Schoolbiologie

Schoolbiologie

Biologie over de grens

Eigen ervaring.

Ik sta sinds 1998 voor de klas en heb in de voorbijgaande jaren een aantal veranderingen in het onderwijs mee mogen maken. We zijn voortdurend opzoek naar verbeteringen binnen het onderwijs.

De vraag ‘Wat is goed onderwijs?’ beantwoordt de pedagogiek met een wedervraag: ‘Waartoe dient het onderwijs?’ (Wardekker & Klarus, 2011)

Ik ben van mening dat we een individu op weg helpen om zich een beeld te vormen van wat er van hem/haar zal worden gevraagd in de maatschappij. Er zullen vele keuzes gemaakt moeten worden om je als beginnend actief lid van de samenleving te kunnen ontplooien. Onderwijs zou daarbij moeten helpen een richting te kiezen.

Biologie is het schoolvak dat leerlingen niet alleen kennis laat maken met biologische objecten in een natuurlijke omgeving, maar ook met medische en agrarische aspecten van de samenleving, gebieden waarop de ontwikkelingen de laatste twee eeuwen net zo ingrijpend zijn geweest als op het gebied van de techniek (Kerst Th. Boersma & Alfred Schermer, 2001).

In een turbulente wereld, waarbij de ene crisis nog niet is afgelopen als de andere zich alweer aandient, is het voor ons belangrijk om te begrijpen hoe ermee om te gaan. De coronapandemie heeft laten zien wat de waarde van onze biologische kennis is. Uit onderzoek van Graham blijkt dat de ontwikkeling van een vaccine doorslaggevend was bij de bestrijding van de pandemie (2020). Het is dan ook belangrijk dat wij als docenten onze leerlingen motiveren om er ook in de toekomst zeker van te zijn dat we onze biologische kennis nog verder zullen verruimen om eventuele problemen in de toekomst ook het hoofd te kunnen bieden. Daarnaast is het natuurlijk ook het allermooiste vak om te mogen geven!

Biologie en de andere vakken

Biologie heeft met veel vakken wel een raakvlak.

Met het vak aardrijkskunde zijn raakvlakken makkelijk aan te duiden, bijvoorbeeld bij onderwerpen als bodem, water en ecologie. In het onderzoek van Koopman (2012) geeft hij aan dat met name op het gebied van duurzaamheid, beide vakken dit onderwerp uitvoerig ter sprake brengen, maar wel vanuit een ander perspectief.

Leesvaardigheid is een onderdeel dat bij het vak Nederlands wordt aangeboden, maar bij biologie ook een belangrijke rol speelt. Tijdens toetsing is het van belang dat de twee vakgroepen goed overleggen wat een leerling mag gebruiken als ondersteuning. Bijvoorbeeld het gebruik van een voorlees- en/of spellingsprogramma. En of een leerling recht heeft op extra tijd vanwege een beperking (wetten.nl - Regeling - Uitvoeringsbesluit WVO 2020 - BWBR0045787, 2022).

Wanneer leerlingen zelfstandig bronnen zoeken en raadplegen komen ze al gauw bij Engelstalige bronnen terecht, zeker als ze op zoek zijn naar animaties, schema's en afbeeldingen. Leerlingen die tweetalige onderwijs volgen (meestal is dat Engels), krijgen dat ook terug in de biologieles.

Uit de lessen maatschappijleer, godsdienst en levensbeschouwing komen er bij biologie een aantal controversiële onderwerpen aan de orde. Een leerling moet in staat zijn een beargumenteerd oordeel te geven over een situatie in de natuur of een technische toepassing, en daarin onderscheid te maken tussen wetenschappelijke argumenten, normatieve maatschappelijke overwegingen en persoonlijke opvattingen (subdomein A9 Waarderen en oordelen​).

Geschiedenis in de biologie speelt een rol bij verschillende wetenschappelijke ontdekking en hebben vaak grote gevolgen voor de maatschappij gehad. Denk daarbij aan de ontdekking van de microscoop en ontwikkeling van de evolutietheorie.

Binnen veel biologie-onderwerpen kunnen natuurwetenschappelijke of technologische aspecten aan de orde komen bij het vak economie. Denk daarbij aan de Coronapandemie en de gevolgen voor onze samenleving (Afstemming met overige vakken, z.d.).

Wiskunde wordt in de biologieles vaak toegepast om resultaten te berekenen. Een bekend voorbeeld hiervan is de formule van Hardy-Weinberg [p2 + 2pq + q2 = 1] tijdens de lessen genetica (Stern, 1943). Er wordt bij biologie van de leerlingen verwacht dat ze verschillende wiskundige berekeningen kunnen uitvoeren.

De grootste verwantschap is met de vakken natuurkunde en scheikunde. Om biologie goed te kunnen begrijpen heeft de leerling kennis van natuurkunde en scheikunde nodig, omdat deze kennis niet expliciet in het biologieprogramma wordt behandeld. Veel begrippen komen bij al deze vakken aan de orde, zij het op een andere wijze. Bètavakken moeten hun inhoud daarom goed op elkaar afstemmen.

 

 

Biologie als exact vak

Biologie-onderwijs is soms een ‘vreemde eend in de bijt’ omdat het minder exact is dan de andere exacte vakken. Exacte wetenschappen zijn de takken van wetenschap die gebaseerd zijn op natuurwetten en theorieën die gekenmerkt worden door wiskundige modellering, formele logica en (met uitzondering van de wiskunde) experimentele toetsing (de wetenschappelijke methode).

Volgens de brede definitie, die in Nederland wordt gehanteerd, is biologie wel een exact vak (bètavak). Bètavakken gelden als moeilijk en de eerste ervaringen van leerlingen en studenten met de natuurwetenschappelijke vakken en wiskunde op school en de universiteit lijken dat te bevestigen (Chris van Weert; AMSTEL Instituut, sd).

Het is dan ook de docent die leerlingen moet enthousiasmeren voor deze tak van sport. De vraag is dan “Hoe doe je dat?”. En dan niet alleen in Nederland!

In recent years, many studies have highlighted an alarming decline in young people’s interest for key science studies and mathematics. Despite the numerous projects and actions that are being implemented to reverse this trend, the signs of improvement are still modest. Unless more effective action is taken, Europe’s longer-term capacity to innovate, and the quality of its research will also decline. Furthermore, among the population in general, the acquisition of skills that are becoming essential in all walks of life, in a society increasingly dependent on the use of knowledge, is also under increasing threat (Michel Rocard (Chair),'et al.' 2007).

Biologie uitlegvideo's voor goede (school)examencijfers! - juf Aminozuur
https://juf-aminozuur.nl/wp-content/uploads/2022/09/biologie.png

Biologie in Europa

De Europese unie heeft in 1997 een rapport opgesteld met eisen waar het biologie-onderwijs op scholen minimaal aan moet voldoen. Zo wordt ervoor gezorgd dat er binnen de Europese unie enige mate van continuïteit is in het aanbod van het biologie-onderwijs.

  1. Behartigen van de professionele belangen van biologen in de Europese Gemeenschap.
  2. Om de vakbekwaamheid van biologen binnen de Europese Gemeenschap te waarborgen.
  3. De uitwisseling van informatie over professionele aangelegenheden met betrekking tot het werk van biologen binnen de Europese Gemeenschap vergemakkelijken.
  4. Het vrije verkeer van biologen binnen de Europese Gemeenschap vergemakkelijken.
  5. De uitwisseling bevorderen van degenen die biologie onderwijzen in alle klassen van de onderwijsinstelling.
  6. Het bevorderen van samenwerking en uitwisseling van informatie tussen de nationale biologische verenigingen over hun activiteiten in heel Europa.
  7. De EEG en het publiek in het algemeen adviseren over biologische zaken die gevolgen hebben voor de samenleving (“School Biology for child and society”, 1997).

Er is gekeken naar het belang van biologie voor de gehele Europese samenleving. De ECBA beschouwt biologieonderwijs op lagere en middelbare scholen als de beste garantie voor een duurzame toekomst voor de samenleving van vandaag en morgen. Deze eeuw wordt de eeuw van de biologie genoemd, door les te geven aan de 4 tot 18-jarigen zal de samenleving als geheel leren over fundamentele biologische concepten zoals (menselijke) fysiologie, voortplanting, natuurlijke cycli en het milieu. Dit geeft op zijn minst een minimaal begrip van de relatie tussen levende materie en onze gemeenschappelijke toekomst (Smit et al., 2015).

Er wordt ook gekeken naar practica en de hoeveelheid lesuren die per leeftijdsfase gegeven moeten worden. Een TOA wordt hierbij aangeraden. Het belang dat leerlingen buiten school bijvoorbeeld natuurparken bezoeken wordt ook aangestipt. Dit zorgt, samen met onderzoeken op school, voor een beter beeld en interesse voor het vak biologie.

 

Biologie buiten Europa

Zelf heb ik van augustus 2007 tot juli 2010 lesgegeven opOnderwijssysteem Curaçao, St. Maarten en de BES-eilanden de Gwendoline van Putten School. De enige middelbare school van Sint Eustatius.

Het onderwijs was toen geënt op het Nederlandse onderwijssysteem (EP-Nuffic, 2011).

Nadeel was dat de lokale bevolking vrijwel geen Nederlands sprak. Engels was de niet officiële voertaal. Mijn lessen waren vooral in het Engels. Ik heb de leerlingen geholpen met het vertalen uit de Nederlandse schoolboeken. Uiteindelijk werd het eindexamen in het Nederlands gedaan.
Het slagingspercentage was veel lager dan in Nederland. Veel leerlingen verlieten daarna de school zonder diploma. Leerlingen die wel waren geslaagd, verlieten voor hun verdere studie het eiland. Ze gingen veelal studeren in Nederland, Curaçao of Amerika om daarna niet meer terug te keren naar Sint Eustatius.

De motivatie van de leerlingen om te presteren was naar mijn mening erg laag.
Na drie jaar op Sint Eustatius te hebben lesgegeven, kwam ik daarover tot de volgende conclusies:

  • De doorstroommogelijkheden waren niet op het eiland aanwezig.
  • De toepassingsmogelijkheden van een vervolgopleiding waren op het eiland zeer beperkt.
  • Het ontbreken van een rolmodel.
  • Belangrijker dan studie was tot welke familie je behoorde.
De Quill boven, 13 april 2008
Mentorklas 2A in de Quill
Angelica Morel, 2008

Toekomst biologie-onderwijs

De biologie gaat hard. Dagelijks zijn er nieuwe vindingen die ervoor zorgen dat we gezonder oud kunnen worden. Hoe bereid je de leerlingen voor op de toekomst waar alles maakbaar lijkt, maar waar ook een hoop uitdagingen liggen te wachten (32E NIBI onderwijsconferentie, 2018)?

De Coronapandemie heeft de wereld wakker geschud. We moeten ons ook in de toekomst verdedigen tegen de opkomst van nieuwe varianten van het COVID-19 virus. Waarschijnlijk zullen er ook andere pathogenen opduiken die een nieuwe uitdaging vormen voor de wereldgezondheid. Er zal meer moeten worden geïnvesteerd in biologisch onderzoek, willen we een gezonde toekomst in het vizier houden.

De wereldbevolking neemt nog elke dag toe (Worldometer, z.d.). Meer mensen betekend o.a. meer voeding. Het aantal mensen in de wereld dat hongerlijdt, is in 2020 toegenomen in de schaduw van de COVID-19-pandemie. Na tussen 2014 en 2019 vrijwel onveranderd te zijn gebleven, is de prevalence of undernourishment (PoU) gestegen tot ongeveer 9,9 procent in 2020, tegen 8,4 procent een jaar eerder (The State of Food Security and Nutrition in the World 2021, z.d.).

Dit zijn nog maar enkele voorbeelden van de problematiek die op ons afkomt. Gelukkig kunnen we er wat aan doen. Het zal moeten beginnen met de rekrutering van jonge mensen. Zij worden de onderzoekers die deze taak op zich gaan nemen. Een gedegen onderwijssysteem, met gedreven docenten, die hun leerlingen weten te enthousiasmeren is hierbij een must!

Bibliografie

32E NIBI onderwijsconferentie. (2018, 1 13). NIBI. Opgehaald van Biologie voor de toekomst: https://www.nibi.nl/uploads/nibi/files/ce6768e8ef699f3135acddbc75b212416919a484.pdf

Afstemming met overige vakken. (z.d.). SLO. Geraadpleegd op 28 oktober 2022, van https://www.slo.nl/handreikingen/havo-vwo/handreiking-se-bio-hv/afstemming-vakken/afstemming-overige-vakken/

Chris van Weert; AMSTEL Instituut. (sd). Interactief bètaonderwijs. Opgehaald van Ervaringen uit de praktijk: https://staff.fnwi.uva.nl/a.j.p.heck/IBLboek.pdf

EP-Nuffic. (2011, februari). Onderwijssysteem Curaçao, St. Maarten en de BES-eilanden. cdc.cw. http://cdc.cw/wp-content/uploads/2015/07/onderwijssysteem-curacao-st-maarten-en-bes-eilanden.pdf

Graham, B. S. (2020). Rapid COVID-19 vaccine development. Science, 368(6494), 945–946. https://doi.org/10.1126/science.abb8923

Kerst Th. Boersma, C. v.-D., & Alfred Schermer, I. v. (2001). Ontwikkeling van een nieuw biologieprogramma in de 21ste. Tijdschrift voor Didactiek der β-wetenschappen 18 (2001) nr. 1 , 23.

Klarus, R., Thölke, J., & Vijlder, F. d. (2010). Wat is goed onderwijs? : Bestuur en regelgeving. Opgehaald van NARCIS: https://www.narcis.nl/publication/RecordID/oai:hbokennisbank.nl:repository_han%3Aoai%3Arepository.han.nl%3A20.500.12470%2F549

Koopman, Y. (2012). Educatie voor duurzame ontwikkeling bij aardrijkskunde & biologie in het voortgezet onderwijs (Master's thesis).

Michel Rocard (Chair), P. C.-H. (2007). rapportrocardfinal.pdf. Opgehaald van Science Education NOW: A renewed Pedagogy for the Future of Europe: https://www.eesc.europa.eu/sites/default/files/resources/docs/rapportrocardfinal.pdf

School Biology for child and society. (1997). ECBA publication, N°l2. https://ecba.eu/images/stories/publications/ECBA_Booklet_No12_School_Biology_for_child_and_society.pdf

Smit, H. J., Smit, H. J., Smit, H. J., Smit, H. J., Smit, H. J. & Waddoup, D. (2015, 6 december). Primary and Secondary Education. ECBA. https://ecba.eu/biology-in-europe/primary-and-secondary-education/

Stern, C. (1943). The Hardy-Weinberg Law. Science, 97(2510), 137–138. https://doi.org/10.1126/science.97.2510.137

The State of Food Security and Nutrition in the World 2021. (z.d.). www.fao.org. https://www.fao.org/state-of-food-security-nutrition/2021/en/

Wardekker, W., & Klarus, R. (2011). WAT IS GOED ONDERWIJS? : BIJDRAGEN UIT DE PEDAGOGIEK. In W. Wardekker, & R. Klarus, Wat is goed onderwijs? (p. 237). Den Haag: [S.l.] : Boom Lemma Uitgevers.

wetten.nl - Regeling - Uitvoeringsbesluit WVO 2020 - BWBR0045787. (2022, 1 augustus). Geraadpleegd op 28 oktober 2022, van  https://wetten.overheid.nl/BWBR0045787/2022-08-01

Worldometer. (z.d.). Worldometer - real time world statistics. https://www.worldometers.info/

Pre-concept

Inleiding

Plasmolyse in plantencellen

Dit misconcept komt doordat leerlingen een verkeerd beeld hebben van de feiten. (Pre- en misconcepten, z.d.) Leerlingen weten niet goed het verschil tussen grensplasmolyse en plasmolyse. Daarnaast hebben ze het idee dat de celwand niet mee kan krimpen bij plantencellen in een hypertone omgeving. Dit komt doordat ze denken dat de celwand van hout is. Wanneer leerlingen kijken op Bioplek.org dan zien ze animaties waarbij de celwand ook niet meegeeft als het gaat om plasmolyse.

Als leerlingen een practicum doen met aardappelstaafjes in een hypertone omgeving, dan trekken ze de verkeerde conclusie op basis van hun waarnemingen. Ze zien dat de lengte van de aardappelstaafjes afneemt. Daarbij trekken ze conclusie dat tijdens de krimp er sprake is van plasmolyse verschijnselen. Dit is alleen nog niet zo. Zolang de staafjes krimpen kan er nog geen sprake zijn van plasmolyse, maar alleen van de afname van de turgor en wanddruk. Juist als de lengte van de staafjes/cellen niet meer afneemt, dan is de wanddruk 0 en is er sprake van plasmolyse. (Kennisbank misconcepten in de biologie, z.d.)

Door leerlingen zelf aan de slag te laten gaan met dit misconcept, dan is de kans groter dat het misconcept wordt weggenomen. (Misconcepten, z.d.)

Dit pre-concept wordt vervolgens zo beschreven in het discussie deel van het verslag. Dit wordt geschreven na het practicum met de aardappelstaafjes.

Aanpak wegnemen preconcepten

We maken hiervoor gebruik van een ontwerpend onderzoek om in een reeds bestaande situatie (misconcept) nieuwe mogelijkheden te onderzoeken en aan te tonen. Via dit type onderzoek probeert de leerling kennis en inzichten te creëren in de vorm van nieuwe en alternatieve ruimtelijke concepten en de mogelijke betekenis daarvan (Schreurs, 2006-01). Volgens onderzoek (Akker et al., 2006) is ontwerpend onderzoek van onschatbare waarde als het aankomt op het verkrijgen van nieuwe inzichten en kunnen we tevens het leerproces beter begrijpen. (Misconcepten: zo zet je leerlingen op het juiste spoor, 2020)

Lesplan (Duin, 2021)

Bibliografie

Akker, J., Gravemeijer, K., McKenney, S., Nieveen, N. & Van den Akker, J. (2006). Educational Design Research. Taylor & Francis.

Duin, G. van (2021, Maart). Biologie uitbeeldpractica. Nvon, pp. 77-80. Opgeroepen op september 30, 2022, van https://nvon.nl/biologie-uitbeeldpractica.

Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2013). Effectief leren . Groningen/Houten: Noordhoff uitgevers.

Kennisbank misconcepten in de biologie. (z.d.). Universiteit Utrecht. Geraadpleegd op 27 oktober 2022, van https://www.fisme.science.uu.nl/biologie/index.htm

Misconcepten. (z.d.). Lerarenopleidingen Science en Wiskunde/Rekenen. Geraadpleegd op 27 oktober 2022, van https://elbd.sites.uu.nl/2017/05/07/misconcepten/

Misconcepten: zo zet je leerlingen op het juiste spoor. (2020, 15 oktober). Leraar24. https://www.leraar24.nl/307845/misconcepten-zo-zet-je-leerlingen-op-het-juiste-spoor/

Pre- en misconcepten. (z.d.). HUsite. Geraadpleegd op 27 oktober 2022, van https://husite.nl/leoned/theorie-begripsontwikkeling/pre-en-misconcepten/

Schreurs, J. (2006-01). Ontwerpend onderzoek. In J. Schreurs, Ontwerpend onderzoek (pp. 132 - 134). Antwerpen-Apeldoorn: Garant Uitgevers.

Slooter, M. (2019). De zes rollen van de leraar. Handboek voor effectief lesgeven. Huizen: Pica .

PTA

PTA Atheneum/VWO Groevenbeek

Het schoolexamen (SE) wordt in de afdeling vwo/atheneum in het vierde, vijfde en zesde leerjaar van de cursus afgelegd. In het PTA staat vermeld hoe het schoolexamencijfer berekend wordt. Het gewogen gemiddelde van de in het PTA genoemde toetsen en praktische opdrachten wordt afgerond op één decimaal nauwkeurig. 

Het eindcijfer (op diploma; uitgedrukt in een geheel cijfer uit de reeks 1 tot en met 10) wordt bepaald op het rekenkundig gemiddelde van het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen.

Verdeling examenstof over CE en SE (examenblad, 2020)

Aansluiting onder- en bovenbouw

Leerlingen die beginnen aan de bovenbouw, laten vaak weten het vak biologie vaak moeilijk te vinden. De hoeveelheden tekst die ze moeten lezen, wordt als lastig ervaren. Begrijpend lezen is hierbij een handige tool die ze nog niet goed onder de knie hebben. Verder zijn de biologische begrippen ook nog niet voldoende ingesleten.

De lesstof in de onderbouw is vrij elementair. Gericht om wat functionele biologische kennis mee te geven, met name voor de leerlingen die na de onderbouw geen biologie meer in hun vakkenpakket hebben.

Zelf vind ik het belangrijk om de leerlingen mee te geven, dat biologie vele aspecten heeft. Het kan je doen verwonderen, verstelt staan, inzicht geven, maar vooral doen beseffen hoe mooi alles in elkaar zit en samenwerkt om er een wonderbaarlijk geheel van te maken. De natuur is een enorme bron van inspiratie en fascinatie!

De overgang naar de bovenbouw sluit vaak niet zo goed aan. Dit komt mede doordat de leerlingen op het havo/vwo één jaar geen biologie hebben gehad. Veel kennis is in de tussentijd weggezakt of vergeten. Een andere oorzaak is dat in de bovenbouw andere vaardigheden worden aangesproken. Het vak is abstracter van aard en van leerlingen wordt meer inzicht gevraagd.

Het is dus erg belangrijk om er eerst achter te komen wat de beginsituatie van de leerling qua kennis en vaardigheden is, alvorens te beginnen met complexere lesstof.

Leerlijnen

Wat moeten leerlingen in de bovenbouw bij biologie wel en niet leren? Waar is ruimte voor eigen invulling en wat is echt nodig voor het examen? Kan ik bijv. de evolutietheorie weglaten, of komt dat terug op het examen? Als docent in de bovenbouw ben je hier continu mee bezig. Je probeert je leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden, maar er is altijd tijd te kort. Je bent afhankelijk van wat de leerlingen in de voorafgaande jaren hebben geleerd. Er moet een bewuste keuze in het curriculum worden gemaakt, passend bij jouw leerlingen en visie. Je moet goed weten wat de (examen) doelen zijn en hoe de doorlopende leerlijnen in elkaar zitten.

In de vwo onder- en bouwbouw wordt er op het Groevenbeek lesgegeven uit de MAX-methode ‘Biologie voor jou’. De leerlingen hebben in leerjaar 1 en 2, twee uur per week biologie. In 3 vwo hebben ze geen biologie. Vanaf vierde leerjaar is biologie een keuzevak. De leerlingen hebben dan drie uur per week biologie. Op andere scholen waar ik heb lesgegeven was dit ook zo.

Het kenmerk van biologie in de onderbouw is basale kennis meegeven. Wanneer leerlingen biologie niet kiezen in de bovenbouw dan zijn dit de enige twee jaar biologie die ze hebben gehad. Sommige onderwerpen, zoals voortplanting en seksualiteit, zijn noodzakelijk om te behandelen. Leerlingen die twee jaar biologie gehad hebben, moeten in hun (latere) leven genoeg hebben aan deze kennis. Persoonlijk vind ik dit nogal karig.

De overgang naar de bovenbouw sluit meestal niet zo goed aan. Dit komt voor een deel doordat leerlingen dan één jaar geen biologie hebben gehad. Een oorzaak daarvan zou bij het feit kunnen liggen dat in de bovenbouw biologie abstracter wordt en er veel meer inzicht wordt gevraagd. In de onderbouw ging het over onderwerpen zoals planten en het menselijk lichaam. Dit is vrij concreet en gemakkelijker om er iets bij voor te stellen. Ook is de opgedane kennis uit de onderbouw weggezakt. Om deze overgang wat soepel te laten verlopen starten we in vwo 4 met wat algemene biologische kennis en vaardigheden (microscopie).

Mijn visie voor het biologie-onderwijs is om zo veel mogelijk leerlingen te inspireren en te motiveren voor de biologie in de breedste zin van het woord. Want als je de wereld om je heen beter begrijp, ben je ook in staat om de noodzakelijke verbeteringen erin aan te brengen. Biologie is de toekomst!

Bibliografie

PWS

Tijdpad PWS

Op Groevenbeek start vwo 5 start voor de zomervakantie met het PWS. De leerlingen hebben dan de tijd om een onderzoeksvraag te verzinnen en een keus te maken binnen welke sectie dit valt. Vervolgens wordt dit binnen de sectie verdeeld. Leerlingen kiezen dus niet zelf de begeleider.

Vwo

Mei 2022          

Opstart PWS Vwo 5

Mei / juni

Groen licht hoofd en deelvragen

Juli 2022

Inleveren eerste deel PWS

September 2022

Feedback eerste deel PWS

September – november 2022      

  • Feedback verwerken, werken aan eindversie
  • Eventueel opstarten eigen experiment
  • Tussentijdse voortgangsgesprekken (op verzoek)

November 2022

Tussentijdse presentatie in het begeleidingsuur

30 november 2022

Inleveren eindversie, profielwerkstukbegeleider kijkt na

Maart 2023              

Presentatie aan ouders, begeleider en leerlingen leerjaar 5

Begeleiding

Wie zijn de begeleiders?

De begeleiders zijn bovenbouwdocenten van de verschillende secties. De PWS’ers worden onderling verdeeld binnen de sectie, zodat er een evenredige verdeling is.

 

Hoe vindt de begeleiding plaats?

Voor de begeleiding krijgt de begeleider 4 uur per groepje. Hoe de begeleiding plaats vindt, hangt af van de docent en ook van de sectie. Zo zijn binnen de sectie biologie een aantal extra voorwaarden afgesproken. Als leerlingen voor biologie kiezen, dus waarbinnen de PWS valt, dan moeten ze voor de zomervakantie niet alleen de onderzoeksvraag hebben geformuleerd maar ook de deelvragen. Bij elke deelvraag moet er minimaal één wetenschappelijk artikel gevonden zijn. Op die manier hebben de leerlingen al meteen een goede start gemaakt en is de keuze voor biologie minder vrijblijvend.

Externe partijen

Er zijn geen contacten met externe partijen vanuit school. Wel zijn we een U-talent school. Hierdoor kunnen leerlingen deelnemen aan masterclasses en op die manier geholpen worden met hun PWS. Youth Institute van WUR wordt soms ook gebruikt om leerlingen verder te helpen met hun PWS. Zijn kunnen dan als expert helpen. Het onderwerp dient dan wel gerelateerd te zijn aan wereldvoedselvraagstuk. (Troost, z.d.)

Beoordeling eindproduct

 

De beoordeling vindt plaats aan de hand van een rubric. Daarmee kunnen de leerlingen zien waaraan ze moeten voldoen. Ook is daar te zien hoe ‘zwaar’ elk onderdeel weegt in de beoordeling. De onderwerpen zijn: proces (15%), inhoud (70%) en presentatie (15%).

De docent maakt gebruik van een Excel document waar deze rubric in verwerkt is. Daarbij kan de docent per onderwerp aangeven wat de score is van 1 tot en met 10. Met een formule wordt dit omgezet in een deelcijfer. Uiteindelijk scoort een docent op 10 onderdelen. Denkniveau en denkwijze weegt het zwaarst.

Prijs voor een PWS

Als het PWS goed is gemaakt dan kan een leerling het PWS aanmelden bij verschillende organisaties om te kijken of het in de prijzen valt. Ze kunnen, afhankelijk van het onderwerp, hun PWS sturen naar de volgende organisaties:

  • KNAW-profielwerkstuk (domein D, C, D, E en F). Elk onderwerp kan ingezonden worden. Dit geldt alleen voor vwo-leerlingen. Een school mag per profiel 3 inzendingen doen. (KNAW onderwijsprijs, z.d.)
  • Koninklijke Hollandse Maatschappij der Wetenschappen (Domein D, C, D, E en F). Dit geldt voor zowel havo-leerlingen als vwo-leerlingen. Elke school mag voor beide niveau’s één inzending doen (Khmw profielwerkstukprijzen, z.d.)
  • Universiteit Leiden (Domein D, C, D, E en F). Dit geldt alleen voor vwo-leerlingen. Elke leerling mag zelf de inzending doen. (Wetenschapsoriëntatie en aansluiting, z.d.)
  • Rijksuniversiteit Groningen (Domein D, C, D, E en F). Dit geldt alleen voor vwo-leerlingen. Elke leerling mag zelf de inzending doen, het profielwerkstuk moet wel in het N-profiel zitten. (Jan Kommandeurprijs 2022, 2021)

Internationalisering

Onze school heeft op gebied van internationalisering geen projecten met betrekking tot het PWS. Wel zijn er plannen om een week op Ameland te organiseren voor leerlingen die een PWS gekozen die binnen biologie valt. Dan kun ze in één week het PWS daar grotendeels uitvoeren en afronden.

Bibliografie

Jan Kommandeurprijs 2022. (2021, 12 april). RUG. https://www.rug.nl/sciencelinx/leerlingen/ontwikkel-je-talent/jankommandeurprijs/jan-kommandeurprijs-2021

Khmw profielwerkstukprijzen. (z.d.). Geraadpleegd op 26 oktober 2022, van https://khmw.nl/profielwerkstukprijzen/

KNAW onderwijsprijs. (z.d.). Geraadpleegd op 26 oktober 2022, van https://www.knawonderwijsprijs.nl/meedoen

Troost, M. (z.d.). PWS begeleiding. WUR. Geraadpleegd op 26 oktober 2022, van https://www.wur.nl/nl/onderwijs-opleidingen/wageningen-youth-institute/profielwerkstukwedstrijd-2.htm

Wetenschapsoriëntatie en aansluiting. (z.d.). Universiteit Leiden. Geraadpleegd op 26 oktober 2022, van https://www.universiteitleiden.nl/iclon/wetenschapsorientatie/wetenschapsorientatie-en-aansluiting/wetenschapscongres/presenteren

  • Het arrangement Schoolbiologie is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Marco Coenen
    Laatst gewijzigd
    2022-11-14 16:53:53
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Het nut van biologie onderwijs voor een individu en de samenleving. Biologie onderwijs in Nederland tov andere landen (binnen en buiten Europa)
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten
    Trefwoorden
    biologie onderwijs buitenland, marco coenen
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.