Werkwoordspelling

Werkwoordspelling

Welkom

In deze WikiWijs vind je niet alleen vormen van werkwoorden, maar ook korte video's met uitleg. Aan het eind van ieder onderdeel is een kleine toets te vinden. Maak deze toets om je leerproces te zien.

 

Succes!

Infinitief

Infinitief

 

Het infinitief is simpelweg het hele werkwoord. Je gebruikt het infinitief wanneer je te maken hebt met een meervoudsvorm.

Voorbeeld: ik kijk

                  Wij kijken.

Persoonsvormen

De persoonsvorm (pv) vinden

 

De persoonsvorm is een werkwoord in de zin. Als er één persoonsvorm in de zin staat noemen we het een enkelvoudige zin. Soms kan het lastig zijn om de persoonsvorm te vinden want, soms staan er meerdere in een zin. Dat noemen we dan een samengestelde zin. 

 

Er zijn een aantal manieren om de persoonsvorm te vinden. Hieronder zie je die manieren.

 

Enkelvoudige zinnen

 

Vraagproef

Maak van de zin een vraag. Het werkwoord dat vooraan komt staan, is de persoonsvorm.

Voorbeeld:  Ik loop door het bos. 

                   Loop ik door het bos? 

'Loop' staat nu dus voor in de zin. Ik kan dus zeggen dat 'loop' de persoonsvorm is. 

 

Let op: je kunt niet altijd een vraagzin maken. Bijvoorbeeld bij een zin die al vragend is of er een vraagwoord staat.

 

Tijdsproef

Zet de zin in een andere tijd. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm. 

Voorbeeld: Ik loop door het bos.

                   Ik liep door het bos. 

Het werkwoord lopen verandert van tijd. Ik kan dus zeggen 'loop' de persoonsvorm is. 

 

Getalsproef

Verander het getal (enkelvoud/meervoud) van de zin. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm. 

Voorbeeld: Ik loop door het bos. 

                   Ik lopen door het bos. 

Het werkwoord verandert van getal (het gaat van enkelvoud naar meervoud). Ik kan dus zeggen dat 'loop' de persoonsvorm is. 

 

 

Samengestelde zinnen

 

In samengestelde zinnen staan tenminste twee persoonsvormen. De makkelijkste manier om die te vinden is door de zin in een andere tijd te zetten. De vraagproef kun je toepassen wanneer je de alle zinnen uit de samengestelde zin kunt halen. Het is dus makkelijker om de tijd van de zin te veranderen. 

 

Voorbeeld: Ik loop door het bos, omdat ik paddenstoelen zoek.

                  Ik liep door het bos, omdat ik paddenstoelen zocht. 

De werkwoorden 'loop' en 'zoek' veranderen van tijd. Ik kan dus zeggen dat 'loop' en 'zoek' de persoonsvormen zijn. 

 

Voorbeeld (video)

Het vinden van de persoonsvorm.

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Persoonsvorm in de tegenwoordige tijd (pvtt)

 

Als je de persoonsvorm hebt en het is in de tegenwoordige tijd, dan moet je het vervoegen. We hebben hierbij drie regels die bepalen hoe je het werkwoord spelt.

 

Enkelvoud ik of jij/je erachter

Staat ik of jij/je erachter? gebruik dan alleen de ik-vorm.

Voorbeeld: ik loop, loop je, loop jij

 

Enkelvoud anders

Staat er iets anders dan ik, jij/je achter de persoonsvorm? schrijf dan de stam + t.

Voorbeeld: hij loopt, jij loopt, zij loopt, het loopt

 

Let op: personen en namen kun je vervangen voor hij/zij/het.

 

Meervoud

Heb je te maken met een meervouds vorm? Schrijf dan het hele werkwoord (infinitief).

Voorbeeld: Wij lopen, zij lopen

 

Let op: groepen kunnen hieronder vallen.

Voorbeeld (video)

Persoonsvorm tegenwoordige tijd I DEEL 1

Persoonsvorm tegenwoordige tijd I DEEL 2

Persoonsvorm tegenwoordige tijd I DEEL 3

Persoonsvorm tegenwoordige tijd I DEEL 4

Persoonsvorm verleden tijd

Persoonsvorm verleden tijd

 

Als je de persoonsvorm hebt en het is in de verleden tijd, dan moet je het vervoegen. We hebben hierbij een aantal regels die bepalen hoe je het werkwoord spelt.

 

Zwak werkwoord

Zwakke werkwoorden kunnen niet veranderen. Dit betekent dat zij dus de vorm aanhouden die zij in tegenwoordige tijd hebben met de uitgangen van verleden tijd.

 

Enkelvoud

Gebruik de ik-vorm tt + de/te

Voorbeeld: Ik speel met de bal.

                  Ik speelde met de bal.

 

Meervoud

Gebruik de ik-vorm tt + den/ten

Voorbeeld: Wij spelen met de bal.

                  Wij speelden met de bal.

 

Bij twijfel kun je het 't sexy fokschaap te gebruiken.

1. Haal -en van het infinitief.

2. Laatste letter in 't sexy fokschaap? Gebruik de ik-vorm tt + te

3. Laatste letter NIET 't sexy fokschaap? Gebruik de ik-vorm + de

 

Sterk werkwoord

Sterke werkwoorden veranderen van klank. Schrijf ze zo kort mogelijk op. Is de laatste letter een -d of -t? Verleng het dan in je hoofd en schrijf op wat je hoort.

Voorbeeld: Ik loop door het bos.

                   Ik liep door het bos.

De persoonsvorm verandert hier van klank. Het is dus een sterk werkwoord.

 

Voorbeeld (video)

Persoonsvorm verleden tijd I DEEL 1

Deelwoorden

Voltooid deelwoord

Voltooid deelwoord

 

Een voltooid deelwoord bevat altijd een vorm van hebben, zijn of worden. Zoals het woord al zegt geeft het aan dat een actie is volbracht, het is dus over.

 

Een voltooid deelwoord van een sterk werkwoord eindigt op -en. 

Voorbeeld: kijken, gekeken.

 

Een voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden eindigt op -d of -t. Gebruik het 't ex fokschaap. 

Voorbeeld: kussen, kus, -s zit in het 't ex fokschaap, heeft gekust

 

 

 

 

Voorbeeld (video)

Voltooid deelwoord I DEEL 1

Onvoltooid deelwoord

Onvoltooid deelwoord

 

Een onvoltooid deelwoord geeft aan dat iets aan de gang is. Om het te schrijven heb je het infinitief nodig + -d.

Voorbeeld: kussen, kussen + d, kussend

Voorbeeld (video)

Onvoltooid deelwoord I DEEL 1

Bijvoeglijk naamwoord

Voltooide en onvoltooide deelworden als bijvoeglijk naamwoord

 

De deelwoorden kun je ook als bijvoeglijk naamwoord noteren. Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord. 

Voorbeeld: gele deur, de deur is geel.

 

Noteren

Er zijn drie punten waar je op moet letten bij het schrijven van een deelwoord als bijvoeglijk naamwoord. 

1. Schrijf -e aan het einde van het deelwoord om het een bijvoeglijk naamwoord te maken. Spel het bijvoeglijk naamwoord zo kort en simpel mogelijk. 

Voorbeeld: de verbrande huis

 

2. Om spraakverwarring te voorkomen moet je soms wel een -d of -t toevoegen. 

Voorbeeld: bekladde muur - beklade muur kan niet.

 

3. Dan zijn er ook nog voltooid deelwoorden die op -en eindigen veranderen niet als je ze bijvoeglijk naamwoord gebruikt. De -n blijft dus staan.

Voorbeeld: verliezen - verloren - de verloren zoon

 

Voorbeeld (video)

Bijvoeglijk naamwoord I DEEL 1

Gebiedende wijs

Gebiedende wijs

 

De gebiedende wijs geeft aan dat je (meestal) te maken hebt met een bevel of een verbod. Een zin in de gebiedende wijs kun je onderscheiden van zinnen in de tegenwoordige tijd door de afwezigheid van een onderwerp. 

 

Voorbeeld: Wijs op de kaar aan waar India ligt. 

                  In bovenstaande zin is geen onderwerp te vinden. Uit de context kun je als lezer opmaken dat het waarschijnlijk een docent is die een leerling het bevel geeft om op een landkaart India aan te wijzen. 

Voorbeeld (video)

Gebiedende wijs I DEEL 1

  • Het arrangement Werkwoordspelling is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Wesley van Kasteren
    Laatst gewijzigd
    2022-10-19 10:24:12
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De 7 vormen van werkwoordspelling
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten

    Bronnen

    Bron Type
    Het vinden van de persoonsvorm.
    https://youtu.be/K1u3vRHoS-o
    Video
    Persoonsvorm tegenwoordige tijd I DEEL 1
    https://youtu.be/FZ104qjJRG0
    Video
    Persoonsvorm tegenwoordige tijd I DEEL 2
    https://youtu.be/WKI995SMoWw
    Video
    Persoonsvorm tegenwoordige tijd I DEEL 3
    https://youtu.be/2a5kX1rNmiQ
    Video
    Persoonsvorm tegenwoordige tijd I DEEL 4
    https://youtu.be/95v1gL2syvU
    Video
    Persoonsvorm verleden tijd I DEEL 1
    https://youtu.be/Zrr1xwnx-L8
    Video
    Voltooid deelwoord I DEEL 1
    https://youtu.be/CI9nhYniOws
    Video
    Onvoltooid deelwoord I DEEL 1
    https://youtu.be/uHAw1fhvjNU
    Video
    Bijvoeglijk naamwoord I DEEL 1
    https://youtu.be/usgKiPcUrlQ
    Video
    Gebiedende wijs I DEEL 1
    https://youtu.be/63F3hXqAU8g
    Video
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.