Coördineren activiteiten, BBL, MZ4, lj3 p1

Coördineren activiteiten, BBL, MZ4, lj3 p1

1. Introductie

Doelen

- Je weet wat de eindopdrachten inhouden.

- Je legt uit hoe je als team gebruik kunt maken van elkaars verschillen en elkaars sterke punten.

Twee eindopdrachten

Eindopdracht 1: Organiseer en coördineer een groepsactiviteit

Organiseer en coördineer tijdens de BPV een groepsactiviteit waarbij je een of meerdere collega’s inzet. Zorg ervoor dat de groepsactiviteit aansluiten bij het functioneren, de wensen, mogelijkheden en ondersteuningsdoelen van de cliënten.
PS: Als je op jouw werkplek geen groepsactiviteit kunt organiseren, organiseer je twee activiteiten voor één cliënt.

Je docent geeft aan of je in week 6/7 moet laten zien dat je de groepsactiviteit hebt georganiseerd en gecoördineerd. Je geeft dan een presentatie of levert een verslag met daarin de volgende punten:

  1. Het functioneren, wensen, mogelijkheden, verwachtingen en ondersteuningsdoelen van de cliënten die deelnamen aan de activiteit.                                      
  2. Hoe de gekozen activiteit aansluit bij het functioneren, de ondersteuningsdoelen, mogelijkheden en wensen van de cliënten.                                                               
  3. Hoe en wanneer welke collega’s zijn betrokken bij de voorbereiding van de activiteit.     
  4. Hoe je tijdens de voorbereiding rekening hebt gehouden met: beschikbare budget, ruimte, materialen en middelen, en de beschikbaarheid van collega’s.                                
  5. Welke informatie en instructies je aan collega’s en andere betrokkenen hebt gegeven.  
  6. Welke informatie, begeleiding en feedback je aan cliënten hebt gegeven en wat het effect daarvan was.                             
  7. Hoe je tijdens de uitvoering van de activiteit de voortgang en tijd hebt bewaakt.
  8. Hoe je knelpunten en/of problemen tijdens de voorbereiding en uitvoering van de activiteit hebt opgelost.                                       
  9. Hoe, wanneer en met wie je de activiteit hebt geëvalueerd en wat het er uit de evaluatie kwam.

 

Eindopdracht 2: BPV Opdracht Beheertaken N4 maken en inleveren voor week 8

Opdracht SWOT-analyse samenwerken in een team

Samen met je collega’s/klasgenoten behaal je resultaten die je alleen niet had kunnen behalen. Je kunt veel weten en goed zijn in je werk, maar dat betekent niet dat er niets meer te leren is en ook niet dat je elkaar niet nodig hebt. Iedereen heeft zo zijn sterke en zwakke punten. Door gebruik te maken van elkaars sterke punten en steun te vragen bij je zwakke punten, bereik je samen meer. Het is  belangrijk dat je als team op positieve manier gebruik maken van elkaars verschillen en elkaars sterke punten.

  1. Vul individueel de SWOT-analyse in.
  2. Bekijk samen de resultaten van de SWOT-analyses.
    • Hoe kunnen jullie gebruik maken van elkaar sterke punten?
    • Hoe kunnen jullie elkaar helpen met elkaars zwakke punten?
    • Welke kansen en bedreigingen zien jullie? Hoe ga je daar mee om?
  3. Stel je voor jullie krijgen de opdracht om samen activiteiten te gaan organiseren. Hoe kunnen jullie de resultaten van de SWOT-analyses inzetten?

Sterkte punten

  • sterke punten/kwaliteiten
  • waar zit jouw kracht in
  • waar ligt jouw vertrouwen
  • kennis/ opleiding
  • ervaringen

 

Weakenessen/belemmeringen

  • jouw zwakke punten
  • ontbrekende kennis
  • ontbrekende vaardigheden

 

 

 

 

Opportunities/Kansen

  • Wat kun jij betekenen voor het team?
  • Waar liggen jouw mogelijkheden?

 

 

 

Threats/ bedreigingen

  • Wat zijn bedreigingen?

 

 

 

 

Opdracht: verschillen waarderen

Bespreek in groepjes het waarderen van verschillen (synergie). Dit doe je met behulp van de onderstaande stellingen. Bespreek per stelling: 

  • Waarom is deze stelling belangrijk als je het synergie (waarderen van verschillen) wilt bereiken? 
  • Hoe kun je dit bereiken? Wat is er hiervoor nodig?

 

Uitspraken:

  1. Iedereen in ons team is anders en dat dit ervoor zorgt dat we samen meer bereiken. 
  2. In ons team delen we nieuwe informatie met elkaar.
  3. Als ik het ergens niet mee eens ben, dan durf ik dat te zeggen.
  4. Ik deel mijn mening met anderen, ook als we er verschillend over denken.
  5. Als een mening niet overeenkomt met die van mij, vraag ik de ander om meer informatie.
  6. Ik sta open voor nieuwe ideeën en inzichten. 
  7. Als we een vervelende situatie meemaken, helpen we elkaar en zijn we er voor elkaar.
  8. Samen kunnen lachen, is ook belangrijk.
  9. We vertrouwen elkaar, we gaan er samen voor.
     

Opdracht: Starten met de eindopdracht 1

  1. Lees eindopdracht 1 en vertel in eigen woorden wat je gaat doen.
  2. Vraag aan de docent of jouw eindopdracht in week 6 of 7 wordt beoordeeld.
  3. Met welke cliënten kun je een groepsactiviteit gaan doen.
  4. Welke groepsactiviteiten zouden passen bij de wensen, behoefte en mogelijkheden van deze cliënten? Onderbouw je antwoord.
  5. Welke informatie heb je nodig om de groepsactiviteit te kunnen voorbereiden en uitvoeren?
  6. Hoe en met wie kies je een groepsactiviteit voor de eindopdracht?
  7. Wat doe je tijdens de voorbereiding van groepsactiviteiten. Wat doe je, waar, wanneer, hoeveel tijd kost het?
  8. Maak een planning voor het uitvoeren van de eindopdracht.

Evalueren en huiswerk volgende les

De docent bespreekt de les na. Wat neem je mee uit deze les?

Wat moet je maken voorafgaand aan de volgende les?

2. Beheertaken

Maken voorafgaand aan de les

Opdracht: Voorraadbeheer

Als je werkt met cliënten is het belangrijk dat de voorraad op orde is. Dat er voldoende levensmiddelen zijn en dat je als je een activiteit gaat doen er van op aan kunt dat de benodigde materialen er zijn en op de juiste plek liggen.

Onderzoek hoe voorraadbeheer op jouw werkplek is georganiseerd voor de materialen die gebruikt worden voor activiteiten en voor voedingsmiddelen (eten en drinken).

 

  1. Wie is verantwoordelijk voor voorraadbeheer?
  2. Door wie en hoe wordt het budget bewaakt?
  3. Wie bepaalt wat en hoeveel er besteld moet worden?
  4. Wie onderhoudt de contacten met de leveranciers?
  5. Wie plaatst de bestellingen?
  6. Welke formulieren en/of systemen worden gebruikt voor het registreren van gegevens m.b.t. de voorraad?
  7. Wie controleert de voorraad? Wordt de voorraad op vaste momenten gecontroleerd? Wat wordt er dan gecontroleerd?
  8. Zijn er vaste afspraken over de hoeveelheid aan voorraad?
  9. Zijn er vaste afspraken over houdbaarheidsdatum en hoe je daar mee omgaat?
  10. Hoe wordt bij het bestellen van materialen en middelen rekening gehouden met mogelijkheden, beperkingen, beschikbaarheid en kosten?
  11. Welke procedures worden gehanteerd bij het in ontvangst nemen van goederen?

 

 

 

Doelen

 - Je weet hoe voorraadbeheer op jouw werkplek is georganiseerd.

- Je hebt een planning gemaakt voor de BPV-opdracht beheertaken.

Bespreken gemaakte opdracht Voorraadbeheer

Vergelijk de resultaten de gemaakte opdracht met elkaar.

  • Wat zijn de overeenkomsten? Wat zijn de verschillen?
  • Hoe zou volgens jullie voorraadbeheer geregeld moeten zijn? Waaraan moet het voldoen?

Opdracht: planning maken voor uitvoeren BPV-opdracht beheertaken

Eindopdracht 2 is de 'BPV Opdracht Beheertaken N4'. Deze opdracht moet je maken en inleveren voor week 8.

Neem de opdracht goed door en maak een planning voor het uitvoeren van deze BPV-opdracht.

Evalueren en huiswerk volgende les

De docent bespreekt de les na. Wat neem je mee uit deze les?

Wat moet je maken voorafgaand aan de volgende les?

3. Budget

Maken voorafgaand aan de les

Opdracht budget voor activiteiten van cliënten.

Het is belangrijk dat je op de hoogte bent van het budget dat beschikbaar is voor jouw cliënten. Dat je weet wat wel en niet haalbaar is wat betreft het aanschaffen van materialen en middelen. Je moet ten slotte als team wel binnen het budget blijven.

Beantwoord de volgende vragen:

  1. Hoeveel budget is er beschikbaar voor activiteiten? Voor welke periode is dit budget?
  2. Welke kosten worden er mee betaald?
  3. Wie bewaakt het budget? Hoe?
  4. Welke afwegingen worden gemaakt bij het besteden van het budget?
  5. Is het budget toereikend?

Doelen

Je weet hoeveel budget beschikbaar is voor groepsactiviteiten.

Je weet hoe je een begroting maakt voor een activiteit.

Bespreken gemaakte opdracht

Opdracht budget voor activiteiten van cliënten.

Vergelijk de antwoorden met elkaar. Welke conclusies kun je hieruit trekken?

Opdracht budget groepsactiviteit

Je organiseer een groepsactiviteit voor een groep cliënten. Maak hiervoor een begroting.

  1. Hoe groot is het budget dat hiervoor beschikbaar is? Hoe kom je aan deze informatie?
  2. Kun je clliënten vragen een eigen bijdrage te geven? Hoe kom je aan deze informatie?
  3. Maak een begroting voor de begroepsactiviteit. Hoe doe je dat? Welke kosten moet je noteren op de begroting?
  4. Na de uitvoering van de activiteit maak je een kasboek op. Hoe doe je dat?

 

(bovenstaande opdracht hoort bij opdracht 2 van de BPV-opdracht Beheertaken)

Evalueren en huiswerk volgende les

De docent bespreekt de les na. Wat neem je mee uit deze les?

Wat moet je maken voorafgaand aan de volgende les?

4. Groepsactiviteiten begeleiden

Maken voorafgaand aan de les

Stel aan een ervaren collega de volgende vragen over het organiseren en coördineren van groepsactiviteiten.

  1. Hoe en met wie bepaal je de (dagelijkse) groepsactiviteiten?
  2. Hoe bepaal je wie er ingezet worden bij de activiteiten? Hoe regel je de inzet?
  3. Welke informatie en instructie aan collega’s geef je dan aan de collega’s die jou hierbij gaan helpen?
  4. Wanneer en hoe geef je de informatie en instructies? Wat zijn hierbij belangrijke aandachtspunten?
  5. Wanneer en hoe geef je feedback aan collega’s? Wat zijn hierbij belangrijke aandachtspunten?
  6. Wanneer en hoe geef je informatie aan mantelzorgers/vrijwilligers/familie? Wat zijn hierbij belangrijke aandachtspunten?
  7. Wanneer en hoe geef je feedback aan mantelzorgers/vrijwilligers/familie? Wat zijn hierbij belangrijke aandachtspunten?

Doelen

Je hebt aan een collega vragen gesteld over het organiseren en coördineren van groepsactiviteiten.

Je pitcht hoe je de groep begeleidt tijdens de groepsactiviteit.

Bespreken gemaakte opdracht

Vergelijk de resultaten de gemaakte opdracht met elkaar.

  • Wat zijn de overeenkomsten? Wat zijn de verschillen? 
  • Welke aandachtspunten kun je toevoegen?

Pitch begeleiden groepsactiviteiten

Bij het organiseren van de activiteiten bepaal je ook welke begeleidingsmethodiek je inzet. Welke begeleidingsmethodiek ga jij inzetten bij het uitvoeren van de eindopdracht? Waarom juist deze?

Hoe ga je om met groepsprocessen? Hoe zorg je voor een veilige sfeer? Wat doe je als de spanning tussen cliënten oploopt?

Geef een pitch van 1 minuut waarmee je jouw medestudenten en docent overtuigd dat je de groep op de juiste manier gaat begeleiden.

Evalueren en huiswerk volgende les

De docent bespreekt de les na. Wat neem je mee uit deze les?

Wat moet je maken voorafgaand aan de volgende les?

5. Evalueren

Maken voorafgaand aan de les

Opdracht: Evaluatievragen opstellen voor groepsactiviteit

Noteer minimaal 5 vragen die je kunt stellen aan collega's, vrijwilligers en/of cliënten als je de groepsacitiviteit evalueert.

Doelen

Je formuleert evaluatievragen.

Je hebt een open houding tijdens een evaluatiegesprek.

Bespreken gemaakte opdracht

Vergelijk de evaluatievragen met elkaar.

Zijn het open vragen?

Opdrachten: Evalueren

Je stelt open evaluatievragen.

Je luistert naar en leert van feedback.

Kijk: Goed in gesprek: sta je open voor de ander?

Stop de video als deel A is afgelopen en bespreek:

  • Wat gebeurde er tijdens het gesprek?
  • Hoe komt dit?
  • Wat zou jij anders doen?

Daarna kijken jullie deel B en bespreken daarna:

  • Wat gebeurde er tijdens het gesprek?
  • Hoe komt het dat het gesprek nu anders verloopt?

 

Een evaluatiegesprek voeren

  1. Hoe bereid je een evaluatiegesprek voor?
  2. Wat voor soort vragen stel je tijdens een evaluatiegesprek?
  3. Hoe laat je tijdens een evaluatiegesprek merken dat je luistert naar de ander?
  4. Hoe laat je merken dat je open staat voor de mening en gevoelens van de ander?
  5. Hoe reageer je als je het niet eens bent met de feedback die je krijgt?
  6. Wat doe je met de informatie die je krijgt tijdens een evaluatiegesprek?

 

Evalueren en huiswerk volgende les

De docent bespreekt de les na. Wat neem je mee uit deze les?

Wat moet je maken voorafgaand aan de volgende les?

6/7. Eindopdracht beoordelen

Maken voorafgaand aan de les

Eindopdracht 1: Organiseer en coördineer een groepsactiviteit

Organiseer en coördineer tijdens de BPV een groepsactiviteit waarbij je een of meerdere collega’s inzet. Zorg ervoor dat de groepsactiviteit aansluiten bij het functioneren, de wensen, mogelijkheden en ondersteuningsdoelen van de cliënten.
PS: Als je op jouw werkplek geen groepsactiviteit kunt organiseren, organiseer je twee activiteiten voor één cliënt.

Je docent geeft aan of je in week 6/7 moet laten zien dat je de groepsactiviteit hebt georganiseerd en gecoördineerd. Je geeft dan een presentatie of levert een verslag met daarin de volgende punten:

  1. Het functioneren, wensen, mogelijkheden, verwachtingen en ondersteuningsdoelen van de cliënten die deelnamen aan de activiteit.                                      
  2. Hoe de gekozen activiteit aansluit bij het functioneren, de ondersteuningsdoelen, mogelijkheden en wensen van de cliënten.                                                               
  3. Hoe en wanneer welke collega’s zijn betrokken bij de voorbereiding van de activiteit.    
  4. Hoe je tijdens de voorbereiding rekening hebt gehouden met: beschikbare budget, ruimte, materialen en middelen, en de beschikbaarheid van collega’s.                                
  5. Welke informatie en instructies je aan collega’s en andere betrokkenen hebt gegeven.  
  6. Welke informatie, begeleiding en feedback je aan cliënten hebt gegeven en wat het effect daarvan was.                            
  7. Hoe je tijdens de uitvoering van de activiteit de voortgang en tijd hebt bewaakt.
  8. Hoe je knelpunten en/of problemen tijdens de voorbereiding en uitvoering van de activiteit hebt opgelost.                                      
  9. Hoe, wanneer en met wie je de activiteit hebt geëvalueerd en wat het er uit de evaluatie kwam.

Doel

- Je hebt de eindopdracht 'activiteiten organiseren' uitgevoerd.

Beoordelen eindopdracht1: Organiseer en coördineer een groepsactiviteit

Evalueren en huiswerk volgende les

De docent bespreekt de les na. Wat neem je mee uit deze les?

Wat moet je maken voorafgaand aan de volgende les?

8. Eindopdracht 2 BPV Opdracht Beheertaken N4

Maken voorafgaand aan de les

Inleveren via het inleverloket: 'BPV Opdracht Beheertaken N4'.

Doel

- Je kunt beheertaken uitvoeren.

Bespreken eindopdracht 2

Bespreken de via het inleverloket ingeleverde BPV Opdracht Beheertaken N4.

Evalueren en afsluiten

De docent bespreekt de lessenreeks na. Wat neem je mee uit deze lessen?

  • Het arrangement Coördineren activiteiten, BBL, MZ4, lj3 p1 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2023-08-15 16:41:48
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Activiteiten coördineren MZ4
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.