Persoonsvorm

Persoonsvorm

Persoonsvorm



Welkom op deze wikiwijs om te leren over de persoonsvorm in een zin!



Klik hieronder voor het filmpje over de persoonsvorm.
 

http://www.youtube.com/watch?v=QTAsO9JUtQQ

Wat is een persoonsvorm?


De persoonsvorm is een werkwoordsvorm. Meestal is de persoonsvorm het eerste werkwoord in een zin. De persoonsvorm geeft ons veel grammaticale informatie over de zin: hij geeft aan of de zin in het enkelvoud of meervoud staat, of de zin in de eerste, tweede of derde persoon staat (ik, hij, wij) en ik welke tijd een zin staat, de tegenwoordige of de verleden tijd. 

Een voorbeeldje:

Op het bureau ligt een klein briefje.

De persoonsvorm is hier: Ligt


Aan deze persoonsvorm kunnen we zien dat de zin:

- In de tegenwoordige tijd staat (nu ligt het briefje er)
- De zin in het enkelvoud staat (het is maar één briefje)
- De zin in de tweede persoon geschreven staat (Het briefje)  


Probeer vast eens de opdracht hieronder te maken!  

Opdracht 1

Hoe vind je een persoonsvorm?


Het belangerijkste is om te leren hoe we de persoonsvorm kunnen vinden in een zin!
Dit kan op verschillende manieren.

Klik op het filmpje hieronder om de eerste manier te leren.  

http://www.youtube.com/watch?v=tS-PSc-vEsY&feature=related


Er zijn 3 manieren om de persoonsvorm te vinden, de eerste en de belangrijkste hebben jullie net gezien in het filmpje.

- Maak de zin vragend

Ook kun je nog:

- De zin in een andere tijd zetten
- De zin meervoud/enkelvoud maken 


Voorbeeldjes hiervan:

Maak de zin vragend:

De bus stopt bij de halte.
> Stopt de bus bij de halte?

De persoonsvorm in deze zin is: stopt


De zin in een andere tijd zetten: 

De man loopt naar de halte.
> De man liep naar de halte. 

De persoonsvorm in deze zin is: loopt


De zin enkelvoud/meervoud maken.

De bussen stoppen op het station.
> De bus stopt op het station. 

De persoonsvorm in deze zin is: stoppen


 

Opdrachten


Hieronder staan 3 verschillende opdrachten waarin je de persoonsvorm moet zoeken!

Succes en probeer eens verschillende manieren te gebruiken. 


Psssst: Als je het even niet meer weer, kun je altijd nog even terug lezen hoe het moet.  

Opdracht 2

Opdracht 3

Opdracht 4