Inleiding
Leestekst
Aarde? Zand? Modder? Wat is grond precies? Met grond bedoelen we alles wat aan het aardoppervlak voorkomt. Hoewel we met het blote oog niet zien wat er precies onder onze voeten gebeurt, heeft het invloed op alles om ons heen, ons voedsel en ons drinkwater.
Grond bestaat over het algemeen uit minerale gronddeeltjes, organische stof, water en lucht. De minerale gronddeeltjes zijn stukjes steen en rots die uiteengevallen zijn door vorst en dooi, regen, zon, of wind. Overal ter wereld is de samenstelling van de grond anders. Zelfs in Nederland verschilt het erg van plek tot plek: als het geregend heeft sta je op de ene plek tot je enkels in de modder, maar op het strand ligt alleen maar zand. De verschillen ontstaan door hoe de bodem is gevormd: het zand op het strand is daar gebracht door een combinatie van de wind en de zee. De klei die je op veel plekken in Nederland vindt (en die vaak zorgt voor de bagger en de prut aan je schoenen) is daar vaak gekomen door rivieren.
De grond is belangrijk voor ons. In een gezonde grond komen zaden en kiemen voor. Dit noemen we een vruchtbare grond. Deze zaden en kiemen groeien uit tot bomen, planten en bloemen. Al het groen samen dat op de grond groeit noemen we vegetatie. Deze zorgen op hun beurt voor zuurstof en voedsel voor mensen en dieren en ze houden grondwater vast. Alles wat we nodig hebben om te kunnen leven komt eigenlijk uit de grond!
Een gezonde aarde is ook belangrijk omdat we er gewassen op kunnen verbouwen. Had jij vanmorgen ook een boterham bij je ontbijt? Het graan wat nodig is om brood te kunnen bakken groeit op grond vol voedingsstoffen, dronk je daar een beker melk bij? De koe die voor jouw melk gezorgd heeft, at gras van een gezonde bodem.
Helaas is de grond niet overal even gezond. Vooral op delen van de aarde waar droogte heerst, dieren te veel grazen, er te veel van hetzelfde gewas verbouwd wordt of bomen gekapt worden, droogt de grond uit. Daardoor kan het geen regenwater meer vasthouden en er groeien niet langer bomen en planten. Op die plekken gaat de aarde op een droge, dorre woestijn lijken. Dit noemen we verwoestijning. Op dit moment gebeurt dat in Afrika, Noord- én Zuid-Amerika, Australië en zelfs dichter bij huis: in Spanje!
Gelukkig kunnen we daar iets aan doen. Door geulen, dammetjes of andere methodes kun je zorgen dat het regenwater niet meteen wegstroomt, maar de bodem in kan stromen en komen de zaden en kiemen tot leven. Bomen en planten gaan weer groeien en houden regenwater weer vast. Dat is niet het enige: De planten zorgen namelijk voor gewasverdamping, ze laten water los in de lucht wat voor koelte en wolken zorgt. In de gebieden waarin het voorheen zo warm en droog was, zorgen bomen en planten nu voor koelte en regen. Je kan dus zeggen dat door gewasverdamping, bomen en planten het bij ons laten regenen! Is dat niet bijzonder? Hoe meer bomen betekent dus meer regen. Nu hebben we in Nederland genoeg regen maar in Afrika kan deze extra regen heel veel mensen helpen. Bijvoorbeeld voor de gewassen op hun boerderij of gewoon als drinkwater.
Kortom: Grond is meer dan zand en modder onder onze voeten. Er wonen honderden soorten beestjes en het zorgt voor voedingsstoffen voor planten om te groeien. De grond zorgt voor ons eten en schoon water. Het is dus belangrijk om goed voor de grond zorgen.
Grond en water werken dus samen voor een gezonde leefomgeving. Daarom gaat les 3 over water.
Ontdekplaat
Raak de plaat aan of gebruik de muis
De opdracht
Vragen
En, snap je het een beetje? De volgende vragen kunnen je helpen om alle informatie beter te onthouden, je mag de antwoorden bespreken met je klas genootjes.
Daar gaan we dan.
Vraag 1. Hoe komt het dat er verschillende soorten grond zijn?
…………………………………………….
Vraag 2. Waarom is een vruchtbare grond belangrijk?
…………………………………………….
Vraag 3. Wat gebeurt er als er 'verwoestijning' plaats vindt?
…………………………………………….
Vraag 4: Wat is gewasverdamping?
…………………………………………….
Je eigen regenwoud!
Je eigen regenwoud? Dat kan je zelf maken! Helaas zonder mooie dieren, maar mét echte regen. Hoe? Volg de stappen:
Wat heb je nodig?
· Een pot per groepje. Zoek een pot uit die je af kan sluiten, een grote jampot werkt. Of een afsluitbare bewaar pot. Als het maar van glas is.
· Kleine steentjes
· Aarde
· Wat kleine planten en/of mos die in de pot passen.
· En een beetje water.
Wat moet je doen?
- Doe als eerste wat kleine steentjes in de pot.
- Vul de pot daarna voor 1/3e deel op met aarde.
- Nu is het tijd om wat planten toe te voegen. Zoek wat uit, uit je tuin, een park of uit de schooltuin (wel eerst vragen!) Zorg dat elke groepje andere soorten planten heeft. Dit kunnen we later weer gebruiken in les 3. Biodiversiteit, je zult versteld staan over hoeveel planten er wel niet zijn!
- Giet er wat water bij en doe de deksel op de pot.
- Zet je regenwoud op een plek waar het indirect zonlicht krijgt. Bijvoorbeeld op de vensterbank.
- Maak een foto of tekening van je regenwoud in een pot. Bewaar je foto of tekening voor de volgende les.
- Let de komende dagen goed op wat er gaat gebeuren! Daar hebben we het de volgende les namelijk over!
Meer lessen