Wat vind je van je eigen buurt? Woon jij in een rustige of in een drukke buurt?
Zijn er veel winkels of zijn er veel bomen en tuinen?
Of woon je misschien in een dorp waar steeds minder mensen wonen, een 'spookdorp'?
Wat bepaalt het karakter van een woonomgeving?
In deze opdracht denk je na over wat jij in jouw buurt anders of beter wilt.
Misschien vind je wel dat er in jouw wijk eigenlijk niets verbeterd hoeft te worden.
Bedenk dan een initiatief voor mensen die het in hun buurt minder getroffen hebben.
Om een indruk te krijgen van waar je woont: kun je iets schrijven over de woonsituatie is in jouw eigen straat of wijk?
Wat kan ik straks?
Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kun je:
drie voorbeelden noemen van voorzieningen die van belang zijn voor de leefbaarheid en je kunt uitleggen waarom er verschillen in voorzieningen tussen regio's zijn.
uitleggen waarom in bepaalde regio's het aantal voorzieningen afneemt en uitleggen wat er gebeurt als de voorzieningen afnemen.
omschrijven wat een spookdorp is en waar, naar verwachting, in Nederland spookdorpen gaan ontstaan.
twee voorbeelden van maatregelen beschrijven om de leefbaarheid in een regio die wordt bedreigd met leegloop te verbeteren.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt verschillen in leefbaarheid tussen gebieden binnen de eigen regio verklaren en je kunt maatregelen treffen om problemen met de leefbaarheid in eigen regio op te lossen.
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
en
Je leert hoe je leefbaarheid kunt toetsen aan een aantal criteria. Je vult een enquête in over je eigen buurt.
Stap 2
en
Je leert wat sociale samenhang in een buurt inhoudt. Je kijkt naar drie video's, waarin buurtinitiatieven tot buurtprojecten uitgroeien.
Stap 3
en
Je leest een tekst over de gevolgen van leegloop uit dorpen. Samen met een klasgenoot bekijk je een video en bespreekt de situatie in het dorp op de video. Daarna beantwoord je vragen.
Stap 4
en
Je gaat met je klasgenoot uitzoeken hoe het is gesteld met de voorzieningen in je eigen omgeving.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Eindopdracht
Je gaat samen met een klasgenoot een affiche maken over een zelfbedacht initiatief ter verbetering van een voorziening in je eigen wijk.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Benodigdheden
Word of Excel
printer
kleurstiften
Tijd
Voor alle opdrachten binnen dit onderwerp heb je ongeveer 2 uur nodig.
Aan de slag
Stap 1: Leefbaarheid
Wat is er nodig om prettig te kunnen leven in een buurt, stad of dorp?
Hoe belangrijk is het dat buurtgenoten elkaar kennen?
Welke voorzieningen zijn er in een wijk?
Is het veilig en schoon op straat?
De leefbaarheid van een buurt kun je toetsen aan de hand van een aantal criteria.
Door middel van deze enquête onderzoek je de leefbaarheid van jouw eigen buurt.
Opdracht
Download de enquête, print deze uit en vul hem in.
Omcirkel per vraag het getal dat je als rapportcijfer geeft voor jouw buurt.
Je kunt de enquête ook opslaan in je eigen Google-omgeving en het getal markeren.
Kijk aan de hand van jouw scores waar vooral nog behoefte aan is in jouw buurt.
Kijk kritisch naar het rapport dat je aan jouw buurt gegeven hebt.
Waar zitten de verbeterpunten?
Welk verbeterpunt is voor jou het belangrijkst?
Voor welk punt zou jij je buurtgenoten in beweging krijgen?
Bespreek je antwoorden met een klasgenoot die in een andere buurt woont.
Heeft hij/zij hele andere antwoorden?
Bespreek de verschillen.
Stap 2: Buurtinitiatief
Leefbaarheid heeft te maken met hoe burgers samenleven in een straat, wijk, dorp, stad en/of land.
Weten wie je buren zijn, veilig met elkaar kunnen leven, betrokken zijn bij de buurt, zijn aspecten die bijdragen aan de leefbaarheid van een plek: er is dan sprake van sociale samenhang.
Bekijk onderstaande video's over projecten van buurtbewoners.
Daarna beantwoord je vragen, die betrekking hebben op deze video's.
Video 1: Buurt in beeld
Deze video gaat over het kunstproject Buurt in beeld in Amstelveen.
Kunstenaars hebben een aantal fotopanelen gemaakt voor op de gevel van een verouderde flat.
Je hoort en ziet hier de reacties van buurtbewoners.
Video 2: Buurtteam Tuin aan de Maas
'Tuin aan de Maas' is een buurtinitiatief in Rotterdam.
Buurtbewoners hebben een gezamenlijke moestuin.
Je hoort en ziet hoe deze moestuin met subsidie van de gemeente tot stand is gekomen.
Video 3: Buurtbox
Op de site www.alleszelf.nlvind je in de Buurtbox Haren meer informatie over dit buurtinitiatief
Je kunt diensten aanbieden, maar ook hulp vragen.
Zo leer je je buurtbewoners ook beter kennen.
Heb je de video's bekeken? Maak dan nu de oefening.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Lees onderstaande tekst over het toenemende aantal mensen dat naar de stad verhuist.
Werk samen met de klasgenoot met wie je in vorige stappen ook hebt samengewerkt.
Samen gaan jullie de video bekijken.
Bespreek daarna wat jullie in de video hebben gezien.
In Nederland wonen de meeste mensen in de grote steden. En nog steeds groeit het aantal stadsbewoners.
Dat komt onder meer doordat mensen wegtrekken van het platteland naar de stad.
Het klinkt onwerkelijk, maar over dertig jaar zijn er dorpen in Nederland waar bijna geen mensen meer wonen.
Deze dorpen veranderen in spookdorpen.
De leegloop van dorpen gebeurt vooral aan de rand van Nederland.
Met name in de provincies Groningen, Limburg en in Zeeland vinden we deze krimpgemeenten.
Veel mensen trekken hier weg en gaan naar grote steden in de buurt of naar de Randstad.
Vooral jongeren verhuizen van de dorpen naar de stad, om naar school te gaan of om te werken. Er blijven vooral ouderen over die geen kinderen meer krijgen. Dit betekent dat er weinig kinderen bijkomen terwijl de groep ouderen groeit. De gemiddelde leeftijd van de inwoners van het dorp wordt daardoor steeds hoger. Het dorp vergrijst.
Dorpen zijn niet hetzelfde als steden.
In een dorp zijn veel minder voorzieningen dan in een stad, zoals winkels, scholen, restaurants enzovoort.
Als de mensen verdwijnen, verdwijnen ook de winkels. Er zijn simpelweg te weinig klanten.
Voor de mensen die er blijven wonen is er steeds minder te doen. Het dorp wordt daardoor weer minder aantrekkelijk.
Steeds meer mensen trekken weg. Het dorp wordt door die leegloop steeds leger en stiller.
Als er nog maar weinig mensen blijven kan het dorp veranderen in een ‘spookdorp’.
Beantwoord de vragen, die betrekking hebben op de video.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In stap 1 heb je geleerd welke criteria belangrijk zijn voor de leefbaarheid in een woonomgeving. Dat er voldoende voorzieningen aanwezig zijn, is belangrijk voor een dorp of wijk.
Welke voorzieningen zijn er in de buurt van jouw school?
Werk samen met de klasgenoot met wie je in Stap 1 en 2 ook hebt samengewerkt.
Opdracht
De dichtstbijzijnde supermarkt of buurtwinkel weet jij vanaf jouw schoolgebouw waarschijnlijk moeiteloos te vinden. Schrijf nog een aantal voorzieningen op:
Welke voorzieningen zijn er in de buurt van jouw school aanwezig?
Wat zijn de dichtstbijzijnde voorzieningen?
Beantwoord de volgende vier vragen:
Wat vinden jullie van de groenvoorzieningen in de buurt van jullie school?
Slecht Goed
Wat vinden jullie van de voorzieningen voor de jeugd in de buurt van de school?
Slecht goed
Wat vinden jullie van het aanbod en de kwaliteit van openbaar vervoer in de buurt van de school?
Slecht Goed
Wat vinden jullie van het aanbod en de kwaliteit van winkels in de buurt van de school?
Slecht Goed
Ga naar Google Maps en typ het adres van jouw school in.
Rechtsonder zie je de zoomschaal. Zoom naar 200 meter.
Print de kaart uit (druk op toetsenbord op de knop PrintScrn, plak in Word, uitlijnen en print vervolgens de plattegrond uit)
Knip de plattegrond uit en plak die op een groter vel papier.
Maak een legenda en plak deze naast de plattegrond.
Zoom nu verder in op Google Maps.
Welke voorzieningen vind je terug in de buurt van jouw school?
Schrijf zoveel mogelijk op.
Als de lijst compleet is, zet je de voorzieningen in volgorde van belangrijkheid.
Kies minstens vijf voorzieningen om op je plattegrond weer te geven.
Schrijf ook op hoe je tot die rangorde komt, welke kenmerken de doorslag gaven.
De vijf voorzieningen die jij het belangrijkste vindt, teken je op de plattegrond.
Bedenk daar pictogrammen of symbooltjes voor. Vermeld in de legenda wat de voorzieningen zijn.
Afronding
Eindopdracht: Affiche maken
Jullie hebben geïnventariseerd wat de sterke en zwakke punten zijn in je eigen buurt of wijk (Stap 1 en 4).
Je weet inmiddels wat er gebeurt als voorzieningen onder druk komen te staan of zelfs verdwijnen (Stap 3).
De video’s over de buurtinitiatieven (Stap 2) hebben je misschien wel geïnspireerd en op ideeën gebracht.
Jullie gaan een actie bedenken om de leefbaarheid in de wijk of het dorp te verbeteren.
Kies minimaal drie verbeterpunten (zie Stap 1) uit waarvoor je steun van buurtgenoten denkt te kunnen krijgen.
Zorg dat een voorziening onderdeel is van de actie.
Schrijf op wat het doel is van de actie. Wat wil je precies bereiken?
Bedenk met zijn tweeën een actie om dat doel te bereiken.
Wat moet er gebeuren?
Je maakt een affiche om een zelfbedacht initiatief onder de aandacht te brengen.
Het initiatief draagt bij aan de leefbaarheid van jouw buurt of dorp.
In de gereedschapskist zie je hoe je een affiche maakt.
Het affiche moet in een oogopslag zichtbaar maken:
waar deze voorziening is;
wat voor een project of actie je gaat beginnen;
voor wie het bedoeld is;
waarom het belangrijk is.
Let ook op een verzorgde vormgeving.
Controleer in de gereedschapskist de beoordelingscriteria voor jullie affiche.
Klaar?
Lever jullie affiche in bij je docent.
De docent zal bij de beoordeling letten op de volgende punten:
is de boodschap of het initiatief op het affiche duidelijk weergegeven?
komt tot uiting dat de boodschap belangrijk is?
is rekening gehouden met de doelgroep, waarvoor dit bestemd is?
ziet het affiche er verzorgd uit, kloppen de afbeeldingen bij de tekst?
Met een affiche geef je op een aantrekkelijke manier informatie door. Het is een soort
reclameboodschap met afbeeldingen en tekst. Het draait om twee dingen: inhoud en vorm.
Terugkijken
Intro
Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
Heb je de situatie in je eigen woonomgeving goed kunnen weergeven?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je uitleggen wat de oorzaak is van het ontstaan van spookdorpen?
Waar wordt in Nederland de toename van spookdorpen verwacht?
Hoe ging het?
Inhoud
Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je al veel van leefbaarheid en buurtinitiatieven af?
Schrijf op wat nieuw voor je was.
Eindopdracht
Wat vond je van de eindopdracht? Hebben jullie een leuke actie bedacht?
Vond je het leuk om samen met je klasgenoot een affiche te maken?
Het arrangement Leefbaarheid - hv123 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema ''Arm en rijk'', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor aardrijkskunde voor HAVO leerjaar 1, 2 & 3. In deze opdrachten wordt er dieper ingegaan op wat leefbaarheid precies inhoudt en hoe een enquête kan worden gebruikt om de leefbaarheid in een wijk te meten. Vervolgens ga je zelf zo'n enquête invullen om te kijken hoe de leefbaarheid in jou buurt verbeterd kan worden. Er wordt uitgelegd hoe buurtinitiatieven kunnen bijdragen aan meer verbinding binnen een gemeenschap, wat op zijn beurt leidt tot een hogere leefbaarheid. Het belang van buurtvoorzieningen voor een goede leefbaarheid wordt benadrukt. Bovendien wordt er toegelicht dat wanneer er een gebrek is aan dergelijke voorzieningen en de leefbaarheid van een stad of wijk daardoor sterk afneemt, dit kan leiden tot een leegloop van bewoners.
Leerniveau
HAVO 1;
HAVO 3;
HAVO 2;
Leerinhoud en doelen
Een situatiebeschrijving van wonen in Nederland;
Aardrijkskunde;
Bevolking en ruimte;
Deze opdracht hoort bij het thema ''Arm en rijk'', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor aardrijkskunde voor HAVO leerjaar 1, 2 & 3. In deze opdrachten wordt er dieper ingegaan op wat leefbaarheid precies inhoudt en hoe een enquête kan worden gebruikt om de leefbaarheid in een wijk te meten. Vervolgens ga je zelf zo'n enquête invullen om te kijken hoe de leefbaarheid in jou buurt verbeterd kan worden. Er wordt uitgelegd hoe buurtinitiatieven kunnen bijdragen aan meer verbinding binnen een gemeenschap, wat op zijn beurt leidt tot een hogere leefbaarheid. Het belang van buurtvoorzieningen voor een goede leefbaarheid wordt benadrukt. Bovendien wordt er toegelicht dat wanneer er een gebrek is aan dergelijke voorzieningen en de leefbaarheid van een stad of wijk daardoor sterk afneemt, dit kan leiden tot een leegloop van bewoners.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Buurtinitiatief
Leegloop
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.