VPK 4; Risicosignalering en handelen in onverwachte situaties

Inleiding op de lessenreeks 23-24

Algemeen over deze lessenreeks

In de lessenserie ROS LJ4 gaan we door met klinisch redeneren.

In LJ4 liggen de verwachtingen qua klinisch redeneren hoger op school en op stage. In LJ4 werken en leren jullie toe naar het niveau beginnend beroeps beoefenaar. Klinisch redeneren is hier een belangrijk onderdeel van. In de lessen zal er ook een beroep worden gedaan op jullie AFP kennis en eigen werk/stage ervaring.

De lessenserie zal worden afgerond met een toets.

 

 

CanMeds rol, kerntaken en werkprocessen

Gekoppelde BPV opdrachten en examens:

B1-K1-W7 reageert op onvoorziene en crisissituaties

 

CANMEDS:

- Organisator

- Communicator

 

Jullie zijn ondertussen geland op stage. Jullie weten de weg op de afdeling en weten hoe de structuren lopen en werken op de stage plek.

Dit betekent dat jullie nu ook op stage aan de slag moeten met de opdrachten. De ROS lessen hebben een duidelijke link naar opdracht B1K1W7 maar de kennis en oefeningen die wij hier doen kunnen bij andere stage opdrachten ook goed van pas komen.

In deze les gaan we samen naar B1K1W7 kijken.

Officieel moeten jullie T1 afronden, maar je (opnieuw) verdiepen in de protocolen en mogelijke onverwachte/acute situaties op deze stage is zeer verstandig.

Lesopdrachten en eindopdracht

Tijdens deze module zal je werken aan de volgende leerdoelen:

1)  De student kan de gegeven methodieken" op een effectieve en correcte manier toepassen op de de patient in verschillende zorgsettingen.
''Methodiek= ABCDE, SCEGS, SAMPLE, EWS, SBAR(R)

2) De student kan alle (directe en indirecte) zorg rondom vitale en niet-vitale gezondheidsbedreigingen van de patient in kaart brengen en effectief en efficient toepassen, om complicaties te voorkomen, welbevinden en, zo mogelijk, genezing te bevorderen;

3) De student kan beargumenteren welke aanvullende onderzoeken mogelijk in aanmerking komen voor de noodzakelijke diagnostiek van een ziektebeeld of in een klinsiche situatie.

Dit alles moet ervoor zorgen dat je op stage steeds beter leert klinisch redeneren. Daarna zal het onderdeel klinisch redeneren tijdens de proeve gemakkelijk uit te voeren moeten zijn. Je laat hiermee zien dat je denkt en werkt als een beginnend beroepsbeoefenaar.

Daarnaast werk je toe naar de simulatietoets in les 14.

ROS LJ4 toets

De toets zal worden afgenomen in duo's.

Jullie krijgen een casus en tijd om de casus door te lezen. Daarna moeten jullie de abcd en sample uitvragen aan de docent.

Dit gebeurt uit het hoofd en per letter, pas als de letter stabiel is ga je door naar de volgende letter. Het uitvragen gebeurt individueel en omstebeurt (student 1 begint met de letter A ,vervolgens doet student 2 de letter B).  

Als jullie alle relevante informatie hebben moeten jullie met een DD komen en deze uitleggen.

 

 

Les 1 introductie lessenserie (23-24)

Lesdoelen

  • Aan het einde van de les kun je vertellen
  • Wat de ABCDE-methode inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven
  • Wat de SCEGS-methode inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven
  • Wat de (S)AMPLE-methode inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven
  • Wat de EWS inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven
  • Wat de SBAR(R)-methode inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven

Kennisactivering

Opdracht 1

Opdracht 1A:

De docent verdeelt de groep in sub goepjes van 5 studenten.

De groepjes krijgen de gelegenheid om een korte casus door te lezen en passende differentiaal diagnose te bedenken.

Dit proces zal in meerdere rondes worden herhaald.

Opdracht 2

Opdracht:

Jullie hebben de verschillende methodieken weer helder en paraat.

Maak de onderstaande vragen individueel: (5 minuten)
1)  Als je kijkt naar je stageplek (lj3 en 4): met welke redeneerhulpen werk je dan het meest?
2)  Welke redeneerhulpen zie of hoor je je collega's/werkbegeleiders gebruiken op je stageplek?
3)  Kun je een voorbeeld geven waarin je zag dat een collega/werkbegeleider een redeneerhulp toepaste?
4) Welke redeneerhulp ervaar je als lastig?

5) Welke redeneerhulp gebruik jij zelf?

 

De docent bespreekt de antwoorden na, in een onderwijsleergesprek. (10 minuten)
* Als je bij vraag 2 en 3 een ontkennend antwoordt hebt gegeven. Ga dan de eerstvolgende stagedagen nog eens kritisch kijken of je ze echt niet ziet. Je kan ook je begeleider vragen welke redeneerhulpen hij/zij gebruikt. Vraag na wat er wordt gedaan met klinisch redeneren op je afdeling? Handig voor B1K2W1 of W3

Dus kijk goed en kritisch naar de gang van zake op je stageplek.

 

Opdracht (bijna) ongelukken

Individueel

je krijgt 5 min de tijd om te bedenken welke ongelukken en bijna ongelukken er bij jou op stage (makkelijk) zouden kunnen gebeuren.

Schrijf deze op van meest tot minst voorkomend.

Bedenk ook waarom deze situaties voorkomen bij jou op stage.

De uitkomsten worden klassikaal na besproken.

Opdracht Calamiteiten

Wat versta jij onder een calamiteit?

Wat verstaat de BPV onder een calamiteit?

 

Individueel 

5 minuten

Klasikaal na bespreken

Evalueren en afsluiten

De docent zal met jullie de les evalueren: zijn de lesdoelen gehaald?

Kun je vertelen wat de ABCD-methode inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven?
Kun je vertellen wat de SCEGS-methode inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven?
Kun je vertellen wat de AMPLE-methode inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven?
Kun je vertellen wat de EWS-score inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven?
Kun je vertellen wat de SBAR(R)-methode inhoudt en toelichten wat er onder welke letter wordt beschreven?

Les 2: SCEGS (23-24)

Lesdoelen

Aan het einde van de les kan de student:

- Benoemen waar de SCEGS voor staat

- Kan de student benoemen in wat voor situaties de SCEGS een toevoeging zijn tijdens het klinisch redeneren.

Onderwijsleergesprek

Het SCEGS model is in LJ3 behandeld tijdens ROS.

Omdat dit model door veel verpleegkundigen onbewust wordt toegepast, besteden we in LJ4 opnieuw aandacht aan de SCEGS zodat jij als student dit psychosociale model bewuster gaat inzetten op stage.

Opdracht 1

Bekijk in duo's de docu....

Noteer welke problemen je ziet en verwerk deze doormiddel van de SCEGS.

De docent zal klassikaal de uitwerkingen nabespreken.

Docu Corrie
Korte docu (23 min) over een vrouw wiens partner in transitie is van man naar vrouw.

Opdracht 2

Deze opdracht ga je op stage uitvoeren.

(kan gebruikt worden voor:B1K1W2, B1K1W3, B1K1W5, B1K1W7)

Ga met een zorgvrager op stage in gesprek en gebruikt hierbij de SCEGS. 

De uitwerking en ervaringen worden op school in les 5 met elkaar besproken.

Les 3 Waargebeurde casus (23-24)

In deze les gaan we in sub groepen kijken naar een waargebeurde casus.

Opdracht

Jullie krijgen een kranten artikel. Lees het artikel in duo's en haal relevate informatie uit het artikel.

In het artikel kan je ook de DD vinden die op de SEH wordt vastgesteld. De uiteindelijke diagnose is ook in het artikel terug te vinden.

De informatie uit het artikel ga je verwerken in een Venn diagram.

Uitwerken Venn diagram:

Een venn diagram bestaat uit 2 overlappende cirkels. In de ene cirkel beschrijf je alle informatie die je kan vinden over ene ziektebeeld (SEH DD) en in de andere cirkel beschrijf je alle informatie over het andere ziektebeeld (diagnose).

Op de plek waar de cirkels elkaar overlappen beschrijf je de overeenkomsten van beide ziektebeelden.

De casus en jullie uitkomsten worden klassikaal na besproken

Neem ook de hieronder genoemde punten mee:

Wie waren allemaal betrokken bij deze casus?

Waar is het fout gegaan?

Durf heel eerlijk naar jezelf te kijken, kun je je voorstellen dat dit gebeurt of dat jij hier ooit deel van kan uitmaken?
Wat is in deze casus mogelijk vermijdbaar en wat daarvan is mogelijk verwijtbaar?
Moeten deze vpk en dokters uit het BIG register worden geschrapt of berisping/waarschuwing krijgen opgelegd?

Uitkomst tuchtcollege

Podcast Uitspraak tuchtrechter longarts Tergooi.

https://www.nporadio1.nl/podcasts/argos/19600/uitspraak-tuchtrechter-longarts-tergooi 

 

Wat is de onderbouwing van de uitspraak?

Wat zegt het tuchtcollege?

Wat zegt de inspectie?

Zwijgcontracten?

Strafrecht

Les 4 Diagnostiek (23-24)

In deze les gaan we kijken naar diagnostiek.

 

Opdracht 1

Jullie gaan in sub groepen de casus door lezen en maken aan de hand van de aanwezige informatie de DD.

Als elke groep dit heeft gedaan worden de uitkomsten geruild met een andere sub groep. Zij zullen dan gaan uitwerken welke diagnostiek er nodig is om de DD's te bevestigen/uit te sluiten.

De uitwekingen worden klassikaal na besproken.

 

Casus

Vrouw 69 jaar

Voorgeschiedenis:

Vaat lijden 2022, 3e gr av blok (waarvoor PM 2020), orthostatische hypotensie, allergie jodium 2022, allergie augmentin, aaa 2022 (toevals treffer tijdens vaat onderzoek), osteoporose

Medicatie:

sintrom vv, metropolol, calcium supplement, simvastatine, Enalapril

Situatie:

Mw is tijdens het op staan van uit haar stoel onwel geworden en gevallen. Daarbij is zij met haar linker flank/thorax op de metalen salontafel gevallen en tot slot met haar rechter flank op de plavuizenvloer terecht gekomen.

Mw. geeft pijn aan bij linkerflank/thorax onderkant -> hematoom onder linker thorax zichtbaar

Mw. geeft pijn aan bij rechterkant hoofd -> hematoom zichtbaar

Mw. geeft pijn aan bij rechter heup -> inkorting rechter been zichtbaar

Opdracht 2

Bij deze opdracht gaan jullie in sub groepen kijken naar de onderstaande diagnostische onderzoeken.

- Hoe werkt het onderzoek?

- Waarom dit onderzoek/indicaties? (denk aan specifieke ziektebeelden)

- Welke contra indicaties zijn er?

- Waar moet de patient rekening mee houden als dit onderzoek wordt gedaan? (denk aan voorbereiding/leefregels)

PET scan

Scintigrafie

Angiografie

Lumbaalpunctie

Echo cor met contrast

Als deze opdracht niet kan worden afgerond in les 4 dan is er ruimte in les 5 (SCEGS uitkomsten)

 

Les 5 SCEGS uitkomsten stage opdracht (23-24)

In deze les gaan we de SCEGS opdracht na bespreken.

 

Dit doen we in sub groepen, waarin elke student zijn uitwerking laat zien en uitlegt waarom er voor deze patient is gekozen. 

Daarna klassikale na bespreking door de docent.

De opdracht van les 4 kan ook in deze les worden afgerond.

Les 6 Vergiftiging (24-25)

Les 7 Venn diagram (23-24)

In deze les gaan we kijken naar ziektebeelden die van een afstand op elkaar lijken maar wel een andere behandelingen nodig hebben.

Opdracht

Opdracht:

In een vorige les moesten jullie via een Venn diagram kijken naar de over eenkomsten en de verschillen tussen 2 ziektebeelden (en in dit geval met fatale gevolgen).

Tijdens de opdracht zullen jullie weer met een Venn diagram naar 2 ziektebeelden gaan kijken.

De groep zal worden verdeelt in 5 sub groepen. Elke sub groep krijgt een kaartje met daarop 2 ziektebeelden.

Gebruik het Venn diagram om de verschillen en overeenkomsten in beeld te krijgen.

- symptomen

- gevolgen ziektebeeld (verloop, genezingproces)

- Diagnostiek

- Behandeling

 

Jullie krijgen 45 min de tijd voor de uitwerking. De uitkomsten worden daarna gepresenteerd aan de groep.

Nu is het tijd dat jullie zelf een casus gaan maken. Deze les krijgen jullie tijd om de casus te maken.

Dit doen jullie in sub groepen van 4  studenten. Dit is LJ4 wat betekent dat er meer van jullie verwachten.

In de volgende lessen worden de casuistieken gepresenteerd en moeten de andere sub groepen bedenken wat er aan de hand is. 

De presenterdende sub groep moet antwoord kunnen geven op de vragen die de andere sub groepen stellen over de casus.

 

Beschrijf casus:

- thuissituatie (en psychosociale situatie)

- medische situatie (nu en medische geschiedenis)

- medicatie gebruik

- Situatie beschrijving

Beschrijving schaduwdocument:

- DD 

- Casus medicatie met korte indicatie beschrijving

- Medicatie die nodig is bij DD

- Beschrijving vitale functies

- diagnostiek die nodig is om DD te bevestigen. Daarbij moet de sub groep dit kunnen uitleggen waarom deze diagnostiek nodig is en hoe deze werkt

 

 

Les 8 (23-24)

Jullie krijgen in sub groepen van 4 studenten een plaatje. Aan jullie de opdracht om te bedenken wat je ziet en wat je er aan kan doen!

Les 9 Brandwonden (23-24)

Brandwonden rode kruis

Wat moet er gebeuren op jou stageplek tijdens een calamiteit?

Wat is jouw rol tijdens een brand?

Waar hangen de brandbestrijdende middelen?

Wat zijn de vluchtroutes? Kan jij de vluchtroutes tekenen?

 

Als je dit niet weet, kan je kijken naar de brandveiligheid in het B gebouw.

Wat valt je op?

 

Les 10 Tropische ziektes (24-25)

Introductie tropische ziektes

Waarom een les tropische ziektes?

2 redenen, welke kunnen jullie bedenken?

Les 11 voorbereiding toets (23-24)

De ROS toets

  • In duo's
  • Studenten krijgen een casus en 20 min voorbereidingstijd
  • Het examen duurt 30 min
  • Daarna moeten de studenten de abcd en sample uitvragen aan de docent.
  • Dit gebeurt uit het hoofd en per letter, pas als de letter stabiel is ga je door naar de volgende letter.

  • Het uitvragen gebeurt individueel en omstebeurt (student 1 begint met de letter A vervolgens doet student 2 de letter B).  

    Als jullie alle relevante informatie hebben moeten jullie met een DD komen en deze uitleggen.

Evaluatie van de module

Jullie feedback wordt erg op prijs gesteld. Daarom vragen we jullie onderstaande vragenlijst in te vullen over deze e-learning zodat wij kunnen leren van jullie en ons onderwijs kunnen aanscherpen.
Dank je wel voor het invullen!

https://forms.office.com/Pages/ResponsePage.aspx?id=Pw4Mr4CjXUuVc7r0enl6pcaHCAbshjBJkuhwSal9ul5URVdXM1JKS1c5UjdWUjc3MEVTRUxENTkxTi4u

Les 12 Toets

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Oud les materiaal:

Evalueren en afsluiten

Les 3: Presenteren casussen

Lesdoelen

De student kan alle (directe en indirecte) zorg rondom vitale en niet-vitale gezondheidsbedreigingen van de patient in kaart brengen en effectief en efficient toepassen, om complicaties te voorkomen, welbevinden en, zo mogelijk, genezing te bevorderen;

De student kan beargumenteren welke aanvullende onderzoeken mogelijk in aanmerking komen voor de noodzakelijke diagnostiek van een ziektebeeld of in een klinsiche situatie.

Onderwijsleergesprek / opdracht

Elk groepje bespreekt de voorbereide en uitgewerkte casus met de klas.

Je kunt ervoor kiezen om het ziektebeeld te beschrijven en jullie gehele uitwerking. Dan rond je dat af met een aantal vragen die als controle aan de klas stelt.

Je kunt er ook voor kiezen om klachten en symptomen te beschrijven en dat de groep op basis hiervan moet achterhalen, met goed onderbouwde vragen, wat het ziektebeeld of de complicatie is, die je hebt uitgewerkt.

De docent zal op basis van de casuïstiek, waar nodig verdiepende vragen of uitleg geven.

Evalueren en afsluiten

Les 4: Redeneren met de docent

Lesdoelen

Kennisactivering

De docent legt uit hoe je een casus ontleedt en geeft een voorbeeld. 

Onderwijsleergesprek / opdracht

Deze les gaan jullie samen met de docent stapsgewijs een casus te lijf.

Hoe gaan we dit doen?
1) De docent geeft je een korte situatieschets vanuit de eigen zorgpraktijk.
2) Jullie gaan in groepjes van 3 of 4 studenten zitten.
3) Op basis van de korte schets bedenk je m.b.v. de redeneerhulpen welke aanvullende informatie je van de docent nodig hebt om een inschatting te kunnen maken van wat er met de patiënt aan de hand is.


Hierbij is prioritering van de gegevens heel belangrijk. Dat zit zo: je vraagt (nog) niet naar welke medicatie iemand gebruikt, of wat er op de MRI te zien is? Je begint bij de gegevens die het meest urgent zijn om in te schatten hoe het met de zorgvrager is gesteld. Ieder groepje stelt een vraag en dan gaat de beurt naar de volgende groep

4) Als ieder groepje genoeg voldoende vragen heeft gesteld voor een goed klinisch beeld van de patiënt, gaat elk groepje zo stil mogelijk onderling in overleg. Wat denken jullie dat de top-3 van dd's is ( differentiële diagnose - welke diagnoses komen in aanmerking als verklaring van het klinisch beeld?)
5) de docent schrijft van ieder groepje de dd's op
6) De dd met de meeste stemmen gaan we uitwerken en verder uitvragen
7) Maak als groepje vragen die je de docent wil stellen, om de diagnose te kunnen bewijzen. De docent zal ieder groepje weer een vragen laten stellen en het antwoord geven. De interventies/onderzoeken die je wil moet je wel goed kunnen onderbouwen. Dus wat moeten ze bewijzen? En weegt de belasting van het onderzoek op tegen wat je ermee kunt bereiken?

Zo komen we op de juiste diagnose en gaan jullie meedenken over de vraag wat de gevolgen voor de behandeling zijn.

Mogelijk doe je 2 casuïstieken in deze les.

Evalueren en afsluiten

Les 5: Terugredeneren

Lesdoelen

Kennisactivering

Onderwijsleergesprek / opdracht

Jullie hebben al vaker geoefend met redeneren van begin tot eind, van de symptomen en de observaties naar de diagnose.

Vandaag gaat het andersom.

 

De docent deelt kaartjes uit met daarop de naam van een ziektebeeld.
Het is aan jullie als groepjes om het verhaal nu terug te redeneren en zo te schrijven dat het klopt.

Je begint met de dd en met welke onderzoeken er gedaan moeten worden; welk lab is afwijkend? Welke vitale functies lopen uit de pas, welke klachten heeft de patiënt, wat zou in de voorgeschiedenis bekend kunnen zijn over mogelijke achtergrond en oorzaken? Op het laatst heb je een verzonnen patiënt waarvan je het verhaal straks in de goede tijdsvolgorde, chronologisch kunt vertellen, met daarbij op allerlei momenten wat er met klinisch redeneren over te vertellen valt.

Dit is een leuke en lastige uitdaging, vraag de docent om hulp! Want alles moet kloppen en alle mogelijke vragen die je van medestudenten krijgt moet je kunnen beantwoorden (de docent kan en zal bij de les ondersteunen). Dit betekent dat je in je voorbereiding dus ook aandacht moet hebben voor de mogelijke vragen die bij de anderen kunnen opkomen. Kruip in de huid van je collega's - hoe gaan die reageren op je verhaal?

De volgende les gaan jullie het verhaal van de (verzonnen) patiënt  vertellen aan de klas; hierbij is het de bedoeling dat hetzelfde format als bij les 4 wordt gebruikt - de klas moet de goede vragen stellen.

Evalueren en afsluiten

Les 6: Presenteren 'terugredeneren'

Lesdoelen

Kennisactivering

Onderwijsleergesprek / opdracht

Evalueren en afsluiten

Les 7: ................

Studieactiviteit

Lesdoelen

Kennisactivering

Onderwijsleergesprek / opdracht

Evalueren en afsluiten

Lesdoelen

Kennisactivering

Jullie mogen tafels en stoelen aan de kant schuiven. De docent plakt bij iedereen een kaartje op het voorhoofd en het is de bedoeling dat dat daar blijft zitten, dat spreekt vanzelf. Ook spiegels zijn verboden dit uur.

Loop in de klas rond en stel iedereen die je ziet een vraag op basis van een redeneerhulp, dus niet zomaar gaan raden, roepen 'Heb ik dàt?'
Als je een antwoord op je vraag hebt gekregen, is de ander aan de beurt en stelt deze een vraag aan jou etc. Het is misschien het leukst om daarna verder te lopen en een nieuw gesprek aan te knopen, totdat je denkt te weten wie je bent (wat er op je voorhoofd geplakt zit) en dan mag je het vragen aan de docent. Heb je het goed, dan krijg je een nieuw kaartje.

Onderwijsleergesprek / opdracht

We zijn over de helft van de lessenserie.
Aan het eind sluiten we deze serie af met een simulatietoets. Die gaat in tweetallen.

De docent zal jullie uitleggen hoe dit eruitziet en wat we van jullie verwachten.

 

Ieder tweetal komt bij een patient.
Vragen mbt vit functies en uitslagen van de patient vraag je aan de docent die erbij is. De docent vertelt je de waardes.

Het is de bedoeling dat jullie systematisch met de juiste redeneerhulpen gegevens verzamelen om tot de juiste dd en onderzoeken en eventueel te verwachten behandeling te komen.
Laat in jullie aanpak van de patient duidelijk zien dat je de sytematieken beheerst en goed toepast bij je patient.

Jullie mogen pen en papier meenemen om aantekeningen te maken. Spreek wel af wie de vragen stelt, wie notuleert.
Je mag 2 keer een overlegmoment samen hebben van maximaal 5 minuten, om de gegevens te kunnen bespreken en jullie dd's en de vragen/onderzoeken van minst naar meest invasief voor de patient te bespreken. Geef duidelijk aan wanneer jullie time-out is!

Als deze voorbij is wordt er niet meer met zijn tweetjes overlegd en staat de patient weer centraal!

Cesuur
Onvoldoende als:
Als je niet systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, niet de juiste diagnose stelt en ook niet kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden
Voldoende:
Als je systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, niet de juiste diagnose hebt gesteld, maar wel kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden (bij de diagnose die jullie hadden, ook al was die niet de juiste)
Goed:
Als je systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, de juiste diagnose hebt gesteld en juist  kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden.

keuze onderwijs

Jullie hebben in les 7 bij je docent een keuze uitgesproken:
Deze kon bestaan uit:
SBARR oefenen als speeddate (dan is een student de dokter en de andere de vpk en vpk moet kort en krachtig alle info aan de dokter geven met de SBARR, als de dokter geen verhelderende vragen meer hoeft te stellen en weet wat er aan de pt scheelt en juist advies kan geven is de opdracht geslaagd en heeft vpk 1 pt, we wisselen dan van stoel, docent is scheidsrechter en na 5 min fluit hij/zij af, dit herhaal je een aantal malen. De kaartjes met wat je hebt worden door docent verstrekt en de vpk student krijgt 5 min voorbereidingstijd etc...)
Casus die nog ligt van vorige les afmaken
Casus ingebracht van de docent bespreken met elkaar
Uitleg en/of aan de slag met de SCEGS
Zelf aangedragen onderwerp.
Labwaarden

 

Deze les zal nu worden ingevuld.

Evalueren en afsluiten

Les 9: Wat kan er fout gaan?

Lesdoelen

Kennisactivering

Ga via de hieronder aangeven link naar de site en lees het artikel over klinisch redeneren

 

https://journalclubnl.wordpress.com/2009/06/09/verkeerd-geredeneerd-oorzaken-en-oplossingen-voor-klinische-denkfouten/

Onderwijsleergesprek/opdracht

De docent neemt met jullie een casus door om uit te pluizen waar er verkeerde wegen ingeslagen zijn.
Zonder waarde-oordeel!



1) Aan welke ziektebeelden wordt er gedacht?
2) Maak samen met de klas en docent een venndiagram, waarbij alle symptomen worden opgeschreven die bij beide ziektebeelden horen. Kijk wat er overlapt!
3) Probeer vervolgens een antwoord te vinden, hoe dit heeft kunnen gebeuren.Venn Diagram Maken Online | Lucidchart

4) Durf heel eerlijk naar jezelf te kijken, kun je je voorstellen dat dit gebeurt of dat jij hier ooit deel van kan uitmaken?
5) Wat is in deze casus mogelijk vermijdbaar en wat daarvan is mogelijk verwijtbaar
6) Moeten deze vpk en dokters uit het BIG register worden geschrapt of berisping/waarschuwing krijgen opgelegd?

Opdracht 2

De docent heeft hieronder een aantal artikelen geupload waaruit blijkt dat er ergens iets niet goed is gegaan in het klinische redeneer proces.

Per groepjes neem je een geval/artikelen.

Wat is het probleem volgens jullie, welke aanvullende vragen heb je om tot een beter beeld te komen
Probeer hierin uit te zoeken waar zijn de medici de fout in gegaan
Hoe heeft dit kunnen gebeuren
Welke lering voor je eigen zorgpraktijk kun je hieruit halen

Maak hier een korte en bondige pitch over.
Iedere groep krijgt max 5 min om:
Probleem uit te leggen.
Waar er volgens jullie mis is gegaan.
Hoe dit heeft kunnen gebeuren
En de uitsmijter is wat je er voor jezelf uit mee moet nemen!

 

Link tuchtzaak

https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2017/ECLI_NL_TGZCTG_2017_118?zoekterm=diagnose%20fout&DomeinNaam=gezondheidszorg&Pagina=2&ItemIndex=18

https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2015/ECLI_NL_TGZRAMS_2015_107?zoekterm=diagnose%20fout&DomeinNaam=gezondheidszorg&Pagina=11&ItemIndex=110

https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2015/ECLI_NL_TGZRAMS_2015_88?zoekterm=diagnose%20fout&DomeinNaam=gezondheidszorg&Pagina=12&ItemIndex=118

 

https://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2015/ECLI_NL_TGZRZWO_2015_76?zoekterm=diagnose%20fout&DomeinNaam=gezondheidszorg&Pagina=13&ItemIndex=127

Artikel AD

https://www.ad.nl/binnenland/maxim-had-herseninfarct-maar-is-weggestuurd-met-hyperventilatie~a9d5e2d9/

 

Artikel hart van Nederland

https://www.hartvannederland.nl/top-nieuws/2011/been-geamputeerd-door-medische-misser/

Les 10: Kennisspel

Lesdoelen

Opdracht

Jullie gaan in twee of drie groepen de verschillende varaties van het kennisspel spelen over klinisch redeneren

Je pakt een kaartje van de stapel en stelt de vraag aan je collega rechts van je. Is het niet het volledige en correcte antwoordt dan wordt dit aangevuld door een andere speler.

Evalueren en afsluiten

Les 11: Redeneren met de docent

Lesdoelen

Opdracht

Ook deze les gaan jullie samen met de docent stapsgewijs een casus te lijf.

Hoe gaan we dit doen?
1) De docent geeft je een korte situatieschets vanuit de eigen zorgpraktijk.
2) Jullie gaan in groepjes van 3 of 4 studenten zitten.
3) Op basis van de korte schets bedenk je m.b.v. de redeneerhulpen welke aanvullende informatie je van de docent nodig hebt om een inschatting te kunnen maken van wat er met de patiënt aan de hand is.


Hierbij is prioritering van de gegevens heel belangrijk. Dat zit zo: je vraagt (nog) niet naar welke medicatie iemand gebruikt, of wat er op de MRI te zien is? Je begint bij de gegevens die het meest urgent zijn om in te schatten hoe het met de zorgvrager is gesteld. Ieder groepje stelt een vraag en dan gaat de beurt naar de volgende groep

4) Als ieder groepje genoeg voldoende vragen heeft gesteld voor een goed klinisch beeld van de patiënt, gaat elk groepje zo stil mogelijk onderling in overleg. Wat denken jullie dat de top-3 van dd's is ( differentiële diagnose - welke diagnoses komen in aanmerking als verklaring van het klinisch beeld?)
5) de docent schrijft van ieder groepje de dd's op
6) De dd met de meeste stemmen gaan we uitwerken en verder uitvragen
7) Maak als groepje vragen die je de docent wil stellen, om de diagnose te kunnen bewijzen. De docent zal ieder groepje weer een vragen laten stellen en het antwoord geven. De interventies/onderzoeken die je wil moet je wel goed kunnen onderbouwen. Dus wat moeten ze bewijzen? En weegt de belasting van het onderzoek op tegen wat je ermee kunt bereiken?

Zo komen we op de juiste diagnose en gaan jullie meedenken over de vraag wat de gevolgen voor de behandeling zijn.

Mogelijk doe je 2 casuïstieken in deze les.

Evalueren en afsluiten

Les 12: Terugredeneren

Lesdoelen

Opdracht

Opdracht 1:

Jullie hebben al vaker geoefend met redeneren van begin tot eind, van de symptomen en de observaties naar de diagnose.

Vandaag gaat het opnieuw andersom.

 

De docent deelt kaartjes uit met daarop de naam van een ziektebeeld.
Het is aan jullie als groepjes om het verhaal nu terug te redeneren en zo te schrijven dat het klopt.

Je begint met de dd en met welke onderzoeken er gedaan moeten worden; welk lab is afwijkend? Welke vitale functies lopen uit de pas, welke klachten heeft de patiënt, wat zou in de voorgeschiedenis bekend kunnen zijn over mogelijke achtergrond en oorzaken? Op het laatst heb je een verzonnen patiënt waarvan je het verhaal straks in de goede tijdsvolgorde, chronologisch kunt vertellen, met daarbij op allerlei momenten wat er met klinisch redeneren over te vertellen valt.

Dit is een leuke en lastige uitdaging, vraag de docent om hulp! Want alles moet kloppen en alle mogelijke vragen die je van medestudenten krijgt moet je kunnen beantwoorden (de docent kan en zal bij de les ondersteunen). Dit betekent dat je in je voorbereiding dus ook aandacht moet hebben voor de mogelijke vragen die bij de anderen kunnen opkomen. Kruip in de huid van je collega's - hoe gaan die reageren op je verhaal?

De volgende les gaan jullie het verhaal van de (verzonnen) patiënt  vertellen aan de klas; hierbij is het de bedoeling dat hetzelfde format als bij les 4 wordt gebruikt - de klas moet de goede vragen stellen.

Opdracht 2 (45 min)

Presenteren van jullie casus.

Evalueren en afsluiten

Les 13: Voorbeeld simulatietoets

Lesdoelen

Kennisactivering

Eerst een korte huishoudelijke vraag:

De studenten die niet de simulatietoets doen in les 14, geven aan welke inhoud ze graag willen hebben van de docent die les
Dit zelfde geldt voor de studenten die in les 15 niet de simulatie hebben.

De keuze kan bijvoorbeeld zijn:
SBARR oefenen als speeddate (dan is een student de dokter en de andere de vpk en vpk moet kort en krachtig alle info aan de dokter geven met de SBARR, als de dokter geen verhelderende vragen meer hoeft te stellen en weet wat er aan de pt scheelt en juist advies kan geven is de opdracht geslaagd en heeft vpk 1 pt, we wisselen dan van stoel, docent is scheidsrechter en na 5 min fluit hij/zij af, dit herhaal je een aantal malen. De kaartjes met wat je hebt worden door docent verstrekt en de vpk student krijgt 5 min voorbereidingstijd etc...)
Casus die nog ligt van vorige les afmaken
Casus ingebracht van de docent bespreken met elkaar
Uitleg en/of aan de slag met de SCEGS
Zelf aangedragen onderwerp.

De uitleg van de simulatie.
De tweetallen zijn samengesteld, pak de lijst er weer bij (les 8 opdracht 2)
Zorg ervoor dat je de rollen verdeelt.
Regel pennen en papier, noteer vragen en redeneerhulpen.
Lees nog een keer de opdracht door en de cesuur.

Opdracht

Ieder tweetal komt bij een patient. De patient (acteur) heeft een ziektebeeld. De patient zal zo goed mogelijk de klachten bij het ziektebeeld laten zien. Vragen over hoe het met de patient gaat en dingen als 'mag ik in uw mond kijken' doe en stel je aan de patient. Deze zal hierin meewerken.
Vragen mbt vit functies en uitslagen van de patient vraag je aan de docent die erbij is. De docent vertelt je de waardes.

Het is de bedoeling dat jullie systematisch met de juiste redeneerhulpen gegevens verzamelen om tot de juiste dd en onderzoeken en eventueel te verwachten behandeling te komen.
Laat in jullie aanpak van de patient duidelijk zien dat je de sytematieken beheerst en goed toepast bij je patient.

Jullie mogen pen en papier meenemen om aantekeningen te maken. Spreek wel af wie de vragen stelt, wie notuleert.
Je mag 2 keer een overlegmoment samen hebben van maximaal 5 minuten, om de gegevens te kunnen bespreken en jullie dd's en de vragen/onderzoeken van minst naar meest invasief voor de patient te bespreken. Geef duidelijk aan wanneer jullie time-out is!

Als deze voorbij is wordt er niet meer met zijn tweetjes overlegd en staat de patient weer centraal!
Alles wat je aan de patient kan en mag vragen, dat doe je aan de patient.

Cesuur
Onvoldoende als:
Als je niet systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, niet de juiste diagnose stelt en ook niet kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden
Voldoende:
Als je systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, niet de juiste diagnose hebt gesteld, maar wel kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden (bij de diagnose die jullie hadden, ook al was die niet de juiste)
Goed:
Als je systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, de juiste diagnose hebt gesteld en juist  kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden.

B1K1W7

Evalueren en afsluiten

Les 14 of 15: Simulatietoets of les op aanvraag

Lesdoelen

De simulatie

Ieder tweetal komt bij een patient. De patient (acteur) heeft een ziektebeeld. De patient zal zo goed mogelijk de klachten bij het ziektebeeld laten zien. Vragen over hoe het met de patient gaat en dingen als 'mag ik in uw mond kijken' doe en stel je aan de patient. Deze zal hierin meewerken.
Vragen mbt vit functies en uitslagen van de patient vraag je aan de docent die erbij is. De docent vertelt je de waardes.

Het is de bedoeling dat jullie systematisch met de juiste redeneerhulpen gegevens verzamelen om tot de juiste dd en onderzoeken en eventueel te verwachten behandeling te komen.
Laat in jullie aanpak van de patient duidelijk zien dat je de sytematieken beheerst en goed toepast bij je patient.

Jullie mogen pen en papier meenemen om aantekeningen te maken. Spreek wel af wie de vragen stelt, wie notuleert.
Je mag 2 keer een overlegmoment samen hebben van maximaal 5 minuten, om de gegevens te kunnen bespreken en jullie dd's en de vragen/onderzoeken van minst naar meest invasief voor de patient te bespreken. Geef duidelijk aan wanneer jullie time-out is!

Als deze voorbij is wordt er niet meer met zijn tweetjes overlegd en staat de patient weer centraal!
Alles wat je aan de patient kan en mag vragen, dat doe je aan de patient.

Cesuur
Onvoldoende als:
Als je niet systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, niet de juiste diagnose stelt en ook niet kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden
Voldoende:
Als je systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, niet de juiste diagnose hebt gesteld, maar wel kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden (bij de diagnose die jullie hadden, ook al was die niet de juiste)
Goed:
Als je systematisch gebruik hebt gemaakt van redeneerhulpen, de juiste diagnose hebt gesteld en juist  kan onderbouwen waarom een aanvullend onderzoek plaats moet vinden.

les op aanvraag

Tijdens deze les gaan we kijken naar brandwonden, behandeling en psychosociale gevolgen.

  • Het arrangement VPK 4; Risicosignalering en handelen in onverwachte situaties is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteurs
    iwan van der Werf
    Laatst gewijzigd
    2025-02-13 15:43:10
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Klinisch redeneren vanuit toekomstige professie
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten

    Bronnen

    Bron Type
    Docu Corrie
    https://www.npostart.nl/2doc-kort/17-03-2023/KN_1731568
    Link
    Brandwonden rode kruis
    https://www.youtube.com/watch?v=2Mhbw8GhHts
    Video

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Vos-de Graaf, Helvine. (z.d.).

    Blanco format Verpleegkunde - kopie 1

    https://maken.wikiwijs.nl/194083/Blanco_format_Verpleegkunde___kopie_1

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.