Bloedgroepen vmbo-kgt34

Bloedgroepen vmbo-kgt34

Bloedgroepen

Intro

Dat er bloed door je lijf stroomt, hoeven we je natuurlijk niet meer te vertellen. Maar wist je ook dat iedereen een bloedgroep heeft? En dat jij niet zomaar bloed van iemand anders kunt ontvangen als je veel bloed verloren hebt?

In de volgende Clipphanger wordt alvast uitgelegd waarom. Kijk de video en ga daarna aan de slag met deze module.

Wat ga ik leren?

Na deze module kun je:

  • de begrippen antistof, antigen, rhesusfactor omschrijven.
  • omschrijven wat wordt onderzocht bij een bloedgroepbepaling.
  • met behulp van een schema van bloedgroepen beredeneren welk donorbloed een ontvanger wel of niet mag krijgen toegediend.

 

Wat ga je doen?

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je bestudeert het Kennisbankitem dat past bij dit onderdeel en test je kennis.

Stap 2

Bekijk de video's over bloedtransfusies bij dieren en doe de oefening.

Stap 3

Doe het practicum 'Bloed in actie'.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Begrippenlijst

Hier vind je de begrippenlijst bij deze module.

Examenopgaven

Je maakt enkele examenopgaven die passen bij dit onderwerp.

Terugkijken

Terugkijken op de module.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank

Bestudeer uit de Kennisbank biologie het onderdeel:

Bloedgroepen

 

Test je kennis
Beantwoord de volgende vragen over de theorie in de Kennisbank.

Stap 2: Bloedtransfusies bij dieren

Bekijk de video over bloedgroepen. Daarin wordt uitgelegd hoe bloedgroepen werken.

Bekijk nu de video over de dierenambulance.

De dierenambulance brengt een gewonde kat bij de dierenarts.
De poes heeft veel bloed verloren en heeft een bloedtransfusie nodig.
Katten hebben, net als mensen, bloedgroep A, B en AB.
Bloedgroep O komt niet voor.

Om te bepalen welke bloedgroep de kat heeft, kan de dierenarts een test afnemen.
De dierenarts mengt het bloed van de kat met reagens om de bloedgroep te bepalen.
Hieronder zie je de uitslag van de test.
Welke bloedgroep heeft de kat?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Stap 3: Bloedtransfusie

Ieder jaar ontvangen zo’n 250.000 Nederlanders een bloedtransfusie. Dat betekent dat zij bloed krijgen van een bloeddonor. Bij een bloedtransfusie is het belangrijk dat het bloed bij de ontvanger ‘past’. Daarom wordt van te voren de bloedgroep van de donor en van de ontvanger getest.

Dit wordt door een analist gedaan, dat is iemand die in een laboratorium werkt. Jij gaat, net als een analist in het ziekenhuis, de bloedgroep van donor Tim en een anonieme donor bepalen. Er zijn in het ziekenhuis drie patiënten binnengebracht die bloed nodig hebben. Ook van de drie patiënten bepaal je de bloedgroep. Vervolgens beslis je welke patiënt of patiënten bloed mogen ontvangen dat Tim en de anonieme donor hebben gegeven.

Het practicum Bloed in actie is ontwikkeld door De Praktijk in samenwerking met Sanquin.
Meer informatie vind je hier www.sanquin.nl.

Afronding

Begrippenlijst

Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.

Bloedcellen
Bloedcellen vorm samen met het bloedplasma het bloed. Er zijn drie typen bloedcellen: rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes.

Bloedplasma
Bloedplasma vormt samen met bloedcellen het bloed en bestaat uit water met plasma-eiwitten en een aantal opgeloste stoffen.

Rode bloedcellen
Rode bloedlichaampjes, die hemoglobine bevatten en een functie hebben bij het vervoeren van zuurstof in het bloed.

Witte bloedcellen
Kleurloze bloedcellen met kern. Ze spelen een belangrijke rol in het afweersysteem.

Bloedplaatjes
Bloedplaatjes zijn stukjes van cellen. Ze zorgen voor het ontstaan van stolsel als ze beschadigd worden. Zo kan er uiteindelijk een korst worden gevormd.

Bloedsomloop
Het stromen van bloed door aders, slagaders en haarvaten door het lichaam heen.

Bloedtransfusie
Bloed van een donor dat wordt gegeven aan iemand die bloedarmoede heeft of een probleem heeft met de aanmaak van bloed.

Bloedgroep
Het onderverdelen van bloed in verschillende groepen. Dit is afhankelijk van de antigenen die op de rode bloedcellen zitten. Bloedgroepen zijn erfelijk. Er zijn vier soorten bloedgroepen: A, B, O en AB.

Antistoffen
De afweerstoffen die je lichaam aanmaakt als het in contact komt met lichaamsvreemde stoffen.

Resusfactor
Een antigen op een bloedgroep. Is dit antigen aanwezig, dan krijgt de bloedgroep een + . Ontbreekt dit antigen dan krijgt de bloedgroep een -.

Examenopgaven

Je hebt in deze module veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.

Tips

 

Van de examenvragen kan de voortgang worden bijgehouden op ExamenKracht.
Vraag verdere instructies aan je docent.

Binnenkort vind je hier examenvragen van ExamenKracht om mee te oefenen.

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je wat je moet kunnen?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je 2 uur met de opdracht bezig zou zijn. Klopt dat?
  • Inhoud
    Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je het meeste al?
    Schrijf op wat nieuw voor je was.
  • Examenopgaven
    Heb je de examenopgaven gemaakt? Ging het goed?
  • Het arrangement Bloedgroepen vmbo-kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2021-10-14 12:54:22
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vmbo kgt leerjaar 4. Dit is thema ’Zwangerschap'. Het onderwerp van deze les is: bloedgroepen. Je leert de begrippen antistof, antigen, resusfactor omschrijven, omschrijven wat wordt onderzocht bij een bloedgroepbepaling, met behulp van een schema van bloedgroepen beredeneren welk donorbloed een ontvanger wel of niet mag krijgen toegediend.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Biologie; Instandhouding en ontwikkeling;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    1 uur en 40 minuten
    Trefwoorden
    antigen, antistof, arrangeerbaar, biologie, bloedgroep, bloedgroepbepaling, donorbloed, resusfactor, stercollectie, vmbo kgt 4

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Kennisbanken. (z.d.).

    Kennisbank Biologie - blauw

    https://maken.wikiwijs.nl/147184/Kennisbank_Biologie___blauw