Unit 4

Unit 4

All Right - Unit 4

Beste leerlingen,

In deze wikiwijs staan tips, expressions, grammatica en study box onderdelen van Unit 4 uit het boek All Right.

Deze les maak je alleen op je laptop, je mag overleggen waar het nodig is zolang je het maar zachtjes doet.

Aan de linker kant van je scherm zie je dat elk tabje een andere naam heeft, daar horen ook opdrachten bij die je moet maken. Lees goed wat er van je gevraagt wordt.

SMART doelen voor de les:

Na afloop van deze les hebben de leerlingen minimaal 5 minuten aan hun spreekvaardigheid gewerkt doormiddel van een opdracht op A1-A2 niveau.

Na afloop van deze les kunnen de leerlingen a lot of, much, many onderscheiden.

Na afloop van deze les weten de leerlingen het verschil tussen will en shall.

Na afloop van deze les zijn de leerlingen voorbereid op hun toets doormiddel van de opdrachten.

 

Het is van belang dat jullie de tips, woordenschat, de expressions en de grammaticaonderdelen van deze unit onder de knie hebben.

De tips helpen je met de spreekopdracht.

De expressions zijn een aantal voorbeeldzinnen die zijn geformuleerd en die je kan gebruiken voor de spreekopdracht.

Met de grammatcaonderdeel van 'tag questions' leer je een zin vragend te maken.

Vervolgens leer je 'much, many and a lot of' om de hoeveelheden van iets op de juiste manier uit te drukken.

Met 'will and shall' leer je de juiste vorm van 'zullen' te gebruiken in het Engels.

'To be going to' helpt je om op de juiste manier dingen dingen te boenem die in de toekomst gaan gebeuren. 

Als laatst heb je woordenschat, het is van belang om genoeg woorden te kennen om zinnen in elkaar te zetten.

 

Hieruit kunnen jullie alles zelfstandig herhalen. Als je moeite hebt met de onderdelen kan je altijd terug naar deze site.

Wat je niet afkrijgt kan je thuis maken.

Veel succes allemaal!

Klik de afbeelding om naar de Gimkit van Unit 4 te gaan.

 

 

Tips uit het boek

Lees de volgende tips, omdat je die zometeen gaat gebruiken voor een spreekopdracht.

Wat: Je gaat een gesprek aan met de tips die je hebt gelezen.

Wie: Met een klasgenoot.

Hoe: In het Engels

Hulp: Probeer het zelf en dan pas kan je naar de docent.

Tijd:  Je krijgt daarvoor maximaal 10 minuten voor.

Uitkomst: De tips doorgenomen en gebruikt in de spreekopdracht.

Klaar: Als je het hebt gelezen dan kan je gelijk beginnen met de spreekopdracht.

 

TIP 1 Speaking about sports: to play, to go or to do?

Use to play with competitive games or ball sports. Use to do with (group) activities or non-team sports. Use to go with activities that end with -ing.

TIP 2 Use a or an with jobs.

In English you need to use a or an when speaking or writing about jobs.

Say: 'He's an electrician' or 'I am a hairdresser'.

Expressions uit het boek

Ik wil dat je de expressions doorneemt voordat je het met een klasgenoot oefent. Wat je gaat doen is als volgt, je hebt 3 opties.

Wie: Met een klasgenoot.

Wat: Doe de onderstaande spreekopdracht(en).

Hoe: Als het goed gaat dan kan je 2 overslaan en 3 doen,

Hulp: Je doet het met z'n tweeën, als je een vraag hebt dan kan je die aan de docent vragen.

Tijd: Je krijgt hier maximaal 10 minuten voor.

Uitkomst: Geoefent met de expressions.

Klaar: Als je klaar bent dan kan je naar de volgende tabje.

LEES HET GOED DOOR.

1.

Zoek iemand op waar je de oefening mee wilt doen..

Je oefent met met diegene degene die rood is gekleurd =

Je maakt plannen met iemand, je gebruikt A hiervoor, maar omdat je het later wilt afzeggen gebruik je E.

2.

Vervolgens kies je iemand die niet in je vriendengroep is.

Maak gebruik van de geel gekleurde expressions =

Gebruik B en C om een suggestie te stellen en te beantwoorden, je kan de zinnen verbreiden door ze iets langer te maken en een gesprek over te voeren.

3.

Als laatst maak je het een stapje lastiger voor jezelf.

Vul zelf zinnen aan en maak er een echte gesprek van =

Je gaat een gesprek aan met je buurman/vrouw over het werk dat je wilt doen later en je geeft aan wat je bent, of wat je wilt worden. Je gebrukt D. Gebruik hier ook tip 2 voor.

 

A Setting up appointments

Where / When shall we meet?

Would 3 o'clock be all right?

How about the second?

I'll see you here in the shop at 3 o'clock this Thursday.

 

B Making polite suggestions

Would you like to come in for an interview?

What so you think about five a week to start with?

How about 4 p.m. this Friday?

Let's meet at my office tomorrow.

 

C Replying to suggestions

That would be great / nice.

That sounds good.

I'm very sorry, but I can't come at three.

I'm afraid I won't be able to meet you then.

 

D Talking about work

What do you do? - I'm a teacher.

What do you want to be? - I'd like to be a painter.

Where do you work? - I work at a restaurant.

I work as a volunteer at the hospital.

Tell me about your job. What's it like?

 

E Confirming or cancelling plans

We'll pick you up at 8 on Saturday morning.

I'm just confirming that I'll pick you up at 8.

I'm sorry. I won't be able to make it because I have to study.

I'm afraid I'll have to cancel our plans.

We'll have to postpone our day out.

Grammatica uit het boek

Hieronder is alle grammatica die we hebben besproken in Unit 4.

Wie: Alleen.

Wat: Nadat je de grammatica hebt doorgenomen kan je de bijbehorende opdrachten maken.

Hoe: Doornemen en typen van de antwoorden.

Hulp: Als je een vraag hebt kan je het aan de docent vragen

Tijd: Je krijgt hier 25 minuten voor.

Uitkomst: Als je een onderwerp al begrijpt en kan toepassen dan kan je die overslaan.

Klaar: Je kan verder gaan met het volgende onderdeel; feedback geven op de les.

 

Tag Questions

Tag questions zijn korte zinnen achter de hoofdzin. Als de hoofdzin een hulpwerkwoord heeft, zoals een vorm van to be of to have, herhaal je het in de tag question. Staat er in de hoofdzin geen hulpwerkwoord, gebruik dan de tag question do of does, net zoals in gewone vragen.

Ex. You are a great swimmer, aren't you?

Ex. He knows how to run, doesn't he?

 

A lot of, many, much

Je gebruikt a lot of, many en much om aan te geven dat er veel van iets is.

In bevestigende zinnen wordt a lot of gebruikt voor zowel telbare als ontelbare zelfstandige naamwoorden:

Ex. He has got a lot of money since last year.

Ex. I have bought a lot of sugar for the new recipe.

In vragen en ontkennende zinnen wordt many gebruikt voor telbare zelfstandige naamwoorden en much voor ontelbare zelfstandige naamwoorden.

Ex. Do you know how many lessons I'll need?

Ex. I don't need much spending money.

In bevestigende zinnen worden many en much weinig gebruikt. Gebruik ze wel na so, as en too.

Ex. He has got so many friends.

Ex. She had too much food her plate.

 

Bekijk onderstaand filmpje over (a) few en (a) little:

Will and shall

Je gebruikt will + het hele werkwoord:

Als je een beslissing neemt op het moment van spreken:

Ex: I'll have a sandwich and a cup of tea.

Bij een wens, veronderstelling, belofte, aanbod, verzoek of voorspelling:

Ex: Will you cook dinner for me tonight?

Ex: He won't be on time. He's always late.

In vragen kun je will of shall gebruiken.

Shall gebruik je alleen met I en we. Shall wordt vooral gebruikt om te vragen naar een mening, bij voorstellen, en om iets aan te bieden.

Ex: Shall we go shopping this weekend?

 

Future: to be going to

Am / is / are + going to + het hele werkwoord.

Je gebruikt to be going to:

Bij plannen die al gemaakt waren voor het moment van spreken.

Ex. I am going to visit the bookstore this afternoon with my friend. She expects me at 2 p.m.

Als je bewijs hebt dat iets gaat gebeuren.

Ex. Look out of the window, it looks like it is going to rain.

 

Woordenschat

Wie: Alleen.

Wat: In de google form hieronder zijn alle woorden uit de study box van unit 4.

Hoe: Je moet de woorden vertalen van het nederlands naar het Engels en het Engels naar het Nederlands.

Hulp: Je doet het alleen maar je kan je boek gebruiken als het niet meer weet, niet spieken!

Tijd: 25 minuten omdat je de andere opdrachten ook moet maken.

Uitkomst: Je hebt je woordenschat vergroot.

Klaar: Volgende tabje.

Exercises

Hieronder zijn opdrachten die je kan maken over grammatica en een kruiswoordpuzzel.

Als je klaar bent met de grammatica en kruiswoordpuzzel, kan jezelf een worksheet maken op liveworksheets.com of een wrts met de woorden uit de study box.

Maak de onderstaande tussenopdracht:

Maak de kruiswoordpuzzel:

Hieronder zijn de antwoorden voor de grammatica opdrachten die je moest maken.

Feedback op de les

Aan het einde van de les zou ik graag feedback van jullie willen.

In de volgende link geef je aan wat je vond van de les.

Vul de vragen serieus in en lever het in door het af te ronden.

 

Alvast bedankt!

Huiswerk: Formatieve eindtoets

Hieronder is nog een formatieve toets die je moet maken als huiswerk na het leren/gebruiken van deze Wikiwijs.

  • Het arrangement Unit 4 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Asena Birgul
    Laatst gewijzigd
    2023-06-27 19:55:12
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    All Right
    Leerniveau
    HAVO 1; VWO 1;
    Leerinhoud en doelen
    Engels;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.