Activiteitenmap saw

Activiteitenmap saw

baby

drama

beeldend

 vingerverven

Activiteit

Vingerverven

Kuikens maken

Doelgroep

Baby vanaf 6 maand

Doel

Een kuiken geschilderd door kinderen va 6 maand levert geen herkenbare resultaten op. Door ze vingerverf te geven krijgen ze de gelegenheid om verf te voelen en beweging te sturen. De herkenbare details laten aanbrengen met een andere kleur benadrukt deze accenten. Kinderen nodig je zo uit doelbewust op een bepaalde plaats een stip of een lijntje te zetten, met een vinger. Hiervoor is beheersing van de beweging nodig en groeit herkenning. 

Benodigdheden

 

Kuikens in alle soorten en maten, ze moeten wel geel zijn.

Afbeeldingen uit tijdschriften, pluche kuikens, paaskuikens, veertjes, indien mogelijk; echte kuikens!

Gele, rode en zwarte vingerverf.

Vellen papier. Minimaal A3 formaat

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Praat over kuikens, hoe zacht ze zijn. Wijs op de snaveltjes, de zwarte oogjes, en de dunnen pootjes. Laat de kinderen met een vinger een zacht speelgoedkuiken voelen, of de veertjes.

Uitvoering

Geef alleen zwarte en gele vingerverf en inspireer tot het schilderen van een kuiken. Zet in alle soorten en maten en materialen verzamelde kuikens in de buurt. Als een kuiken geschilderd is, mogen ze 1x hun vinger in de zwarte verf dopen om een oogje te zetten 2 pootjes te maken. Laat ze zelf bepalen waar de poten en het oog komen, maar houdt het bij hooguit 2x dopen. Daarna nog 1x vinger in rode verf voor snaveltje. NIET voordoen, laat je verrassen!

Variatie

Ander onderwerp kiezen, vlinder, winter sneeuwman, etc.

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de baby

Activiteit

Babyliedjes zingen/opzegversjes opzeggen.
 

Voorbeeld:
Klap eens in je handjes, blij, blij, blij
op je boze bolletje, allebei.
Handjes in de hoogte, handjes in je zij
zo varen de scheepjes voorbij
zo varen de scheepjes voorbij.

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Uiteindelijk zitten er vijf voorbeelden van een opzegversje en/of een babyliedje in je map

(ga op zoek naar liedjes die je nog niet kent).

Doelgroep

Baby’s
(ook geschikt voor peuters, kleuters).

Doel

Contact maken met de baby, de baby laten luisteren naar je stem. Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.


Je stem is een muziekinstrument waarmee je het meest directe contact maakt met een baby.
Je geeft de baby persoonlijke aandacht, het biedt troost/geruststelling, bezorgt vrolijkheid enz.
 

Het kan structuur helpen geven aan de dag (bijvoorbeeld liedjes zingen voor het slapen gaan).


Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Op latere leeftijd:

Liedjes zingen ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Bij muziek hoort bewegen: klappen of dansen (motorische ontwikkeling), een kringdansje of een spelletje (sociale ontwikkeling).

Benodigdheden

Babyliedjes/opzegversjes.
De melodietjes van veel traditionele kinderliedjes zijn, in rustig tempo, er wordt gebruik gemaakt van veel herhaling, voor kinderen al snel mee te zingen; dat geeft zelfvertrouwen.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zoek de tekst op en leer het liedje/opzegversje uit je hoofd.

 

 

Uitvoering

Zing het liedje of zeg het opzegversje op. Maak (oog) contact met de baby. Gebruik mimiek, varieer in toonhoogte en dynamiek met je stem en gebruik eventueel ondersteunende gebaren/overige lichaamstaal.

Variatie

Tekstvariatie; “poesje mauw” wordt “hondje waf”.

Variatie in uitvoering: verander je stem/mimiek/overige lichaamshouding en gebaren.

 

 

 

 

 

 

Slaap kindje slaap

Slaap kindje, slaap
Daar buiten loopt een schaap
Een schaap met witte voetjes
Dat drinkt zijn melk zo zoetjes
Slaap, kindje, slaap
Daar buiten loopt een schaap

Slaap kindje, slaap
Daar buiten loopt een schaap
Een schaap met witte voetjes
Dat drinkt zijn melk zo zoetjes
Schaapje en een bonte koe
Kindje doe je oogjes toe

Slaap kindje, slaap 
Je moeder is een aap
Je vader is een baviaan
Kindje jij moet slapen gaan
Slaap kindje, slaap
Je moeder is een aap

Slaap kindje slaap
Daar buiten loopt een schaap
Een schaap met witte voetjes
Drinkt er de melk zo zoetjes
Schaapje met zijn witte wol
Kindje drinkt zijn buikje vol

Slaap kindje slaap
Daar buiten loopt een schaap 
Een schaap met witte voetjes 
Dat drinkt zijn melk zo zoetjes 
Sterretjes aan de hemel staan
Kindje jij moet slapen gaan 

Slaap kindje, slaap
Je moeder is een aap
Je vader is een krokodil
Die bijt je zomaar in je bil
Slaap kindje slaap
Je moeder is een aap

 

  Babygedichtjes



Het wiegje is niet langer leeg.
Het huis staat blij te dromen,
van lachjes, traantjes, kusjes vol,
omdat jij bent gekomen.
Je moet nog wel wat leren, want
je weet nog haast van niets.
Maar dat je nu geboren bent,
dat is toch alvast iets.
Met teentjes, vingertjes eraan,
met oogjes die echt opengaan,
kleine geluidjes in je keel...
en dat is toch al veel.

Op een grote paddenstoel

Op een grote paddestoel
Rood met witte stippen
Zat kabouter Spillebeen
Heen en weer te wippen
Krak, zei toen de paddestoel
Met een diepe zucht
Allebei de beentjes
Hoepla in de lucht

Maar kabouter Spillebeen
Ging toch door met wippen
Op die grote paddestoel
Rood met witte stippen
Daar kwam Vader Langbaard aan
En die zei toen luid:
"Moet dat stoeltje ook kapot?
Spillebeen, schei uit!

 

Olifantje in het bos

Olifantje in het bos
Laat je mamma toch niet los
Anders raak je de weg nog kwijt
En dan heb je straks nog spijt
Olifantje in het bos
Laat je mamma toch niet los

Olifantje op het strand
Geef je pappa toch een hand
Anders raak je de weg nog kwijt
En dan heb je straks nog spijt
Olifantje op het strand
Geef je pappa toch een hand

Olifantje in de zee 
Ga je nog eens met mij mee
Spetter spatter spetter spat, 
En dan wordt je lekker nat, 
Olifantje in de zee 
Ga je nog eens met mij mee. 

Olifantje in de wei, 
Wat kijk jij ontzettend blij. 
Tussen de koeien, en de schapen. 
Oh wat zal je lekker slapen. 
Olifantje in de wei, 
Wat kijk jij onzettend blij! 

Olifantje in de stad, 
Ik vind jou een lieve schat.
Tussen de middag gaan we eten, 
Een patatje wil je weten. 
Olifantje in de stad, 
Wat ben jij een lieve schat! 

Olifantje in de tent, 
Jij bent al een grote vent. 
Want camperen is zo fijn, 
lekker spelen en buiten zijn. 
Olifantje in de tent, 
Jij bent al een grote vent! 

Olifantje in de zee 
Spring maar met de golven mee, 
Met je nieuwe zwembroek aan, 
O, wat zal dat heerlijk gaan, 
Olifantje in de zee, 
Spring maar met de golven mee. 

Olifantje op de brug, 
O, wat loop jij nu toch vlug, 
Met je vriend, een kleine muis 
Want dan ben je heel snel thuis 
Olifantje op de brug, 
O, wat loop jij nu toch vlug. 

Olifantje in het bad, 
O, wat word jij lekker nat, 
Spetter, spatter, wat een pret, 
Daarna ga je schoon in bed, 
Olifantje in het bad, 
O, wat word jij lekker nat. 

Olifantje op de boot, 
Pas maar op, je wordt al rood, 
Ja, de zon schijnt wel wat fel, 
En dan verbrand je heel erg snel, 
Olifantje op de boot, 
Pas maar op, je wordt al rood.

Olifantje op de stoep 
Trap niet in de hondenpoep. 
Ander krijg je vieze voeten 
En dan moet jouw moeder boenen. 
Olifantje op de stoep 
Trap niet in de hondenpoep.

Olifantje op het strand
Smeer je in met zonnebrand 
Anders krijg je rode billen 
En dan moet je heel hard gillen 
Olifantje op het strand
Smeer je in met zonnebrand 

Olifantje op de stoep 
Loop niet in je onderbroek 
Anders krijg je koude billen
En dan gaat je lijfje rillen 
Olifantje op de stoep 
Loop niet in je onderbroek

Olifantje in de bus, 
Geef je mamma nog een kus. 
Jij gaat nu alleen op pad, 
In je eentje naar de stad. 
Olifantje in de bus, 
Geef je mamma nog een kus. 

Olifantje in de trein, 
Want dat reizen is zo fijn. 
Het is echt een avontuur, 
Om te kijken uur na uur. 
Olifantje in de trein, 
Want dat reizen is zo fijn.

Olifantje in de bus
Hou je goed vast aan je zus 
Anders raak je haar nog kwijt 
En dan kom je niet op tijd 
Olifantje in de bus 
Hou je goed vast aan je zus 

Olifantje bij de Mac 
Eet niet alles van die snack 
Anders word je heel erg zwaar 
En dat staat bij jou zelfs raar 
Olifantje bij de Mac 
Eet niet alles van die snack 

Olifantje op de straat 
Houd je papa bij zijn staart
Anders raak je papa kwijt 
En dan krijg je heel veel spijt 
Olifantje op de straat 
Houd je papa bij de staart 

Variant
Aapje, aapje in het bos, 
Laat de boomtak toch niet los,
Anders val je op de grond, 
En dan krijg je een zere kont,
Aapje ,aapje in het bos, 
Laat de boomtak toch niet los.

Klein dolfijntje in de zee 
Zwem toch met je mama mee
Anders raak je de weg nog kwijt
En dan krijg je later spijt 
Klein dolfijntje in de zee 
Zwem toch met je mama mee.

 

Visje visje is het water

Visje, visje, in het water
Visje, visje, in de kom
Visje, visje, kan niet praten
Visje, visje, draai je om

Visje heeft zich omgekeerd
omgekeerd, omgekeerd
Visje heeft zich omgekeerd
Dat heeft ie van jou geleerd

Visje heeft zich omgekeerd
omgekeerd, omgekeerd
Visje heeft zich omgekeerd
Dat heeft ie van jou geleerd

Daaag visje!

 

 

 

 

 

 

 

 

Twinkle twinkle little starr

Twinkle, twinkle, little star 
How I wonder what you are
Up above the world so high
Like a diamond in the sky 
When the blazing sun is gone 
When there's nothing he shines upon 
Then you show your little light, 
And Twinkle, twinkle, through the night. 
In the dark blue sky 
You keep And through my curtains often peek 
For you never shut your eyes 
Till the sun is? in the sky 
Then I travel in the dark 
Thank you for you time, spark 

We couldn't see the way to god
if you didn't twinkle so 
No, I don't know What you are 
Twinkle, twinkle, little star 
Twinkle, twinkle, little star 
How I wonder what you are 
Up above the world so high 
Like a diamond in the sky
Like a diamond 4x 
You shine your little light (like a diamond)
And twinkle, twinkle through the night 
Twinkle, twinkle, little star
How I wonder what you are

spel

Activiteit

Soort spel

 

Van alles

 

Doelgroep

Baby’s

Doel

vermaken

Benodigdheden

 

Niks voor nodig

Plaats

binnen

Voorbereiding

  1. Kiekeboe
  2. Zingen
  3. Kietelen
  4. Blazen buikje
  5. Geluidjes maken (dieren)
  6. Gekke bekken trekken
  7. Rammelaar
  8. Verhaaltjes/voorlezen
  9. Muziek
  10. omrollen

Uitvoering

….

Variatie

…..

 

peuter

drama

beeldend

Activiteit

Stempelen met verf

Doelgroep

Peuter

Doel

Je biedt allerlei materialen aan om de verf mee te verkennen, te voelen en eigen te maken terwijl het kind ook zijn motoriek oefent en veel leert over verschillende technieken en structuren. Het proces is belangrijker dan het product, vooral voor peuters is het nog zo belangrijk de verf te ervaren met het hele lichaam.

Benodigdheden

Crafts for Tots -- flower prints from soda bottles, colorful sun catchers, and more! #crafts #kids #ece #preschool #parenting:

papier, vinger-/plakkaatverfverf, bordjes om de verf op te doen en ‘’dingen ‘’ die geschikt zijn om mee te stempelen.

 

Denk aan:

achterkant van plastic fles

wc rol

ballon beetje opgeblazen

doormidden gesneden groente en fruit

aardappel waar figuurtje uit gesneden is door begeleider

sponsjes

proppen kranten

bladeren etc.

Plaats

Binnen

Voorbereiding

doe wat verf op een bord, niet meer dan 3 kleuren tegelijk, Het is leuk om af te wisselen in kleur omdat kinderen zo leren hoe mengkleuren gemaakt worden

Smeer de verf een beetje uit over het bord zodat er een  dun laagje verf ligt om het rolletje in te drukken.

Uitvoering

Druk de stempel in de verf en maak een afdruk op een groot stuk ( minimaal Aa3) papier. Stempel ook door zodat je het effect ziet van de verf die steeds minder zichtbaar wordt.

Evt. peuter in luier laten stempelen aan tafel zittend of staand ivm klieder-ongelukjes

Of schort aan doen.

 

Variatie

Het kan lang duren voor de verf helemaal droog is vanwege de soms grote hoeveelheid verf.

De tekeningen zijn leuk om zo op te hangen, maar je kan er ook kaarten van maken of het gebruiken om rolletjes mee te beplakken, of om een cadeau mee in te pakken.

 

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de peuter

Activiteit

Een hoorspel maken voor/met peuters

Doelgroep

Peuters
(ook geschikt voor andere doelgroepen).

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Bij muziek hoort bewegen: klappen of dansen (motorische ontwikkeling), een kringdansje of een spelletje (sociale ontwikkeling).

Benodigdheden

Instrumenten die geschikt zijn voor kleuters (geen kleine, losse of scherpe onderdelen). Bij voorkeur ritme (percussie) instrumenten.

 

Je kunt ook werken met zelf geknutselde instrumenten en/of geluiden/liedjes die je maakt met je stem.

Plaats

-

Voorbereiding

Instrumenten klaarleggen die geschikt zijn. Nadenken over welk kind je laat werken met welk instrument.

Uitvoering

Laat de peuters kennis maken met de instrumenten op een speelse manier. Laat ze tegelijk geluid maken; zacht geluid maken, hard geluid maken, om de beurt geluid maken, alle jongens geluid maken, alle meisjes geluid maken, alle trommels eerst enz. Maak eventueel een op- en afbouw (spreek een volgorde af) en maak zo een muziekstuk/hoorspel met de leerlingen. Geef voorbeelden en doe zelf mee. Spreek een stilte-teken af en laat de peuters ook een keer van instrument wisselen.

Variatie

Zie benodigdheden; je kunt in deze les ook werken met zelf geknutselde instrumenten (shakers gemaakt van wc rolletjes met rijst erin enz.) en/of met stemmen (klakken met je tong maakt geluid, zoemen als een bij, klanken maken (ha, ho, he) enz.)

 

Bij oudere kinderen:
Je kunt een leerling de “dirigent-rol” geven; hij/zij kan dan (groepjes) leerlingen aanwijzen die het instrument mogen bespelen, stil moeten houden enz.

 

 

spel

kleuter

drama

beeldend

Activiteit

Ecoline blazen  

Doelgroep

Kleuter

Doel

Dmv het blazen ben je bezig met mondmotorische oefeningen, deze zullen een ondersteuning zijn voor het spreken: verstevigen van de spraakspieren.

De kinderen komen in aanraking met het thema herfst, donker(paraplu) / licht(wit papier), het materiaal ecoline

Benodigdheden

A-4 papier, 200 gram, wit, Zwart papier, Malletje van een paraplu zelf gemaakt, overgetrokken van een voorbeeld van internet, Rietjes, Bekertjes, Ecoline, Wit potlood om map over te trekken op zwart papier, Verfschort, Ouder kranten

Schaar, Lijm, Schaar

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Bedek de hele werkplek met oude kranten, vul de bekertjes met verschillende kleuren ecoline. Leg de rietjes klaar, je hebt zelf van te voren de paraplu’s uitgeknipt. Ieder kind krijgt een A-4tje. Introduceer de opdracht door over het thema Herfst te praten en laat spullen, boeken ed zien die met de herfst/regen te maken hebben

Uitvoering

Laat de paraplu’s aan de onderkant van het papier opplakken

Laat een druppel ecoline op het vel bovenaan het papier vallen ( dmv kwast of rietje in de ecoline te steken). Doe dit met verschillende kleuren.
Blaas met een rietje tegen de druppel zodat de druppel uit gaat lopen. 
Doe dit met verschillende kleuren ecoline tot je een ‘’flinke regenbui’’ hebt.

Variatie

 

Laat de kinderen een vuurpijl uitknippen uit stroken papier  en plak een vuurpijl over het geblazen werkje

vuurpijl met vuurwerk                         https://s-media-cache-ak0.pinimg.com/736x/2b/39/fb/2b39fbe976ba06022c78c3904f79b3d6.jpg

Laat de kinderen een monster blazen en plak er 2 ogen op

 

Activiteit

Ecoline met wasco

Doelgroep

Kleuter

Doel

http://www.jufanke.nl/afbeeldingen/creatief7.jpg

De kinderen komen in aanraking met het thema oceen/de vis, het materiaal ecoline en wasco ( vet/water) ontwikkelen de fijne motoriek, stimuleren van de creativiteit

Benodigdheden

Voorbeelden van vissen, of boek over vissen, A-3 papier, 200 gram, Bekertjes, Ecoline, wasco, kwasten, Verfschort, Oude kranten

 

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Bedek de hele werkplek met oude kranten, vul de bekertjes met verschillende kleuren ecoline. Leg de kwasten en het papier en de wasco klaar. Geef eerst iedereen de wasco, daarna pas de ecoline ( als de tekening klaar is) Ieder kind krijgt een A-3tje. Introduceer de opdracht door over het thema te praten en laat spullen, boeken ed zien die met de vissen/oceaan ed te maken hebben

Uitvoering

Laat de kinderen een eigen bedachte vis tekenen met wasco, lijnen dik aanzetten.

Ga met de ecoline over de wascotekening heen, dat kan met 1 kleur zijn, maar mag ook meerdere kleuren.

Variatie

http://www.veetje.be/wp-content/uploads/2015/06/WP_20150612_029-656x1024.jpg

 

Maak een’’ Tovertekening’’ door met witte wasco  te tekenen, de afbeelding verschijnt dan wanneer er met ecoline overheen geschilderd wordt!

 

muziek

Kleuter;

Verhaal hoorspel;

Er was eens een lieve goeie fee, die graag de kindjes hielp. Snachts haalde de lieve fee alle tandjes van de kinderen onder de kussens vandaan en legde er een euro voor terug.

Op een avond kwam er een gemene heks die jaloers was op de lieve fee omdat iedereen haar mooi en lief vond. De heks klopt aan de deur van de fee… (kloppen op de tafel)

Toen gebeurde het… (basdrum)

De heks betoverde de fee in een slang (sisend geluid).

De kindjes waren bang omdat de lieve fee niet meer kwam voor de tandjes en de kinderen begonnen hun geloof in de lieve fee te verliezen.

Een groepje kinderen die nog wel geloofden in de lieve fee (buisklokken) gingen haar opzoeken… (basdrum)

Ze vonden haar als een slang de kinderen vroegen de slang wat de vloek was… de slang vertelde de kinderen dat ze allemaal een tandje moesten meebrengen en aan de slang moesten geven… de vloek zal dan verdwijnen en de slang zal weer veranderen in de lieve fee. De kindjes deden wat de lieve fee zei. (buisklokken).

De fee leefde

nog lang en gelukkig!

Muziek
Ontwikkelingsfase: de kleuter

Activiteit

Een hoorspel met verhaal maken voor/met kleuters

Gekregen opdracht tijdens muziek:
Uiteindelijk zit er in je online activiteitenmap het verhaal voor kleuters wat je tijdens de muziekles gemaakt hebt.

Dit verhaal heb je uitgetypt (minimaal een halve A4). Bij het verhaal staat steeds tussen haakjes wat je zou moeten horen.

Voorbeeld:
Het meisje liep op straat (maak met djembe trommel geluiden als voetstappen).

Doelgroep

Kleuters
(ook geschikt voor andere doelgroepen).

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Bij muziek hoort bewegen: klappen of dansen (motorische ontwikkeling), een kringdansje of een spelletje (sociale ontwikkeling).

Benodigdheden

Instrumenten die geschikt zijn voor kleuters (geen kleine, losse of scherpe onderdelen). Bij voorkeur ritme (percussie) instrumenten.

 

Je kunt ook werken met zelf geknutselde instrumenten en/of geluiden/liedjes die je maakt met je stem.

 

Een zelfgemaakt of bestaand kort verhaal die aansluit bij de doelgroep kleuters.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Instrumenten klaarleggen die geschikt zijn. Nadenken over welk kind je laat werken met welk instrument.

 

Het verhaal kennen; door hebben gelezen; weten waar de leerlingen wat kunnen doen.

Uitvoering

Laat de kleuters geluiden maken bij een verhaal. Geef van te voren voorbeelden door zelf te doen.
Bijvoorbeeld: het regent: tik zachtjes met ritmestokjes op een tafel, de wind waait: blaas lucht uit met je mond, de olifant komt aanlopen: trommel langzaam een paar keer op een zware trommel.

Begin met duidelijk afspreken wie wat wanneer moet doen.

Spreek een stilte-teken af en laat de peuters ook een keer van instrument wisselen.

Variatie

Je kunt een ander verhaal gebruiken.
Je kunt zelf gemaakte instrumenten en/of (alleen) stemmen gebruiken.
Je kunt de leerlingen de vrijheid geven om zelf geluiden te maken, of je kunt dingen vastleggen/afspreken van te voren.

spel

schoolkind

drama

 

Drama Werkvorm

Improvisatiespel
De spelers maken géén of enkele afspraken over een aantal gegevens. Het spel ontstaat op de speelvloer door op elkaar te reageren.

http://www.dieuwertjetheater.com/ddgraphics/toiletdames.jpgDeze werkvorm is voor spelers die meer durven of al ervaring hebben met drama. Een belangrijke spelregel om een toneelspel in improvisatie te laten slagen is dat de spelers elkaars ideeën accepteren. Het is belangrijk om elkaars ideeën niet te blokkeren en steeds ook zelf spelideeën te leveren om het verhaal in het toneelstukje verder te helpen. Daarbij is het belangrijk dat de spelers snel de 5 W’s concreet maken, waarbij geldt ‘wie het eerst concretiseert bepaalt’. Bijvoorbeeld: “Hallo pappa” kun je logischerwijs niet beantwoorden met “Ik ben je pappa niet”.

Activiteit

Aanbelspel

Doelgroep

Vanaf 7 jaar

Doel

  • In samenspel leren spelideeën geven en accepteren
  • Fouten durven maken

Benodigdheden

(zo nodig) decor, attributen, verkleedkleren

Plaats

Speelvlak

Voorbereiding

Van tevoren krijgen de spelers een opdrachtkaartje met daarop een typetje, bijvoorbeeld stoer, verlegen, dromerig. De spelers oefenen hun typetje. Dit kan door de groep in tweeën te delen en eerst de ene rij bij de andere rij te laten aanbellen en daarna omgekeerd.

Uitvoering

Het publiek zit in een halve cirkel. Steeds twee spelers, die niet met elkaar geoefend hebben, staan tegenover elkaar voor het publiek. De ene speelt zijn of haar typetje en loop over een denkbeeldig tuinpad naar het midden van het speelvlak en doet of ie aanbelt. De ander loopt dan, op dezelfde manier, naar ‘de deur’. Dan start het spel. De aanbeller komt iets brengen, zeggen of verkopen. De ander probeert op dezelfde manier te reageren, dus hetzelfde typetje te worden.
 

Variatie

  • De ‘opendoener’ moet het tegenover gestelde typetje worden.
  • Op de opdrachtkaartjes staat iets anders, bijvoorbeeld emoties, een dier, celebrity.

 

 

Bedenk nu zelf een improvisatiespel met typetjes en vul het onderstaand format in.
 

Drama Werkvorm

Improvisatiespel
De spelers maken géén of enkele afspraken over een aantal gegevens. Het spel ontstaat op de speelvloer door op elkaar te reageren.

Deze werkvorm is voor spelers die meer
durven of al ervaring hebben met drama.
Een belangrijke spelregel om een
toneelspel in improvisatie te laten slagen
is dat de spelers elkaars ideeën accepteren.
Het is belangrijk om elkaars ideeën niet te
blokkeren en steeds ook zelf spelideeën te
leveren om het verhaal in het toneelstukje                                                    afbeelding
verder te helpen. Daarbij is het belangrijk
dat de spelers snel de 5 W’s concreet
maken, waarbij geldt ‘wie het eerst
concretiseert bepaalt’. Bijvoorbeeld:
“Hallo pappa” kun je logischerwijs niet
beantwoorden met “Ik ben je pappa niet”.

Activiteit

typetje

Doelgroep

Vanaf 7 jaar

Doel

  • In samenspel leren spelideeën geven en accepteren
  • Fouten durven maken

Benodigdheden

(zo nodig) decor, attributen, verkleedkleren

Plaats

Speelvlak

Voorbereiding

1 iemand begint met een typetje en een ander doet het typetje na maar voegt er iets bij van een ander typetje, daarna doet de volgende het ook weer na maar die voegt ook weer iets van een ander typetje bij, en zo gaat het de hele kring door.

 

 

 

Uitvoering

ieder speelt een typetje en op het einde bespreken welke je zag en welke het leukste was.

 

 

 

 

 

 


 

Variatie

  • verschillende typetjes

 

Drama Werkvorm

Afspraakspel
De spelers maken van te voren afspraken over het te spelen spel en oefenen dit.

http://s.s-bol.com/imgbase0/imagebase/large/FC/4/9/1/4/9200000027494194_1.jpgDit is de meest bekende manier van
toneelspelen. De spelers maken afspraken
over de 5 W’s: wie, wat waar, waarom,
wanneer. Dit geeft veel houvast en maakt
deze werkvorm ook geschikt voor
beginnende of jonge spelers. Nog meer
houvast geeft eerst oefenen van het
toneelstukje.
Niet alle doelgroepen zijn in staat om
zelfstandig spelafspraken te maken. Die
begeleid je daarin.

Activiteit

Verweggiestan

Doelgroep

Vanaf 7 jaar

Doel

  • Zich aan (spel)afspraken houden
  • Samenspel
  • Hanteren van de 5 W’s en het maken van een speelbaar verhaaltje
  • Presenteren (o.a. niet met de rug naar het publiek)
  • Durf

Benodigdheden

(zo mogelijk) decor, attributen, verkleedkleren

Plaats

Op veel plekken mogelijk

Voorbereiding

Maak groepjes. Geef de volgende gegevens: het speelt zich af in een ver vreemd land. Er zijn inwoners van dit Verweggiestan en een paar Nederlandse toeristen die de taal niet spreken. De toeristen hebben geen geld meer en komen in de problemen. Laat elk groepje de 5W’s invullen en hun toneelstukje oefenen.
Extra uitdaging voor de Verweggiestaanders om een andere (fantasie)taal te spreken. Je kunt vooraf een Jabbertaal oefening spelen om dat te oefenen.

Uitvoering

Elk groepje speelt hun toneelstukje. Het publiek benoemt de 5 W’s.
 

Variatie

  • Geef andere onderwerpen of spelgegevens. De variaties zijn eindeloos.

 

 

 

Bedenk nu zelf een afspraakspel voor een zelfgekozen doelgroep en vul onderstaand format aan.
 

Drama Werkvorm

Afspraakspel
De spelers maken van te voren afspraken over het te spelen spel en/of oefenen dit.

Dit is de meest bekende manier van
toneelspelen. De spelers maken afspraken
over de 5 W’s: wie, wat waar, waarom,
wanneer. Dit geeft veel houvast en maakt
deze werkvorm ook geschikt voor
beginnende of jonge spelers. Nog meer                                                         afbeelding
houvast geeft eerst oefenen van het
toneelstukje.
Niet alle doelgroepen zijn in staat om
zelfstandig spelafspraken te maken. Die
begeleid je daarin.

Activiteit

welke rol krijg jij?

Doelgroep

schoolkind

Doel

  • Zich aan (spel)afspraken houden
  • Samenspel
  • Hanteren van de 5 W’s en het maken van een speelbaar verhaaltje
  • Presenteren (o.a. niet met de rug naar het publiek)
  • Durf
  • Verdiepen in het thema …

Benodigdheden

(zo mogelijk) decor, attributen, verkleedkleren, de kaartjes

Plaats

het drama lokaal of een ander lokaal zolang ze maar bij de spullen kunnen komen.

Voorbereiding

eerst worden de kinderen in groepjes verdeeld van ongeveer 3 tot 4 personen. Elk groepje krijgt een kaartje waar op staat welke personen er in moeten komen, waar en wanneer het zich afspeelt, wat er aan de hand is en hoe er gereageerd word. Hier kunnen ze zelf een toneelstukje bij bedenken en beginnen met oefenen. 

voorbeeld:

De personen: een politieagent, een vrouw die in de war is, een kind, nog een agent.

Waar en wanneer speelt het zich af: ’s avonds als het al een beetje donker is en het regent zachtjes.

Wat is er aan de hand: de kat van de vrouw is weggelopen en de politie gaat hem zoeken

Hoe wordt er op gereageerd: De vrouw die haar kat kwijt is belt de politie, die zegt dat de vrouw het zelf maar moet uitzoeken. De vrouw wordt uiteindelijk boos en dat zie je aan haar. Haar dochter moet haar rustig houden en zegt nog wel een keer te bellen. Uiteindelijk komt de politie naar het huis van de mensen en gaat op zoek naar de kat. Dit zie je gebeuren. Als de kat terug gevonden is zijn de vrouw en de dochter erg blij en bedanken de agenten. 

Uitvoering

het groepje laat hun toneelstukje aan de groep zien die ze eerst hebben geoefend en daarna moet de groep benoemen wat ze hebben gezien.

 

 

 


 

Variatie

  • Geef andere onderwerpen of spelgegevens. De variaties zijn eindeloos.

 

Bedenk een inspringspel met de titel ‘In de wachtkamer’ en vul het onderstaand format in.

Drama Werkvorm

Inspringspel
Een improvisatiespelvorm waarbij de spelers volgens een bepaalde spelregel na elkaar in het spel komen, oftewel inspringen.

http://3.bp.blogspot.com/-bTL-M8fPmZI/T8T6N7OTuvI/AAAAAAAABwk/_UI7rbEfA34/s1600/P2180417.JPGDeze werkvorm is een variatie op improviseren en is bestemd voor spelers die meer durven of al ervaring hebben met drama.
Meestal spreek je ook af hoe spelers weer uit het spel kunnen. Zo blijft het
overzichtelijk.

Activiteit

In de wachtkamer

Doelgroep

schoolkind

Doel

  • In spel durven stappen
  • In samenspel leren spelideeën geven en accepteren
  • Elkaar verrassen
  • Fouten durven maken
  • Flexibel reageren op de (spel)situatie zonder eigen rol of speldoel te verliezen (in je rol blijven) 

Benodigdheden

Attributen, kleding en kaartjes

Plaats

Speelvlak

Voorbereiding

In het begin word er een verhaal verteld over een man die enorm last had van iets in zijn lichaam (verschillende dingen zoals buik of hoofd)  maar niet wist wat er aan de hand was en ging dus daar de dokter om te vragen aan de dokter als die hem kon helpen. Daar raakt hij in de praat met iemand die zegt waar hij misschien last van kan hebben of wat hij kan doen.

Ook zijn er verschillende kaartjes waar iets opstaat zoals op de 1 staan dat hij bijvoorbeeld last heeft van zijn voet op een ander kaartje staat waarom hij er last van kan hebben maar niet precies, er staat bijvoorbeeld kikker op. De persoon waar hij mee praat mag zelf beslissen waardoor hij last heeft van de kikker, heeft de kikker hem gebeten? Heeft de kikker hem een kusje gegeven? Of zit er een kikker in zijn voet. De man die last heeft kan dan zelf beslissen wat hij er op gaat reageren.

Uitvoering

De 2 of misschien meerdere mensen spelen hun toneelstukje en de groep moet daarna vertellen wat ze goed vonden gaan.

 

 

Bijlage
Opdrachtkaartjes

Maak zo veel kaartjes als nodig zijn voor jouw inspringspel. Ga uit van jouw klas voor het aantal spelers. Noteer de kaartjes op één of meer pagina’s, zodat ze geprint en geknipt kunnen worden.


Opdrachtkaartjes

Klacht: voetpijn

Waardoor komt het: kikker


Opdrachtkaartjes

Klacht: hoofdpijn

Waardoor komt het: kaarsje


Opdrachtkaartjes

Klacht: nagel

Waardoor komt het: drinken


Opdrachtkaartjes

Klacht: neus

Waardoor komt het: vlinder


Opdrachtkaartjes

Klacht: wenkbrauwen

Waardoor komt het: bloemen


Opdrachtkaartjes

Klacht: maag

Waardoor komt het: kussen


Opdrachtkaartjes

Klacht: misselijk

Waardoor komt het: oranje


Opdrachtkaartjes

Klacht: kontpijn

Waardoor komt het: sticker

Drama Werkvorm

(Levend) Schimmenspel
De spelers spelen tussen een doek en een lichtbron. Met hun schaduw verbeelden ze het spel.

http://www.parkschool-utrecht.nl/uploads/1/3/4/9/13495396/776592861.jpgDit is voor veel doelgroepen een
fascinerende werkvorm. Hoe ouder de leeftijdsgroep hoe preciezer en
gedetailleerder ze hiermee willen werken.
Voor sommigen is het fijn om zich achter
het doek te kunnen verbergen, anderen
vinden het confronterend om in de
schaduw hun eigen lichaamsvormen
terug te zien. Verkleden/vervormen is
dan een oplossing.
Technische aspecten:
Dichtbij het doek geeft kleine en scherpe schaduwen, verderaf groter; langzaam bewegen maakt de details goed zichtbaar; altijd voorwerpen gebruiken die de schaduw verbeelden; in profiel maakt mimiek zichtbaar; gebruik de trucjes met verbergen-verschijnen en de magie van schaduwspel waarbij je kunt doen alsof je
elkaar raakt, kust, verwondt zolang het in
de schaduwen maar klopt.

Activiteit

De handeling

Doelgroep

Vanaf 8 jaar

Doel

  • (lichamelijke) uitdrukkingsvaardigheid vergroten
  • Goed kijken en bewust uitbeelden stimuleren
  • Nadenken over (lichamelijke) verhoudingen

Benodigdheden

Doek, lichtbron, attributen, 2 schotten naast het doek

Plaats

Binnen of buiten m.b.v. de zon

Voorbereiding

Uitleg: Licht de technische mogelijkheden van schimmenspel toe. Deel de groep in twee- of drietallen. Elk groepje kiest één handeling en verzint daaromheen een verhaaltje met begin midden eind. Ze zoeken attributen bij elkaar en proberen alles uit achter het doek. Handelingen die uitdagen zijn: vechten, toveren, opereren, zoenen.

Uitvoering

De groepjes presenteren om de beurt hun verhaal. Naderhand laten ze zien welke materialen ze hebben gebruikt en het publiek raadt de gekozen handeling.
 

Variatie

  • Laat groepjes een schaduwspel maken bij een lied
  • Speel handschimmenspel.
  • Speel met uit karton geknipte figuren. Dit kan ook achter een klein doek op een tafel.

Drama Werkvorm

Tableau Vivant / fotospel
De spelers verbeelden situatie, handeling en gevoel met stilstaande houding en mimiek in een bepaalde opstelling

http://4.bp.blogspot.com/-SXruZeMyij4/T5gYYbS8aLI/AAAAAAAAAG8/M5luxEa9UeY/s1600/DSCF0125.JPGDeze werkvorm is met name geschikt voor beginnende spelers. Het maakt hen bewust van het gebruik van houding en mimiek en het uitvergroten daarvan. Voor bepaalde groepen is het stilstaan een extra uitdaging.

Activiteit

Groepsfoto

Doelgroep

Vanaf 4 jaar

Doel

  • (lichamelijke) uitdrukkingsvaardigheid vergroten
  • Goed kijken en bewust uitbeelden stimuleren
  • Inzicht in non verbale communicatie vergroten

Benodigdheden

niets

Plaats

Op veel plekken mogelijk

Voorbereiding

Uitleg: Deel de groep in tweeën. Elke groep bereid twee tableaus voor. In de eerste zien we een bepaalde groep mensen, b.v. een groep voetbalsupporters. Op de tweede foto zien we wat er intussen is gebeurd, b.v. er is gescoord. Geef korte overlegtijd. Ze mogen zelf bedenken welke groep mensen ze worden.

Uitvoering

De eerste groep komt op het speelvlak. De andere is publiek maar kijkt niet. In de eerste tien tellen stellen de spelers zich op in foto 1 (tel hardop van 10 naar 1, de nul is de klik voor de foto). Publiek kijkt, maar reageert nog niet. Dan tien tellen voor opstellen foto 2 terwijl het publiek niet kijkt. Nu mogen de kijkers hun vinger opsteken als ze foto 1 en 2 begrijpen. Bespreek na op wat er te zien was en wat je daardoor weet.
 

Variatie

  • Geef een thema of welke groep mensen het moet zijn.
  • Geef langer voorbereidingstijd.
  • Geef de mogelijkheid attributen ed. te gebruiken.
  • Laat een andere groep een foto bedenken tussen 1 en 2.

 

Drama Werkvorm

Uitbeeldspel
De spelers laten hun spel zien zonder tekst te gebruiken, eventueel wel met geluid. Een professionele vorm is mime of pantomime

https://static.mijnwebwinkel.nl/winkel/woonmaterie/full32559978.jpgDeze werkvorm is met name geschikt
voor beginnende spelers.
Uitbeelden geeft ook de vrijheid om
zonder decor en attributen toch te
verbeelden dat dat er allemaal is.

De allerjongsten kun je in het uitbeelden
begeleiden door mee te spelen of ze als
verteller mee te nemen in het uit te
beelden spel.

Activiteit

Twee stoelen

Doelgroep

Vanaf 6 jaar

Doel

  • (lichamelijke) Uitdrukkingsvaardigheid vergroten
  • Goed kijken en bewust uitbeelden stimuleren
  • Inzicht in non verbale communicatie vergroten

Benodigdheden

Twee stoelen naast elkaar, los in de ruimte

Plaats

Op veel plekken mogelijk

Voorbereiding

Uitleg: Deel de groep in tweetallen. Elk tweetal bedenkt wat de twee stoelen kunnen voorstellen. Speel eventueel een auto als voorbeeld. Daarbij bedenken ze een begin, midden en een eind van een verhaaltje dat ze op/bij/rondom de stoelen kunnen laten zien zodat het publiek begrijpt waar ze zijn en wat er gebeurt. Controleer eventueel of elk tweetal een andere plek heeft gekozen.

Uitvoering

De tweetallen spelen om de beurt hun scene met de stoelen. Bespreek na wat het publiek zag en welke plek het dus is. Laat ze ook zeggen wat ze leuk vonden aan het uitbeelden.
 

Variatie

  • Stoelen staan tegenover elkaar
  • Tweetal maakt de plek duidelijk voor andere spelers die na kort overleggen er een gebeurtenis uitbeelden.
  • Eén speler begint te spelen tot de plek duidelijk is, freeze en vraagt “Wat nu?’. Het publiek doet suggesties voor het vervolg van het verhaal. Net zo lang herhalen tot een verhaaltje is ontstaan.

 

beeldend

Activiteit

Patronen tekenen met fineliner en stift

Doelgroep

Het schoolkind

Doel

http://3.bp.blogspot.com/_rMt0M-ndko4/SxK_UMXKnhI/AAAAAAAABN8/-RFiSvx-0kE/s1600/Elaine+uil.jpg

Ontwikkelen van de fijne motoriek en concentratievermogen.

Doordat je bezig bent met herhaling van patronen ben je ook bezig met de aanzet tot het schrijven. ( krullen maken, hekjes maken, etc)

Je stimuleert de creativiteit, dmv het maken van fantasie patronen die niet realistisch hoeven te zijn

Benodigdheden

wit tekenpapier op A4 of A3 formaat, zwarte viltstiften en markers in verschillende diktes, gele ecoline, penselen, zwart papier, foto's van uilen  

Plaats

Binnen

Voorbereiding

Bespreek met de kinderen kenmerken van uilen en bekijk daarbij diverse foto's. Uilen zijn nachtdieren. Ze slapen overdag en jagen 's nachts.

Uitvoering

http://1.bp.blogspot.com/_rMt0M-ndko4/SxK4dOpQ8PI/AAAAAAAABNk/TymrZZz2ySE/s1600/DSC06060.JPG

De kinderen schetsen met potlood een uil op een tak, waarbij ze rekening houden met de kenmerken van de uil zoals die besproken zijn. Hierna worden met diverse diktes zwarte stiften patronen aangebracht in de lichaamsdelen van de uil. Door middel van verschillende patronen, moeten de afzonderlijke onderdelen van de uil te herkennen zijn. Alleen de ogen en de snavel mogen met geel of oranje worden ingekleurd, de rest blijft zwart.

Als de tekening klaar is, wordt de achtergrond rondom de uil en de tak met gele ecoline ingekleurd. Pas op dat de tekening niet geraakt wordt, want dan loopt de stift uit. Blijf daarom zo'n halve centimeter uit de buurt van de uil. Plak het werk op een zwarte achtergrond.

Variatie

http://thingadayforever.files.wordpress.com/2012/02/zentangle.jpg

Bedenk een andere vorm of fantasievormen zoals een Zentangle, zie: http://www.writersplaza.nl/c-1429776/wat-is-zentangle-tekenen/

 

 

muziek

Muziek blok 2:                                               
Muziek voor verstandelijk beperkten, muziek voor lichamelijk beperkten, muziek voor mensen met een stoornis.

Waar is muziek bij deze doelgroep goed voor?
Muziek creëert een bepaalde sfeer/een bepaald gevoel, leid af of kan juist tot inzichten leiden.
Waarom heb jij muziek op deze opleiding als aankomend sociaal agogisch werker of sociaal cultureel werker?
Muziek dien je in te kunnen zetten als middel om contact te maken met de cliënt. Muziek kan jou en/of de cliënt aanspreken waardoor je via een andere weg dan bijvoorbeeld gesprekken te voeren in contact komt met de cliënt.

Hiervoor krijg je verschillende muziek activiteiten aangeboden in de lessen waarin je zelf muzische vaardigheden ontwikkeld (om die weer in te kunnen zetten in je begeleiding met cliënten) en leert hoe je een muziekactiviteit begeleidt.

In blok 1 heb je gewerkt aan een online expressie activiteitenmap maken waarin je per ontwikkelingsfase muziekactiviteiten hebt toegevoegd die je bij die doelgroep kunt gebruiken.
In blok 2 werk je verder aan de online activiteitenmap. Voor muziek vul je de map aan met activiteiten voor mensen met een verstandelijke-/lichamelijke beperking of stoornis.
Meerdere activiteiten kunnen van toepassing zijn op meerdere doelgroepen of kunnen aangepast worden om te kunnen gebruiken voor elke doelgroep.

Voor blok 2 dien je je online expressie map aan te vullen met een ritme activiteit en een activiteit met een melodie instrument activiteit. Deze 2 activiteiten ga je ook presenteren in de klas in een groepje waarbij jij een uitvoerende rol hebt bij zowel het spelen van een ritme instrument (bijvoorbeeld een trommel of een sambabal) en een melodie instrument (bijvoorbeeld keyboard of gitaar). Tijdens de lessen krijg je ondersteuning op je activiteit en kun je oefenen in je groepje.

Muziek blok 2 kun je met een goed of voldoende afsluiten als:
-Je aanwezigheid voldoende was.
-Je inzet in de lessen voldoende was.
-Je hebt gepresenteerd in een groepje in de les waar je inzet hebt laten zien en hebt gespeeld op een ritme- en een melodie instrument terwijl jullie groepje een ritme- en een melodie activiteit lieten zien voor een doelgroep naar keuze.
- Je in je online expressie activiteitenmap bij muziek mijn schema voor een ritme activiteit en mijn schema voor muziekactiviteit hebt toegevoegd bij een door jou gekozen doelgroep en (kort) hebt aangevuld.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

Ritmes tikken.

Ritmes tikken op woorden

Ritmes mee tikken met zinnen/rijmpjes/versjes/liedjes.

 

Wij zijn op de djambe en de … een ritme gaan tikken waarop de rest mocht mee klappen. Ook is de bedoeling dat ze ook op de instrumenten mogen spelen.

Doelgroep

Peuter/kleuter/schoolkind/jongere/volwassene/oudere

Doel

Peuter/kleuter/jonge schoolkind:
Motorische ontwikkeling, ritme gevoel ontwikkelen, het begrip ‘maat’ en ‘in de maat mee tikken’ uitleggen. Kennis maken met verschillende ritmes en ritme-instrumenten.

Eventueel: taalontwikkeling.

 

Oudere schoolkind/jongere/volwassene/oudere:
Ritme gevoel ontwikkelen, het begrip ‘maat’ en ‘in de maat mee tikken’ uitleggen. Kennis maken met verschillende ritmes en ritme-instrumenten.

Benodigdheden

Het kan beginnen met klappen en uitgebreid worden met allerlei ritme instrumenten (zoals kleine percussie instrumenten: een rasp, sambabal, woodblocks, claves, traingel, tamboerijn, belletjes enz. of grotere zoals: djembe’s, conga’s bongo’s of een drumstel).

Plaats

Een ruimte waar lawaai gemaakt mag worden, waar genoeg plek is.

Voorbereiding

Zorg dat er een stilte-teken wordt afgesproken. Zorg dat de materialen zo opgesteld zijn dat er veilig mee gewerkt kan worden (voor de doelgroep en de instrumenten zelf). Zorg voor voorbeelden in schema’s en beeld (bijvoorbeeld pictogrammen).

Uitvoering

Je zet de materialen klaar. Je spreekt met de doelgroep af wat je gaat doen, hoe lang en welke regels er zijn.

 

Je legt de doelgroep iets uit over het begrip ‘ritme’ aan de hand van voorbeelden, voordoen.
Je laat de doelgroep ritmes mee klappen, tikken, trommelen (enz.). Ritmes kunnen mee getikt worden op woorden en lettergrepen van woorden, op zinnen, op de maat in een liedje enz.

Variatie

Je kunt de doelgroep scheiden in groepjes met verschillende ritme instrumenten die bijvoorbeeld hetzelfde ritme tikken, of dezelfde instrumenten die verschillende ritmes tikken, door elkaar, maar wat wel bij elkaar past/elkaar aanvult. Of dit alles combineren.

 

 

 

 

 

 

 

Activiteit

Een melodie of liedje spelen op een melodie instrument.

 

Wij hebben het liedje van Rihanna ”shine bright like a diamond” op de piano en gitaar gespeeld.

Doelgroep

Peuter/kleuter/schoolkind/jongere/volwassene/oudere

Doel

Peuter/kleuter/jonge schoolkind:
Motorische ontwikkeling, kennis maken met verschillende melodie instrumenten.

 

Oudere schoolkind/jongere/volwassene/oudere:
Motorische ontwikkeling, kennis maken met verschillende melodie instrumenten. Eventueel: noten leren spelen (en lezen/schrijven), akkoorden leren lezen en spelen.

Benodigdheden

Een piano/keyboard, gitaar.

Plaats

Een ruimte waar lawaai gemaakt mag worden, waar genoeg plek is.

Voorbereiding

Zorg dat er een stilte-teken wordt afgesproken. Zorg dat de materialen zo opgesteld zijn dat er veilig mee gewerkt kan worden (voor de doelgroep en de instrumenten zelf). Zorg voor voorbeelden in schema’s en beeld (bijvoorbeeld pictogrammen).

Uitvoering

Je zet de materialen klaar. Je spreekt met de doelgroep af wat je gaat doen, hoe lang en welke regels er zijn.

 

Je legt de doelgroep iets uit over het instrument en hoe deze te bespelen. Je doet voor en laat de doelgroep zelf proberen.
Je laat de doelgroep eventueel noten spelen, akkoorden spelen, meespelen met een liedje enz.

Variatie

Je kunt de doelgroep scheiden in groepjes met verschillende melodie instrumenten die bijvoorbeeld dezelfde melodie spelen, of dezelfde instrumenten die verschillende melodieën spelen, door elkaar, maar wat wel bij elkaar past/elkaar aanvult. Of dit alles combineren.

 

 

Muziek
Ontwikkelingsfase: het schoolkind

Activiteit

Liedjes zingen aangevuld met een muziekactiviteit.

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Uiteindelijk zitten er in je map per “bouw”(onderbouw, middenbouw, bovenbouw) drie liedjes in je map (dus totaal 9 liedjes), op een A4’tje met de titel van het liedje en de artiest.
Ook voeg je per bouw een extra muziekactiviteit (geen zingen) die je kort omschrijft (dus drie activiteiten). Om de activiteit te omschrijven kun je dit schema gebruiken (activiteit, doelgroep, doel enz.).

Doelgroep

Schoolkinderen
 

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Het kan structuur helpen geven aan de dag (bijvoorbeeld liedjes zingen voor het slapen gaan).

 

Feiten in rijmpjes en liedjes worden vaak makkelijk onthouden (abc, tellen, seizoenen, enz.).

 

De teksten stimuleren de fantasie.

 

Bij muziek hoort bewegen: klappen of dansen (motorische ontwikkeling), een kringdansje of een spelletje (sociale ontwikkeling).

Benodigdheden

Liedjes; de teksten, eventueel de akkoorden/noten voor als je de kinderen wilt begeleiden op een instrument.

Eventuele andere instrumenten/benodigdheden die je nodig hebt bij een bedachte muziekactiviteit.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zoek een lied uit die passend is bij je doelgroep. Niet te moeilijk/makkelijk qua (hoeveelheid en inhoud) tekst en passend qua toonhoogte (jongere kinderen: hogere noten). Zorg dat het inhoudelijk (thema) aansluit bij de belevingswereld van je doelgroep.
 

Zorg dat je het lied zelf kent, hebt gehoord, hebt gezongen en dus kunt voorzingen, eventueel kunt begeleiden op een instrument.

Bereid je bedachte muziekactiviteit ook voor; leg materialen klaar, bedenk hoe je het wilt uitvoeren en waarom (maak je groepjes? Waarom? Wie bij wie? Enz.)

Uitvoering

Leer de kinderen een lied. Vertel waar het over gaat. Laat het horen. Bespreek de tekst. Oefen het lied in korte stukjes. Zing voor, laat nazingen. Herhaal veel. Geef hoog- en laag (qua toonhoogte) aan d.m.v. handgebaren. Heb aandacht voor kinderen die het spannend vinden; motiveer ze, complimenteer ze, laat ze met z’n allen tegelijk zingen.

 

Voer de muziekactiviteit uit die je hebt bedacht voor de onder-, midden-, bovenbouw.

Variatie

Variatie op het lied:
Laat de kinderen de melodie neuriën (zonder tekst). Laat de kinderen het ritme klappen of spelen met instrumenten. Laat de leerlingen een nieuw couplet schrijven bij het lied/ een andere tekst bedenken op de melodie (geschikt voor bovenbouw).

 

 

 

Liedjes Basisschool groep 1, 2 en 3;

In de maneschijn;

 

In de maneschijn, in de maneschijn
Klom ik op een trapje door het raamkozijn
Maar je waagt het niet, nee je waagt het niet
Zo doet een vogel en zo doet een vis
En zo doet een duizendpoot, die schoenenpoetser is

En dat is één en dat is twee
En dat is dikke, dikke, dikke tante Kee
En dat is recht en dat is krom
En zo draaien wij het wieltje nog eens om
Rom-bom.

 

Bron;

Kinderliedjes.info

Genre;

Kinderliedje groep; 1/2

 

 

Alle eendjes zwemmen in het water;

Alle eendjes zwemmen in het water,
falderalderiere, falderalderare.
Alle eendjes zwemmen in het water,
fal, fal, falderalderalderalde, ra, ra, ra!

 

Bron;

Lievelingsliedjes.nl

Genre;

Kinderliedjes, groep 1,2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De wielen van de bus;

De wielen van de bus die draaien rond
Draaien rond, draaien rond
De wielen van de bus die draaien rond
Als de bus gaat rijden

De deuren van de bus gaan open en dicht
Open en dicht, open en dicht
De deuren van de bus gaan open en dicht
Als de bus gaat rijden

De wissers van de bus gaan heen en weer
Heen en weer, heen en weer
De wissers van de bus gaan heen en weer
Als de bus gaat rijden

De lichten van de bus gaan aan en uit
Aan en uit, aan en uit
De lichten van de bus gaan aan en uit
Als de bus gaat rijden

De toeter van de bus gaat toet toet toet
Toet toet toet, toet toet toet
De toeter van de bus gaat toet toet toet
Als de bus gaat rijden

De mensen in de bus gaan op en neer
Op en neer, op en neer
De mensen in de bus gaan op en neer
Als de bus gaat rijden

De mama's in de bus die kletsen maar
Kletsen maar, kletsen maar
De mama's in de bus die kletsen maar
Als de bus gaat rijden

De pappa's in de bus die slapen maar
Slapen maar, slapen maar
De pappa's in de bus die slapen maar
Als de bus gaat rijden

De baby's in de bus gaan op en neer
Op en neer, op en neer
De baby's in de bus gaan op en neer
Als de bus gaat rijden

 

De buschauffeur zegt dag, dag dag
Dag dag dag, dag dag dag
De buschauffeur zegt dag dag dag
Als de bus gaat rijden!

Bron;

Kinderliedjes.info

Genre;

Kinderliedjes, groep 2,3

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Liedjes bassischool groep 4 en 5;

 

Kinderen Voor Kinderen – Energie;

 

Hey!
Daar zijn we weer
Koningsspelen 2015
Is iedereen er klaar voor?
Let’s go!

Dus doe maar 1, 2, 3
Ja, lekker dansen geeft je energie
Je gaat het zien
Dus doe maar 1, 2, 3
Want lekker sporten geeft je energie voor tien

Voor het ontbijt neem ik de tijd
Om goed te eten
Want heel de dag ren ik me rot
Ik hou van zweten
Ook elke dag, zo vaak het mag
Neem ik wat fruit want
Van al dat snoep krijg ik pijn in m’n buik

‘k Wil dansen, springen
Rennen, zingen
Dat geeft magie
Dus wat ik nodig heb is energie

Dus doe maar 1, 2, 3
Ja, lekker dansen geeft je energie
Je gaat het zien
Dus doe maar 1, 2, 3
Want lekker sporten geeft je energie voor tien

Dus doe maar 1, 2, 3
Ja, lekker dansen geeft je energie
Je gaat het zien
Dus doe maar 1, 2, 3
Want lekker sporten geeft je energie voor tien

En we doen het met z’n allen en het voelt zo cool
Yes, we doen het met z’n allen, je weet wat ik bedoel
En we doen het met z’n allen, en het voelt zo cool
Zo cool, zo cool, je weet wat ik bedoel

Bewegen is het woord
Dat bij sport en dansen hoort
Ik voel me sterk en flink
Als ik lekker water drink
Een beetje snoepen is oké
Zolang je maar genoeg beweegt
Dus eet een appel, een banaan
En laat die hamburger maar staan

‘k Wil dansen, springen
Rennen, zingen
Dat geeft magie
Dus wat ik nodig heb is energie

Dus doe maar 1, 2, 3
Ja, lekker dansen geeft je energie
Je gaat het zien
Dus doe maar 1, 2, 3
Want lekker sporten geeft je energie voor tien

Dus doe maar 1, 2, 3
Ja, lekker dansen geeft je energie
Je gaat het zien
Dus doe maar 1, 2, 3
Want lekker sporten geeft je energie voor tien

En we doen het met z’n allen en het voelt zo cool
Yes we doen het met z’n allen, je weet wat ik bedoel
En we doen het met z’n allen en het voelt zo cool
Zo cool, zo cool, je weet wat ik bedoel…

 

Bron;

Songteksten.nl / kinderen voor kinderen website

Genre;

Populaire voor basisschoolkinderen

 

Uit Artis een beer ontsnapt;

 

Uit Artis is een beer ontsnapt
Een beer ontsnapt? Ja, een beer ontsnapt
Hij heeft bij Albert Heijn gegapt
Tjonge wat een boef!

Een honingpot en een krentencake
En zuurtjes voor een hele week
Een groot pak sprits voor bij de thee
Dat nam-ie allemaal mee

Nu ligt hij languit op zijn rug
Op zijn rug? Ja, op zijn rug
Hij wil nooit meer naar Artis terug
Tjonge wat een boef!

 

Bron;

Wordpress.com

Genre;

Kinderliedjes groep 3 en 4

 

Liedjes bassischool groep 6,7 en 8;

 

Ik wil jou;

 

Baby
Ik wil je vragen naar je naam
maar je doet zo crazy
Ik zie het aan die blik je wilt me ook
Nu ben ik hier
Dus verspil je kans niet
Ik heb geen tijd voor arrogantie
Eén ding moet je weten yeah
Je gaat me niet vergeten yeah
Als ik kom in je leven yeah
Zal ik je alles geven
Ik wil jou voor mij alleen
En jij mij ook
Dus draai er niet om heen

Ik wil jou
Als je wist wat ik voor je voelde baby
Ik wil jou
Ik hoor je stem die mij steeds blijft roepen baby girl
Je speelt met m'n hormonen babe
Ik heb alles voor je over babe
Dat is als je van mij was
En als het aan mij lag
Dan was je nu hier bij mij

Oh baby
Ik kom niet hier vandaan
Maar vind je dope baby
En ik geef niet zo snel mijn naam
Maar je maakt me zo crazy
Toch blijf ik hard to get voor wie dan ook
Dus doe je best
Ik wil zien dat je vecht
Want mijn gevoelens voor je
Die zijn echt
Eén ding moet je weten yeah
Je gaat me niet vergeten yeah
Als ik kom in je leven yeah
Zal ik je alles geven
Ik wil jou voor mij alleen
En jij mij ook
Dus draai er niet om heen

Ik wil jou
Als je wist wat ik voor je voelde baby
Ik wil jou
Ik hoor je stem die mij steeds blijft roepen baby boy
Je speelt met m'n hormonen babe
Ik heb alles voor je over babe
Dat is als je van mij was
En als het aan mij lag
Dan was je nu hier bij mij

ooh
Ik heb mezelf niet in de hand
Ik ben betoverd
Dit is magie
Want je hebt me in je macht
Hier heb ik zo lang op gewacht
Blijf kloppen en m'n hart blijft kloppen
We zijn één
Ik kan niet functioneren zonder jou om me heen
Laat me niet alleen

Ik wil jou
Als je wist wat ik voor je voelde baby boy
Ik wil jou
Ik hoor je stem die mij steeds blijft roepen baby boy
Je speelt met m'n hormonen babe
Ik heb alles voor je over babe
Dat is als je van mij was
En als het aan mij lag
Dan was je nu hier bij mij

Ik wil jou
Als je wist wat ik voor je voelde baby girl
Ik wil jou
Ik hoor je stem die mij steeds blijft roepen baby girl
Je speelt met m'n hormonen babe
Ik heb alles voor je over babe
Dat is als je van mij was
En als het aan mij lag
Dan was je nu hier bij mij…

 

Bron;

Muziekum.eu

Genre;

Pop en rap

 

 

Vanavond is van jou;

 

Ik heb niet eens iets gemerkt.
Maar wat je met me hebt gedaan heeft gewerkt.
Voor jou zet ik alles opzij.
Sinds ik je ken wil ik jou alleen nog bij mij.

En ik weet dat wij nog jong zijn.
Maar ik beloof je dit kan echt van ons zijn.
Daarom laat ik nu mijn hart spreken, dit mag je weten.

We kunnen lachen in de stad,
Of ff naar de film.
Misschien wel naar het strand.
Of lekker thuis chillen.

Het maakt niet uit, ik vind het allemaal goed.
Dus meisje zeg me wat je doet.

Want vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, helemaal van jou.

Want vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, helemaal van jou.

Ik wil meer van je hebben.
Meer, meer van je hebben.
En ben je ff weg, dan wil ik weer met je appen.

Want ik krijg nooit genoeg van jou,
Dit is niet meer normaal.

En ik weet dat wij nog jou zijn.
Maar ik beloof je dit kan echt van ons zijn.
Daarom laat ik nu mijn hart spreken, dit mag je weten.

We kunnen lachen in de stad,
Of ff naar de film.
Misschien wel naar het strand.
Of lekker thuis chillen.

Het maakt niet uit, ik vind het allemaal goed.
Dus meisje zeg me wat je doet.

Want vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, helemaal van jou.

Want vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, helemaal van jou.

Zeg me of je mij ook ziet, zoals ik jou zie,
Worden wij één team want je bent een,
tien, tien, voor mij.
een tien, tien, voor mij.

Zeg me of je mij ook ziet, zoals ik jou zie,
Worden wij één team want je bent een,
tien, tien, voor mij.
een tien, tien, voor mij.

Want vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, helemaal van jou.

Want vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, jou, jou.
Vanavond is van jou, helemaal van jou.

Dit is er één van b-brave.
Dit is er één voor jou.
Deze avond is van jou.

 

Bron;

Songteksten.nl

Genre;

populaire

 

 

 

 

 

 

 

 

Single ladies;

 

All the single ladies! (All the single ladies...)
All the single ladies! (All the single ladies...)
All the single ladies! (All the single ladies!)
All the single ladies! (Now put your hands up!)

Now put your hands up
Up in the club, we just broke up
I’m doing my own little thing
Decided to dip but now you wanna trip
Cuz another brother noticed me
I’m up on him, he up on me
Don’t pay him any attention
Cried my tears, for three good years
Ya can’t be mad at me

Cuz if you liked it
Then you should have put a ring on it
If you liked it then you should have put a ring on it
Don’t be mad once you see that he want it
If you liked it then you should have put a ring on it

Ooh Oh

If you liked it then you should have put a ring on it
If you liked it then you should have put a ring on it
Don’t be mad once you see that he want it
If you liked it then you should have put a ring on it

I got gloss on my lips, a man on my hips
Got me tighter than my Dereon jeans
Acting up, drink in my cup
I can care less what you think
I need no permission, did I mention
Don’t pay him any attention
Cuz you had your turn
But now you gonna learn
What it really feels like to miss me

Cuz if you liked it
Then you should have put a ring on it
If you liked it then you should have put a ring on it
Don’t be mad once you see that he want it
If you liked it then you should have put a ring on it

Ooh Oh

If you liked it then you should have put a ring on it
If you liked it then you should have put a ring on it
Don’t be mad once you see that he want it
If you liked it then you should have put a ring on it

Ooh Oh

Don’t treat me to these things of this world
I’m not that kind of girl
Your love is what I prefer, what I deserve
He’s a man that makes me then takes me
And delivers me to a destiny, to infinity and beyond
Pull me into your arms
Say I’m the one you own
If you don’t, you’ll be alone
And like a ghost I’ll be gone

All the single ladies! (All the single ladies!)
All the single ladies! (All the single ladies!)
All the single ladies! (All the single ladies!)
All the single ladies! (Now put your hands up!)
Oh-oh-oh, oh-oh-oh, oh-oh, oh, oh-oh-oh...
Whoa-oh-oh, oh-oh-oh, oh-oh, oh, oh-oh-oh...
Whoa-oh-oh...

Cuz if you liked it
Then you should have put a ring on it
If you liked it then you should have put a ring on it
Don’t be mad once you see that he want it
If you liked it then you should have put a ring on it

Ooh Oh

If you liked it then you should have put a ring on it
If you liked it then you should have put a ring on it
Don’t be mad once you see that he want it
If you liked it then you should have put a ring on it

Ooh Oh

 

Bron;

Songteksten.net

Genre;

populaire

 

Activiteit

Muziek maken met instrumenten

Doelgroep

onderbouw

Doel

Verschillende instrumenten leren

Benodigdheden

instrumenten

Plaats

lokaal

Voorbereiding

Instrumenten hebben

Uitvoering

Iedereen krijgt een instrument uit de bak en moet met de juf mee muziek maken.

Variatie

Liedjes proberen na te doen

 

Activiteit

Muziek maken met dingen dat geen instrumenten zijn

Doelgroep

middenbouw

Doel

Leren dat je ook muziek kan maken met andere voorwerpen

Benodigdheden

Materialen overal vandaan

Plaats

lokaal

Voorbereiding

-

Uitvoering

Iedereen heeft 10 minuten om door de school “instrumenten” te zoeken dus voorwerpen die je kan gebruiken als instrumenten en daarna samen met de groep een liedje te maken.

Variatie

Voorwerpen wisselen

 

Activiteit

Lied zoeken op youtube bijvoorbeeld hun lievelings liedje

Doelgroep

bovenbouw

Doel

Leren te laten zien wat er bij komt kijken

Benodigdheden

Laptop, muziek instrumenten

Plaats

lokaal

Voorbereiding

Instrumenten halen, laptopt halen

Uitvoering

Iedereen in groepjes van 5 verdelen en ze een liedje laten uitzoeken. Daarna moeten ze met het groepje het liedje uitwerken met instrumenten.

Variatie

Zelf liedje maken

 

 

spel

puber / adolescent

drama

beeldend

Activiteit

Street-art ( stoepkrijt tekening maken op straat)

Kijk eens anders naar de dingen om je heen

 

Doelgroep

Puber/adolescent

Doel

Met deze activiteit kom je tegemoet aan de behoefte van de puber om zelf te creëren en te ontwerpen. Eigenheid te brengen in het werk, een uniek werk te maken en zelfstandig te werken. Je sluit aan bij de belevingswereld van de doelgroep.

Benodigdheden

Fotocamera/telefoon, evt. selfie-stick, usb-kabel om foto’s op computer te zetten, printer, viltstiften, Stoepkrijt, gekleurde kinderklei

Plaats

Binnen en buiten 

Voorbereiding

Zorg dat de kinderen hun mobiel opgeladen hebben en hun eigen kabeltjes meebrengen.

Uitvoering

 

Ga in duo’s aan de slag. Je gaat naar buiten en je bekijkt je omgeving eens anders dan je gewend bent! Een paaltje waar je altijd omheen liep wordt nu ineens de neus van Pinoccio, een putdeksel wordt het huisje van een slak en in een streep van het zebrapad kun je allerlei andere dingen zien, bv een horlogebandje.

 

bedenk zelf eens een ander beeld van iets bestaands en fotografeer deze plekken.

 

print deze foto’s uit op A4 formaat in zwart/wit en maak hier overheen een ontwerp met viltstiften

 

voer 1 van de ontwerpen i.o. met de docent uit in het echt met stoepkrijt en/of klei (zoek wel een veilige plek, dus niet midden op de straat!)

 

maak hier een foto of filmpje van en presenteer deze aan elkaar in de klas 

Variatie

 

Voeg meer materialen toe, zoals plakplastic, natuurlijke materialen of gebruik indien het toegestaan is bijvoorbeeld spuitverf ( graffiti)

muziek

nee je hoeft ze niet te testen. ik ben een goeie meisje wil voor iedereen het beste. maar toch ben ik de dupe omdat anderen het verpesten. ik vraag mezelf af of ik eruit zie als een slechte.

https://www.youtube.com/watch?v=GtQhz6YMwPg

Muziek
Ontwikkelingsfase: de puber/adolescent/volwassene

Activiteit

Rappen

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Voeg je zelfgemaakte rap of de bestaande tekst die je hebt gebruikt in de muziekles (en eventueel een opname van je rap op beat of een link van waar de beat (of je hele rap) te vinden is online) toe aan je online activiteitenmap.

Doelgroep

Pubers/adolescenten (jong-volwassenen).
Kijk voor volwassene ook bij doelgroep “de oudere”

Doel

Het helpt om luister- en concentratievermogen te verhogen.

Simpele melodieën leggen de basis voor muzikaliteit en een goed muzikaal gehoor.
 

Ondersteunt taalontwikkeling, taalvaardigheid en het vergroten van de woordenschat. Ritme, rijm, melodie en intonatie vormen de basis van taal.
 

Feiten in rijmpjes en liedjes worden vaak makkelijk onthouden (abc, tellen, seizoenen, enz.).

 

De teksten stimuleren de fantasie.

Benodigdheden

Een beat (zelfgemaakt; van te voren of ter plekke gespeeld of een bestaande beat).

 

Tekst (bestaand of zelfgemaakt).

 

Apparatuur: materiaal om de beat af te spelen, (eventueel: ) microfoons.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zorg dat je een beat hebt (zoek deze online, maak hem zelf of zorg dat er materialen zijn om deze ter plekke te maken (gebruik bijvoorbeeld drums, overige percussie of een loopstation en je stem).

 

Zorg dat je teksten hebt (zelfgemaakt of een bestaande tekst of gedicht) of inspireer de pubers om teksten te maken (geen voorbeelden, thema’s).

Uitvoering

Gebruik een beat om de tekst op te zetten. Besteed aandacht aan hoe je en tekst maakt (of gebruik bestaande teksten). Besteed aandacht aan: ritme, rijm, uitspraak, hoe gebruik je verder je stem. Dit kan in allerlei vormen/oefeningen.

Laat pubers/adolescenten een rap maken, oefenen, performen.

Variatie

Gebruik informatieve teksten; om (studie)stof te onthouden.

Voeg aan de raps zangkoortjes en/of instrumenten toe. Werk de nummers uit. Voeg teksten samen. Neem de nummers op. Zet de nummers online. Maak een videoclip erbij, organiseer een optreden(tje) enz.

 

spel

oudere

drama

beeldend

muziek

Muziek
Ontwikkelingsfase: de oudere

Activiteit

Lied zingen uit de tijd van de oudere

 

Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Voeg je gemaakte verslag toe aan je online activiteitenmap.

Welke muziek luisterden de ouderen van nu toen ze zo oud waren als jullie?
Zoek muziek op uit de jaren 50 en 60.

Maak een kort verslagje (1A4, mag handgeschreven) in deze les en beantwoord de volgende vragen:
Werk alleen, in een twee-of drietal.

1. Welke muziek was er populair in de jaren 50?
2. Wat was kenmerkend aan deze muziek? (noem 3 dingen)
3. Noem vijf artiesten/bands uit deze tijd en bij iedere 1 nummer. Luister deze nummers.
4. Welke muziek was er populair in de jaren 60?
5. Wat was kenmerkend aan deze muziek? (noem 3 dingen)
6. Noem vijf artiesten/bands uit deze tijd en bij iedere 1 nummer. . Luister deze nummers.

Voeg het verslagje toe aan je online activiteitenmap (getypt of duidelijk geschreven en een duidelijke foto ervan).

 

Doelgroep

Ouderen (kan evt. ook voor volwassenen).
 

Doel

Vermaak, herinneringen ophalen

Benodigdheden

Een lied uit de jaren van de ouderen (in dit geval jaren ’50 en ’60). Denk ook aan Nederlandstalig.

Plaats

-

 

Voorbereiding

Zorg dat je het lied zelf kent; de melodie en de tekst. Eventueel kun je de akkoorden instuderen op een begeleidend harmonie instrument (bijvoorbeeld een gitaar of piano) en het lied begeleiden.


Wil je het lied zingen/aanleren met ouderen: zorg voor tekst op groot formaat.

Uitvoering

Zing het lied voor of laat het horen. Geef aan welk stuk je eerst gaat oefenen (bijvoorbeeld de eerste twee zinnen van het eerste couplet).
Herhaal het een aantal keer. Besteed eventueel aandacht aan: ritme, melodie (op toon zingen), hoe gebruik je verder je stem.

Variatie

Maak de melodie tweestemmig (maak een heel koor).

 

Opdracht oudere

 

  1. Welke muziek was er populair in de jaren 50?

Bill Haley, Cliff richard , Buddy holly en Doris day.

 

  1. Wat was kenmerkend aan deze muziek? 3 kenmerken

 

1 Ze hebben veel te maken met de oorlog

2 veel te maken met romantisch.

3 Eenvoudige onderwerpen dus en niet heel veel onderwerpen.

 

  1. Noem 5 artiesten/bands uit deze tijd en bij iedere 1 nummer

Bill Haley – rond around the clock

Cliff richard – living doll

Buddy holly – peggy sue

Doris day – que sero sera

Louis prima – buona sera

 

https://www.muziekweb.nl/Link/HDX8274

 

  1. Welke muziek was er populair in de jaren 60?

 

Bob dylan, simon & garfunkel, elvis Presley, nina Simone en scott mckenzie

 

  1. Wat was kenmerkend aan deze muziek? 3 kenmerken

 

1 In deze tijd luisteren ze vooral veel rock en roll

2 meer keuze in onderwerpen

3 veel protestsongs

 

  1. Noem 5 artiesten/bands uit deze tijd en bij iedere 1 nummer

 

Bob dylan – like a rolling stone

Simon & garfunkel- mrs. Robinson

Elvis presley – in the getto

Nina simone- ain’t got no i got life

Scott mckenzie – san francisco

 

https://www.muziekweb.nl/Link/JK155735

spel

  • Het arrangement Activiteitenmap saw is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    xena romeling
    Laatst gewijzigd
    2016-01-27 09:15:02
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.