Hoe planten leven

Hoe planten leven

Inleiding

Zonder planten zou er op onze aarde geen leven zijn. Planten zorgen voor zuurstof en zijn eten voor
mensen en dieren. Planten worden ook gebruikt voor medicijnen, energie en om mee te bouwen.

Door planten ga je je ook goed voelen. Mensen worden rustiger en creatiever met planten in de buurt.
Het is daarom goed om ons eens te verdiepen in het plantenrijk. En dan beginnen we bij de bodem!

 

 

 

 

Wat ga je leren?

Ik kan vertellen hoe planten eruit zien en welke onderdelen planten hebben;
ik kan uitleggen hoe planten voedsel uit water halen;
ik kan uitleggen hoe planten hun eigen voedsel maken;
ik kan uitleggen hoe planten zich voortplanten.

Wat ga je doen?

- Ik benoem de verschillende onderdelen van een plant,
- ik ontdekt hoe planten drinken,
- ik onderzoek de groei van planten onder verschillende omstandigheden,
- ik maak een werkstuk over de manieren waarop planten zich voortplanten.

Hoe ziet een plant er uit?

Water drinken

 

 

Kleurenbloem

Je gaat onderzoeken hoe snel bloemen drinken.

Dit heb je nodig:

1 witte bloem,
2 glazen water, 
2 verschillende kleuren inkt,
een schaar.

Knip het onderste stuk van de steel in de lengte doormidden, ongeveer 10 centimeter. 
Vul de twee glazen met water, giet er gekleurde inkt in, in ieder glas een andere kleur. 
Zet de bloem met de uiteinden van de steel in de verschillende glazen. 

Wat denk je dat er gaat gebeuren?
Hoe lang duurt het voordat het water bij de bloem is? Hoe zie je dat?

 

Groeien met licht, lucht en water

Groeien met licht, lucht en water

Je weet nu dat een plant licht, lucht en water nodig heeft om te groeien.
Maar wat gebeurt er als je een van deze dingen weglaat? Dat ga je onderzoeken. 

Dit heb je nodig:
- werkblad 'groeien met licht, lucht en water';
- vier bloempotten en potgrond;
- 4 zaden van een plant, bv erwten of bruine bonen;
- een plek in het donker (bv in een kast);
- een plek in het licht;
- vaseline;
- water.

Het onderzoek:
Plant in iedere pot een zaadje. Nummer de potjes.
Zorg dat de grond vochtig is tot de zaden ontkiemen. Een kiemplantje is een steeltje met twee kleine blaadjes. 
Nu ga je omstandigheden aanpassen voor de 4 plantjes. 

Plant 1: licht, lucht en water. 
Zorg dat de plant op een lichte plek staat, de blaadjes de ruimte hebben om te groeien en dat de aarde vochtig blijft.

Plant 2: lucht en water.
Zet de plant in een donkere ruimte (bv een kast). Zorg wel dat de plant de ruimte heeft om te groeien en dat de aarde vochtig blijft. 

Plant 3: licht en water. 
Zorg dat de plant op een lichte plek staat. Zodra er genoeg blaadjes aan de plant zitten (ongeveer 8, na 1 of 2 weken) smeer je deze blaadjes in met vaseline. 

Plant 4: licht en lucht.
Zorg dat de plant op een lichte plek staat en genoeg ruimte heeft om te groeien. Zodra er genoeg blaadjes aan de plant zitten (ongeveer 8, na 1 of 2 weken) stop je met water geven. 

Voorspellen
Welke plant groeit het best? Welke het slechtst? Hoe komt dat, denk je?

Wat zie je?
Gebruik het werkblad om op te schrijven wat je ziet. Meet de plantjes, beschrijf hoe de blaadjes eruit zien, beschrijf de kleur.

Bloemetjes en bijtjes

Bloemen zijn voortplantingsorganen. Heb jij daar wel eens goed naar gekeken? Waar zit de stuifmeeldraad? Kun je de eitjes in de stamper vinden? Hoe worden de zaadjes gevormd? Bekijk de filmpjes en maak daarna de opdracht.

De cyclus van planten

Andere manieren van voortplanting

Je hebt veel informatie gekregen over het voortplanten met zaad. 
Planten kunnen zich ook op andere manieren voortplanten:

- met uitlopers;
bollen en knollen die onder de grond groeien;
- stekken. 

Bekijk eerst de filmpjes over uitlopers en knollen. 

Afsluiting

Opdracht

Zoek informatie over planten die zich op deze verschillende manieren vermeerderen. 
- Noem 2 planten die zich vermeerderen door middel van uitlopers;
- noem 2 planten die zich vermeerderen door middel van knollen onder de grond;
- noem 2 planten die zich vermeerderen door middel van bollen onder de grond. 

Maak er een werkstuk met daarin steeds:
- een afbeelding van de plant;
- de naam van de plant; 
- de manier waarop de plant zich vermeerdert.

Het werkstuk mag een word-document, een powerpoint of een muurkrant zijn. 
 

Wanneer ben je klaar?

Je bent klaar als je je werkblad groeien en het werkstuk aan je leerkracht hebt laten zien. 
Misschien mag je je werkstuk presenteren aan de groep?

Voor de leerkracht