën niet te blokkeren en steeds ook zelf spelideeën te leveren om het verhaal in het toneelstukje verder te helpen. Daarbij is het belangrijk dat de spelers snel de 5 W’s concreet maken, waarbij geldt ‘wie het eerst concretiseert bepaalt’. Bijvoorbeeld: “Hallo pappa” kun je logischerwijs niet beantwoorden met “Ik ben je pappa niet”.

Activiteit

Aanbelspel

Doelgroep

Vanaf 7 jaar

Doel

  • In samenspel leren spelideeën geven en accepteren
  • Fouten durven maken

Benodigdheden

(zo nodig) decor, attributen, verkleedkleren

Plaats

Speelvlak

Voorbereiding

Van tevoren krijgen de spelers een opdrachtkaartje met daarop een typetje, bijvoorbeeld stoer, verlegen, dromerig. De spelers oefenen hun typetje. Dit kan door de groep in tweeën te delen en eerst de ene rij bij de andere rij te laten aanbellen en daarna omgekeerd.

Uitvoering

Het publiek zit in een halve cirkel. Steeds twee spelers, die niet met elkaar geoefend hebben, staan tegenover elkaar voor het publiek. De ene speelt zijn of haar typetje en loop over een denkbeeldig tuinpad naar het midden van het speelvlak en doet of ie aanbelt. De ander loopt dan, op dezelfde manier, naar ‘de deur’. Dan start het spel. De aanbeller komt iets brengen, zeggen of verkopen. De ander probeert op dezelfde manier te reageren, dus hetzelfde typetje te worden.
 

Variatie

  • De ‘opendoener’ moet het tegenover gestelde typetje worden.
  • Op de opdrachtkaartjes staat iets anders, bijvoorbeeld emoties, een dier, celebrity.

 

 

Bedenk nu zelf een improvisatiespel met typetjes en vul het onderstaand format in.
 

Drama Werkvorm

Improvisatiespel
De spelers maken géén of enkele afspraken over een aantal gegevens. Het spel ontstaat op de speelvloer door op elkaar te reageren.

Deze werkvorm is voor spelers die meer
durven of al ervaring hebben met drama.
Een belangrijke spelregel om een
toneelspel in improvisatie te laten slagen
is dat de spelers elkaars ideeën accepteren.
Het is belangrijk om elkaars ideeën niet te
blokkeren en steeds ook zelf spelideeën te
leveren om het verhaal in het toneelstukje                                                    afbeelding
verder te helpen. Daarbij is het belangrijk
dat de spelers snel de 5 W’s concreet
maken, waarbij geldt ‘wie het eerst
concretiseert bepaalt’. Bijvoorbeeld:
“Hallo pappa” kun je logischerwijs niet
beantwoorden met “Ik ben je pappa niet”.

Activiteit

Geef je opdracht een titel.

Doelgroep

Vanaf 7 jaar

Doel

  • In samenspel leren spelideeën geven en accepteren
  • Fouten durven maken

Benodigdheden

(zo nodig) decor, attributen, verkleedkleren

Plaats

Speelvlak

Voorbereiding

Hoe luidt de opdracht voor de spelers en krijgen ze nog gegevens of spelregels voor de improvisatie?

 Je kunt van alles verzinnen en uiteindelijk word het een soort  spel.

 

 

Uitvoering

Hoe spelen de spelers hun improvisatie en hoe bespreek je het na?

 de ander probeert hetzelfde na te doen als degene met wie die het spel doet en dan vormt het een verhaaltje.

 

 

 

 

 


 

Variatie

  •  

 

Drama Werkvorm

(Levend) Schimmenspel
De spelers spelen tussen een doek en een lichtbron. Met hun schaduw verbeelden ze het spel.

http://www.parkschool-utrecht.nl/uploads/1/3/4/9/13495396/776592861.jpgDit is voor veel doelgroepen een
fascinerende werkvorm. Hoe ouder de leeftijdsgroep hoe preciezer en
gedetailleerder ze hiermee willen werken.
Voor sommigen is het fijn om zich achter
het doek te kunnen verbergen, anderen
vinden het confronterend om in de
schaduw hun eigen lichaamsvormen
terug te zien. Verkleden/vervormen is
dan een oplossing.
Technische aspecten:
Dichtbij het doek geeft kleine en scherpe schaduwen, verderaf groter; langzaam bewegen maakt de details goed zichtbaar; altijd voorwerpen gebruiken die de schaduw verbeelden; in profiel maakt mimiek zichtbaar; gebruik de trucjes met verbergen-verschijnen en de magie van schaduwspel waarbij je kunt doen alsof je
elkaar raakt, kust, verwondt zolang het in
de schaduwen maar klopt.

Activiteit

De handeling

Doelgroep

Vanaf 8 jaar

Doel

  • (lichamelijke) uitdrukkingsvaardigheid vergroten
  • Goed kijken en bewust uitbeelden stimuleren
  • Nadenken over (lichamelijke) verhoudingen

Benodigdheden

Doek, lichtbron, attributen, 2 schotten naast het doek

Plaats

Binnen of buiten m.b.v. de zon

Voorbereiding

Uitleg: Licht de technische mogelijkheden van schimmenspel toe. Deel de groep in twee- of drietallen. Elk groepje kiest één handeling en verzint daaromheen een verhaaltje met begin midden eind. Ze zoeken attributen bij elkaar en proberen alles uit achter het doek. Handelingen die uitdagen zijn: vechten, toveren, opereren, zoenen.

Uitvoering

De groepjes presenteren om de beurt hun verhaal. Naderhand laten ze zien welke materialen ze hebben gebruikt en het publiek raadt de gekozen handeling.
 

Variatie

  • Laat groepjes een schaduwspel maken bij een lied
  • Speel handschimmenspel.
  • Speel met uit karton geknipte figuren. Dit kan ook achter een klein doek op een tafel.

 

Drama Werkvorm

Tableau Vivant / fotospel
De spelers verbeelden situatie, handeling en gevoel met stilstaande houding en mimiek in een bepaalde opstelling

http://4.bp.blogspot.com/-SXruZeMyij4/T5gYYbS8aLI/AAAAAAAAAG8/M5luxEa9UeY/s1600/DSCF0125.JPGDeze werkvorm is met name geschikt voor beginnende spelers. Het maakt hen bewust van het gebruik van houding en mimiek en het uitvergroten daarvan. Voor bepaalde groepen is het stilstaan een extra uitdaging.

Activiteit

Groepsfoto

Doelgroep

Vanaf 4 jaar

Doel

  • (lichamelijke) uitdrukkingsvaardigheid vergroten
  • Goed kijken en bewust uitbeelden stimuleren
  • Inzicht in non verbale communicatie vergroten

Benodigdheden

niets

Plaats

Op veel plekken mogelijk

Voorbereiding

Uitleg: Deel de groep in tweeën. Elke groep bereid twee tableaus voor. In de eerste zien we een bepaalde groep mensen, b.v. een groep voetbalsupporters. Op de tweede foto zien we wat er intussen is gebeurd, b.v. er is gescoord. Geef korte overlegtijd. Ze mogen zelf bedenken welke groep mensen ze worden.

Uitvoering

De eerste groep komt op het speelvlak. De andere is publiek maar kijkt niet. In de eerste tien tellen stellen de spelers zich op in foto 1 (tel hardop van 10 naar 1, de nul is de klik voor de foto). Publiek kijkt, maar reageert nog niet. Dan tien tellen voor opstellen foto 2 terwijl het publiek niet kijkt. Nu mogen de kijkers hun vinger opsteken als ze foto 1 en 2 begrijpen. Bespreek na op wat er te zien was en wat je daardoor weet.
 

Variatie

  • Geef een thema of welke groep mensen het moet zijn.
  • Geef langer voorbereidingstijd.
  • Geef de mogelijkheid attributen ed. te gebruiken.
  • Laat een andere groep een foto bedenken tussen 1 en 2.

 

Drama Werkvorm

Uitbeeldspel
De spelers laten hun spel zien zonder tekst te gebruiken, eventueel wel met geluid. Een professionele vorm is mime of pantomime

https://static.mijnwebwinkel.nl/winkel/woonmaterie/full32559978.jpgDeze werkvorm is met name geschikt
voor beginnende spelers.
Uitbeelden geeft ook de vrijheid om
zonder decor en attributen toch te
verbeelden dat dat er allemaal is.

De allerjongsten kun je in het uitbeelden
begeleiden door mee te spelen of ze als
verteller mee te nemen in het uit te
beelden spel.

Activiteit

Twee stoelen

Doelgroep

Vanaf 6 jaar

Doel

  • (lichamelijke) Uitdrukkingsvaardigheid vergroten
  • Goed kijken en bewust uitbeelden stimuleren
  • Inzicht in non verbale communicatie vergroten

Benodigdheden

Twee stoelen naast elkaar, los in de ruimte

Plaats

Op veel plekken mogelijk

Voorbereiding

Uitleg: Deel de groep in tweetallen. Elk tweetal bedenkt wat de twee stoelen kunnen voorstellen. Speel eventueel een auto als voorbeeld. Daarbij bedenken ze een begin, midden en een eind van een verhaaltje dat ze op/bij/rondom de stoelen kunnen laten zien zodat het publiek begrijpt waar ze zijn en wat er gebeurt. Controleer eventueel of elk tweetal een andere plek heeft gekozen.

Uitvoering

De tweetallen spelen om de beurt hun scene met de stoelen. Bespreek na wat het publiek zag en welke plek het dus is. Laat ze ook zeggen wat ze leuk vonden aan het uitbeelden.
 

Variatie

  • Stoelen staan tegenover elkaar
  • Tweetal maakt de plek duidelijk voor andere spelers die na kort overleggen er een gebeurtenis uitbeelden.
  • Eén speler begint te spelen tot de plek duidelijk is, freeze en vraagt “Wat nu?’. Het publiek doet suggesties voor het vervolg van het verhaal. Net zo lang herhalen tot een verhaaltje is ontstaan.

 

Bedenk een inspringspel met de titel ‘In de wachtkamer’ en vul het onderstaand format in.

Drama Werkvorm

Inspringspel
Een improvisatiespelvorm waarbij de spelers volgens een bepaalde spelregel na elkaar in het spel komen, oftewel inspringen.

http://3.bp.blogspot.com/-bTL-M8fPmZI/T8T6N7OTuvI/AAAAAAAABwk/_UI7rbEfA34/s1600/P2180417.JPGDeze werkvorm is een variatie op improviseren en is bestemd voor spelers die meer durven of al ervaring hebben met drama.
Meestal spreek je ook af hoe spelers weer uit het spel kunnen. Zo blijft het
overzichtelijk.

Activiteit

In de wachtkamer

Doelgroep

 groep 6/7/8

Doel

  • In spel durven stappen
  • In samenspel leren spelideeën geven en accepteren
  • Elkaar verrassen
  • Fouten durven maken
  • Flexibel reageren op de (spel)situatie zonder eigen rol of speldoel te verliezen (in je rol blijven) 

Benodigdheden

 stoelen en een grote ruimte

Plaats

Speelvlak

Voorbereiding

eerst vertellen we dat iedereen kaartjes krijgt met iets erop wat ze moeten uitbeelden (verschillende typetjes).

we vertellen ook waar het zich bevind (in de tandartspraktijk).

we wijzen iemand aan die moet beginnen en de rest komt erbij.

Uitvoering

 Eerst komt er een iemand zitten en dan is het de bedoeling dat de rest vanzelf komt en anders wijzen we mensen aan.

als iedereen in het spel zit is het spel ten einde.

dan bespreken we het na door te vragen hoe het was en wat iedereen een beetje heeft gezien wat ze goed vonden.


 

 

 

Bijlage
Opdrachtkaartjes

Maak zo veel kaartjes als nodig zijn voor jouw inspringspel. Ga uit van jouw klas voor het aantal spelers. Noteer de kaartjes op één of meer pagina’s, zodat ze geprint en geknipt kunnen worden.


Opdrachtkaartjes

   je bent iemand die heel erg bang is voor je afspraak.


Opdrachtkaartjes

 je bent uiterst zenuwachtig.


Opdrachtkaartjes

 je bent helemaal niet bang en zegt dat de rest zich aanstelt.


Opdrachtkaartjes

 je bent eenbeetje bezorgd en probeerd de rest van de mensen in de wachtkamer gerust te stellen.


Opdrachtkaartjes

 je bent heel erg enthousiast en je zegt tegen iedereen dat het leuk is en gezond is om naar de tandarts te gaan.


Opdrachtkaartjes

 je bent ervaren je komt vaak bij de tandarts en verteld iedereen wat er precies gebeurt waar ze bang voor moeten zijn en waar niet voor.

beeldend

Activiteit

Patronen tekenen met fineliner en stift

Doelgroep

Het schoolkind

Doel

http://3.bp.blogspot.com/_rMt0M-ndko4/SxK_UMXKnhI/AAAAAAAABN8/-RFiSvx-0kE/s1600/Elaine+uil.jpg

Ontwikkelen van de fijne motoriek en concentratievermogen.

Doordat je bezig bent met herhaling van patronen ben je ook bezig met de aanzet tot het schrijven. ( krullen maken, hekjes maken, etc)

Je stimuleert de creativiteit, dmv het maken van fantasie patronen die niet realistisch hoeven te zijn

Benodigdheden

wit tekenpapier op A4 of A3 formaat, zwarte viltstiften en markers in verschillende diktes, gele ecoline, penselen, zwart papier, foto's van uilen  

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Bespreek met de kinderen kenmerken van uilen en bekijk daarbij diverse foto's. Uilen zijn nachtdieren. Ze slapen overdag en jagen 's nachts.

Uitvoering

http://1.bp.blogspot.com/_rMt0M-ndko4/SxK4dOpQ8PI/AAAAAAAABNk/TymrZZz2ySE/s1600/DSC06060.JPG

De kinderen schetsen met potlood een uil op een tak, waarbij ze rekening houden met de kenmerken van de uil zoals die besproken zijn. Hierna worden met diverse diktes zwarte stiften patronen aangebracht in de lichaamsdelen van de uil. Door middel van verschillende patronen, moeten de afzonderlijke onderdelen van de uil te herkennen zijn. Alleen de ogen en de snavel mogen met geel of oranje worden ingekleurd, de rest blijft zwart.

Als de tekening klaar is, wordt de achtergrond rondom de uil en de tak met gele ecoline ingekleurd. Pas op dat de tekening niet geraakt wordt, want dan loopt de stift uit. Blijf daarom zo'n halve centimeter uit de buurt van de uil. Plak het werk op een zwarte achtergrond.

Variatie

http://thingadayforever.files.wordpress.com/2012/02/zentangle.jpg

Bedenk een andere vorm of fantasievormen zoals een Zentangle, zie: http://www.writersplaza.nl/c-1429776/wat-is-zentangle-tekenen/

 

 

muziek

 

Muziek
Ontwikkelingsfase: het schoolkind

Activiteit

Liedjes zingen aangevuld met een muziekactiviteit.

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Uiteindelijk zitten er in je map per “bouw”(onderbouw, middenbouw, bovenbouw) drie liedjes in je map (dus totaal 9 liedjes), op een A4’tje met de titel van het liedje en de artiest.
Ook voeg je per bouw een extra muziekactiviteit (geen zingen) die je kort omschrijft (dus drie activiteiten). Om de activiteit te omschrijven kun je dit schema gebruiken (activiteit, doelgroep, doel enz.).

Doelgroep

Schoolkinderen
 

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Het kan structuur helpen geven aan de dag (bijvoorbeeld liedjes zingen voor het slapen gaan).

 

Feiten in rijmpjes en liedjes worden vaak makkelijk onthouden (abc, tellen, seizoenen, enz.).

 

De teksten stimuleren de fantasie.

 

Bij muziek hoort bewegen: klappen of dansen (motorische ontwikkeling), een kringdansje of een spelletje (sociale ontwikkeling).

Benodigdheden

Liedjes; de teksten, eventueel de akkoorden/noten voor als je de kinderen wilt begeleiden op een instrument.

Eventuele andere instrumenten/benodigdheden die je nodig hebt bij een bedachte muziekactiviteit.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zoek een lied uit die passend is bij je doelgroep. Niet te moeilijk/makkelijk qua (hoeveelheid en inhoud) tekst en passend qua toonhoogte (jongere kinderen: hogere noten). Zorg dat het inhoudelijk (thema) aansluit bij de belevingswereld van je doelgroep.
 

Zorg dat je het lied zelf kent, hebt gehoord, hebt gezongen en dus kunt voorzingen, eventueel kunt begeleiden op een instrument.

Bereid je bedachte muziekactiviteit ook voor; leg materialen klaar, bedenk hoe je het wilt uitvoeren en waarom (maak je groepjes? Waarom? Wie bij wie? Enz.)

Uitvoering

Leer de kinderen een lied. Vertel waar het over gaat. Laat het horen. Bespreek de tekst. Oefen het lied in korte stukjes. Zing voor, laat nazingen. Herhaal veel. Geef hoog- en laag (qua toonhoogte) aan d.m.v. handgebaren. Heb aandacht voor kinderen die het spannend vinden; motiveer ze, complimenteer ze, laat ze met z’n allen tegelijk zingen.

 

Voer de muziekactiviteit uit die je hebt bedacht voor de onder-, midden-, bovenbouw.

liedjes Basisschool groep 1, 2 en 3;

In de maneschijn;

 

In de maneschijn, in de maneschijn Klom ik op een trapje door het raamkozijn Maar je waagt het niet, nee je waagt het niet Zo doet een vogel en zo doet een vis En zo doet een duizendpoot, die schoenenpoetser is En dat is één en dat is twee En dat is dikke, dikke, dikke tante Kee En dat is recht en dat is krom En zo draaien wij het wieltje nog eens om Rom-bom.

 

Bron;

Kinderliedjes.info

Genre;

Kinderliedje groep; 1/2

 

 

Alle eendjes zwemmen in het water;

Alle eendjes zwemmen in het water, falderalderiere, falderalderare. Alle eendjes zwemmen in het water, fal, fal, falderalderalderalde, ra, ra, ra!

 

Bron;

Lievelingsliedjes.nl

Genre;

Kinderliedjes, groep 1,2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De wielen van de bus;

De wielen van de bus die draaien rond Draaien rond, draaien rond De wielen van de bus die draaien rond Als de bus gaat rijden De deuren van de bus gaan open en dicht Open en dicht, open en dicht De deuren van de bus gaan open en dicht Als de bus gaat rijden De wissers van de bus gaan heen en weer Heen en weer, heen en weer De wissers van de bus gaan heen en weer Als de bus gaat rijden De lichten van de bus gaan aan en uit Aan en uit, aan en uit De lichten van de bus gaan aan en uit Als de bus gaat rijden De toeter van de bus gaat toet toet toet Toet toet toet, toet toet toet De toeter van de bus gaat toet toet toet Als de bus gaat rijden De mensen in de bus gaan op en neer Op en neer, op en neer De mensen in de bus gaan op en neer Als de bus gaat rijden De mama's in de bus die kletsen maar Kletsen maar, kletsen maar De mama's in de bus die kletsen maar Als de bus gaat rijden De pappa's in de bus die slapen maar Slapen maar, slapen maar De pappa's in de bus die slapen maar Als de bus gaat rijden De baby's in de bus gaan op en neer Op en neer, op en neer De baby's in de bus gaan op en neer Als de bus gaat rijden

De buschauffeur zegt dag, dag dag Dag dag dag, dag dag dag De buschauffeur zegt dag dag dag Als de bus gaat rijden!

Bron;

Kinderliedjes.info

Genre;

Kinderliedjes, groep 2,3

De wielen van de bus;  

De wielen van de bus die draaien rond 
Draaien rond, draaien rond 
De wielen van de bus die draaien rond 
Als de bus gaat rijden 
 
De deuren van de bus gaan open en dicht 
Open en dicht, open en dicht 
De deuren van de bus gaan open en dicht 
Als de bus gaat rijden 
 
De wissers van de bus gaan heen en weer 
Heen en weer, heen en weer 
De wissers van de bus gaan heen en weer 
Als de bus gaat rijden 
 
De lichten van de bus gaan aan en uit 
Aan en uit, aan en uit 
De lichten van de bus gaan aan en uit 
Als de bus gaat rijden 
 
De toeter van de bus gaat toet toet toet 
Toet toet toet, toet toet toet 
De toeter van de bus gaat toet toet toet 
Als de bus gaat rijden 
 
De mensen in de bus gaan op en neer 
Op en neer, op en neer 
De mensen in de bus gaan op en neer 
Als de bus gaat rijden 
 
De mama's in de bus die kletsen maar 
Kletsen maar, kletsen maar 
De mama's in de bus die kletsen maar 
Als de bus gaat rijden 
 
De pappa's in de bus die slapen maar 
Slapen maar, slapen maar 
De pappa's in de bus die slapen maar 
Als de bus gaat rijden 
 
De baby's in de bus gaan op en neer 
Op en neer, op en neer  
De baby's in de bus gaan op en neer  
Als de bus gaat rijden  
 
 

De buschauffeur zegt dag, dag dag 
Dag dag dag, dag dag dag 
De buschauffeur zegt dag dag dag  
Als de bus gaat rijden! 

Bron;  

Kinderliedjes.info 

Genre; 

Kinderliedjes, groep 2,3  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Liedjes bassischool groep 4 en 5; 

 

Kinderen Voor Kinderen  Energie; 

 

Hey! 
Daar zijn we weer 
Koningsspelen 2015 
Is iedereen er klaar voor? 
Let’s go! 
 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Jalekker dansen geeft je energie 
Je gaat het zien 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Want lekker sporten geeft je energie voor tien 
 
Voor het ontbijt neem ik de tijd 
Om goed te eten 
Want heel de dag ren ik me rot 
Ik hou van zweten 
Ook elke dag, zo vaak het mag 
Neem ik wat fruit want 
Van al dat snoep krijg ik pijn in m’n buik 
 
‘k Wil dansenspringen 
Rennenzingen  
Dat geeft magie 
Dus wat ik nodig heb is energie 
 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Jalekker dansen geeft je energie 
Je gaat het zien 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Want lekker sporten geeft je energie voor tien 
 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Jalekker dansen geeft je energie 
Je gaat het zien 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Want lekker sporten geeft je energie voor tien 
 
En we doen het met z’n allen en het voelt zo cool 
Yes, we doen het met z’n allen, je weet wat ik bedoel 
En we doen het met z’n allenen het voelt zo cool 
Zo cool, zo cool, je weet wat ik bedoel 
 
Bewegen is het woord 
Dat bij sport en dansen hoort 
Ik voel me sterk en flink 
Als ik lekker water drink 
Een beetje snoepen is oké 
Zolang je maar genoeg beweegt 
Dus eet een appeleen banaan 
En laat die hamburger maar staan 
 
‘k Wil dansenspringen 
Rennenzingen  
Dat geeft magie 
Dus wat ik nodig heb is energie 
 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Jalekker dansen geeft je energie 
Je gaat het zien 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Want lekker sporten geeft je energie voor tien 
 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Jalekker dansen geeft je energie 
Je gaat het zien 
Dus doe maar 1, 2, 3  
Want lekker sporten geeft je energie voor tien 
 
En we doen het met z’n allen en het voelt zo cool 
Yes we doen het met z’n allen, je weet wat ik bedoel 
En we doen het met z’n allen en het voelt zo cool 
Zo cool, zo cool, je weet wat ik bedoel 

 

Bron; 

Songteksten.nl / kinderen voor kinderen website 

Genre;  

Populaire voor basisschoolkinderen 

 

Uit Artis een beer ontsnapt;  

 

Uit Artis is een beer ontsnapt 
Een beer ontsnapt? Ja, een beer ontsnapt 
Hij heeft bij Albert Heijn gegapt 
Tjonge wat een boef! 

Een honingpot en een krentencake 
En zuurtjes voor een hele week 
Een groot pak sprits voor bij de thee 
Dat nam-ie allemaal mee 

Nu ligt hij languit op zijn rug 
Op zijn rug? Ja, op zijn rug 
Hij wil nooit meer naar Artis terug 
Tjonge wat een boef! 

 

Bron;  

Wordpress.com 

Genre;  

Kinderliedjes groep 3 en 4 

 

Liedjes bassischool groep 6,7 en 8; 

 

Ik wil jou; 

 

Baby 
Ik wil je vragen naar je naam 
maar je doet zo crazy 
Ik zie het aan die blik je wilt me ook 
Nu ben ik hier  
Dus verspil je kans niet 
Ik heb geen tijd voor arrogantie 
Eén ding moet je weten yeah 
Je gaat me niet vergeten yeah 
Als ik kom in je leven yeah  
Zal ik je alles geven 
Ik wil jou voor mij alleen 
En jij mij ook 
Dus draai er niet om heen 
 
Ik wil jou 
Als je wist wat ik voor je voelde baby 
Ik wil jou 
Ik hoor je stem die mij steeds blijft roepen baby girl 
Je speelt met m'n hormonen babe 
Ik heb alles voor je over babe 
Dat is als je van mij was 
En als het aan mij lag 
Dan was je nu hier bij mij 
 
Oh baby 
Ik kom niet hier vandaan 
Maar vind je dope baby 
En ik geef niet zo snel mijn naam 
Maar je maakt me zo crazy 
Toch blijf ik hard to get voor wie dan ook 
Dus doe je best 
Ik wil zien dat je vecht 
Want mijn gevoelens voor je 
Die zijn echt 
Eén ding moet je weten yeah 
Je gaat me niet vergeten yeah 
Als ik kom in je leven yeah 
Zal ik je alles geven 
Ik wil jou voor mij alleen 
En jij mij ook 
Dus draai er niet om heen 
 
Ik wil jou 
Als je wist wat ik voor je voelde baby 
Ik wil jou 
Ik hoor je stem die mij steeds blijft roepen baby boy 
Je speelt met m'n hormonen babe 
Ik heb alles voor je over babe 
Dat is als je van mij was 
En als het aan mij lag 
Dan was je nu hier bij mij 
 
ooh 
Ik heb mezelf niet in de hand 
Ik ben betoverd 
Dit is magie 
Want je hebt me in je macht 
Hier heb ik zo lang op gewacht 
Blijf kloppen en m'n hart blijft kloppen 
We zijn één 
Ik kan niet functioneren zonder jou om me heen 
Laat me niet alleen 
 
Ik wil jou 
Als je wist wat ik voor je voelde baby boy 
Ik wil jou 
Ik hoor je stem die mij steeds blijft roepen baby boy 
Je speelt met m'n hormonen babe 
Ik heb alles voor je over babe 
Dat is als je van mij was 
En als het aan mij lag 
Dan was je nu hier bij mij 
 
Ik wil jou 
Als je wist wat ik voor je voelde baby girl 
Ik wil jou 
Ik hoor je stem die mij steeds blijft roepen baby girl 
Je speelt met m'n hormonen babe 
Ik heb alles voor je over babe 
Dat is als je van mij was 
En als het aan mij lag 
Dan was je nu hier bij mij 

 

Bron; 

Muziekum.eu 

Genre;  

Pop en rap 

 

 

Vanavond is van jou 

 

Ik heb niet eens iets gemerkt. 
Maar wat je met me hebt gedaan heeft gewerkt. 
Voor jou zet ik alles opzij. 
Sinds ik je ken wil ik jou alleen nog bij mij. 
 
En ik weet dat wij nog jong zijn. 
Maar ik beloof je dit kan echt van ons zijn. 
Daarom laat ik nu mijn hart sprekendit mag je weten. 
 
We kunnen lachen in de stad, 
Of ff naar de film. 
Misschien wel naar het strand. 
Of lekker thuis chillen. 
 
Het maakt niet uitik vind het allemaal goed. 
Dus meisje zeg me wat je doet. 
 
Want vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van jouhelemaal van jou. 
 
Want vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van jouhelemaal van jou. 
 
Ik wil meer van je hebben. 
Meer, meer van je hebben. 
En ben je ff wegdan wil ik weer met je appen. 
 
Want ik krijg nooit genoeg van jou, 
Dit is niet meer normaal. 
 
En ik weet dat wij nog jou zijn. 
Maar ik beloof je dit kan echt van ons zijn. 
Daarom laat ik nu mijn hart sprekendit mag je weten. 
 
We kunnen lachen in de stad, 
Of ff naar de film. 
Misschien wel naar het strand. 
Of lekker thuis chillen. 
 
Het maakt niet uitik vind het allemaal goed. 
Dus meisje zeg me wat je doet. 
 
Want vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van jouhelemaal van jou. 
 
Want vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van jouhelemaal van jou. 
 
Zeg me of je mij ook zietzoals ik jou zie, 
Worden wij één team want je bent een, 
tientienvoor mij. 
een tientienvoor mij. 
 
Zeg me of je mij ook zietzoals ik jou zie, 
Worden wij één team want je bent een, 
tientienvoor mij. 
een tientienvoor mij. 
 
Want vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van jouhelemaal van jou. 
 
Want vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van joujoujou. 
Vanavond is van jouhelemaal van jou. 
 
Dit is er één van b-brave. 
Dit is er één voor jou. 
Deze avond is van jou. 

 

Bron 

Songteksten.nl 

Genre;  

populaire 

 

 

 

 

 

 

 

 

Single ladies; 

 

All the single ladies! (All the single ladies...) 
All the single ladies! (All the single ladies...) 
All the single ladies! (All the single ladies!) 
All the single ladies! (Now put your hands up!) 
 
Now put your hands up 
Up in the club, we just broke up 
I’m doing my own little thing 
Decided to dip but now you wanna trip 
Cuz another brother noticed me 
I’m up on him, he up on me 
Don’t pay him any attention 
Cried my tearsfor three good years 
Ya can’t be mad at me 
 
Cuz if you liked it 
Then you should have put a ring on it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
Don’t be mad once you see that he want it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
 
Ooh Oh 
 
If you liked it then you should have put a ring on it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
Don’t be mad once you see that he want it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
 
got gloss on my lips, a man on my hips 
Got me tighter than my Dereon jeans 
Acting up, drink in my cup 
can care less what you think 
need no permissiondid I mention 
Don’t pay him any attention 
Cuz you had your turn 
But now you gonna learn 
What it really feels like to miss me 
 
Cuz if you liked it 
Then you should have put a ring on it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
Don’t be mad once you see that he want it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
 
Ooh Oh 
 
If you liked it then you should have put a ring on it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
Don’t be mad once you see that he want it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
 
Ooh Oh 
 
Don’t treat me to these things of this world 
I’m not that kind of girl 
Your love is what I preferwhat I deserve 
He’s a man that makes me then takes me 
And delivers me to a destinyto infinity and beyond 
Pull me into your arms 
Say I’m the one you own 
If you don’tyou’ll be alone 
And like a ghost I’ll be gone 
 
All the single ladies! (All the single ladies!) 
All the single ladies! (All the single ladies!) 
All the single ladies! (All the single ladies!) 
All the single ladies! (Now put your hands up!) 
Oh-oh-oh, oh-oh-oh, oh-oh, oh, oh-oh-oh... 
Whoa-oh-oh, oh-oh-oh, oh-oh, oh, oh-oh-oh... 
Whoa-oh-oh... 
 
Cuz if you liked it 
Then you should have put a ring on it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
Don’t be mad once you see that he want it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
 
Ooh Oh 
 
If you liked it then you should have put a ring on it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
Don’t be mad once you see that he want it 
If you liked it then you should have put a ring on it 
 
Ooh Oh 

 

Bron;  

 

 

 

Genre;  

populaire 

 

Activiteit

bevries

Doelgroep

onderbouw

Doel

lopen in de maat en optijd stil staan

Benodigdheden

muziek

Plaats

lokaal

Voorbereiding

Een gepast liedje zoeken waarin je goed in de maat kan lopen en een radio hebben.

Uitvoering

je zet de muziek aan en alle kinderen lopen in de maat en dan op een moment stopt de muziek en dan roep je bevries en dan moet iedereen stil staan

Variatie

verschillende soorten muzeik zodat de kinderen ook snellerer en langzame ritme kunnen leren.

 

 

 

Activiteit

muziek van oude rommel

Doelgroep

middenbouw

Doel

muziek maken met oude rommel

Benodigdheden

oude rommel ieder kind neemt wat mee naar school

Plaats

klas lokaal

Voorbereiding

zorg dat iedereen rommel mee heeft 

Uitvoering

iedereen neemt wat oude rommel mee en dan gaat iedereen in groepjes op de ritme muziek maken en dan ook om de beurt. Daarna iedereen laten presenteren wat ze hebben gemaakt voor liedje

Variatie

met dingen van buiten muziek maken.

 

Activiteit

djembee spelen

Doelgroep

bovenbouw

Doel

samen te ervaren hoe je dat speelt

Benodigdheden

djembee`s

Plaats

lokaal met wel wat ruimte

Voorbereiding

groepjes maken

Uitvoering

ze gaan in groepjes en dan moeten de kinderen zelf een soort muziekje bedenken op een ritme en daarna presenteren

Variatie

keuze uit verschillende liederen

 

Puber

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de puber/adolescent/volwassene

Activiteit

Rappen

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Voeg je zelfgemaakte rap of de bestaande tekst die je hebt gebruikt in de muziekles (en eventueel een opname van je rap op beat of een link van waar de beat (of je hele rap) te vinden is online) toe aan je online activiteitenmap.

Doelgroep

Pubers/adolescenten (jong-volwassenen).
Kijk voor volwassene ook bij doelgroep “de oudere”

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Feiten in rijmpjes en liedjes worden vaak makkelijk onthouden (abc, tellen, seizoenen, enz.).

 

De teksten stimuleren de fantasie.

Benodigdheden

Een beat (zelfgemaakt; van te voren of ter plekke gespeeld of een bestaande beat).

 

Tekst (bestaand of zelfgemaakt).

 

Apparatuur: materiaal om de beat af te spelen, (eventueel: ) microfoons.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zorg dat je een beat hebt (zoek deze online, maak hem zelf of zorg dat er materialen zijn om deze ter plekke te maken (gebruik bijvoorbeeld drums, overige percussie of een loopstation en je stem).

 

Zorg dat je teksten hebt (zelfgemaakt of een bestaande tekst of gedicht) of inspireer de pubers om teksten te maken (geen voorbeelden, thema’s).

Uitvoering

Gebruik een beat om de tekst op te zetten. Besteed aandacht aan hoe je en tekst maakt (of gebruik bestaande teksten). Besteed aandacht aan: ritme, rijm, uitspraak, hoe gebruik je verder je stem. Dit kan in allerlei vormen/oefeningen.

Laat pubers/adolescenten een rap maken, oefenen, performen.

Variatie

Gebruik informatieve teksten; om (studie)stof te onthouden.

Voeg aan de raps zangkoortjes en/of instrumenten toe. Werk de nummers uit. Voeg teksten samen. Neem de nummers op. Zet de nummers online. Maak een videoclip erbij, organiseer een optreden(tje) enz.

 

Mijn rap / vers.

 

Koude handen op elkaar klappen maar, klappen maar

Koude handen inelkaar wrijven maar, wrijven maar

Klappen, wrijven zwaaien met je arm

Zo wordt je weer lekker warm.

 

https://www.youtube.com/watch?v=xUFhgLMi6uI

beeldend

Activiteit

 

Kleien

Gebakje maken van klei

Doelgroep

Kleuter

Schoolkind

Jongeren

Volwassenen

Ouderen

Doel

Taartje van klei

Kleien is een techniek waarbij de cliënt/het kind  zelf dingen met al hun zintuigen kan ervaren, waarbij ze hun creativiteit kunnen gebruiken.

Met klei kun je alles levensecht namaken, 3-dimensionaal. Cliënten/ Kinderen hebben een levendig voorstellingsvermogen en denken vaak gemakkelijk in beelden. Bij het kleien kunnen ze hun voorstellingsvermogen goed gebruiken.

Benodigdheden

 

Klei

Spatels,  mirettes, mesjes, snijdraad

Kleiplank of draaiplateau

Natte doek en plastic zak om klei in te bewaren

Klei-oven

Verf

Lak

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Zorg dat ieder persoon een kleiplaat of draaiplateau heeft om op te kleien. Verdeel de klei in werkbare stukjes. Lees bv. Een prentenboek voor over taarten, gebak etc. zodat ze in de sfeer komen. Deel  de mesjes, spatels ed uit. Let op: mesjes kunnen voor sommige doelgroepen (nog) niet geschikt zijn.

  1. Leg de techniek uit van het kleien wanneer deze in een kleioven gebakken gaat worden. ( goed door kneden om lucht er uit te kneden, niet aan elkaar plakken met water, maar goed aan elkaar smeren en niet te dik ivm knappen. Geen holle delen zonder gaatjes maken, anders kan de lucht niet ontsnappen en gaat het breken.)

Uitvoering

Eerst deel 1. Van de voorbereiding uitleggen en laten doen.

Ieder persoon maakt zijn/haar lievelingsgebakje.

Wanneer het werk nog niet af is, bewaren in een natte theedoek en daarom heen een platiczak die je goed afsluit dmv een knoop.

Variatie

Voor mensen met een lichamelijke beperking: zorg ervoor dat alles goed stevig staat en niet weg kan rollen. Zorg ervoor dat het goed in de buurt staat. Begeleidt het evt. 1 op 1

 

Activiteit

Street-art ( stoepkrijt tekening maken op straat)

Kijk eens anders naar de dingen om je heen

 

Doelgroep

Puber/adolescent

Doel

Met deze activiteit kom je tegemoet aan de behoefte van de puber om zelf te creëren en te ontwerpen. Eigenheid te brengen in het werk, een uniek werk te maken en zelfstandig te werken. Je sluit aan bij de belevingswereld van de doelgroep.

Benodigdheden

Fotocamera/telefoon, evt. selfie-stick, usb-kabel om foto’s op computer te zetten, printer, viltstiften, Stoepkrijt, gekleurde kinderklei

Plaats

Binnen en buiten 

Voorbereiding

Zorg dat de kinderen hun mobiel opgeladen hebben en hun eigen kabeltjes meebrengen.

Uitvoering

 

Ga in duo’s aan de slag. Je gaat naar buiten en je bekijkt je omgeving eens anders dan je gewend bent! Een paaltje waar je altijd omheen liep wordt nu ineens de neus van Pinoccio, een putdeksel wordt het huisje van een slak en in een streep van het zebrapad kun je allerlei andere dingen zien, bv een horlogebandje.

 

bedenk zelf eens een ander beeld van iets bestaands en fotografeer deze plekken.

 

print deze foto’s uit op A4 formaat in zwart/wit en maak hier overheen een ontwerp met viltstiften

 

voer 1 van de ontwerpen i.o. met de docent uit in het echt met stoepkrijt en/of klei (zoek wel een veilige plek, dus niet midden op de straat!)

 

maak hier een foto of filmpje van en presenteer deze aan elkaar in de klas 

Variatie

 

Voeg meer materialen toe, zoals plakplastic, natuurlijke materialen of gebruik indien het toegestaan is bijvoorbeeld spuitverf ( graffiti)

 

drama

Drama Werkvorm

Afspraakspel
De spelers maken van te voren afspraken over het te spelen spel en oefenen dit.

http://s.s-bol.com/imgbase0/imagebase/large/FC/4/9/1/4/9200000027494194_1.jpgDit is de meest bekende manier van
toneelspelen. De spelers maken afspraken
over de 5 W’s: wie, wat waar, waarom,
wanneer. Dit geeft veel houvast en maakt
deze werkvorm ook geschikt voor
beginnende of jonge spelers. Nog meer
houvast geeft eerst oefenen van het
toneelstukje.
Niet alle doelgroepen zijn in staat om
zelfstandig spelafspraken te maken. Die
begeleid je daarin.

Activiteit

Verweggiestan

Doelgroep

Vanaf 7 jaar

Doel

  • Zich aan (spel)afspraken houden
  • Samenspel
  • Hanteren van de 5 W’s en het maken van een speelbaar verhaaltje
  • Presenteren (o.a. niet met de rug naar het publiek)
  • Durf

Benodigdheden

(zo mogelijk) decor, attributen, verkleedkleren

Plaats

Op veel plekken mogelijk

Voorbereiding

Maak groepjes. Geef de volgende gegevens: het speelt zich af in een ver vreemd land. Er zijn inwoners van dit Verweggiestan en een paar Nederlandse toeristen die de taal niet spreken. De toeristen hebben geen geld meer en komen in de problemen. Laat elk groepje de 5W’s invullen en hun toneelstukje oefenen.
Extra uitdaging voor de Verweggiestaanders om een andere (fantasie)taal te spreken. Je kunt vooraf een Jabbertaal oefening spelen om dat te oefenen.

Uitvoering

Elk groepje speelt hun toneelstukje. Het publiek benoemt de 5 W’s.
 

Variatie

  • Geef andere onderwerpen of spelgegevens. De variaties zijn eindeloos.

 

 

 

Bedenk nu zelf een afspraakspel voor een zelfgekozen doelgroep en vul onderstaand format aan.
 

Drama Werkvorm

Afspraakspel
De spelers maken van te voren afspraken over het te spelen spel en/of oefenen dit.

Dit is de meest bekende manier van
toneelspelen. De spelers maken afspraken
over de 5 W’s: wie, wat waar, waarom,
wanneer. Dit geeft veel houvast en maakt
deze werkvorm ook geschikt voor
beginnende of jonge spelers. Nog meer                                                         afbeelding
houvast geeft eerst oefenen van het
toneelstukje.
Niet alle doelgroepen zijn in staat om
zelfstandig spelafspraken te maken. Die
begeleid je daarin.

Activiteit

Afspraakspel

Doelgroep

 

Groep 6/7/8

Doel

  • Zich aan (spel)afspraken houden
  • Samenspel
  • Hanteren van de 5 W’s en het maken van een speelbaar verhaaltje
  • Presenteren (o.a. niet met de rug naar het publiek)
  • Durf
  • Fantasie gebruiken.

Benodigdheden

(zo mogelijk) decor, attributen, verkleedkleren

Plaats

Het liefst een ruimte met veel plaats om iets uit te oefenen.

Voorbereiding

Met elkaar afspraken maken over de rollen die een ieder krijgt wie de verkoper word wie de koper wordt en het product.

 

Uitvoering

Iedereen zit in een halve kring en dan gaan de personen die aan de beurt zijn hun mini toneel stukje uitvoeren en dan gaan ze weer zitten en bespreken we het met z`n allen in de kring over waarover het ging en hoe het was wat het publiek het leukste vond enzovoort.

 


 

Variatie

  • Een vrouw die in het buitenland wil omboeken
  • Een hotel in het buitenland.
  • Een iemand die de weg wijst.
  • Iemand die wordt bestolen.

 

spel

Activiteit

 

  • Pantomime-estafette

 

Doelgroep

 

  • 10-14 jaar

 

Doel

 

  • Samenspel
  • D.m.v. uitvoeren en beweging de kinderen comfortabeler laten voelen met en in hun eigen lijf.

 

Benodigdheden

 

  • Kaartjes met woorden die uitgebeeld kunnen worden.

 

Plaats

 

  • binnen

 

Voorbereiding

 

  • maak genoeg kaartjes met verschillende categorieën woorden / begrippen / personen

 

Uitvoering

 

  • maak 2 groepen
  • laat de groepen tegen over elkaar zitten
  • laat de 1e ‘uitbeelders’ voor de eigen groep staan. De uitbeelders zien tegelijk het kaartje en proberen nu om de eigen groep zo snel mogelijk te laten raden wat uitgebeeld wordt.

 

Variatie

 

  • van makkelijk naar moeilijk;
  • makkelijk; sporten, gevoelens
  • moeilijker; handelingen; koken, naaien, stofzuigen, ook dingen zoals; televisie, mobiel, brievenbus
  • nog moeilijker; karaktereigenschappen; eerlijkheid, respect, betrouwbaar…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

 

  • ‘bruggen bouwers’

 

Doelgroep

 

  • 10-14 jaar

 

Doel

 

  • samenwerken

 

Benodigdheden

 

  • grote ruimte en veel deelnemers

 

Plaats

 

  • binnen en buiten

 

Voorbereiding

 

  • maak met 2 lijnen duidelijk een begin en eind.

 

Uitvoering

 

  • de groep verdeeld zich in 2 groepen; een kleine en een grote.
  • De grote worden de brug onderdelen als start
  •  De kleine groep zijn de ‘overstekers’.
  • De groep overlegt welke vorm wordt gekozen om de “rivier” over te steken. Bijv; op handen en knieen een brug maken of armen gekrijst vasthoudend.
  • Wanneer alle ‘oversterkers’ aan de overkant zijn, worden de 1e brugdelen ook overstekers en zijn de overstekers worden brugdelen.
  • Doel is van begin tot eindstreep niet de rivier in te gaan en dus geen ‘natte’ voeten te halen.

 

Variatie

 

  • Eerst 1 persoon naar de overkant
  •  Groep weer terug en de volgende halen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

 

  • Vlaggenroof

 

Doelgroep

 

  • 10-14 jaar

 

Doel

 

  • Samenwerken
  • Tactisch leren denken

 

Benodigdheden

 

  • Een vlag (bijv een theedoek)
  • Een ruimte buiten zoals een groot  perceel bos

 

Plaats

 

  • Buiten / bos

 

Voorbereiding

 

  • Kijk of het bos geschikt is; bramenbosjes / brandnetels end..

 

Uitvoering

 

De spelers worden verdeeld in twee (of meer) gelijke groepen. Elke speler krijgt een wollen draadje, een leven, om de arm. De groepen hebben een verschillende kleur draad. De opdracht voor deze groepen luidt: verover de vlag van een andere groep. Iedere groep heeft op zijn speelveld een vrijplaats waar de vlag wordt verdedigd. De afmetingen van deze vrijplaats zijn van te voren door de leiding vastgesteld. Ook wordt door de leiding de plaats van de vlag gecontroleerd. Je kunt er levens proberen te veroveren. Zo'n leven is een wollen draad die door alle spelers dwars over de borst gedragen wordt. Als een speler zijn leven kwijt is -de draad kapot getrokken-, moet hij eerst naar de spelleider om een nieuw leven te halen. Vervolgens mag deze speler weer meespelen.

Variatie

 

  • Meerdere teams
  • Als het een beetje tegenzit is de vlag binnen een paar minuten gepakt. Een oplossing daarvoor: De vlag bestaat bijvoorbeeld uit 10 linten vastgemaakt aan een stok. Per keer mag er maar 1 lint meegenomen worden. De groep die als eerste een kale stok overhoudt heeft verloren. Als een speler in de vrijplaats van de tegenstander is doorgedrongen, is deze speler vrij, er mag dan geen leven van hem/haar worden afgepakt. Het spel is afgelopen als de vlag van de tegenstander is geroofd en naar het eigen gebied is meegenomen.
  • In het donker met Light-sticks

 

 

 

Activiteit

 

  • Blaasvoetbal

 

Doelgroep

 

  • 10-14 jaar

 

Doel

 

  • samenwerken

 

Benodigdheden

 

  • tafel of grote plaat
  • rietjes
  • kleine doeltjes

 

Plaats

 

  • binnen

 

Voorbereiding

 

  • maak een veld op een tafel of een plaat door er een rand op te maken.
  • Maak een doeltje op de beide einden van de plaat

 

Uitvoering

 

  • Verdeel de spelers in twee partijen rondom een tafel met opstaande randen en daarop twee goals. Alle spelers krijgen een rietje en moeten het pingpong balletje in het goal van de tegenstander blazen. Voor spelers die in hun buigrietje nog wel een hockeystick herkennen en deze ook als zodanig gebruiken, is een schaar aanbevelenswaardig. In elk geval het dreigen ermee. Als het maken van de doelen moeilijk is, of het is voor de spelers lastig om een doelpunt te maken, haal dan de opstaande uiteindes van de tafel af en werk met dit tafelbrede goal.

 

Variatie

 

  • i.pv. een harde rand kan er ook meel worden gebruikt (het effect dat het een grote puinhoop wordt moet dan ook maar geaccepteerd worden)

 

 

 

 

Adolescent

spel

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de puber/adolescent/volwassene

Activiteit

Rappen

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Voeg je zelfgemaakte rap of de bestaande tekst die je hebt gebruikt in de muziekles (en eventueel een opname van je rap op beat of een link van waar de beat (of je hele rap) te vinden is online) toe aan je online activiteitenmap.

Doelgroep

Pubers/adolescenten (jong-volwassenen).
Kijk voor volwassene ook bij doelgroep “de oudere”

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Feiten in rijmpjes en liedjes worden vaak makkelijk onthouden (abc, tellen, seizoenen, enz.).

 

De teksten stimuleren de fantasie.

Benodigdheden

Een beat (zelfgemaakt; van te voren of ter plekke gespeeld of een bestaande beat).

 

Tekst (bestaand of zelfgemaakt).

 

Apparatuur: materiaal om de beat af te spelen, (eventueel: ) microfoons.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zorg dat je een beat hebt (zoek deze online, maak hem zelf of zorg dat er materialen zijn om deze ter plekke te maken (gebruik bijvoorbeeld drums, overige percussie of een loopstation en je stem).

 

Zorg dat je teksten hebt (zelfgemaakt of een bestaande tekst of gedicht) of inspireer de pubers om teksten te maken (geen voorbeelden, thema’s).

Uitvoering

Gebruik een beat om de tekst op te zetten. Besteed aandacht aan hoe je en tekst maakt (of gebruik bestaande teksten). Besteed aandacht aan: ritme, rijm, uitspraak, hoe gebruik je verder je stem. Dit kan in allerlei vormen/oefeningen.

Laat pubers/adolescenten een rap maken, oefenen, performen.

Variatie

Gebruik informatieve teksten; om (studie)stof te onthouden.

Voeg aan de raps zangkoortjes en/of instrumenten toe. Werk de nummers uit. Voeg teksten samen. Neem de nummers op. Zet de nummers online. Maak een videoclip erbij, organiseer een optreden(tje) enz.

 

drama

beeldend

Activiteit

Street-art ( stoepkrijt tekening maken op straat)

Kijk eens anders naar de dingen om je heen

 

Doelgroep

Puber/adolescent

Doel

Met deze activiteit kom je tegemoet aan de behoefte van de puber om zelf te creëren en te ontwerpen. Eigenheid te brengen in het werk, een uniek werk te maken en zelfstandig te werken. Je sluit aan bij de belevingswereld van de doelgroep.

Benodigdheden

Fotocamera/telefoon, evt. selfie-stick, usb-kabel om foto’s op computer te zetten, printer, viltstiften, Stoepkrijt, gekleurde kinderklei

Plaats

Binnen en buiten 

Voorbereiding

Zorg dat de kinderen hun mobiel opgeladen hebben en hun eigen kabeltjes meebrengen.

Uitvoering

 

Ga in duo’s aan de slag. Je gaat naar buiten en je bekijkt je omgeving eens anders dan je gewend bent! Een paaltje waar je altijd omheen liep wordt nu ineens de neus van Pinoccio, een putdeksel wordt het huisje van een slak en in een streep van het zebrapad kun je allerlei andere dingen zien, bv een horlogebandje.

 

bedenk zelf eens een ander beeld van iets bestaands en fotografeer deze plekken.

 

print deze foto’s uit op A4 formaat in zwart/wit en maak hier overheen een ontwerp met viltstiften

 

voer 1 van de ontwerpen i.o. met de docent uit in het echt met stoepkrijt en/of klei (zoek wel een veilige plek, dus niet midden op de straat!)

 

maak hier een foto of filmpje van en presenteer deze aan elkaar in de klas 

Variatie

 

Voeg meer materialen toe, zoals plakplastic, natuurlijke materialen of gebruik indien het toegestaan is bijvoorbeeld spuitverf ( graffiti)

 

Volwassen

beeldend

spel

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de puber/adolescent/volwassene

Activiteit

Rappen

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Voeg je zelfgemaakte rap of de bestaande tekst die je hebt gebruikt in de muziekles (en eventueel een opname van je rap op beat of een link van waar de beat (of je hele rap) te vinden is online) toe aan je online activiteitenmap.

Doelgroep

Pubers/adolescenten (jong-volwassenen).
Kijk voor volwassene ook bij doelgroep “de oudere”

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Feiten in rijmpjes en liedjes worden vaak makkelijk onthouden (abc, tellen, seizoenen, enz.).

 

De teksten stimuleren de fantasie.

Benodigdheden

Een beat (zelfgemaakt; van te voren of ter plekke gespeeld of een bestaande beat).

 

Tekst (bestaand of zelfgemaakt).

 

Apparatuur: materiaal om de beat af te spelen, (eventueel: ) microfoons.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zorg dat je een beat hebt (zoek deze online, maak hem zelf of zorg dat er materialen zijn om deze ter plekke te maken (gebruik bijvoorbeeld drums, overige percussie of een loopstation en je stem).

 

Zorg dat je teksten hebt (zelfgemaakt of een bestaande tekst of gedicht) of inspireer de pubers om teksten te maken (geen voorbeelden, thema’s).

Uitvoering

Gebruik een beat om de tekst op te zetten. Besteed aandacht aan hoe je en tekst maakt (of gebruik bestaande teksten). Besteed aandacht aan: ritme, rijm, uitspraak, hoe gebruik je verder je stem. Dit kan in allerlei vormen/oefeningen.

Laat pubers/adolescenten een rap maken, oefenen, performen.

Variatie

Gebruik informatieve teksten; om (studie)stof te onthouden.

Voeg aan de raps zangkoortjes en/of instrumenten toe. Werk de nummers uit. Voeg teksten samen. Neem de nummers op. Zet de nummers online. Maak een videoclip erbij, organiseer een optreden(tje) enz.

 

drama

ouderen

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de oudere

Activiteit

Lied zingen uit de tijd van de oudere

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Voeg je gemaakte verslag toe aan je online activiteitenmap.

Welke muziek luisterden de ouderen van nu toen ze zo oud waren als jullie?
Zoek muziek op uit de jaren 50 en 60.

Maak een kort verslagje (1A4, mag handgeschreven) in deze les en beantwoord de volgende vragen:
Werk alleen, in een twee-of drietal.

1. Welke muziekstijl was er populair in de jaren 50?
2. Wat was kenmerkend aan deze muziek? (noem 3 dingen denk aan; muziekinstrumenten, tempo/ritme, waar ging de muziek over enz.)
3. Noem vijf artiesten/bands uit deze tijd en bij iedere 1 nummer. Luister deze nummers.
4. Welke muziekstijl was er populair in de jaren 60?
5. Wat was kenmerkend aan deze muziek? (noem 3 dingen denk aan; muziekinstrumenten, tempo/ritme, waar ging de muziek over en wat er veranderde ten op zichtte van de jaren ‘50).
6. Noem vijf artiesten/bands uit deze tijd en bij iedere 1 nummer. Luister deze nummers.
Voeg het verslagje toe aan je online activiteitenmap (getypt of duidelijk geschreven en een duidelijke foto ervan).

Doelgroep

Ouderen (kan evt. ook voor volwassenen).
 

Doel

Vermaak, herinneringen ophalen

Benodigdheden

Een lied uit de jaren van de ouderen (in dit geval jaren ’50 en ’60). Denk ook aan Nederlandstalig.

Plaats

-

Voorbereiding

Zorg dat je het lied zelf kent; de melodie en de tekst. Eventueel kun je de akkoorden instuderen op een begeleidend harmonie instrument (bijvoorbeeld een gitaar of piano) en het lied begeleiden.


Wil je het lied zingen/aanleren met ouderen: zorg voor tekst op groot formaat.

Uitvoering

Zing het lied voor of laat het horen. Geef aan welk stuk je eerst gaat oefenen (bijvoorbeeld de eerste twee zinnen van het eerste couplet).
Herhaal het een aantal keer. Besteed eventueel aandacht aan: ritme, melodie (op toon zingen), hoe gebruik je verder je stem.

Variatie

Maak de melodie tweestemmig (maak een heel koor).

 

Dit verslag gaat over de muziek voor ouderen.

In de jaren 50 was vooral rock and roll, R&B, rockabilly, doo-wop, skiffle, en Nashville-sound populair.

Kenmerkend is dat het nog wel met echte instrumenten wordt bespeeld en gemaakt tegenwoordig is het meer computerwerk. Het is ook best eenzijdig en veel nummer vind je over de oorlog.

Dit zijn 5 nummers die toen in de top 500 stonden.

  Why Baby Why Pat Boone                    

https://www.youtube.com/watch?v=Nej18pCVZE0

I'm Gonna Get Married Lloyd Price              

https://www.youtube.com/watch?v=pt-Ry3m0oP4

  Rip It Up

Little Richard                                                 

https://www.youtube.com/watch?v=pc_F3PaYgl0

I Need You Now Eddie Fisher                                              

https://www.youtube.com/watch?v=BdAcH8QQZJ4

The Cattle Call Eddy Arnold                                               

https://www.youtube.com/watch?v=-JX50rZae2M

 

Nu ga ik het hebben over de jaren 60.

Dit was de tijd dat er ook veel nieuwe ganres muziek ontstonden zoals pop muziek en volkmuziek.

En er kwamen nieuwe populaire bands zoals Elvis Presley, Beatles, Beach Boys, Procol Harum en nog vele anderen.

In het einde van de jaren 60 werd ook punk en hardrock uitgevonden als nieuwe ganres.

Ik vind dat de muziek wel harder werd en electronischer het verschil met de jaren 50 is vooral dat de muziek electronischer is geworden en het tempo werd ook hoger en er werden veel electrische gitaren gebruikt. Sommige nummers gaan vooral over seks drugs en rock n roll.

Dit zijn 5 nummers die populair waren in de jaren 60.

 

Beatles

Magical mystery tours

https://www.youtube.com/watch?v=lDjWXf1QZ4E

Bee Gees

Holiday

https://www.youtube.com/watch?v=dJmRdE3WBgE

Frank Sinatra

Something stupid

https://www.youtube.com/watch?v=6-zSsw0LQMw

Rolling Stones We love you

https://www.youtube.com/watch?v=pfUZDzEN_I0

Beach Boys Heroes and villians

https://www.youtube.com/watch?v=5gu-hzfhv10

En dit was mijn verslag over de jaren 50 en 60 en hoe de muziek toen was en wat populair was in die tijden.

Door shyra kuper.

 

 

 

 

 

 

 

  • Het arrangement Activiteitenmap shyra is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    shyra kuper
    Laatst gewijzigd
    2016-02-03 09:58:03
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.