Extra: Gezichtsbedrog hv12

Extra: Gezichtsbedrog hv12

Extra: Gezichtsbedrog

Intro

Zie je altijd wat je ziet?
Bekijk voor je antwoord geeft op deze vraag de volgende twee filmpjes maar eens.

In de filmpjes zie je een heleboel voorbeelden van gezichtsbedrog, ook wel een optische illusie genoemd.
Hoe werkt dat? Dat ga je in deze opdracht onderzoeken.

Succes!

 

Wat kan ik straks?

Hieronder zie je de leerdoelen staan die horen bij de opdracht gezichtsbedrog.
Je kunt:

  • uitleggen dat je 'Kijkt met je ogen, maar ziet met je hersenen'.
  • verschillende vormen van gezichtsbedrog opnoemen.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1 Na het kijken van een video kun je uitleggen waarom je kijkt met je ogen, maar ziet met je hersenen.
Stap 2 Je maakt kennis met twee verschillende vormen van visuele illusie en kunt deze daarna herkennen.
Stap 3 Je kunt in een onmogelijk figuur de 'fout' vinden.
Stap 4 Je kunt in een ambique figuur beide figuren onderscheiden.
Stap 5 Je kunt aan een figuur zien dat de beweging die je ziet niet klopt met de werkelijkheid.
Stap 6 Je kunt het na-figuur dat je in een afbeelding ziet koppelen aan gezichtsbedrog.
Stap 7 Je kunt in figuren zien dat de lengte van de lijn of de grote van een stip niet verschilt, ook al vertellen je hersenen je iets anders.
Stap 8 Je kunt in een afbeelding twee kleuren als gelijke zien, ondanks dat je hersenen je anders vertellen.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Begrippenlijst Hier vind je de belangrijkste begrippen uit deze opdracht.
Eindopdracht A Als je kiest voor eindopdracht A, maak je een toets over optische illusies.
Eindopdracht B Als je kiest voor eindopdracht B, maak je een optische illusie.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Benodigdheden
Eindopdracht A:

Tijd
Voor deze opdracht heb je 1 lesuur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Gezichtsbedrog

Wat je ogen zien, wordt soms op een andere manier in je hersenen verwerkt.
Je hebt dan te maken met gezichtsbedrog of een optische illusie.

Je ogen of je hersenen worden, zeg maar, een beetje voor de gek gehouden.
In sommige gevallen kunnen je ogen de beelden niet goed doorgeven naar je hersenen.
Of weten je hersenen niet hoe ze iets moeten zien en raken dan in de war.

Bekijk de Klokhuis-clip om meer te weten over gezichtsbedrog op de site van de npo:

Video: Het Klokhuis - Gezichtsbedrog

Er zijn verschillende vormen van gezichtsbedrog:

  • visuele illusie
  • na-figuren
  • onmogelijke figuren
  • ambigue figuren
  • bewegende figuren

In de volgende stappen zie je voorbeelden van deze verschillende vormen.

Stap 2: Visuele illusie

Er zijn verschillende soorten van gezichtsbedrog.

Hieronder zie je twee vormen van visuele illusie.

Er komt iets bij
Kijk naar de figuur.
Zie je een driehoek?
De tekening bestaat uit drie zwarte ballen waar hoekjes uit
zijn. Omdat je figuren probeert te ontdekken zie je de
driehoek; het is een figuur die je al kent.
Je ogen denken iets te zien, wat er niet is.

 

 

 

 

 

Kromming

Kijk goed naar de twee lijnen die horizontaal lopen. Lopen ze evenwijdig? Controleer het met een liniaal.
Lijnen zijn zo geplaatst dat je hersens er een andere invulling aan geven.

 

 

 

 

 

 

 

Stap 3: Onmogelijke figuren

Onmogelijke figuren
Klopt dit? Wat gaat er mis?
Figuur lijkt te kloppen, maar als je goed kijkt kan dit onmogelijk echt bestaan.

 

Stap 4: Ambigue figuren

Ambigue figuren
Ambigue figuren zijn figuren die je op twee manieren kunt bekijken.
Je kan er twee dingen in zien.
Wat zie je in dit plaatje?
Je kunt beide figuren nooit tegelijk zien omdat je hersens zich maar op één plaatje kunnen concentreren.

 

Stap 5: Bewegende figuren

Bewegende figuren
Dit is géén animatie en toch beweegt het.
Word je al draaierig?

De illusie ontstaat doordat de contrasten een verstoring van het netvlies veroorzaken waardoor je beweging waarneemt.

 

Stap 6: Na-figuren

Hier volgen nog een aantal voorbeelden van gezichtsbedrog.

Zwarte vierkantjes
Kijk naar de figuur.
Zie jij alleen zwarte vierkantjes of zie je ook grijze stippen tussen de zwarte vierkantjes?
Dit plaatje wordt het Hermann rooster genoemd.

Stap 7: Groter of kleiner

Bij gezichtsbedrog is het vaak zo dat een deel van het figuur groter of kleiner lijkt dan dat deze daadwerkelijk is. Kijk maar eens naar de volgende voorbeelden.

 

Lijnen

Kijk goed naar de afbeeldingen.
Je ziet drie horizontale lijnen met haken.
Welke lijn is het langst?

Ze zijn allemaal even lang.
Door de verschillende pijlpunten raken je
hersenen in de war.

 

 

Stippen
Bekijk de figuur.
Je ziet twee gele stippen met groene stippen er omheen.
Welke gele stip is groter?

De stippen zijn even groot!
In het bovenste plaatje lijkt de gele stip groter, omdat hij omringd wordt door allemaal kleine stippen.
Dingen om een voorwerp heen hebben invloed op wat je ziet.

 

 

Twee lijnen
Kijk goed naar de afbeelding.
Je ziet twee lijnen die loodrecht op elkaar staan.
Welke lijn is het langst?

De lijnen zijn even lang.
Het lijkt dat de rechtopstaande lijn langer is.
Maar dat is gezichtsbedrog!

 

 

Rode lijn

Je ziet links twee rode lijnen en rechts één rode lijn.
Welke rode lijn aan de linkerkant past aan de rode lijn aan de rechterkant?

Zie je meteen dat het de onderste rode lijn is?
Het lijkt dat de bovenste lijn past op de rode lijn aan de rechterkant.
Doordat de rode lijn schuin staat raken je hersenen in de war.

 

 

Stap 8: Kleuren

Vierkantjes
Je ziet twee kleine blauwe vierkantjes.
Welk blauwe vierkant is het donkerst van kleur?

Ze zijn allebei gelijk van kleur.
Het lijkt of het vierkant met de witte achtergrond donkerder blauw is.
Bij een donkere achtergrond lijkt het vierkantje lichter blauw van kleur.
Je hersenen raken in de war door de achtergrond.

 

Afronding

Begrippenlijst

Gezichtsbedrog / Optische illusie
Wat je ziet met je ogen wordt soms op een andere manier in je hersenen verwerkt.
Visuele illusies
Je ziet kleuren, bewegingen en vormen die er eigenlijk niet zijn.
Ambique figuren
Figuren die je op twee manieren kunt bekijken. Hierdoor zie je twee verschillende afbeeldingen in één afbeelding.
Na-figuren
Figuren die je in een tegengestelde (negatieve) kleur ziet.
Onmogelijke figuren
Figuren waarvan je weet dat het niet kan of klopt wat je ziet, maar je ziet het toch.
Bewegende figuren
Figuren die lijken te bewegen, maar dit in werkelijkheid niet doen.

Eindproduct A: Toets

Als je kiest voor eindopdracht A maak je een toets met 10 vragen over gezichtsbedrog.

Eindproduct B: Bouwplaat draakje

Als eindproduct van deze opdracht ga je zelf een optische illusie maken.

  • Download de Bouwplaat Draakje .
  • Print het bestand uit.
  • Zet het draakje in elkaar.
  • Je vouwt volgens de aanwijzingen en lijmt het vast.
  • Zoek onbekende woorden op in een woordenboek.

Is het gelukt?
Vergelijk je resultaat met wat je ziet in het volgende filmpje:



Tevreden?
Laat je eindproduct beoordelen door je docent

Terugkijken

Intro

  • Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
    Vind je het een goede intro om de opdracht mee te beginnen?
    Waarom wel of waarom niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je wat je moet kunnen?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 1 uur met de opdracht bezig zou zijn.
    Klopt dat?
  • Inhoud
    Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je het meeste al?
    Schrijf op wat nieuw voor je was.
  • Eindopdracht
    Wat vond je van de eindopdracht?
    Vond je het fijn om de opdracht met z'n tweeën te doen?
    Hoe verliep de samenwerking?
  • Het arrangement Extra: Gezichtsbedrog hv12 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2023-03-29 15:43:40
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor havo/vwo leerjaar 1. Dit is thema ’Zintuigen'. Het onderwerp van deze les is: gezichtsbedrog. Je leert uitleggen dat je 'Kijkt met je ogen, maar ziet met je hersenen' en verschillende vormen van gezichtsbedrog opnoemen.
    Leerniveau
    VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 2;
    Leerinhoud en doelen
    Biologie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    1 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, biologie, gezichtsbedrog, havo/vwo 1, hersenen, kijken, ogen, stercollectie