Gezondheid blok 1.02

Gezondheid blok 1.02

les 1 ademhaling en bloedsomloop

In het lichaam van een dier gebeuren veel verschillende processen. Deze processen zorgen ervoor dat het lichaam kan functioneren en in leven blijft. Erg belangrijk dus.

Vandaag gaan we kijken naar twee belangrijke processen in het lichaam van mens en dier. De bloedsomloop en de ademhaling.

 

Bloedsomloop

De bloedsomloop in een lichaam zorgt ervoor dat bloed vervoerd wordt door het lichaam. Het wordt naar de plek gestuurd waar het lichaam het bepaalde onderdelen van het bloed het hardst nodig heeft. Wat is de functie van het bloed? Voordat we dat kunnen beantwoorden gaan we eerst kijken naar de samenstelling van het bloed.

Bloed bestaat uit een drietal vast onderdelen en daarnaast een deel uit water, afvalstoffen en voedingsstoffen. De vaste onderdelen zijn:

  1. Rode bloedcellen
  2. Witte bloedcellen
  3. Bloedplaatjes

De rode- en witte bloedcellen zijn echt cellen met een celkern, de bloedplaatjes zijn stukjes van cellen. Alle drie de onderdelen hebben een eigen functie. Hieronder zijn de verschillende onderdelen met de functies kort beschreven.

De rode bloedcellen hebben een speciale vorm, ze lijken op een donut. Dit heeft als nut dat er aan de rand veel zuurstof en koolstofdioxide geplakt kan worden. De functie van rode bloedcellen is dus het vervoeren van zuurstof en koolstofdioxide. Het zuurstof wordt vervoerd van de longen naar het hart, en van het hart naar de verschillende organen en weefsels. In de organen en weefsel wordt het zuurstof gebruikt bij verbranding en wordt er koolstofdioxide als afvalstof uitgestoten. Dit willen we niet in het lichaam hebben en daarom wordt dit door de rode bloedcellen weer vervoerd richting het hart. De koolstofdioxide gaat dus van organen en weefsels naar het hart toe, en vanaf het hart naar de longen.

 

Bloedcellen: rode, witte en bloedplaatjes. - Medisch Centrum Voor Dieren

Witte bloedcellen zijn erg belangrijk voor ons immuunsysteem. Deze zorgen ervoor dat ziekteverwekkers onschadelijk gemaakt worden. De witte bloedcellen hebben geen vaste vorm waardoor het makkelijk is voor ze om door de wand van de haarvaten te gaan. Zo komen ze precies op de plek waar er ziekteverwekkers aanwezig zijn. Daarnaast zorgen witte bloedcellen er ook voor dat er een antistof gemaakt wordt zodat je niet snel ziek wordt van een ziekte die je al gehad hebt.

 

Bloed - witte bloedcellen - Nationale Vereniging ReumaZorg Nederland

De bloedplaatjes zijn de kleinste van de drie. Deze zorgen ervoor dat het bloed kan stollen. Zo zorgen de bloedplaatjes ervoor dat er een korstje ontstaat als je een wondje hebt.

 

Coronavaccinatie veilig voor patiënten met immuun trombocytopenie - Amazing  Erasmus MC

Voedingsstoffen en afvalstoffen worden in het bloedplasma vervoerd. Zo kan het op de juiste plek terecht komen. In het geval van voedingsstoffen word het grootste deel in de dunne darm opgenomen in het lichaam, en hierna vervoerd door het hele lichaam.

Dit vervoeren gebeurd door middel van de verschillende vaten die in je lichaam zitten. Deze staan in verbinding met je hart. Het hart pompt het bloed door de vaten het lichaam rond.

Er bestaan drie soorten vaten: Slagaders, aders en haarvaten. Jullie hoeven in dit blok allen het verschil in slagaders en aders te weten.

Slagaders

Slagaders zijn de grootste aders in ons lichaam. Ze hebben een dikke wand die de druk die in het vat aanwezig is aan kan. De slagaders zijn belangrijk en het bloed stroomt met veel kracht door de aders. Daarom liggen de slagaders diep in het lichaam verstopt. Daar worden ze goed beschermd. Op een paar plekken in het lichaam liggen ze vlak onder de huid: de lies, de pols, achterkant van de enkel en bij de hals. Hier de druk goed te voelen en hier kunnen we dan ook goed de polsslag opnemen. Dat wil zeggen hoevaak per minuut het hart het bloed rondpompt. In de slagaders zitten geen kleppen. Slagaders stromen van het hart naar de organen en weefsels toe, vervoeren zuurstof en voedingsstoffen. Ze hebben vaak de naam gekregen van het orgaan waar ze naar toe gaan. Bijvoorbeeld beenslagader of armslagader. De grootste slagader in ons lichaam heeft de aorta. Deze zit op de plek waar het zuurstofrijke bloed het hart verlaat.

Aders

Aders zijn kleiner en de druk in de aders is minder hoog. Om er toch voor te zorgen dat het bloed door het hele lichaam vervoerd kan worden zitten er in aders kleppen. Deze voorkomen dat bloed weer terugstroomt. Aders liggen minder diep weg in het lichaam en zijn op sommige plekken goed zichtbaar. Denk bijvoorbeeld aan de bovenkant van je hand. Hier kan je vaak duidelijk de aders zien liggen. Aders vervoeren koolstofdioxide en afvalstoffen. Deze gaan altijd van een orgaan of weefsel weg naar het hart toe. Van het hart gaan aders weg naar de longen. Ook aders hebben de naam van het orgaan of weefsel waar ze vandaan komen. Bijvoorbeeld beenader of armader.

Bloedsomloop

De vaten en het hart werken dus samen om het bloed rond te pompen door het lichaam. In het menselijk lichaam hebben we een dubbele bloedsomloop. Dat wil zeggen het bloed komt stroomt  keer door het hart. De kleine bloedsomloop gaat van de longen naar het hart, en van het hart naar de longen. De grote bloedsomloop gaat van het hart naar de rest van het lichaam, en van de rest van het lichaam weer terug naar het hart. Tijdens het pompen maakt het bloed als het ware een achtje.

Kleine bloedsomloop

 

Het hart

Het hart zelf is een grote spier die elke keer krachtig samen knijpt. Door het samen knijpen wordt het bloed door het hart geperst. Het hart bestaat uit vier verschillende onderdelen.

  • De linkerboezem
  • De rechterboezem
  • De linkerkamer
  • De rechterkamer

In het filmpje hieronder wordt de werking van het hart uitgelegd.

ademhaling

les 2 voortplanting, dracht en geboorte

In het voorjaar worden er heel veel jonge dieren geboren. Dit is niet voor niets. De voeding voor de dieren is dan makkelijker te vinden.

Maar toch is de aanloop naar de geboorte van een jong dier per diersoort anders. Het ene dier heeft een lange draagtijd, het andere dier een korte draagtijd. Maar waar zit het verschil dan in?  Om dit te kunnen begrijpen gaan jullie eerst aan de gang met de volgende opdracht. Geef een korte omschrijving van de begrippen. Daarnaast ga je uitzoeken wat de draagtijden van verschillende diersoorten is, hoe veel jongen er per worp geboren worden en hoe je de jongen dan noemt.

Succes

Je gaat nu zelfstandig een stukje van de theorie doornemen uit de module Animalis. Je maakt daarbij ook de bijbehorende vragen die tussen de stukjes tekst staan. Je hebt hier 20 minuten de tijd voor. 

 

Ga naar de online module van animalis en log in. Kies de module: Voortplanting: de basis.

Maak uit de module les: Voortplanting van zoogdieren. 

les 3 ziekteverwekkers

ziekteverwerkkers

 

In de vorige les hebben jullie kennis gemaakt met de samenstelling van het bloed. Je hebt geleerd dat het bloed uit een aantal vaste bestanddelen bestaat. 1 van die vaste bestandsdelen zijn witte bloedcellen. In het kort hebben we het over de functies van de witte bloedcellen gehad, namelijk:

  1. ziekteverwekkers doden en opruimen.
  2. antistoffen maken.

Deze zijn dus heel erg belangrijk voor je lichaam. Vandaag gaan we kijken naar micro-organismen. Micro-organismen zijn heel klein en bestaan in verschillende vormen en soorten. Er bestaan micro-organismen die schadelijk zijn voor de gezondheid. Hiervan worden wij, en ook dieren ziek. Maar er bestaan ook micro-organismen die juist goed zijn voor de gezondheid, of helpen bij het bereiden van voedsel.

 

micro-organismen

We hebben verschillende micro-organismen. De micro-organisme die jullie moeten kennen zijn de volende:

  • bacteriën.
  • schimmels.
  • protozoa.

Opdracht:

De klas wordt verdeeld in vier gelijke groepen. Iedere groep krijgt een eigen opdracht.

Groep 1: zoek uit hoe een schimmel eruit ziet. Maak een schematische tekening met de onderdelen van de cel erbij. (kijk naar het voorbeeld onder de opdracht. Dit is een schematische tekening van een dierlijke en plantaardige cel met de onderdelen erbij)

Groep 2: Zoek uit hoe een bacterie eruit ziet. Maak een schematische tekening met de onderdelen van de cel erbij. (kijk naar het voorbeeld onder de opdracht. Dit is een schematische tekening van een dierlijke en plantaardige cel met de onderdelen erbij)

Groep 3: Zoek uit wat protozoa zijn. Geef ook aan wat ecto en endo betekend.

Groep 4: Zoek uit hoe virussen eruit zien, waaruit bestaat de buitenkant van een virus altijd en wat heeft een virus nodig om te overleven?

Plantaardige & Dierlijke cellen

 

Je krijgt voor de opdracht tien minuten de tijd. Daarna wordt de gevonden informatie op het bord met de rest van de groepen gedeeld. Succes

 

Goede micro-organismen

Zoals hierboven al is aangegeven bestaan er ook goede micro-organismen die ervoor zorgen dat voedsel gemaakt wordt, of processen in ons lichaam goed verlopen.

Dit is dus heel belangrijk en werken deze micro-organismen niet dan kan dat schadelijke gevolgen hebben voor dieren en mensen.

opdracht

We gaan weer verder in dezelfde groepen. Nu ga je informatie opzoeken over goede micro-organismen.

Groep 1: zoek twee voedingsmiddelen op waarbij gebruik is gemaakt van bacteriën.

Groep 2: zoek twee voedingsmiddelen op waarbij gebruik is gemaakt van schimmels.

Groep 3: zoek op waar in ons lichaam bacteriën een goede invloed hebben. Tip denk aan de spijsvertering.

Groep 4: zoek op waarbij bacteriën of schimmels gebruikt worden bij medicijnen.

 

Je hebt tien minuten om de informatie op te zoeken, daarna gaan we het klassikaal bespreken.

 

theorie uit het boek: zorgen voor dieren

Lees zelfstandig het hoofdstuk door over micro-organismen. dit start op blz. 93 tot en met blz 111.

Daarnaa ga je de opdrachten uit het werkboek maken: blz. 103 tot en met 112.

 

 

 

les 4

Vandaag gaan we aan de slag met verschillende aandoeningen en ziektes die veel voorkomen bij runderen en varkens. 

Om niet alle aandoeningen en ziektes op te hoeven zoeken gaan jullie dit gezamlijk doen aan de hand van de opdracht expertmethode aandoeningen runderen en varkens. 

 

Lees voordat je begint de opdracht goed door. Hierna wordt je door de docent in een groepje geplaats en krijg je het onderwerp te horen. Van het onderwerp zoek je de volgende zaken:

  • wat zijn de sympthomen van de aandoening/ziekte.
  • wel type micro-organisme is de veroorzaker van deze aandoening/ziekte.
  • hoe wordt de ziekte overgebracht naar andere dieren.
  • welke behandeling is er nodig voor deze aandoening/ziekte.
  • Het arrangement Gezondheid blok 1.02 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    corine Luttikholt-Harkink Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2022-12-13 16:23:46
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    In dit blok gaan we kijken naar de gezondheid van het dier. We behandelen de volgende onderdelen: - bloedsomloop - ademhaling - bronstcyclus en bronst bij dieren - dracht en bevalling van rund en varken - micro-organismen, zoönose en virussen - kenmerken van de meest voorkomende aandoeningen bij het rund - kenmerken van de meest voorkomende aandoeningen bij het varken
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten

    Bronnen

    Bron Type
    ademhaling
    https://www.youtube.com/watch?v=0c1yH4Z_tIc
    Video
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.