Doel
Doel van de opdracht
Bij deze opdracht kom je er nog beter achter wat assertief zijn inhoudt, ook ga je hiermee oefenen.
Niveau
Zilver 1e/2e/3e klas
Weet/kun jij dit al?
Heb je al goed inzicht in wat je doelen en ambities zijn? Zijn die haalbaar? Wat ga je vervolgens doen om die ambities te bereiken?
Wanneer?
Een periode per schooljaar
Alle uitdagingen
Deze uitdaging maakt deel uit van een groter geheel. Alle uitdagingen zijn hier te vinden.
|
Ontwikkeling
Via deze uitdaging ontwikkel je jezelf op de volgende gebieden:
(Kopieer de betreffende gebieden (open https://maken.wikiwijs.nl/194498/ in een nieuw tabblad)
| |
|
K1. Ik weet waar ik goed en minder goed in ben.
K2. Ik weet welke kwaliteiten ik kan inzetten voor het beroep wat ik wil gaan doen.
M2. Ik weet wat mijn werkwaarden zijn.
M5. Ik heb een beeld van de inhoud van het werk waarvoor ik ga leren.
W1. Ik weet welke beroepscompetenties nodig zijn in het werk waarvoor ik ga leren.
W2. Ik weet welke leeractiviteiten ik moet ondernemen om die beroepscompetenties te kunnen ontwikkelen.
D1. Ik kan doelen stellen voor mijn duale opleiding.
D2. Ik baseer keuzes in mijn leerproces op mijn kwaliteiten en waarden, en op mijn toekomstwensen in combinatie met (top)sport.
D3. Ik organiseer de begeleiding die ik nodig heb om mijn leerproces te sturen.
D4. Ik stem mijn mogelijkheden en (ontwikkel)wensen af op de specifieke situatie van de stage/werkorganisatie en/of arbeidsmarkt en/of (top)sport.
D5. Ik toon mijn kwaliteiten en motieven in werk, stage, op de arbeidsmarkt en in (top)sport.
N1. Ik beschik over een netwerk van mensen die mij kunnen helpen bij mijn duale opleiding.
N2. Ik onderhoud mijn netwerk en breid het uit.
|
Wat is assertiviteit?
Waarom is het nodig assertiviteit te ontwikkelen?
Uitdaging
Stap 1
Deel 1 van de uitdaging
Wat is assertiviteit?
Ga een aantal docenten langs om te vragen wat assertiviteit is, en wat doet iemand die assertief is?
Waarom is assertiviteit belangrijk?
Vraag waarom het belangrijk om assertiviteit te ontwikkelen.
Stap 2
Deel 2 van de uitdaging: doelen stellen
Maak een lijst van maximaal drie doelen die je deze periode wil bereiken.
Zorg ervoor dat de doelen specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en binnen de tijd haalbaar zijn.
Maak op basis van jouw doelen minidoelen die je de komende 6-7-8 weken gaan bereiken, die jou helpen het hoofddoel te bereiken.
De minidoelen gaan over het contact maken met mensen die jou helpen je doel te bereiken.
Voer elke week alle minidoelen uit, probeer na elke activiteit een korte reflectie op te schrijven over wat je hebt gedaan, wat het effect daarvan was, wat je vasthoudt en wat je de volgende keer anders kan doen.
Laat dit verslag elke week aan je mentor zien.
Stap ...
Het laatste deel
Laat ieder verslag aan je mentor zien en aan het einde van de periode verwerk je alles in een Powerpoint-presentatie. Je presenteert je bevindingen aan een groep en wordt bekeken door je mentor en met een onvoldoende, voldoende of goed beoordeeld.
Niveau behaald?
Brons
|
Bedenk wat je wilt, kunt én
leuk vindt! Probeer de volgende
vragen over jezelf te beantwoorden: |
- Wat vind ik leuk om te doen?
- Welke vaardigheden heb ik?
- Welke kwaliteiten heb ik?
- Waar haal ik energie uit, waar word ik blij van
|
| Praat hierover onder andere met je decaan op school maar betrek ook je ouders hierbij. Zij kennen jou immers ook goed |
Wanneer?
onderbouw
|
|
Heb jij het niveau brons behaald? Ga dan in gesprek met je begeleider op school en vertel welke stappen jij hebt gezet.
Wil jij je voorbereiden op het gesprek? Je portfolio en de reflectie toolbox kunnen je helpen om je stappen toe te lichten.
|
