In de natuur draait alles om eten of gegeten worden. Ook wij mensen maken deel uit van de voedselketen.
Kijk voor je begint aan deze module de volgende korte video van SchoolTV.
Wat ga ik leren?
Na deze module kun je:
de begrippen voedselweb en voedselketen omschrijven, zodat duidelijk is wat het verschil is tussen beide begrippen.
een voedselweb maken met daarin één of meerdere voedselketens.
de begrippen producenten, consumenten en reducenten omschrijven.
in een voedselweb (voorbeelden van) producenten, consumenten en reducenten aanwijzen.
Wat ga ik doen?
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
Je bestudeert het Kennisbankitem dat past bij dit onderdeel en test je kennis.
Stap 2
Bekijk de video 'Hoeveel vlees eten wij' en beantwoord de vragen.
Stap 3
Bekijk de video over de afbraak van een hamburger.
Stap 4
En bekijk ook de video over rottend fruit.
Stap 5
Onderzoek hoe stoffen afbreken.
Stap 6
Bekijk de video over de Oostvaardersplassen en maak zelf een voedselweb van de Oostvaardersplassen.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Begrippenlijst
Hier vind je de begrippenlijst bij deze module.
Examenopgaven
Je maakt enkele examenopgaven die passen bij dit onderwerp.
Terugkijken
Terugkijken op de module.
Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 à 3 lesuren nodig.
Aan de slag
Stap 1: Kennisbank
Bestudeer uit de Kennisbank biologie het onderdeel:
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Bekijk de video (ook als je vegetariër bent) over het leven van een vleesvarken. Lees voor het kijken eerst de vragen onder de video. De antwoorden vind je (deels) in de video.
Bespreek met een klasgenoot de volgende stelling. Beargumenteer je antwoord.
“Ik vind dat mensen maar 3 dagen per week vlees mogen eten.
Dat is beter voor de aarde en uiteindelijk ook voor de mensen zelf.”
Stap 3: Voedselketen
Wat heeft een hamburger van McDonald’s te maken met een voedselkringloop?
Nou misschien wel meer dan je denkt.
Bekijk het volgende filmpje The decomposition (Eng.)
Tip! Het filmpje is in het Engels. Gebruik eventueel de ondertiteling.
Lees voor het kijken de vragen door. De antwoorden hoor je (deels) in de video.
Stap 4: Rottend fruit
Stap 5: Wormen
Je onderzoekt hoe regenwormen groente- en fruitafval afbreken tot compost.
Je maakt hiervoor een wormenbak.
Bekijk eerst de volgende video:
In de volgende opdracht onderzoek je hoe stoffen afbreken.
Wormenbak
Download het werkblad wormenbak Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...)
of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Lees het werkblad een keer helemaal door.
Zoek de benodigdheden bij elkaar.
Voer het onderzoek uit zoals beschreven onder de werkwijze.
Maak het onderzoeksverslag.
Maak gebruik van de informatie in de Gereedschapskist.
Beoordeel eerst samen het onderzoeksverslag.
Laat het verslag vervolgens beoordelen door jullie docent.
Schrijf je een verslag van een onderzoek voor biologie of NaSk, dan wordt dit een natuurwetenschappelijk verslag genoemd. Het is hierbij vooral belangrijk dat het doel van je onderzoek en de manier waarop je het uitvoert zo duidelijk mogelijk wordt weergegeven. Het schrijven van zo’n verslag gebeurt in verschillende stappen.
Stap 6: Oostvaardersplassen
Je hebt in deze module geoefend met producenten, consumenten en reducenten en kunt ze in een voedselketen herkennen. Deze begrippen ga je nu toepassen.
Je maakt zelf een voedselweb van de Oostvaardersplassen.
Daarna leer je hoe je dit voedselweb omzet in een piramide van aantallen.
Bekijk eerst als introductie de video:
Open het werkblad Voedselweb Oostvaardersplassen. Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...) of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Voedselweb Oostvaardersplassen
Download het werkblad Voedselweb Oostvaardersplassen. Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...)
of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Lees het werkblad een keer helemaal door.
Zoek de benodigdheden bij elkaar.
Voer de opdrachten uit zoals beschreven onder de werkwijze.
Afronding
Begrippenlijst
Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.
Voedselweb
Geheel van voedselrelaties binnen een levensgemeenschap.
Voedselketen
Een keten van eten en gegeten worden, waarbij elk organisme een voedselbron is voor een volgend organisme. Een voedselketen begint altijd met een plant (producent). Bijvoorbeeld: gras → rups → koolmees.
Plaagdier
Een plaagdier is een bepaald soort organisme dat een bedreiging voor het voortbestaan van andere soorten kan gaan vormen.
Plaag
Een plaag is elk dier of elke plant die schadelijk is voor de mens of de menselijke zorg. De term wordt met name gebruikt voor wezens die gewassen, vee en bosbouw beschadigen of mensen overlast bezorgen, vooral in hun huizen.
Producenten
Organismen (planten) die zelf voedsel maken; planten maken door fotosynthese suikers (voedsel) van koolstofdioxide, water en zonlicht.
Consumenten
Organismen die andere organismen als voedsel gebruiken.
Reducenten
Reducenten staan aan het eind van de voedselketen en leven van dode planten en dieren. Voorbeelden van reducenten zijn bacteriën en schimmels.
Dierlijke plankton
Dierlijk plankton bestaat uit kleine diertjes in zee.
Plantaardig plankton
Plantaardig plankton bestaat uit kleine plantjes in zee.
Voedselpiramide
Een grafische afbeelding waarin verschillende organismen van een voedselketen zijn weergegeven, met de producenten (planten) onderaan en predatoren (roofdieren/carnivoren/vleeseters) bovenin. De piramidevorm geeft het verlies van organische stoffen en energie aan in iedere stap van de keten.
Examenopgaven
Je hebt in deze module veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.
Van de examenvragen kan de voortgang worden bijgehouden op ExamenKracht.
Vraag verdere instructies aan je docent.
Binnenkort vind je hier examenvragen van ExamenKracht om mee te oefenen.
Terugkijken
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun de genoemde begrippen omschrijven?
Hoe ging het?
Tijd
Ben je ongeveer 2,5 uur met de opdracht bezig geweest.
Heb je in die tijd alle stappen kunnen zetten?
Klopt dat?
Inhoud
Had je al eens eerder naar een video van een rottingsproces gekeken?
Vond je het verrassend wat je zag of had je dit wel verwacht?
Inhoud
Is het gelukt om een voedselweb van de Oostervaardersplassen te maken?
Examenopgaven
Zeven examenopgaven bij deze opdracht.
Heb je ze allemaal gemaakt? Ging het goed? Vond je ze goed aansluiten bij de theorie van deze module?
Het arrangement Voedselweb en voedselketen vmbo-kgt34 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vmbo kgt leerjaar 3. Dit is thema ’Lepelaars'. Het onderwerp van deze les is: voedselweb en voedselketen.
Je leert de begrippen voedselweb en voedselketen omschrijven, zodat duidelijk is wat het verschil is tussen beide begrippen, je leert een voedselweb maken met daarin één of meerdere voedselketens. Je kunt de begrippen producenten, consumenten en reducenten omschrijven, in een voedselweb (voorbeelden van) producenten, consumenten en reducenten aanwijzen.
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vmbo kgt leerjaar 3. Dit is thema ’Lepelaars'. Het onderwerp van deze les is: voedselweb en voedselketen.
Je leert de begrippen voedselweb en voedselketen omschrijven, zodat duidelijk is wat het verschil is tussen beide begrippen, je leert een voedselweb maken met daarin één of meerdere voedselketens. Je kunt de begrippen producenten, consumenten en reducenten omschrijven, in een voedselweb (voorbeelden van) producenten, consumenten en reducenten aanwijzen.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Voedselweb en voedselketen
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.