opslaan werkstuk
instructiefilmpje: 'hoe sla ik een bestand op'
voorblad
Je kunt zelf een voorblad maken, maar het kan ook via Word:
Microsoft Word biedt een galerie met handige vooraf ontworpen voorbladen. Kies een voorblad en vervang de voorbeeldtekst door je eigen tekst.
-
Klik op het tabblad Invoegen, in de groep Pagina's, op Voorblad.

-
Klik op een indeling voor een voorblad in de galerie met opties.
Nadat je een voorblad hebt ingevoegd, kun je de voorbeeldtekst door eigen tekst vervangen. Klik om een deel van het voorblad, zoals de titel, te selecteren en typ de tekst.

Wat moet er allemaal op een voorblad?
Een verslag begint met een voorblad. Hierop staat de titel van het verslag, je eigen naam, de klas waar je in zit, eventueel de naam van jouw docent en de datum van inlevering. Zorg ervoor dat in de titel duidelijk naar voren komt waar het verslag over gaat. Kies het liefst voor een korte en pakkende titel.
inhoudsopgave
instructiefilmpje: automatische inhoudsopgave
-
Plaats je cursor op de plek waar je de inhoudsopgave wilt toevoegen.
-
Ga naar verwijzingen > inhoudsopgave en kies een automatische stijl.

-
Als je wijzigingen in je document aanbrengt die de inhoudsopgave beïnvloeden, werk je de inhoudsopgave bij door met de rechtermuisknop op de inhoudsopgave te klikken en Veld bijwerken te kiezen.
Als je ontbrekende vermeldingen hebt
Ontbrekende items komen vaak voor omdat koppen niet zijn opgemaakt als koppen.
-
Selecteer de koptekst voor elke kop die je wilt gebruiken in de inhoudsopgave.
-
Ga naar Start > Stijlenen kies kop 1.

-
Werk de inhoudsopgave bij.
inleding
Ben je een werkstuk aan het schrijven en wordt er van jou verwacht dat je hiervoor óók een inleiding schrijft? Het schrijven van een inleiding is niet voor iedereen even gemakkelijk. De één schudt een inleiding zo uit zijn mouw en de ander is er juist uren voor bezig. Hier vertel ik je alles over het schrijven van een inleiding voor je werkstuk en geef ik je een voorbeeld van een inleiding voor een werkstuk.
De inleiding moet de volgende onderdelen bevatten:
- korte beschrijving van het onderwerp.
- motivatie; waarom is dit onderzoek van belang.
- achtergrondsinformatie (eventueel eerder verricht werk met verwijzingen)
- kort overzicht van wat er in dit verslag beschreven gaat worden.
Wat is een inleiding?
In een inleiding zet je uiteen hoe je werkstuk is opgebouwd. Dit doe je door middel van een probleemstelling. Verder noem je de deelvragen van je werkstuk en geef je aan in welk hoofdstuk je iedere deelvraag beantwoordt. Je geeft in de inleiding ook aan dat er een conclusie zal volgen waarin je ook de hoofdvraag gaat beantwoorden.
De inleiding bevindt zich aan het begin van een werkstuk, maar je schrijft de inleiding pas als je werkstuk af is! De inleiding is namelijk een soort uiteenzetting van hoe je werkstuk of scriptie in elkaar zit.
Verschil tussen inleiding en voorwoord
Maar wat is nu het verschil tussen een inleiding en een voorwoord? Een voorwoord voor je werkstuk is een persoonlijke tekst, waarin de lezer jou leert kennen en je vertelt waarom je het onderwerp gekozen hebt. In het voorwoord vertel je waar je werkstuk over gaat, waarom je dat onderwerp kiest en je bedankt mensen die je geholpen hebben. Je gaat in het voorwoord niet inhoudelijk in op je werkstuk, dat doe je in de inleiding wel.
voorbeeld van een inleiding
We laten nu een voorbeeld zien van een inleiding van een werkstuk. Je kunt dit voorbeeld als leidraad of inspiratie gebruiken voor het schrijven van een inleiding voor je eigen werkstuk. Echter, we raden je aan om dit niet letterlijk over te nemen. Je docent of beoordelaar kan via een simpele zoekopdracht makkelijk achterhalen of je je tekst zelf geschreven hebt of niet.
We zijn als Nederlanders een behoorlijk nuchter volk. Toch heeft geloof honderden jaren een dominante rol gehad in onze levens. Inmiddels is het allang niet meer vanzelfsprekend dat iemand gelovig is, zeker niet onder mijn leeftijdsgenoten. Wij zijn opgegroeid in een Nederland waarin geloof een relatief kleine rol speelt.
Dit leidde er voor mij toe dat ik de vraag wil beantwoorden: in hoeverre speelt geloof een grote rol in het dagelijks bestaan van de Nederlander? Ik ga deze vraag proberen te beantwoorden in meerdere hoofdstukken.
In hoofdstuk 1 onderzoek ik welke rol het geloof speelde in het Nederland van de negentiende eeuw. Hoe ontwikkelde het zich gedurende deze eeuw?
In hoofdstuk 2 richt ik mij op het eerste deel van de twintigste eeuw en in hoofdstuk 3 richt ik mij op de rol van geloof in het Nederland van na de oorlog tot en met de jaren ’90. Tot slot zal ik in hoofdstuk 4 kijken naar de ontwikkelingen vanaf de jaren ’90 tot en met nu.
Hoofdstuk 5 draait om de opkomst van andere religies in Nederland en de rol die bijvoorbeeld immigratie hierin speelt. Tot slot zal ik tot een conclusie proberen te komen over de rol van geloof in het Nederland van nu.
In deze inleiding geef je de lezer een inhoudelijk voorproefje van je werkstuk. Het is daarnaast een “leeswijzer” omdat de lezer nu weet wat hem of haar te wachten staat, per hoofdstuk. Ook geef je duidelijk aan welke vraag je probeert te beantwoorden en hoe je dat gaat doen aan de hand van verschillende deelvragen.
hoofdstukken en deelvragen
Elk werkstuk bevat hoofdstukken. Het is vaak logisch dat elke deelvraag een nieuw hoofdstuk is. Een hoofdstuk begint in de meeste gevallen op een nieuwe pagina. Soms bevat de hoofdstuk slechts een nummer, soms omvat het hoofdstuk ook een titel.
Titel
Je kunt ervoor kiezen het hoofdstuk te voorzien van een titel, een nummer, óf een nummer én een titel. Gebruik je voor het hoofdstuk een titel? Zorg er dan voor dat de titel de lading dekt. Je kunt ook een pakkende titel bedenken die de lezer nieuwsgierig maakt naar de inhoud van het hoofdstuk. Gebruik in elk geval geen ellenlange teksten voor de hoofdstuktitel.
Inhoudsopgave
Een werkstuk moet je voorzien van een inhoudsopgave. In de tekstverwerker Word kun je deze inhoudsopgave automatisch op de eerste pagina invoegen, door elk hoofdstuk bij “Stijlen” van een “Kop” te voorzien, naar de pagina te gaan waar je de inhoudsopgave wilt invoegen en deze vervolgens te plaatsen door “verwijzingen”-> “inhoudsopgave” aan te klikken. (zie kopje 'inhoudsopgave')
Deelvragen
De deelvraag is een deel van een werkstuk. Deelvragen belichten verschillende kanten van een hoofdvraag van een werkstuk. Een tekst over school gaat bijvoorbeeld vaak ook over leraren, schoolvakken en de plaats waarin de school gaat. Een deelvraag heeft dus wel iets met het onderwerp te maken.
De verschillende deelvragen waaruit een werkstuk bestaat belichten verschillende kanten van het onderwerp/hoofdvraag.
alinea's
Wat is een alinea in een tekst?
Een alinea is een stuk tekst van meerdere zinnen. Alinea's beginnen altijd op een nieuwe regel. In de basis heeft elke alinea één kerngedachte. Dit is de belangrijkste informatie in de alinea: een soort hoofdonderwerp.

slot/conclusie
Het doel van een conclusie is om je centrale onderzoeksvraag te beantwoorden. Begin daarom je conclusie met het herhalen van deze onderzoeksvraag.
Vervolgens presenteer je de deelconclusies die je trekt op basis van de resultaten van je onderzoek waarmee je een antwoord hebt gegeven op je deelvragen. Gebruik hierbij alleen de belangrijkste resultaten die relevant zijn om je hoofdvraag te beantwoorden.
Tot slot beantwoord je op basis van jouw onderzoek de hoofdvraag. Leg daarbij duidelijk uit hoe je tot deze conclusie bent gekomen. Verwerk niet letterlijk de vraag en daaronder het antwoord, maar werk beschrijvend. Oftewel, verwerk jouw antwoord en daarmee belangrijkste conclusie in een lopende tekst.
Eindig je conclusie met een krachtige slotzin waarin je een laatste keer kort samenvat wat het antwoord op je hoofdvraag was of dat de hypothese juist of onjuist was.
Voorbeeld krachtige slotzin:
goed: Uit dit onderzoek is dus gebleken dat witte muizen onder omstandigheid G zoals verwacht gevoeliger zijn voor X dan grijze muizen.
fout: De onderzoeker heeft om die reden deze conclusie getrokken.
Maak de conclusie niet te lang: tussen de 100 en 400 woorden is goed. Ten slotte heb je alles wat in je conclusie staat al eerder in je werkstuk beschreven.
https://www.scribbr.nl/scriptie-structuur/conclusie-scriptie/
Do's en don'ts in je conclusie
instructiefilmpje 'Hoe schrijf ik een conclusie'
Hoe schrijf je een conclusie
bronvermelding (APA)
Een bron maken
Als u een bronvermelding aan je document wilt toevoegen, voeg je eerst de bron toe die je hebt gebruikt.
-
Klik op het tabblad verwijzingen op de pijl naast Bibliografiestijlen klik op de stijl die u wilt gebruiken voor de bronvermelding en de bron. Sociale wetenschappen documenten gebruik bijvoorbeeld meestal de stijlen MLA of APA voor bronvermeldingen en bronnen.


-
Klik aan het einde van de zin of de woordgroep waarvoor je een bronvermelding wilt maken.
-
Klik op het tabblad Verwijzingen op Citaat invoegen.
-
Selecteer in het dialoogvenster Bron maken naast Type bron, het type bron die je wilt gebruiken (voor bijvoorbeeld een sectie adresboek of een website).

-
Voer de details voor de bron in en klik op OK. De bron wordt toegevoegd als een bronvermelding op de plek die u in uw document hebt geselecteerd.
Bronvermeldingen aan document toevoegen
-
Klik aan het einde van de zin of woordgroep die je wilt citeren en klik vervolgens op het tabblad Verwijzingen op Bronvermeldingen.

-
Dubbelklik in het deelvenster Bronvermeldingen aan de rechterkant op de bronvermelding die je wilt toevoegen.

instructiefilmpje APA
instructiefilmpje bronvermelding APA
extra informatie
Verslag schrijven
Een verslag is een goede manier om een onderzoek te beschrijven dat je hebt uitgevoerd. In een verslag combineer je tekst en afbeeldingen. Het doel is om de lezer uit te leggen wat je hebt gedaan en hoe je te werk bent gegaan.

Hoe schrijf je een verslag?
- Bepaal eerst wat het onderwerp is van je verslag en welke informatie je hierbij wilt vertellen
- Verdeel de informatie in een logische volgorde over verschillende alinea’s. Zorg ervoor dat je je verslag begint met een inleiding en eindigt met een duidelijk slot
- Schrijf de inleiding uit
- Beschrijf de informatie die je het meest belangrijk vindt in de kern van je verslag
- Zorg voor een duidelijke afsluiting met hierin een conclusie of samenvatting
- Bedenk een titel die goed past bij de inhoud van je verslag
- Zorg dat je verslag er netjes en verzorgd uitziet
|
|
Verderkijker
Scan de video’s hieronder als je meer inspiratie wilt opdoen voor het schrijven van je verslag.
Tips
- Maak duidelijke hoofdstukken, zoals in de instructie genoemd en nummer de pagina’s
- Gebruik in je verslag nooit de ik- of wij-vorm
- Formuleer in je onderzoeksvraag duidelijk wat je wilt gaan onderzoeken
- Let op het maximaal aantal woorden
Beoordeling
Bij de beoordeling van jouw verslag wordt er gekeken naar de volgende punten:
Aansluiting |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
bij opdracht |
Ik heb mijn verslag uitstekend laten aansluiten bij het onderwerp of de opdracht. |
|
|
Ik heb mijn verslag voldoende laten aansluiten bij het onderwerp of de opdracht. |
|
|
Ik heb mijn verslag een beetje laten aansluiten bij het onderwerp of de opdracht. |
|
|
Ik heb in mijn verslag geen rekening gehouden met het onderwerp of de opdracht. |
|
|
Titel |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb mijn verslag een korte en duidelijke titel gegeven die precies aangeeft waar het verslag over gaat. |
|
|
Ik heb mijn verslag een redelijk duidelijke en passende titel gegeven. |
|
|
Ik heb mijn verslag een duidelijke titel gegeven, maar die weinig aansluiting heeft met de inhoud. |
|
|
Ik heb mijn verslag geen of een onduidelijke, niet passende titel gegeven. |
|
|
Inleiding |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb in de inleiding concreet uitgelegd waarom het verslag is geschreven en waarover het gaat. |
|
|
Ik heb in de inleiding in grote lijnen uitgelegd waarom het verslag is geschreven en waarover het gaat. |
|
|
Ik heb in de inleiding vaag uitgelegd waarover het verslag gaat. |
|
|
Ik heb geen inleiding toegevoegd of hierin niet toegelicht waarom het verslag is geschreven. |
|
|
|
Kern |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb alle belangrijke informatie beschreven in verschillende alinea’s en deze sluiten soepel op elkaar aan. |
|
|
Ik heb het grootste deel van de informatie beschreven in alinea’s. |
|
|
|
Ik heb weinig informatie beschreven of een matige indeling in alinea’s. |
|
|
Ik heb weinig of onjuiste informatie beschreven in de kern of de informatie niet ingedeeld in alinea’s. |
|
|
|
Slot |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb een duidelijke afsluiting geschreven waarin de belangrijkste punten samengevat worden en/of een heldere conclusie wordt beschreven. |
|
|
Ik heb een afsluiting geschreven waarin een korte samenvatting of een conclusie wordt genoemd. |
|
|
|
Ik heb mijn verslag afgerond met een slot waaruit duidelijk wordt dat het verslag af is. |
|
|
|
Ik heb mijn verslag niet afgerond met een slot. |
|
|
Verzorging |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb in mijn verslag veel aandacht besteed aan de vormgeving en de afbeeldingen passen perfect bij de tekst. |
|
|
Ik heb mijn verslag redelijk netjes verzorgd en gekeken of de afbeeldingen passen bij de tekst. |
|
|
|
Ik heb in mijn verslag een paar afbeeldingen geplaatst. |
|
|
|
Ik heb in mijn verslag geen aandacht besteed aan de vormgeving of afbeeldingen. |
|
ICT-tools
Voor deze gereedschapskist zijn de volgende ICT-tools uitgezocht die je kunnen helpen bij het maken van je eindproduct:

|
|

|
|

|
Google Drive
In Drive open je een document om je verslag in te schrijven. Het document deel je met je leraar, die kan aangeven wat je nog moet veranderen. De feedback is meteen voor jou zichtbaar.
|
|
Zenpen
ZenPen is een minimalistische schrijfzone, waar alle afleidingen van het internet (zoals advertenties) zijn verwijderd, zodat je je goed kunt focussen op dat wat belangrijk is: het schrijven.
|
|
Microsoft Word
Met het programma Word kun je gemakkelijk verslagen typen. Je stukken tekst zijn in te delen in alinea’s en er zijn veel mogelijkheden wat betreft de lay out van je verslag.
|
Vaardigheden
Informatievaardigheden
Bij informatievaardigheden gaat het erom dat je beseft welke informatie je nodig hebt, en op basis daarvan kunt zoeken, selecteren vervolgens de informatie gebruiken die voor jou relevant is. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- definiëren van een probleem
- zoeken naar bronnen en informatie
- selecteren van bronnen en informatie
- verwerken van informatie
- presenteren van informatie
|

Informatievaardigheden
|
Kritisch denken
Bij kritisch denken gaat het om het kunnen formuleren en onderbouwen van je eigen mening. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- effectief kunnen redeneren en formuleren
- informatie kunnen interpreteren en analyseren
- kunnen opmerken van gebrek aan bepaalde kennis
- kunnen stellen van betekenisvolle vragen
- kritisch kunnen reflecteren op het eigen leerproces
- open staan voor alternatieve standpunten
|

Kritisch denken
|
Creatief denken
Bij creatief denken gaat het om het bedenken van nieuwe ideeën en deze kunnen uitwerken en analyseren. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- een onderzoekende en ondernemende houding
- kunnen denken buiten de gebaande paden en nieuwe samenhangen kunnen zien
- kennen van creatieve technieken zoals brainstormen
- durven nemen van risico’s en fouten kunnen zien als leermogelijkheden
|

Creatief denken
|
ICT-basisvaardigheden
ICT-basisvaardigheden zijn de kennis en vaardigheden die nodig zijn om de werking van computers en netwerken te begrijpen en om te kunnen omgaan met verschillende soorten technologieën. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- kennen van basisbegrippen en functies van computers
- kunnen benoemen, aansluiten en gebruiken van hardware
- kunnen omgaan met standaard kantoortoepassingen zoals Word en Powerpoint
- kunnen werken met internet
- op de hoogte zijn van en kunnen omgaan met beveiligings- en privacyregels
|

ICT-basisvaardigheden
|
Zelfregulering
Zelfregulering is het zelfstandig kunnen handelen in afstemming op de taak en de omgeving, waarbij je rekening houdt met je eigen vermogen en verantwoordelijkheid neemt voor je eigen handelen. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- het stellen van haalbare doelen
- het doelgericht kunnen handelen
- het plannen en monitoren van het proces
- het reflecteren op het handelen en de uitvoering van de taak
- het zicht hebben op de gevolgen van het eigen handelen voor de omgeving
|

Zelfregulering
|
Werkstuk maken
Een werkstuk lijkt op een verslag. Het gaat over een bepaald onderwerp, die vaak in meerdere deelonderwerpen verdeeld wordt door middel van alinea’s en hoofdstukken. Met een werkstuk kun je veel informatie presenteren en combinaties maken van tekst en afbeeldingen.

Hoe maak je een werkstuk?
- Bepaal eerst welke informatie je wilt weergeven in je werkstuk
- Splits de informatie op in kleinere deelonderwerpen en maak zo een verdeling in hoofdstukken en alinea’s
- Schrijf een duidelijke inleiding, dit wordt het eerste hoofdstuk
- Werk daarna de verschillende hoofdstukken uit en zorg dat alle belangrijke onderdelen van het onderwerp aan bod komen
- Zorg voor een duidelijke afsluiting, dit wordt het laatste hoofdstuk
- Bedenk een goede titel voor je werkstuk
- Maak een originele omslag voor je werkstuk, die goed aansluit bij het onderwerp. Hierop komt ook de titel, jouw naam en de datum
- Besteed de laatste pagina van je werkstuk aan de bronnenlijst, waarin je noemt welke bronnen je hebt gebruikt
|
|
Verderkijker
Scan de video’s hieronder als je meer inspiratie wilt opdoen voor het maken van je werkstuk.
Tips
- Maak een duidelijke en logische indeling in hoofdstukken
- Voorzie je werkstuk van paginanummers
- Let op het maximaal aantal woorden
Beoordeling
Bij de beoordeling van jouw werkstuk wordt er gekeken naar de volgende punten:
Boodschap |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb de boodschap van het werkstuk uitstekend verwerkt en helder naar voren laten komen. |
|
|
Ik heb de boodschap van het werkstuk goed verwerkt en naar voren laten komen. |
|
|
Ik heb de boodschap matig naar voren laten komen, dit zou duidelijker kunnen. |
|
|
Ik heb geen heldere boodschap verwerkt in het werkstuk. |
|
|
Aansluiting bij opdracht |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb in het werkstuk duidelijk antwoord gegeven op de vragen uit de opdracht. |
|
|
Ik heb in het werkstuk antwoord gegeven op de meeste vragen uit de opdracht. |
|
|
Ik heb in het werkstuk antwoord gegeven op enkele vragen uit de opdracht. |
|
|
Ik heb in het werkstuk geen antwoord gegeven op de vragen uit de opdracht. |
|
|
Inleiding |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb een duidelijke inleiding geschreven, waarin wordt uitgelegd wat het werkstuk inhoudt. |
|
|
Ik heb in de inleiding in grote lijnen uitgelegd waarom het onderzoek is uitgevoerd. |
|
|
Ik heb in de inleiding vaag beschreven waarom het onderzoek is uitgevoerd. |
|
|
Ik heb geen inleiding toegevoegd of hierin niet toegelicht waarom het onderzoek is uitgevoerd. |
|
|
|
Indeling |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb mijn werkstuk op een erg duidelijke manier ingedeeld in hoofdstukken, die goed op elkaar aansluiten en logisch op elkaar volgen. |
|
Ik heb mijn werkstuk redelijk logisch ingedeeld. |
|
|
|
Ik heb mijn werkstuk verdeeld in hoofdstukken, maar er zit weinig structuur in. |
|
|
Ik heb mijn werkstuk niet of chaotisch ingedeeld in hoofdstukken. |
|
|
|
Afsluiting |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb als laatste hoofdstuk een duidelijke afsluiting geschreven waarmee het werkstuk netjes wordt afgerond. |
|
|
Ik heb als laatste hoofdstuk een afsluiting geschreven. |
|
|
|
Ik heb een afsluiting geschreven die nog redelijk vaag is. |
|
|
|
Ik heb geen afsluiting geschreven. |
|
|
Combinatie |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb tekst en afbeeldingen perfect gecombineerd in mijn werkstuk, er is een goede balans. |
|
|
Ik heb tekst en afbeeldingen redelijk gecombineerd in mijn werkstuk. |
|
|
|
Ik heb tekst en afbeeldingen matig gecombineerd in mijn werkstuk. |
|
|
|
Ik heb geen tekst of geen afbeeldingen in mijn werkstuk, of er is geen goede balans hiertussen. |
|
|
Bronnen |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb mijn gebruikte bronnen duidelijk en correct vermeld aan het einde van het werkstuk. |
|
|
Ik heb mijn gebruikte bronnen grotendeels correct vermeld aan het einde van het werkstuk. |
|
|
Ik heb mijn gebruikte bronnen heel kort of niet correct vermeld in het werkstuk. |
|
|
Ik heb mijn gebruikte bronnen niet vermeld in het werkstuk. |
|
|
Titel |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb mijn werkstuk een korte en duidelijke titel gegeven die precies aangeeft waar het over gaat. |
|
|
Ik heb mijn werkstuk een redelijk duidelijke en passende titel gegeven. |
|
|
Ik heb mijn werkstuk een duidelijke titel gegeven, maar die weinig aansluiting heeft met de inhoud. |
|
|
Ik heb mijn werkstuk geen of een onduidelijke, niet passende titel gegeven. |
|
|
Verzorging |
Expert |
Gevorderd |
In ontwikkeling |
Beginner |
|
Ik heb mijn werkstuk erg verzorgd vormgegeven. |
|
|
Ik heb mijn werkstuk redelijk verzorgd vormgegeven. |
|
|
Ik heb mijn werkstuk matig verzorgd vormgegeven. |
|
|
Ik heb mijn werkstuk niet verzorgd vormgegeven. |
ICT-tools
Voor deze gereedschapskist zijn de volgende ICT-tools uitgezocht die je kunnen helpen bij het maken van je eindproduct:

|
|

|
|

|
Google Drive
In Drive kun je je werkstuk schrijven. Het document kun je delen met je leraar, die kan aangeven wat je nog moet veranderen. De feedback is meteen voor jou zichtbaar.
|
|
Zenpen
ZenPen is een minimalistische schrijfzone, waar alle afleidingen van het internet (zoals advertenties) zijn verwijderd, zodat je je goed kunt focussen op dat wat belangrijk is: het schrijven.
|
|
Microsoft Word
Met het programma Word kun je gemakkelijk werkstukken uittypen. Je stukken tekst zijn in te delen in alinea’s en er zijn veel mogelijkheden wat betreft de lay out van je werkstuk.
|
Vaardigheden
Informatievaardigheden
Bij informatievaardigheden gaat het erom dat je beseft welke informatie je nodig hebt, en op basis daarvan kunt zoeken, selecteren vervolgens de informatie gebruiken die voor jou relevant is. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- definiëren van een probleem
- zoeken naar bronnen en informatie
- selecteren van bronnen en informatie
- verwerken van informatie
- presenteren van informatie
|

Informatievaardigheden
|
Kritisch denken
Bij kritisch denken gaat het om het kunnen formuleren en onderbouwen van je eigen mening. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- effectief kunnen redeneren en formuleren
- informatie kunnen interpreteren en analyseren
- kunnen opmerken van gebrek aan bepaalde kennis
- kunnen stellen van betekenisvolle vragen
- kritisch kunnen reflecteren op het eigen leerproces
- open staan voor alternatieve standpunten
|

Kritisch denken
|
Creatief denken
Bij creatief denken gaat het om het bedenken van nieuwe ideeën en deze kunnen uitwerken en analyseren. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- een onderzoekende en ondernemende houding
- kunnen denken buiten de gebaande paden en nieuwe samenhangen kunnen zien
- kennen van creatieve technieken zoals brainstormen
- durven nemen van risico’s en fouten kunnen zien als leermogelijkheden
|

Creatief denken
|
ICT-basisvaardigheden
ICT-basisvaardigheden zijn de kennis en vaardigheden die nodig zijn om de werking van computers en netwerken te begrijpen en om te kunnen omgaan met verschillende soorten technologieën. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- kennen van basisbegrippen en functies van computers
- kunnen benoemen, aansluiten en gebruiken van hardware
- kunnen omgaan met standaard kantoortoepassingen zoals Word en Powerpoint
- kunnen werken met internet
- op de hoogte zijn van en kunnen omgaan met beveiligings- en privacyregels
|

ICT-basisvaardigheden
|
Zelfregulering
Zelfregulering is het zelfstandig kunnen handelen in afstemming op de taak en de omgeving, waarbij je rekening houdt met je eigen vermogen en verantwoordelijkheid neemt voor je eigen handelen. Bij deze vaardigheid horen de volgende onderdelen:
- het stellen van haalbare doelen
- het doelgericht kunnen handelen
- het plannen en monitoren van het proces
- het reflecteren op het handelen en de uitvoering van de taak
- het zicht hebben op de gevolgen van het eigen handelen voor de omgeving
|

Zelfregulering
|