Weet jij waarom je je hand wegtrekt als je je vinger brandt? Dat heeft alles te maken met reflexen en prikkels.
Kijk maar eens naar de volgende video van SchoolTV. Maak daarna deze module.
Wat ga ik leren?
Na deze module kun je:
de verschillende onderdelen van het zenuwstelsel omschrijven.
de functie van de drie type zenuwcellen omschrijven.
omschrijven wat een reflex is.
de weg van de impulsen bij een onbewuste en bewuste reactie beschrijven.
Wat ga ik doen?
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
Je bestudeert het Kennisbankitem dat past bij dit onderdeel en test je kennis.
Stap 2
Bekijk de video 'Zenuwen' op SchoolTV en maak de oefening.
Stap 3
Zoek uit hoe de kniepeesreflex werkt.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Begrippenlijst
Hier vind je de begrippenlijst bij deze module.
Examenopgaven
Je maakt een aantal examenopgaven die passen bij dit onderwerp.
Terugkijken
Terugkijken op de module.
Tijd
Voor deze opdracht heb je 1 à 2 lesuren nodig.
Aan de slag
Stap 1: Kennisbank
In de module 'Zenuwstelsel' leer je welke zenuwcellen er zijn en hoe die cellen prikkels waarnemen, doorgeven aan de hersenen en hoe ze je spieren aan het werk zetten.
Bestudeer uit de Kennisbank biologie het volgende onderdeel:
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Met een stripverhaal kun je een kort verhaal in beeld brengen. Je maakt een combinatie van tekst en beeld door je verhaal uit te werken in tekeningen met tekstballonnen.
Stap 3: Kniepeesreflex
Als iemand met een hamertje op je kniepees slaat, gaat je onderbeen
vanzelf omhoog. Dit is bekend als de kniepeesreflex.
In de volgende toepassing ga je uitzoeken hoe de kniepeesreflex werkt.
Werkblad Kniepeesreflex
Download het werkblad Kniepeesreflex. Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...)
of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Lees het werkblad een keer helemaal door.
Maak de opdracht op het werkblad.
Overleg met je docent over de beoordeling.
Maak nu ook de volgende oefening.
Afronding
Begrippenlijst
Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.
Prikkel
Vanuit een intern of extern milieu afkomstige informatie.
Zintuig
Orgaan dat een verandering in de omgeving kan waarnemen en signalen doorgeeft aan delen van het zenuwstelsel (zenuwcellen).
Adequate prikkel
De bepaalde prikkel waar een bepaald zintuig gevoelig voor is, noem je de adequate prikkel.
Gezichtszintuig
Orgaan met zintuigcellen die licht registreren/waarnemen, waardoor je kunt zien. Ook wel ogen genoemd.
Gehoorzintuig
Orgaan met zintuigcellen die geluidstrillingen registreren/waarnemen, waardoor je kunt horen. Ook wel oren genoemd.
Reukzintuig
Orgaan met reukzintuigcellen die geuren kunnen waarnemen, waardoor je kunt ruiken. Ook wel neus genoemd.
Smaakzintuig
Orgaan met smaakzintuigcellen die smaken kunnen waarnemen, waardoor je kunt proeven.
Gevoelszintuig
Tastzintuigen, drukzintuigen, warmtezintuigen en koudezintuigen, o.a. in de huid, geven informatie door aan het zenuwstelsel over gevoel.
Zintuigcellen
Zintuigen bestaan uit zintuigcellen. In deze cellen worden prikkels omgezet in impulsen.
Impulsen
Elektrische stroompjes die door zintuigcellen worden doorgegeven aan zenuwcellen.
Reflex
Een zeer snelle reactie van het zenuwstelsel, waarbij het signaal in eerste instantie niet via de hersenen verloopt, maar alleen via het ruggenmerg.
Prikkeldrempel
De waarde van een prikkel die nog net omgezet wordt in een impuls en dus waargenomen wordt.
Gewenning
Het hoger worden van de prikkeldrempel voor een bepaalde drempel door een constante aanvoer ervan.
Centrale zenuwstelsel
Bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg.
Perifere zenuwstelsel
Bestaat uit alle zenuwen behalve de hersenen en het ruggenmerg.
Zenuwcellen
Specifieke cellen van het zenuwstelsel, die bestaan uit een cellichaam en heel lange uitlopers. Ze ontvangen signalen en informatie en geven die door.
Ruggenmerg
Deel van het zenuwstelsel dat binnen in de wervelkolom ligt, speelt een rol bij het doorgeven van signalen in het zenuwstelsel.
Gevoelszenuwcellen
Zenuwcellen die impulsen van zintuigen naar het centrale zenuwstelsel brengen.
Schakelcellen
Zenuwcellen die impulsen van de ene naar de andere zenuwcel brengen.
Bewegingszenuwcellen
Zenuwcellen die impulsen van het centrale zenuwstelsel naar spieren en/of klieren brengen.
Hersenen
Een buitengewoon ontwikkeld orgaan dat alle gevoelens, het bewustzijn en alle mogelijkheden om iets te doen bevat.
Grote hersenen
Orgaan van het zenuwstelsel; grootste deel van de hersenen, waar signalen van zenuwen worden verwerkt en de beweging van je lichaam wordt geregeld. Is ook het regelcentrum voor o.a. plannen, redeneren, emotie en het geheugen.
Kleine hersenen
Orgaan van het zenuwstelsel, zorgt o.a. voor coördinatie van bewegingen.
Hersenstam
De hersenstam is het oudste hersendeel, ligt in het verlengde van het ruggenmerg en regelt de basale functies.
Examenopgaven
Je hebt in deze module veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.
Van de examenvragen kan de voortgang worden bijgehouden op ExamenKracht.
Vraag verdere instructies aan je docent.
Binnenkort vind je hier examenvragen van ExamenKracht om mee te oefenen.
Terugkijken
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je omschrijven wat een reflex is?
Hoe ging het?
Tijd
Bij de activiteiten stond dat je 1 à 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
Klopt dat? Heb je de opdracht op het werkblad 'Kniepeesreflex' gemaakt.
Inhoud
Schrijf twee dingen op die je in de onderbouw ook al had geleerd.
Schrijf ook twee dingen op die nieuw voor je waren.
Examenopgaven
Heb je de examenopgaven gemaakt? Ging het goed?
Pasten alle vragen goed bij de opdracht?
Het arrangement Zenuwstelsel vmbo-kgt34 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vmbo kgt leerjaar 3. Dit is thema ’Vleermuizen'. Het onderwerp van deze les is: zenuwstelsel.
Je kunt de verschillende onderdelen van het zenuwstelsel omschrijven, de functie van de drie type zenuwcellen omschrijven, omschrijven wat een reflex is en de weg van de impulsen bij een onbewuste en bewuste reactie beschrijven.
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vmbo kgt leerjaar 3. Dit is thema ’Vleermuizen'. Het onderwerp van deze les is: zenuwstelsel.
Je kunt de verschillende onderdelen van het zenuwstelsel omschrijven, de functie van de drie type zenuwcellen omschrijven, omschrijven wat een reflex is en de weg van de impulsen bij een onbewuste en bewuste reactie beschrijven.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Zenuwstelsel
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.