Opdracht: Jongeren - vmbo-kgt34

Opdracht: Jongeren - vmbo-kgt34

Jongeren

Intro

Of het nu thuis in de zaak is, auto's wassen, oppassen, de krant rondbrengen of tomatenplukken, veel scholieren hebben naast hun schoolwerk een betaald baantje of gebruiken een deel van de zomervakantie om wat bij te verdienen.

Wat denk jij?
Welke baantjes zijn het populairst?
Kinderarbeid is in Nederland verboden. Vallen dit soort baantjes niet onder kinderarbeid?

Bespreek je antwoorden met een klasgenoot.


Bekijk (een stukje van) deze video.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • (met behulp van voorbeelden) duidelijk maken dat er regels gelden voor het soort werk dat door jongeren gedaan mag worden en het aantal uur dat jongeren mogen werken.
  • de naam van de wet noemen waarin geregeld is wat jongeren wel en niet mogen als het gaat om werken.
  • omschrijven wat het minimumjeugdloon is en kun je aangeven voor wie het minimumjeugdloon geldt.
  • minimaal twee verschillende arbeidsmotieven noemen.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Leervragen

Stap 1

Wat voor soort regels staan in de Arbeidstijdenwet?

Stap 2

Wat is het minimumjeugdloon en voor wie geldt het minimumjeugdloon?

Stap 3

Welke mogelijke arbeidsmotieven zijn er?

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Eindopdracht

Doe een onderzoek onder klasgenoten naar baantjes en/of vakantiewerk.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Jongeren en werk

Bestudeer uit de Kennisbank het volgende onderdeel en maak daarna onderstaande oefening.

Jongeren en werk

Doe de oefeningen.

Stap 2: Minimumjeugdloon

Voor iedere werknemer in Nederland geldt de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag.
De lonen mogen niet lager zijn dan een vastgesteld minimum.
Voor jongeren jonger dan 22 jaar geldt het minimumjeugdloon.

Doe de volgende oefeningen.

In de tabel in de oefening zie je dat iemand van 5 jaar € 473,40 per maand of € 109,25 per week moet verdienen?
Soms moet je een bedrag per maand omrekenen naar een bedrag per jaar of naar een bedrag per week.
Daarvoor kun je het onderstaand schema gebruiken.

Laat met een berekening zien dat € 473,40 per maand hetzelfde is als € 109,25 per week.

Stap 3: Arbeidsmotieven

Er zijn verschillende redenen om na school of in de vakantie te gaan werken.
Mogelijke arbeidsmotieven zijn:

  • geld verdienen
  • ervaring opdoen
  • iets te doen hebben

Doe de oefening.

Afronding

Eindopdracht: Onderzoek

Deze opdracht sluit je af met een onderzoek onder je klasgenoten naar hun baantjes na schooltijd of vakantiewerk. Je probeert antwoord te krijgen op de volgende vragen:

  • Welke baantjes zijn favoriet bij je klasgenoten?
  • Zijn er verschillen tussen jongens en meisjes?
  • Waarom hebben sommige van je klasgenoten geen baantje?
  • Zijn er bij je klasgenoten die een baantje hebben nog andere arbeidsmotieven dan alleen geld verdienen?
  • Hoe zijn ze aan het baantje gekomen?
  • Is het baantje toegestaan als je kijkt naar de ATW?
  • Hoeveel wordt er verdiend met de baantjes?

Het NIBUD is het Nationaal Instituut voor BUDgetvoorlichting.
Op hun site (scholieren.nibud.nl) vind je veel informatie over jongeren en werk.
Ga naar de website en scan de informatie op de website.

Bedenk een originele manier om de resultaten van je onderzoek te presenteren.
Kijk voor ideeën in de gereedschapskist.

Gereedschapskist

Welkom bij de gereedschapskist. Hier vind je uitleg over alle werkvormen waarmee je je eindproducten maakt. Bij iedere werkvorm staat beschreven hoe je deze uitvoert, kun je inspiratiefilmpjes bekijken en vind je de beoordelingscriteria waaraan jouw product moet voldoen. Ook zie je welke digitale middelen je kunt gebruiken en aan welke vaardigheden je werkt tijdens het maken van je eindproduct. Veel succes!

 

Terugkijken

Intro

  • Bekijk de intro opnieuw. Wat vond je van de video?
    Schrijf op wat je goed en wat je minder goed vond aan de video.

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Maak bij ieder leerdoel een vraag en kijk of je die vraag kunt beantwoorden.

Hoe ging het?

  • Inhoud
    Heb jezelf een baantje na school? Of doe je wel eens vakantiewerk?
    Passen de afspraken die je met je baas hebt gemaakt binnen de Arbeidstijdenwet?
    Verdien je minimaal het minimumjeugdloon?
  • Afronding - Eindopdracht
    Heb je het onderzoek onder klasgenoten gedaan?
    Zijn er verrassende uitkomsten uit het onderzoek gekomen?
  • Het arrangement Opdracht: Jongeren - vmbo-kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2024-06-13 10:55:13
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema 'Arbeidsverhoudingen', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie vmbo-kgt34. De opdracht begint met een intro, hier moet je samen met een klasgenoot nadenken over baantjes en kinderarbeid. Daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. De opdracht bestaat uit drie verschillende stappen met bijbehorende opdrachten, een eindopdracht en een reflectie. Voor deze opdracht heb je een rekenmachine nodig. Bij stap 1 is er een opdracht over jongeren en werk. Eerst worden de begrippen arbeidstijdenwet en minimumjeugdloon uitgelegd. Vervolgens worden hier waar/niet waar vragen over gesteld. Bij stap 2 is er een opdracht over minimumjeugdloon. Hier moet je verschillende berekeningen doen die te maken hebben met het minimumjeugdloon. Bij stap 3 is er een opdracht over arbeidsmotieven. Eerst worden mogelijke arbeidsmotieven uitgelegd, en vervolgens worden hier vragen over gesteld. Na deze drie stappen komt er een opdracht waar de stof nog een keer wordt herhaald en de samenvatting volledig moet worden ingevuld. Dan komt er een eindopdracht, hier ga je onderzoek doen naar de bijbaantjes van je klasgenoten. Na de eindopdracht wordt er teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het? En kan ik wat ik moet kunnen?
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Arbeid, productie en bedrijfsleven; Economie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arbeidsmotieven, arbeidstijdenwet, arbeidsverhoudingen, arrangeerbaar, economie, jongeren, minimumjeugdloon, stercollectie, vmbokgt34, wet

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Gereedschapskist. (2019).

    Gereedschapskist activerende werkvormen

    https://maken.wikiwijs.nl/105906/Gereedschapskist_activerende_werkvormen