Opdracht: Productiefactoren - vmbo-b34

Opdracht: Productiefactoren - vmbo-b34

Productiefactoren

Intro

Producten worden in verschillende bedrijven gemaakt.
Een auto wordt in een autofabriek gemaakt.
Een verpleegkundige werkt in een ziekenhuis.
Als je geknipt wilt worden, ga je naar de kapper.

Wat denk jij?

Al deze bedrijven lijken verschillend.
Toch zijn er wel dingen die hetzelfde zijn.
Schrijf zoveel mogelijk dingen op die in alle bedrijven hetzelfde zijn.
Bespreek je antwoorden met een klasgenoot.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • omschrijven wat produceren inhoudt en de vier productiefactoren noemen.
  • in verschillende situaties herkennen om welke productiefactor het gaat.
  • (met behulp van een voorbeeld) de begrippen investeren, mechanisatie en automatisering omschrijven.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Leervragen

Stap 1

Welke productiefactoren zijn er?

Stap 2

Welke beloningen horen bij de productiefactoren?

Stap 3

Kun je in verschillende situaties de gebruikte productiefactor herkennen.

Stap 4

Wat is het verschil tussen mechaniseren en automatiseren??

Stap 5

In welke bedrijven staan veel machines?

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Samenvatting

Samenvattende sleepoefening maken.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Produceren

Bestudeer uit de Kennisbank het volgende onderdeel.

Produceren


Doe de oefening.

Stap 2: Productiefactoren en beloning

Iedere productiefactor heeft zijn eigen beloning.
Herken jij de productiefactoren en beloning in de volgende situaties?

Stap 3: Welke productiefactor?

Doe de onderstaande opdracht.

Stap 4: Mechanisering en automatisering

In ieder bedrijf vind je machines, maar de machines worden niet altijd op dezelfde manier ingezet.
Doe de oefening.

Investeren is het kopen van producten door een bedrijf.
In veel bedrijven wordt steeds meer werk door machines gedaan.

Het ingebruik nemen van machines wordt mechanisatie genoemd.
Bij mechanisatie worden mensen vervangen door machines, maar de machines worden wel door mensen bediend.
Als de bediening van de machines automatisch gebeurt, spreek je van automatisering.

Begrijp je het verschil tussen mechaniseren en automatiseren.
Doe de oefening.

Stap 5: Veel of weinig machines?

In sommige bedrijven staan meer machines dan in andere bedrijven.
In bedrijven met weinig machines wordt het meeste werk door mensen gedaan.

Afronding

Samenvatting

Wat heb je geleerd?

Eindopdracht: Begrippenlijst

In de opdracht komen verschillende begrippen voor.

Kun je zelf een begrippenlijst maken?

produceren
....

productiefactor
....

investeren
....

mechaniseren
...

automatiseren
...

Terugkijken

Intro

  • Lees 'Wat denk jij?' nog eens door.
    Past de intro goed bij deze opdracht? Waarom wel/niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je de verschillende begrippen uit de leerdoelen omschrijven?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Ben je twee uur met de opdracht bezig geweest of was je sneller klaar?
  • Inhoud
    Wat was nieuw voor je? Kende je alle begrippen al?
  • Afronding - Samenvattend
    Heb je de samenvattingsopdracht gemaakt?
    Kon de begrippen gemakkelijk naar de juiste plek slepen?
  • Het arrangement Opdracht: Productiefactoren - vmbo-b34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2021-11-22 08:29:53
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema 'Produceren, en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie vmbo-b34. De opdracht begint met een intro, waarbij er producten met elkaar vergeleken moeten worden. Daarna komt er een stuk tekst over wat je straks kan na deze opdracht (de leerdoelen) en vervolgens komt er een uitleg wat je gaat doen. De opdracht bestaat uit vijf verschillende stappen met bijbehorende opdrachten, een samenvatting, een eindopdracht en een reflectie. Bij stap 1 is er een opdracht over produceren, hier worden eerst de productiefactoren uitgelegd, daarna komen er vragen over de productiefactoren. Bij stap 2 is er een opdracht over de productiefactoren en beloning, hier moeten de juiste productiefactoren en beloningen bij de juiste omschrijving worden genoteerd. Bij stap 3 is er een opdracht over welke productiefactor? Hier moet je de juiste productiefactor naar de juiste omschrijving slepen. Bij stap 4 is een opdracht met over mechanisering en automatisering, deze begrippen worden eerst uitgelegd, en vervolgens worden hier vragen over gesteld. Bij stap 5 is een opdracht over veel of weinig machines? Hier moet je nagaan welk bedrijf veel of weinig machines heeft. Na deze vijf stappen komt er een opdracht waarbij de stof nog een keer wordt herhaald en de samenvatting volledig moet worden ingevuld. Dan komt de eindopdracht: Begrippenlijst. Hier moet je zelf de begrippenlijst invullen met begrippen die belangrijk zijn bij deze opdracht. Uiteindelijk wordt er nog teruggekeken naar de opdracht, dus hoe ging het? En kan ik wat ik moet kunnen?
    Leerniveau
    VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Arbeid, productie en bedrijfsleven; Economie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, automatiseren, automatisering, economie, investeren, mechanisatie, produceren, productiefactoren, stercollectie, vmbob34