Prinsjesdaglessen
Introductiefilmpje Prinsjesdag
Vragen bij filmpje over Prinsjesdag
Bekijk eerst het filmpje over Prinsjesdag en beantwoord daarna onderstaande vragen.
- Op welke dag valt Prinsjesdag altijd?
- Waar gaat de koning als het Prinsjesdag is naartoe?
- Wie zijn er tijdens Prinsjesdag allemaal uitgenodigd?
- Wie vormen samen de Staten Generaal?
- Wat leest de koning op Prinsjesdag voor?
- Van wie is het gouden koffertje?
- Wat zit er in het gouden koffertje?
- Wat staat er in de miljoenennota?
- Hoe wordt het debat dat de tweede kamer vlak na Prinsjesdag heeft genoemd?
Informatie en samenwerken
Tijdens de lessen over Prinsjesdag, werk je samen met een klasgenoot. Samenwerken betekent dat je met zijn tweeën aan het overleggen bent. Dit geldt ook voor de lessen in het computerlokaal. Uiteindelijk schrijven jullie bij elke vraag een antwoord op het antwoordformulier waar jullie het beide mee eens zijn. Op jullie antwoordformulieren staan dus dezelfde antwoorden. In de laatste les leveren jullie beide de antwoordformulieren in. Eén van jullie antwoordformulieren kijkt de docent na. Het cijfer telt voor jullie beiden.
Klas 1A
Les 1
Planning van de les
* Filmpje over Prinsjesdag + vragen
Onder het kopje 'Prinsjesdaglessen' in het linkermenu staat een filmpje over Prinsjesdag. Bekijk dit filmpje en beantwoord de vragen die er onder staan. De antwoorden schrijf je op het papier dat je van de docent hebt gekregen.
* Ministers en staatssecretarissen (blz. 8, 9, 10, 11)
Kijk onder het kopje 'Ministers en staatssecretarissen' in het linkermenu bij les 1 voor meer informatie over deze opdracht.
* Puzzel
Maak de puzzel. Je krijgt hiervoor een apart stencil waarop je de puzzel kunt maken. Zorg ervoor dat de puzzel tussen jullie antwoordpapier zit als jullie de spullen bij de docent inleveren!
Ministers en staatssecretarissen
Ga naar bladzijde 8, 9, 10 en 11 in je boekje en maak de opdracht. De antwoorden schrijf je op het papier dat je van de docent hebt gekregen. Je schrijft steeds op wat de naam van de minister of staatssecretaris is en van welk kabinet ze minister/staatssecretaris zijn. Ook schrijf je op bij welke partij ze horen. Je kunt kiezen uit VVD of PVDA. Soms moet je de naam van de minister of staatssecretaris opzoeken en soms het kabinet waar ze minister/staatssecretaris van zijn. Helemaal onderaan de opdracht schrijf je de oplossing van de kleine puzzel op blz. 11 op.
Handige links:
Ministeries rijksoverheid
Fractievoorzitters
Klas 2
Les 1
Planning van de les
* Filmpje over Prinsjesdag + vragen
Onder het kopje 'Prinsjesdaglessen' in het linkermenu staat een filmpje over Prinsjesdag. Bekijk dit filmpje en beantwoord de vragen die er onder staan. De antwoorden schrijf je op het papier dat je van de docent hebt gekregen.
* Interview minister Asscher (blz. 12, 13)
Lees de tekst op blz. 12 goed door. Beantwoord daarna de vragen 2.1 t/m 2.8 op blz. 13. Schrijf de antwoorden op het papier dat je van de docent hebt gekregen.
* Woordzoeker
Maak de woordzoeker. Je krijgt hiervoor een apart stencil waarop je de woordzoeker kunt maken. Zorg ervoor dat de woordzoeker tussen jullie antwoordpapier zit als jullie de spullen bij de docent inleveren!
Les 2
Planning van de les
* Ministers en staatssecretarissen (blz. 8, 9, 10, 11)
Kijk onder het kopje 'Ministers en staatssecretarissen' in het linkermenu bij les 2 voor meer informatie over deze opdracht.
* Zonde om de bede te schrappen (blz. 28, 29)
Lees de tekst op blz. 28 en 29 goed door. Beantwoord daarna de vragen 6.1 t/m 6.6 op blz. 29. Schrijf de antwoorden op het papier dat je van de docent hebt gekregen.
* Puzzel
Maak de puzzel. Je krijgt hiervoor een apart stencil waarop je de puzzel kunt maken. Zorg ervoor dat de puzzel tussen jullie antwoordpapier zit als jullie de spullen bij de docent inleveren!
Ministers en staatssecretarissen
Ga naar bladzijde 8, 9, 10 en 11 in je boekje en maak de opdracht. De antwoorden schrijf je op het papier dat je van de docent hebt gekregen. Je schrijft steeds op wat de naam van de minister of staatssecretaris is en van welk kabinet ze minister/staatssecretaris zijn. Ook schrijf je op bij welke partij ze horen. Je kunt kiezen uit VVD of PVDA. Soms moet je de naam van de minister of staatssecretaris opzoeken en soms het kabinet waar ze minister/staatssecretaris van zijn. Helemaal onderaan de opdracht schrijf je de oplossing van de kleine puzzel op blz. 11 op.
Handige links:
Ministeries rijksoverheid
Fractievoorzitters
Klas 3 en 2A
Les 1
Planning van de les
* Filmpje over Prinsjesdag + vragen
Onder het kopje 'Prinsjesdaglessen' in het linkermenu staat een filmpje over Prinsjesdag. Bekijk dit filmpje en beantwoord de vragen die er onder staan. De antwoorden schrijf je op het papier dat je van de docent hebt gekregen.
* Hoe maak je een begroting?
Voor deze opdracht krijg je een apart stencil. Lees eerst de tekst zorgvuldig door. Vul daarna de opdrachten over 'hoe maak je een begroting?' in. Je hebt hierbij een rekenmachine nodig. Dit mag je eigen rekenmachine zijn. Je kunt ook de rekenmachine op de computer gebruiken. Zorg ervoor dat het stencil dat je voor deze opdracht krijgt tussen jullie antwoordpapier zit als jullie de spullen bij de docent inleveren.
* Woordzoeker
Maak de woordzoeker. Je krijgt hiervoor een apart stencil waarop je de woordzoeker kunt maken. Zorg ervoor dat de woordzoeker tussen jullie antwoordpapier zit als jullie de spullen bij de docent inleveren!
Les 2
Planning van de les
* Ministers en staatssecretarissen (blz. 8, 9, 10, 11)
Kijk onder het kopje 'Ministers en staatssecretarissen' in het linkermenu bij les 2 voor meer informatie over deze opdracht.
* Zonde om de bede te schrappen (blz. 28, 29)
Lees de tekst op blz. 28 en 29 goed door. Beantwoord daarna de vragen 6.1 t/m 6.6 op blz. 29. Schrijf de antwoorden op het papier dat je van de docent hebt gekregen.
* Puzzel
Maak de puzzel. Je krijgt hiervoor een apart stencil waarop je de puzzel kunt maken. Zorg ervoor dat de puzzel tussen jullie antwoordpapier zit als jullie de spullen bij de docent inleveren!
Ministers en staatssecretarissen
Ga naar bladzijde 8, 9, 10 en 11 in je boekje en maak de opdracht. De antwoorden schrijf je op het papier dat je van de docent hebt gekregen. Je schrijft steeds op wat de naam van de minister of staatssecretaris is en van welk kabinet ze minister/staatssecretaris zijn. Ook schrijf je op bij welke partij ze horen. Je kunt kiezen uit VVD of PVDA. Soms moet je de naam van de minister of staatssecretaris opzoeken en soms het kabinet waar ze minister/staatssecretaris van zijn. Helemaal onderaan de opdracht schrijf je de oplossing van de kleine puzzel op blz. 11 op.
Handige links:
ministeries rijksoverheid
Fractievoorzitters
