Gebeurtenis 1:
Edwin wordt meegenomen uit Afrika.
Wat ga je doen!?
Je krijgt een verhaal te lezen. In dit verhaal wordt verteld hoe Edwin wordt meegenomen uit Afrika. Bij dit verhaal hoort een plaatje. Ook zitten er opdrachten vast aan het plaatje, maar ook aan het verhaal.
Verhaal:
Edwin loopt gelukkig met zijn vrouw door zijn afrikaanse dorp. zijn vrouw heeft een kadotje voor hem. Het blijkt een slagtand te zijn van een grote leeuw. Edwin is trots op dit kado en voelt zich helemaal gelukkig. Zijn vrouw loopt weg samen met hun dochtertje om eten te gaan maken. Edwin blijft over het dorp uit kijken. Plotseling besluipen drie mannen van een ander dorp hem, ze gooien een net over hem heen en slepen hem mee het bos in. Daar staat een andere zwarte man te wachten met een knuppel in zijn hand. Deze man zegt: 'als je wat zegt krijg je een klap'. Edwin begint paniekerig te praten, 'je kunt mn oogst krijgen, mijn hele oogst'. De man is hier duidelijk niet in geinteresseerd en Edwin krijgt zoals gezegd een klap en raakt bewusteloos. Als hij weer bijkomt ziet hij dat er heel veel andere mensen gevangen zijn genomen. Hij komt in een fort en ziet de mensen uit het andere dorp met geweren staan. Hij weet niet wat het zijn.
Vragen bij de tekst:
1) Waarom nemen de mannen uit het ander dorp volgens jou Edwin mee?
2) Wat denk je dat er door Edwin heen gaat als hij in het slavenfort terecht komt?
3) Waarom laten blanken Afrikanen slaven voor hun halen? Waarom doen ze het niet zelf?
4) Waarom is het raar dat de ene Afrikaanse stam, de andere Afrikaanse stam gaat vangen voor blanken?
Vragen bij het plaatje:
1) Wat zie je op het plaatje?
2) Waarom zijn de mannen aan elkaar vastgemaakt met een soort van stuk tussen hun nek en hals?
3) Wat is er vreemd aan de bewaker?
Gebeurtenis 2:
Edwin ziet op het slavenschip waar hij ook op zit slaven slecht behandeld worden en zelfs overboord worden gegooid.
Wat ga je doen!?
Je krijgt een aantal opdrachten/vragen bij het verhaal
Verhaal:
Edwin alle andere slaven worden naar een boot gebracht. Edwin weet niet wat hij ziet, zo'n groot bouwwerk heeft hij nog nooit gezien. Aan boord gekomen wordt hij benedendeks gevoerd en vastgebonden aan kettingen die daar liggen. Om hem en aan hem vast liggen honderden andere mannen en vrouwen, er zijn zelfs baby's bij. 1 keer in de 2 weken mogen ze even naar boven, dan laat de bemanning zien dat zij de baas zijn. Willekeurige gevangen worden vastgeketend aan de mast en afgeranseld tot ze bewusteloos raken of doodgaan van de pijn. Edwin staat vooraan en kan er bijna niet naar kijken. De bemanningsleden slaan zo hard dat het bloed van de mannen Edwins gezicht raakt. Hij kan het niet meer aanzien en kijkt naar rechts. Daar staat een vrouw met haar baby in haar handen. Ze gaat op de reling zitten en knikt naar Edwin. Edwin knikt terug en kijkt weer recht voor zich uit. Als hij 2 seconden later terugkijkt is de vrouw verdwenen. Zij heeft zich samen met haar baby achterover laten vallen het water in. Edwin wordt wakker geschud door nieuw bloed dat zijn gezicht raakt.
Als het avond word moeten ze weer naar beneden. Ze krijgen eten. Het is pap. Omdat er te weinig eten is, krijgen alleen de gezonde gevangenen eten, de zieke gevangenen worden overgeslagen. Edwin is gezond en krijg eten. Aan beide kanten naast hem krijgen mannen geen eten. Ze proberen het van hem af te pakken. Maar Edwin heeft enorme honger en eet alles zelf op. De volgende dag besluit de bemanning dat het zo niet verder kan. Er is te weinig eten en er zijn teveel gevangenen. Dit probleem moet worden opgelost. Dit doen ze door een net vol met stenen over boord te gooien. Daaraan vast zitten 50 zieke gevangenen. Deze mensen sterven de verdrinkingsdood.
Op dit plaatje zie je hoe dicht slaven op elkaar lagen.
Vragen:
1) Waarom is Edwin zo verbaasd over de boot?
2) Waarom zitten alle gevangenen zo dicht op elkaar?
3) Hoe komt het dat de vrouw met baby ervoor kiest zichzelf over de reling te gooien? Waarom doet zij dit?
4) Wat is de reden achter het afranselen van de slaven door de slavenhouders?
5) Waarom worden er slaven overboord gegooid? en wat zou nog een reden kunnen zijn om slaven overboord te gooien?
Gebeurtenis 3:
Edwin komt aan in Amerika. Hij komt terecht op een slavenmarkt.
Wat ga je doen!?
Je ziet 2 plaatjes. Bij deze plaatjes zitten een aantal vragen. Ook moet je beschrijven wat jouw gevoel is bij de plaatjes.
Verhaal:
Edwin komt aan in Amerika. Hij komt terecht op een slavenmarkt. Alle slaven worden voor de verkoop eerst ingesmeerd met vaseline, zodat ze mooi gaan glimmen en goed zwart en schoon zijn. De slaven vinden dit niets. Ze vragen zich af wat de hier de bedoeling van is. Vervolgens komen ze op een verhoging te staan en worden ze verkocht. Ze krijgen willekeurige namen.
Vragen bij plaatje 1:
1) Wat zie je op het plaatje?
2) Wat valt je op aan de leeftijden op het plaatje? Leg uit.
3) Wanneer bracht je geld op als slaaf? (kijk achter de namen)
4) Wat is jou gevoel bij dit plaatje?
Vragen bij plaatje 2:
1) Wat zie je op het plaatje?
2) Links op het plaatje staan koeien? Kan je hieruit afleiden dat slaven en koeien voor de mensen gelijk waren? Ja of nee, leg uit.
3) Wat is jou gevoel bij dit plaatje?
Gebeurtenis 4:
Inleiding:
Edwin moest gaan werken op een katoenplantage. Hij leefde een zwaar leven. Om 5 uur werd hij gewekt. En moest hij katoen plukken tot 9 uur. Dan krijg hij een klein ontbijtje en een beetje water. Daarna moest hij werken tot 2 uur. Dan mocht hij even wat water drinken. Daarna werkte hij door totdat de zon onderging, dan kreeg hij zijn avondeten. Het leven op de plantages was dus niet prettig. Edwin moest hard werken, zelfs als hij ziek was. Als Edwin niet hard genoeg werkte kreeg hij lijfstraffen. De plantagehouders hadden opzichters in dienst genomen om slaven in de gaten te houden en te straffen waar ze dat nodig hadden.
Wat ga je doen!?
Eigen mening geven over slavernij, de plantages en plantagehouders.
Opdracht:
Je beschrijft wat je vindt van deze situatie. Je schrijft 2 keer een kort verhaal over de inleiding. Beide verhalen hebben een andere insteek. Bij de eerste moet je jezelf inleven in de plantagehouder. Dus ben je voor slavernij en beschrijf je wat je vindt van de slaven. Bij de tweede ben je Edwin en beschrijf je wat je vindt van slavernij, plantages en plantagehouders. Deze verhalen worden 10 regels lang.
Daarna geef je je mening over slavernij, plantages en plantagehouders. Vertel of je er positief of negatief tegenover staat. Deze mening wordt 20 regels.
Gebeurtenis 5:
Wedgewood en het abolitionisme.
Wat ga je doen!?
Je gaat onderzoeken wat het abolitionisme is, wat het heeft te maken met slavernij en wat het embleem van Wedgewood daarmee te maken heeft.
Opdracht:
1) Je gaat op internet zoeken naar abolitionisme. Wat betekent het woord abolitionisme en wat zijn abolitionisten?
2) Je noemt 4 bekende abolitionisten en beschrijft waarom zij abolitionisten zijn en wat hun belangrijkste wapenfeit is.
3) Wie was Wedgewood? Wat was zijn beroep, waar kwam hij vandaan? En welke impact heeft zijn embleem gehad voor het abolitionisme?
Gebeurtenis 6:
Edwin in de burgeroorlog
Wat ga je doen!?
Je krijgt inzicht in de Amerikaanse burgeroorlog. Je leert waar de burgeroorlog over ging, hoe de oorlog verliep en welke gevolgen het heeft gehad voor de slaven in Amerika.
Opdracht:
In je hoofdboek gaat er een paragraaf over de Amerikaanse Burgeroorlog. Je bestudeert deze paragraaf voordat je aan de vragen begint.
1a) Welke partijen stonden tegenover elkaar tijdens deze oorlog?
1b) Waarom stonden deze partijen tegenover elkaar?
2) Welke rol speelden de abolitionisten in deze oorlog?
3) Toen de burgeroorlog afgelopen was, wie had het toen voor het zeggen?
4) Wat is het belangrijkste gevolg van de Amerikaanse burgeroorlog?
5) Was er ook een daadwerkelijke verandering in de Amerikaanse samenleving na afloop van de burgeroorlog? Leg je antwoord goed uit.
Hoofdopdracht:
Je hebt nu alle deelopdrachten gemaakt. Edwin is inmiddels 72 jaar oud. Edwin heeft besloten om een biografie te schrijven over zijn levenservaringen. Dat zijn de gebeurtenissen die je uitgebreid behandeld hebt. Edwin is van plan al deze gebeurtenissen samen te vatten. ( van elke deelopdracht moet er dus wat terugkomen in de biografie). Dit ga jij voor hem doen. Jij schrijft individueel een biografie over Edwin.
Voorwaarden voor de biografie:
?