Hoe ontwerp je een tuin?

Hoe ontwerp je een tuin?

Inleiding

In de lente is het tijd voor de grote voorjaarsschoonmaak. Ook willen mensen dan hun tuin op orde hebben zodat ze er in de zomer van kunnen genieten. Hoe ontwerp je eigenlijk een tuin? Waar moet je op letten? In deze leeractiviteit ga je onderzoeken hoe je een boom plant of je gaat zelf een tuin ontwerpen.


Welke leeractiviteit gaat vooraf?

Deze leeractiviteit sluit aan op de leeractiviteit "Welke bloemen bloeien in de lente?"; "Welke bladeren vallen in de herfst?"; "Plant jij een boom op boomfeestdag?".

Je kunt deze opdracht los van de andere leeractiviteiten maken.

 

Wat ga je doen? 

Je gaat opzoeken hoe je een boom plant, een regenboogtuin ontwerpen of een herdenkingstuin ontwerpen. 

 

Met hoeveel personen?

Deze opdrachten doe je alleen of in een groepje.

Wat ga je leren?

Na het maken van deze leeractiviteit heb je het volgende geleerd:

 

Je weet ... 

  • hoe een boom geplant moet worden.
  • dat er herdenkingstuinen bestaan.
  • waar je op moet letten bij het ontwerpen van een tuin.

 

Je kunt ... 

  • een gebruiksaanwijzing maken voor het planten van een boom.
  • een tuinontwerp maken.
  • nadenken over de symbolische betekenis van een herdenkingstuin.

 

Wat heb je nodig?

Benodigdheden

Bij de opdrachten gebruik je de volgende materialen:


Opdracht A: Hoe plant je een boom?

  • tuinboek of computer met internetaansluiting
  • tekenmateriaal
  • papier
  • eventueel fotocamera

Opdracht B: Ontwerp een regenboogtuin

  • computer
  • folders van planten
  • tuintijdschriften

Opracht C: Een herdenkingstuin ontwerpen

  • papier
  • kleurpotloden of stiften

 

Wijzers

  • Een gebruiksaanwijzing schrijven
  • Een maquette maken
  • Een collage maken
  • Een (powerpoint) presentatie maken

 

Benodigde tijd

Ongeveer 2-3 uur.

Aanpak

Bij deze leeractiviteit ga je als volgt te werk:

(Bij kleine leeractiviteiten komen niet alle stappen voor!)

 

1. Oriënteer, kies en plan

Lees de opdrachten bij deze leeractiviteit goed. Kies één van de opdrachten uit. Doorloop per opdracht alle stappen. Bedenk welke informatie je nodig hebt om de gekozen opdracht goed uit te kunnen voeren. Leg vast hoeveel tijd je wilt besteden aan de opdracht en plan wanneer je de opdracht gaat uitvoeren. Voor sommige opdrachten zul je eerst materiaal moeten verzamelen.

Tip: Wil je meer opdrachten maken? Laat deze leeractiviteit dan nogmaals toekennen in Acadin door je begeleider.


2. Zoek informatie en bestudeer

Lees en bekijk de informatie bij de opdrachten in het onderdeel 'Theorie'. Zoek recente informatie over het onderwerp op internet. Kijk bijvoorbeeld op de websites die staan bij 'Meer informatie'. Maak aantekeningen, bijvoorbeeld in een mindmap, van de informatie die je wilt gebruiken. Hou ook een lijst bij van de door jou gevonden informatiebronnen.


3. Bedenk en maak

Ga nu creatief aan de slag met de opdracht. Heb je houvast nodig? Bedenk dan aan welke criteria jouw eindproduct moet voldoen. Kijk hiervoor bijvoorbeeld naar de uitleg in de beschikbare wijzers. Let in deze fase goed op je planning. Het is makkelijk om hieraan veel tijd te besteden.

 

4. Test en verbeter

Probeer je ontwerp uit: laat het zien aan anderen. Gebruik de tips en opmerkingen om je ontwerp te verbeteren.


5. Presenteer

Bedenk nu hoe jij je resultaat wilt laten zien aan de leerkracht, de leerlingen of een andere groep. Sommige eindproducten kun je gewoon laten zien. Maar je kunt ook het hele werkproces vastleggen in een digitaal werkdocument met foto's of scans. Ook kun je kiezen om een les te geven waarin je aan anderen leert wat jij zojuist zelf hebt geleerd in de opdracht. Wil je ideeën hoe je een eindproduct kunt presenteren? Kijk dan ook bij de beschikbare wijzers, in de categorie presenteren.


6. Evalueer: kijk terug én vooruit


Kijk als je klaar bent nog even terug hoe alles is gegaan. Wat heb je zelf geleerd? Wat kun je aan anderen leren? Wat wil je nog meer leren? Deze stap helpt je om volgende opdrachten beter uit te voeren.

Tip: Bij het kopje "Evaluatie" vind je hulpvragen. Deze vragen kun je gebruiken om deze leeractiviteit voor jezelf te evalueren.

 

Veel leerplezier!


Opdrachten

Open bestand Werkdocument Hoe ontwerp je een tuin?

Wat weet jij al?  

Beantwoord eerst de vragen bij "Wat weet jij al?"

Bekijk daarna de drie creatieve opdrachten hieronder.

Kies de opdracht die je het meest aanspreekt, of waar je het meest van denkt te leren. Of durf jij te kiezen voor een opdracht waarbij je iets moet doen of maken wat je nog nooit hebt gedaan?

 

Opdracht A: Hoe plant je een boom?

Eindproduct: Gebruiksaanwijzing

Opdracht B: Ontwerp een regenboogtuin

Eindproduct: Ontwerp

Opracht C: Een herdenkingstuin ontwerpen
Eindproduct: Ontwerp

 

Tip: Wil je meer opdrachten maken? Laat deze leeractiviteit dan nogmaals toekennen in Acadin door je begeleider.?

Wat weet je al?

Wat weet jij al van bomen en tuinen?

Na het beantwoorden van de vragen kun je aan de door jou gekozen opdracht beginnen.

 

Opdracht 1:

Doe een bomenquiz om je kennis van bomen te testen.

Bomen in de herfst: een bomen-show!

 

Opdracht 2:

Zoek de volgende onderwerpen op:

  • Nationale Boomfeestdag
  • Geboortebos
  • Koningin Wilhelminabos

Beschrijf deze onderwerpen kort in je eigen woorden. Schrijf ook op of jij deze onderwerpen al kende.

 

A: Hoe plant je een boom?

Opdracht: Hoe plant je een boom?

Eindproduct: Gebruiksaanwijzing

Heb jij wel eens een boom, of een struik geplant? Beschrijf hoe het planten van een boom of struik in zijn werk gaat.

MI: Naturalistisch, Logisch-mathematisch


Stap 2: Zoek informatie en bestudeer

Onderzoek hoe je een boom moet planten.

 

Stap 3: Bedenk en maak

Maak een gebruiksaanwijzing met foto's of een fotoverhaal. Met behulp van deze gebruiksaanwijzing moet iedereen een boom kunnen planten op de juiste manier.

Als jullie school meedoet aan de boomfeestdag kun je deze dag gebruiken om foto's te maken.

 

Tip: Wil je meer weten over het maken van een gebruiksaanwijzing? Bekijk dan deWijzer 'Een gebruiksaanwijzing schrijven'.

B: Ontwerp een regenboog tuin

Opdracht: Ontwerp een regenboogtuin.

Eindproduct: Ontwerp

In deze opdracht ga je planten bij elkaar zoeken op kleur.

MI: Naturalistisch, visueel-ruimtelijk


Stap 2: Zoek informatie en bestudeer

In de herfst bloeien er volop planten, in alle kleuren van de regenboog. Zoek op internet planten die in de herfst bloeien in de kleuren van de regenboog: rood, oranje, geel groen, blauw, paars en violet.

Wil je deze opdracht iets makkelijker maken? Kies dan de bloemen alleen uit op kleur en niet ook op de periode waarin ze bloeien.


Stap 5: Presenteer

Bedenk zelf hoe je het resultaat presenteert. Je kunt bijvoorbeeld een collage maken, een powerpointpresentatie, een schilderij, een folder van een tuincentrum, een gedicht, een tuinontwerp of een fotoboek.

Bekijk voor inspiratie eens deze Wijzers:

  • Een collage maken
  • Een (PowerPoint) presentatie maken
  • Een folder maken

Tulpen in een kas: Hoe groeit een tulp in een kas?

C: Een herdenkingstuin ontwerpen

Opdracht: Een herdenkingstuin ontwerpen

Eindproduct: Ontwerp

In deze opdracht bedenk je een gelegenheid waarvoor je een herdenkingstuin wilt ontwerpen. Ook maak je een ontwerp van de tuin.

MI: Naturalistisch, Visueel-ruimtelijk, Logisch-mathematisch

 

Stap 3: Bedenk en maak

Maak een ontwerp voor een nieuw soort herdenkingstuin. Bedenk eerst waar deze tuin voor is. Leg dan uit hoe jouw herdenkingstuin er uit ziet. Je kunt ook uitrekenen hoeveel planten/bomen etc. je voor deze tuin nodig hebt.

Bekijk onderstaande filmpjes voor meer informatie over het ontwerpen van een tuin.

 

Stap 5: Presenteer

Presenteer jouw ontwerp in de klas. Je kunt hierbij schetsen laten zien, een computer presentatie of een maquette.

Wil je meer weten over de manieren waarop je jouw ontwerp kunt presenteren? Kijk dan bij de Wijzers.


Een tuin ontwerpen: van het maken van een schets tot de uitvoering

Keukenhof: wiskunde vind je in allerlei beroepen terug

Evaluatie

Klaar met de door jou gekozen opdracht? Sta dan eens stil bij het onderwerp en bij wat je geleerd hebt. Bedenk wat je anderen kunt leren en kijk vooruit naar wat je nog meer wilt leren.

 

Wat vind je van het onderwerp? 

  1. Het onderwerp van deze leeractiviteit vind ik …
    omdat  …
  2. Ik heb dit onderwerp gekozen omdat ...
  3. Ik wil nog wel andere leeractiviteiten doen over dit onderwerp JA/NEE

 

Wat heb je van deze opdracht geleerd?

  1. Het belangrijkste wat ik nieuw geleerd heb in deze leeractiviteit is …
  2. Het leukste onderdeel van deze opdracht vind ik ...
  3. De belangrijkste vaardigheid die ik voor mijzelf verbeterd heb met deze leeractiviteit is …

 

Wat kun je anderen leren? 

  1. Wat andere leerlingen zouden moeten weten over dit onderwerp is …
  2. Wat ik in deze leeractiviteit zelf geleerd heb kan ik overdragen aan de klas door ...
  3. Mijn onderwerp is geschikt voor een presentatie aan jongere leerlingen JA/NEE

 

Wat wil je nog meer leren? 

  1. Wat ik nog wil weten over dit onderwerp is …
    omdat  …
  2. Een vaardigheid die ik nog verder wil verbeteren is  …
  3. Ik wil deze vaardigheid verbeteren door ...

Theorie

In dit deel vind je informatie over het onderwerp van deze leeractiviteit.

Bekijk en lees de informatie goed. Het helpt je bij de uitvoering van de opdrachten.

Planten en bloemen in de lente

Omdat de zon steeds hoger komt en langer schijnt, komt de natuur na de rustperiode van de winter weer volop tot leven. Van de bloemen is het sneeuwklokje  een van de vroegste lentebodes: dit plantje bloeit zelfs wanneer er nog sneeuw ligt. Al gauw volgen andere vroege bloeiers: de krokus en de narcissen, en de wilde bloemen zoals de paardebloem en het fluitekruid.

Dit zijn de meest zichtbare bloemen, maar als je naar buiten gaat en bijvoorbeeld het grasveld of de tuin goed bekijkt, zul je zien dat er nog veel meer kleinere bloemen en grassen bloeien.


Vroege bloeiers: Tulpen en krokussen

De hyacint: Ken je bloeiende hyacinten?

Bomen in de lente

Net zoals sommige dieren maken de bomen ook een soort winterslaap door. Ze halen adem door de wortels, stam en de takken, maar nemen geen voedsel op. Dankzij de warmte van de voorjaarszon kunnen de wortels ook weer voedsel uit de grond opnemen. Aan het zwellen van de knoppen kun je zien dat de bomen weer langzaam tot leven komen. Maar ze maken niet allemaal tegelijk knoppen.

Van de (loof)bomen zijn  de wilgensoorten er het vroegst bij: in maart krijgen ze al een groen gele waas. Van dichtbij zie je dat de boom vol met heel kleine knoppen zit. Uit de knoppen kunnen bladeren of bloemen komen.

 

Bij sommige boomsoorten komen er eerst bloemen en dan pas bladeren. Kijk maar eens naar deze foto van de Hazelaar. Zie je de bladeren?

En wist je dat de Hazelaar zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen heeft? De vrouwelijke bloemen zijn klein, je ziet ze nauwelijks. De mannelijke bloemen noemen we katjes. Deze katjes zitten vol nectar en stuifmeel. Nectar en stuifmeel zijn een belangrijke bron van voedsel voor insecten die net uit hun winterslaap komen, zoals de hommels en de bijen.

Bij fruitbomen is de bloesem heel goed te zien. De bloemen zien er niet alleen prachtig uit, ze dienen ook een doel. Om zich te kunnen voortplanten moet de boom zaad maken. Daarvoor moet een stuifmeelkorrel van de ene bloem op de stamper van de andere bloem terecht komen. Dat noemen we bestuiven. Voor de verspreiding van het stuifmeel maakt de boom gebruik van insecten. Het stuifmeel blijft kleven aan de haren en pootjes van de hommels en bijen die op de nectar in de bloemen af komen.

Er zijn ook bomen die de wind het bestuivingswerk laten doen. Denk maar eens aan de populieren die een soort pluizig dons maken dat door de wind verspreid kan worden.

Een andere manier van bomen en planten om insecten te lokken is de geur. Soms zijn die geurtjes ook lekker voor mensen, maar niet altijd. Er zijn planten die wij vinden stinken, maar voor insecten toch heel aantrekkelijk zijn. Welke geurtjes vindt jij lekker? Doe maar eens een geurenonderzoek onder de bloeiende planten en bomen bij jou in de buurt.

Nationale boomfeestdag

De Nationale Boomfeestdag

Een belangrijke dag in het voorjaar is de Nationale Boomfeestdag. Je hebt vast al eens gehoord dat er wereldwijd heel veel bomen gekapt worden. Meer dan er worden geplant. Dit proces wordt ontbossing genoemd. De organisatoren van de Nationale Boomfeestdag willen de kinderen en ouders er op wijzen dat bomen – en heel de natuur – ons respect waard zijn. Elk jaar wordt een thema gekozen, bijvoorbeeld Bomen in de Kunst. Naast allerlei creatieve activiteiten worden er natuurlijk ook bomen geplant. Surf naar http://www.boomfeestdag.nl voor meer informatie over hoe jouw school mee kan doen.

Herdenkingsbossen

Geboortebos

Sinds 1990 organiseert de Stichting Nationale Boomfeestdag organiseert de actie 'Geboorteboom'. Het doel van deze actie is om te laten zien en beleven dat elk kind moet kunnen opgroeien in een gezonde groene wereld. Tijdens de actie kan iedereen zelf zijn aangevraagde geboorteboom planten. De namen van de kinderen waarvoor in dat jaar een boom is geplant komen op plaquettes te staan. Die plaquettes worden tijdens de dag onthuld.

Samen met Staatsbosbeheer zijn er 5 Geboortebossen aangeplant. Je kunt de geboortebossen vinden in Ucghelen, Winschoten, Utrecht, Mierlo/Nuenen en Tilburg. Het vierde geboortebos is extra in het nieuws geweest. Op 3 december 2002 is het namelijk geopend door de Prinsessen Laurentien, Marilène en Annette. Zij hebben daar een boom geplant voor hun kinderen Eloïse, Isabella, Anna en Lucas.

Koningin Wilhelminabos

Het Koningin Wilhelminabos is een levend monument voor mensen die aan kanker zijn overleden. Het bos is genoemd naar Koningin Wilhelmina omdat zij aan de basis heeft gestaan van de oprichting van het huidige KWF Kankerbestrijding. In 1948 heeft zij het Nationaal Geschenk dat zij kreeg vanwege haar Gouden Regeringsjubileum bestemt voor de kankerbestrijding. Met dit geld kon er een speciaal fonds opgericht worden.

Tijdens het 50-jarige jubilieum van KWF Kankerbestrijding, in 1999, is dit bos aangeboden door de Stichting Nationale Boomfeestdag en Staatsbosbeheer. De aanleg van het bos is vervolgens begonnen op 9 december 2000. Het bos ligt in het Roggebotzand bij Dronten tegenover Kampen.

Elk jaar is er een 'Bomen voor het Leven'-dag waarin de aangevraagde bomen aangeplant kunnen worden. De namen van de overledenen worden, met jaartal, op glaspanelen geschreven. Door het planten van een boom in Het Wilhelminabos steun je de bestrijding van kanker. Een deel van de bijdrage gaat naar wetenschappelijk onderzoek. Door dit onderzoek zijn snellere diagnoses en betere behandelingen tegen kanker mogelijk. Dit verbetert de kwaliteit van leven van patiënten en hun familie.

 

Nationaal kinderbomenbos

Een nieuw initiatief is het Nationaal Kinderbomenbos. Op de site van de stichting kun je hierover lezen: “Het wordt het eerste bos in ons land, waarin Geboortebomen én Gedenkbomen voor kinderen groeien. Deze bomen gaan groeien in 5 Bomenkamers: 2 Geboorteboom-kamers en 3 Gedenkboom-kamers. De 5 Bomenkamers staan symbool voor de 5 zintuigen: horen, zien, ruiken, proeven en voelen en getracht wordt om dit ook uit de beelden in het aan te planten plantsoen. De centrale plek wordt gevormd door een cirkel bestaande uit 12 bomen: een link naar de grenzeloosheid van de natuur én van het leven én een verwijzing naar de 12 provincies, de 12 maanden van het jaar en de 12 sterrenbeelden. In de 5 Bomenkamers en in de centrale cirkel komt een walnoot te groeien met rondom een boombank.”

Het bos én het ontwerp van het bos symboliseren weer het belang van bossen voor het leven. Het bos komt te liggen in de gemeente Rijnwoude (bij Zoetermeer). Het bos is onderdeel van Het Bentwoud en wordt eigendom van Staatsbosbeheer.

Meer informatie

Nog meer informatie vind je op de volgende websites:

Koningin Wilhelminabos

Boomfeestdag

Geboortebos

Afsluiting

Wil je meer weten over tuinen of bomen? Zoek binnen Acadin dan ook eens naar leeractivitetiten over:

  • Lente
  • Zomer
  • Herfst
  • Winter
  • Boomfeestdag
  • Bloemen

Voor de leerkracht

Open bestand Handleiding Hoe ontwerp je een tuin?

Criteria bij de beoordeling:

 

Opdracht A: Hoe plant je een boom?

  • Is de gebruiksaanwijzing duidelijk leesbaar?
  • Klopt de volgorde van de stappen in de gebruiksaanwijzing?
  • Ziet de gebruiksaanwijzing er netjes uit?
  • Zijn de afbeeldingen in de gebruiksaanwijzing duidelijk?

 

Opdracht B: Ontwerp een regenboogtuin

  • Zijn van alle kleuren bloemen gevonden?
  • Ziet de tuin er uit als een regenboog? (Juiste volgorde van kleuren?)
  • Ziet het ontwerp er netjes en verzorgd uit?

 

Opracht C: Een herdenkingstuin ontwerpen

  • Is de symboliek van de tuin duidelijk?
  • Is herkenbaar wat er in de tuin herdacht wordt?
  • Ziet het ontwerp er netjes en verzorgd uit?
  • Is aangegeven welke planten, bloemen of bomen er in de tuin staan?
  • Zijn er ook paden en dergelijke opgenomen in het ontwerp?

Bronvermelding

Deze leeractiviteit is speciaal ontwikkeld voor gebruik binnen Acadin, dé digitale leeromgeving voor talentvolle leerlingen in het basisonderwijs.


Deze leeractiviteit is gebaseerd op de lesbrief 'Lente' uit de serie Per Dag Wijzer, uitgegeven door het Centrum voor Mondiaal Onderwijs (CMO) in samenwerking met Kennisnet.