Biologie en de andere vakken

Biologie heeft met veel vakken wel een raakvlak.

Met het vak aardrijkskunde zijn raakvlakken makkelijk aan te duiden, bijvoorbeeld bij onderwerpen als bodem, water en ecologie. In het onderzoek van Koopman (2012) geeft hij aan dat met name op het gebied van duurzaamheid, beide vakken dit onderwerp uitvoerig ter sprake brengen, maar wel vanuit een ander perspectief.

Leesvaardigheid is een onderdeel dat bij het vak Nederlands wordt aangeboden, maar bij biologie ook een belangrijke rol speelt. Tijdens toetsing is het van belang dat de twee vakgroepen goed overleggen wat een leerling mag gebruiken als ondersteuning. Bijvoorbeeld het gebruik van een voorlees- en/of spellingsprogramma. En of een leerling recht heeft op extra tijd vanwege een beperking (wetten.nl - Regeling - Uitvoeringsbesluit WVO 2020 - BWBR0045787, 2022).

Wanneer leerlingen zelfstandig bronnen zoeken en raadplegen komen ze al gauw bij Engelstalige bronnen terecht, zeker als ze op zoek zijn naar animaties, schema's en afbeeldingen. Leerlingen die tweetalige onderwijs volgen (meestal is dat Engels), krijgen dat ook terug in de biologieles.

Uit de lessen maatschappijleer, godsdienst en levensbeschouwing komen er bij biologie een aantal controversiële onderwerpen aan de orde. Een leerling moet in staat zijn een beargumenteerd oordeel te geven over een situatie in de natuur of een technische toepassing, en daarin onderscheid te maken tussen wetenschappelijke argumenten, normatieve maatschappelijke overwegingen en persoonlijke opvattingen (subdomein A9 Waarderen en oordelen​).

Geschiedenis in de biologie speelt een rol bij verschillende wetenschappelijke ontdekking en hebben vaak grote gevolgen voor de maatschappij gehad. Denk daarbij aan de ontdekking van de microscoop en ontwikkeling van de evolutietheorie.

Binnen veel biologie-onderwerpen kunnen natuurwetenschappelijke of technologische aspecten aan de orde komen bij het vak economie. Denk daarbij aan de Coronapandemie en de gevolgen voor onze samenleving (Afstemming met overige vakken, z.d.).

Wiskunde wordt in de biologieles vaak toegepast om resultaten te berekenen. Een bekend voorbeeld hiervan is de formule van Hardy-Weinberg [p2 + 2pq + q2 = 1] tijdens de lessen genetica (Stern, 1943). Er wordt bij biologie van de leerlingen verwacht dat ze verschillende wiskundige berekeningen kunnen uitvoeren.

De grootste verwantschap is met de vakken natuurkunde en scheikunde. Om biologie goed te kunnen begrijpen heeft de leerling kennis van natuurkunde en scheikunde nodig, omdat deze kennis niet expliciet in het biologieprogramma wordt behandeld. Veel begrippen komen bij al deze vakken aan de orde, zij het op een andere wijze. Bètavakken moeten hun inhoud daarom goed op elkaar afstemmen.