Over deze les
Methode: Pit
Groep: 7
Blok: 4
Hoofdstuk: 8
Lesduur: 45 minuten
Les: 8/9
Benodigdheden:
- Digibord
- Leerwerkschrift
- Enkele betogende ingezonden brieven uit (online) kranten
Moeilijkheidsgraad (voor de leerkracht): Gemiddeld
Lesdoelen taal
- De leerling kan een betoog schrijven.
Digitale geletterdheid
Aanbodsdoelen SLO digitale geletterdheid
- Praktische ICT basisvaardigheden:
- Omgaan met verschillende bestandstypen en bestanden (opslaan/terugvinden, kopiëren/verwijderen) op verschillende opslagmedia (fase 3).
Lesdoelen digitale vaardigheden
- De leerlingen kunnen een bestand opslaan als PDF.
- De leerlingen kunnen een kopie maken van een document.
Benodigde voorkennis
- De leerlingen kunnen zelfstandig een document openen.
- De leerlingen kunnen een document een naam geven.
Lesomschrijving
Introductie/inleiding:
Je kunt bij deze les een instructiefilmpje inzetten.
Herhaal les 3, waarin Maryam haar moeder een paar lesjes energiezuinig leven geeft. Vraag hoe je zo’n tekst, waarin je je mening en argumenten geeft, ook alweer noemt (een betoog).
Ga naar het digibord en bespreek kort het leerdoel met de leerlingen.
Instructie:
Laat de leerlingen de ingezonden brieven zien. Lees de beste/duidelijkste voor. Herkennen de leerlingen dat dit ook een betoog is? Wat is de mening van de schrijver? Wat zijn zijn argumenten?
Bespreek in welke toon je brief naar de krant zou zijn (netjes, zakelijk, formeel). Doe de oefening(en) op het digibord. Bekijk samen de opdrachten, lees ze voor en licht ze zo nodig toe. Besteed aandacht aan opdracht 5. Begrijpen de leerlingen wat een tegenargument is? En wat het weerleggen van een tegenargument is? (omverwerpen) Vraag of de leerlingen nog weten welke voegwoorden belangrijk zijn als je iemand wilt overtuigen, je mening wilt geven (omdat, want). Laat hen een paar zinnen bedenken met zo’n voegwoord.
Vraag de leerlingen voor wie Maryam de tekst waarschijnlijk geschreven heeft en waar dat aan te zien is. Bespreek vervolgens de structuur van de tekst. Lees daarna samen het betoog.
Opdracht 2: Maak samen de vragen over de doelgroep en opbouw van de tekst.
Verwerking:
De leerlingen maken bij opdracht 3 vragen over voegwoorden in de tekst. De leerlingen geven daarna bij opdracht 4 aan waarom het handig is een tekst in alinea’s in te delen. Vervolgens schrijven ze de inhoud van de drie alinea’s van de kern in het kort op. Dit doen ze in een GoogleDocument en geven dit de juiste naam. Als de inhoud getypt is, gaan ze het document kopiëren. Het kopie hoeft niet van naam veranderd te worden. Het gekopieerde document gaan ze nu opslaan als pdf. Vertel waar de kinderen de optie vinden om een document op te slaan als pdf-document. Doe dit voor, zodat de kinderen dit makkelijk na kunnen doen.
Als dit is gelukt is gaan de leerlingen bij opdracht 5 na welk tegenargument Maryam in de tekst noemt en hoe ze dit tegenargument weerlegt.Tot slot reageren de leerlingen op de stelling, ze geven hun eigen mening en een aantal argumenten.
Afsluiting/evaluatie:
Bespreek opdracht 3, 4 en 5 met behulp van het digibord. Laat een leerling die de cheeta-opdracht heeft gemaakt, voorlezen wat hij heeft opgeschreven. Laat een andere leerling benoemen wat de mening is en wat de argumenten zijn. Vraag de andere leerlingen of zij tegenargumenten kunnen noemen.
Datum publicatie: mei 2024
Ga terug naar de homepage
Ga naar Handleidingen digitale geletterdheid
