Inleiding
Wat ga je doen?
Insecten zijn overal: ter land, ter zee en in de lucht. Het is de meest succesvolle groep dieren op aarde. Maar soms zien ze eruit alsof ze van een andere planeet komen! Waar dienen die vreemde voelsprieten voor? En waarom lijken jonge insecten vaak helemaal niet op hun ouders? Door stapje voor stapje de eigenschappen van een insect te bekijken, kom je erachter met wat voor insect je te maken hebt. Dit noem je determineren. Is die enge alien soms een jong lieveheersbeestje?
Je gaat insecten vangen, met een loep van dichtbij bekijken en tekenen. Met behulp van een determinatietabel zoek je uit met welk insect je te maken hebt. Je zoekt uit hoe het leven van dit insect verloopt. Samen met de hele groep maak je een overzicht van alle insecten die in de buurt van de school voorkomen.
Met hoeveel personen?
Deze opdracht doe je alleen of met 3 personen.
Wat ga je leren?
Na het maken van deze leeractiviteit heb je het volgende geleerd:
Je weet ...
• Je weet wat insecten zijn.
• Je kent de namen van verschillende insecten.
• Je weet wat een determinatietabel is en hoe je die moet gebruiken.
• Je weet waaruit de levensloop van een insect kan bestaan.
• Je weet welke insecten er in de omgeving van je school voorkomen.
Je kunt ...
• Je kunt een plan maken om insecten te vangen.
• Je kunt goed en zorgvuldig waarnemen (observeren).
• Je kunt een dier determineren.
• Je kunt een inventarisatie (overzicht) maken.
• Je kunt samenwerken met andere leerlingen.
Wat heb je nodig?
Benodigheden
• materiaal om insecten mee te vangen (dit kies je zelf)
• minstens 3 jampotjes
• 1 loep
• tekenpapier en (kleur)potloden
• determinatietabel insecten (op internet zijn er ook te vinden)
• eventueel een woordenboek
• lijm of kneedgum
Benodigde tijd
Ongeveer 3-6 uur.
Aanpak
Bij deze leeractiviteit ga je als volgt te werk:
1. Via het menu vind je de 'Opdrachten'. Download hier het juiste bestand (de versie voor één of meerdere personen) en sla dit bestand op.
2. Ga aan de slag met de opdrachten. Alle uitleg over wat je moet doen, vind je in het bestand.
3. Verwerk je resultaten in het opgeslagen bestand en/of maak zelf één of meerdere nieuwe bestanden (word, powerpoint, plaatjes, foto's, etc), waarin je jouw resultaten verwerkt.
4. Als je klaar bent, kijk je nog even terug hoe alles is gegaan. Hiervoor vul je het evaluatieformulier in (via het menu 'Afsluiting').
5. Lever het ingevulde evaluatieformulier en jouw resultaat in.
Veel leerplezier!
Opdrachten
Hier kun je het juiste bestand downloaden om op te slaan op je eigen computer en/of om uit te printen.
Werk je alleen?
Gebruik dan dit bestand:
Wat voor een insect is dat 1 lln
Werk je samen?
Gebruik dan dit bestand:
Wat voor een insect is dat meer lln
Informatiebronnen
Deze bronnen kun je gebruiken voor de opdrachten:
• Insecten
• Hoe ziet een insect eruit?
• Manieren om insecten te vangen
• Zweefvliegen vangen
• Insecten determineren
• Vlinders en rupsen determineren
• Sprinkhanen determineren
• Muggen
• Hoe groeit een vlieg?
• Hoe groeit een vlinder? (1)
• Hoe groeit een vlinder? (2)
• Allerlei leuke filmpjes over insecten
Afsluiting
Heb je de opdrachten af? Vul dan het evaluatieformulier in en lever dit in.
Het evaluatieformulier vind je op de laatste bladzijde van de opdracht.
Voor de leerkracht
Handleiding bij de individuele opdracht:
Wat voor een insect is dat 1 lln lrk
Handleiding bij de groepsopdracht:
Wat voor een insect is dat meer lln lrk
Bronvermelding
De opdrachten bij deze leeractiviteit zijn ontwikkeld voor Digitop, een samenwerking van:
Deze opdracht is geschikt gemaakt voor gebruik binnen Acadin, dé digitale leeromgeving voor talentvolle leerlingen in het basisonderwijs.